gepubliceerd op 01 juli 2022
Uittreksel uit arrest nr. 161/2021 van 18 november 2021 Rolnummer 7332 In zake : de prejudiciële vraag over de artikelen 29 tot 32 van de wet van 24 juni 2013 « betreffende de gemeentelijke administratieve sancties », gesteld door de Politier Het Grondwettelijk Hof, samengesteld uit de voorzitters P. Nihoul en L. Lavrysen, en de rechters(...)
GRONDWETTELIJK HOF
Uittreksel uit arrest nr. 161/2021 van 18 november 2021 Rolnummer 7332 In zake : de prejudiciële vraag over de artikelen 29 tot 32 van de
wet van 24 juni 2013Relevante gevonden documenten
type
wet
prom.
24/06/2013
pub.
01/07/2013
numac
2013000441
bron
federale overheidsdienst binnenlandse zaken
Wet betreffende de gemeentelijke administratieve sancties
sluiten « betreffende de gemeentelijke administratieve sancties », gesteld door de Politierechtbank Luik, afdeling Luik.
Het Grondwettelijk Hof, samengesteld uit de voorzitters P. Nihoul en L. Lavrysen, en de rechters J.-P. Moerman, T. Giet, J. Moerman, M. Pâques en D. Pieters, bijgestaan door de griffier P.-Y. Dutilleux, onder voorzitterschap van voorzitter P. Nihoul, wijst na beraad het volgende arrest : I. Onderwerp van de prejudiciële vraag en rechtspleging Bij vonnis van 13 december 2019, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 19 december 2019, heeft de Politierechtbank Luik, afdeling Luik, de volgende prejudiciële vraag gesteld : « Schenden de artikelen 29, 30, 31 en 32 van de wet van 24 juni 2013Relevante gevonden documenten type wet prom. 24/06/2013 pub. 01/07/2013 numac 2013000441 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de gemeentelijke administratieve sancties sluiten betreffende de gemeentelijke administratieve sancties de artikelen 10, 11 en 13 van de Grondwet, al dan niet in samenhang gelezen met artikel 6, lid 1, van het Europees Verdrag voor de rechten van de mens, in die zin geïnterpreteerd : - dat uit de gecombineerde lezing ervan volgt dat wanneer de overtreder zijn verweermiddelen buiten de termijn bepaald in artikel 29, § 1, aan de sanctionerend ambtenaar heeft medegedeeld of wanneer hij geen verweermiddelen aan die sanctionerend ambtenaar heeft toegezonden, zijn hoger beroep bij de politierechtbank onontvankelijk zou zijn, hetgeen tot gevolg zou hebben dat hem de toegang tot een onpartijdige en onafhankelijke rechter wordt ontzegd ? ». (...) III. In rechte (...) B.1. Artikel 29 van de wet van 24 juni 2013Relevante gevonden documenten type wet prom. 24/06/2013 pub. 01/07/2013 numac 2013000441 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de gemeentelijke administratieve sancties sluiten « betreffende de gemeentelijke administratieve sancties » (hierna : de wet van 24 juni 2013Relevante gevonden documenten type wet prom. 24/06/2013 pub. 01/07/2013 numac 2013000441 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de gemeentelijke administratieve sancties sluiten), dat onder meer betrekking heeft op de procedure in geval van een overtreding betreffende het parkeren bedoeld in artikel 3, 3°, van dezelfde wet, bepaalt : « § 1. De sanctionerend ambtenaar deelt binnen de vijftien dagen na ontvangst van de vaststelling van de inbreuk, bij gewone zending, aan de overtreder de gegevens mee met betrekking tot de vastgestelde feiten en de begane inbreuk, alsmede het bedrag van de administratieve geldboete.
De administratieve boete wordt betaald door de overtreder binnen dertig dagen na de kennisgeving ervan, tenzij de overtreder binnen deze termijn zijn verweermiddelen bij gewone zending laat geworden aan de sanctionerend ambtenaar. De overtreder kan binnen deze termijn op zijn verzoek worden gehoord wanneer het bedrag van de administratieve geldboete hoger ligt dan 70 euro. § 2. Verklaart de sanctionerend ambtenaar de verweermiddelen niet gegrond, dan brengt hij de overtreder hiervan op een met redenen omklede wijze op de hoogte met verwijzing naar de te betalen administratieve geldboete die binnen een nieuwe termijn van dertig dagen na deze kennisgeving moet worden betaald. § 3. Wordt de administratieve geldboete niet betaald binnen de eerste termijn van dertig dagen, dan wordt, behoudens in geval van verweermiddelen, een herinnering verstuurd met uitnodiging tot betaling binnen een nieuwe termijn van dertig dagen te rekenen vanaf de kennisgeving van die herinnering ».
B.2.1. De artikelen 30 tot 32 van de wet van 24 juni 2013Relevante gevonden documenten type wet prom. 24/06/2013 pub. 01/07/2013 numac 2013000441 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de gemeentelijke administratieve sancties sluiten regelen de beroepen die kunnen worden ingesteld tegen de beslissing om een administratieve geldboete op te leggen.
B.2.2. Artikel 30 bepaalt : « De beslissing tot het opleggen van een administratieve geldboete heeft uitvoerbare kracht na het verstrijken van één maand vanaf de dag van de kennisgeving, behoudens wanneer hoger beroep wordt aangetekend overeenkomstig artikel 31 ».
B.2.3. Artikel 31 bepaalt : « § 1. De gemeente of de overtreder, in geval van een administratieve geldboete, kan een beroep instellen bij geschreven verzoekschrift bij de politierechtbank, volgens de burgerlijke procedure, binnen een maand na kennisgeving van de beslissing.
Wanneer de beslissing van de sanctionerend ambtenaar betrekking heeft op minderjarigen, wordt het beroep ingediend via kosteloos verzoekschrift bij de jeugdrechtbank. [...] De politierechtbank of de jeugdrechtbank beslissen in het kader van een tegensprekelijk en openbaar debat, over het beroep ingesteld tegen de administratieve sanctie zoals bedoeld in artikel 4, § 1, 1°. Zij oordelen over de wettelijkheid en de proportionaliteit van de opgelegde geldboete.
Zij kunnen de beslissing van de sanctionerend ambtenaar ofwel bevestigen ofwel herzien. [...] De beslissing van de politierechtbank of van de jeugdrechtbank is niet vatbaar voor hoger beroep. [...] Onverminderd het eerste tot het zevende lid en de voormelde wet van 8 april 1965Relevante gevonden documenten type wet prom. 08/04/1965 pub. 02/08/2010 numac 2010000404 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de jeugdbescherming, het ten laste nemen van minderjarigen die een als misdrijf omschreven feit hebben gepleegd en het herstel van de door dit feit veroorzaakte schade. - Officieuze coördinatie in het Duits type wet prom. 08/04/1965 pub. 15/01/2008 numac 2007001067 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot instelling van de arbeidsreglementen type wet prom. 08/04/1965 pub. 02/10/2014 numac 2014000683 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot instelling van het wettelijk depot bij de Koninklijke bibliotheek van België. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten, zijn de bepalingen van het Gerechtelijk Wetboek van toepassing op het beroep bij de politierechtbank en de jeugdrechtbank. § 2. Wanneer een beroep wordt ingesteld tegen de beslissing van de sanctionerend ambtenaar kan deze laatste of zijn afgevaardigde de gemeente vertegenwoordigen in het kader van de procedure voor de politierechtbank of de jeugdrechtbank ».
B.2.4. Artikel 32 bepaalt : « In afwijking van de in de artikelen 30 en 31 bedoelde termijnen kan de beslissing van de sanctionerend ambtenaar om een administratieve geldboete op te leggen in geval van in artikel 3, 3°, bedoelde inbreuken gedwongen worden uitgevoerd, indien deze administratieve geldboete niet binnen de termijn bedoeld in artikel 29, § 3, werd betaald, tenzij de overtreder binnen deze termijn een beroep instelt ».
B.3. Uit de motivering van de verwijzingsbeslissing blijkt dat het Hof wordt verzocht zich uit te spreken over de grondwettigheid van de artikelen 29 tot 32 van de wet van 24 juni 2013Relevante gevonden documenten type wet prom. 24/06/2013 pub. 01/07/2013 numac 2013000441 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de gemeentelijke administratieve sancties sluiten, in zoverre die wetsbepalingen een overtreder die geen verweermiddelen heeft medegedeeld aan de sanctionerend ambtenaar die hem een administratieve geldboete heeft opgelegd wegens een overtreding van de parkeerregels bedoeld in artikel 3, 3°, van die wet, zouden verbieden om bij de politierechtbank een beroep in te stellen tegen de beslissing van die ambtenaar.
B.4.1. Uit de paragrafen 1 en 3 van artikel 29 van de wet van 24 juni 2013Relevante gevonden documenten type wet prom. 24/06/2013 pub. 01/07/2013 numac 2013000441 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de gemeentelijke administratieve sancties sluiten blijkt dat, wanneer een overtreder geen verweermiddelen heeft medegedeeld aan de sanctionerend ambtenaar die hem in kennis heeft gesteld van het bedrag van de administratieve geldboete die verschuldigd is wegens een overtreding van de parkeerregels bedoeld in artikel 3, 3°, van die wet, en hij die geldboete niet heeft betaald binnen dertig dagen na die inkennisstelling, de overtreder een herinnering moet ontvangen met uitnodiging tot betaling van die boete binnen dertig dagen na de kennisgeving van die herinnering.
B.4.2. Uit de eerste twee zinnen van artikel 31 van de wet van 24 juni 2013Relevante gevonden documenten type wet prom. 24/06/2013 pub. 01/07/2013 numac 2013000441 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de gemeentelijke administratieve sancties sluiten blijkt dat elke meerderjarige overtreder aan wie een sanctionerend ambtenaar een administratieve geldboete oplegt met toepassing van die wet, tegen die administratieve beslissing een beroep kan instellen bij de politierechtbank.
B.4.3. Noch artikel 31 van de wet van 24 juni 2013Relevante gevonden documenten type wet prom. 24/06/2013 pub. 01/07/2013 numac 2013000441 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de gemeentelijke administratieve sancties sluiten, noch enige andere in het geding zijnde wetsbepaling vermeldt dat dit beroep slechts ontvankelijk is op voorwaarde dat de overtreder vooraf verweermiddelen heeft medegedeeld aan de sanctionerend ambtenaar.
Artikel 32 van dezelfde wet bepaalt overigens dat een overtreder die, wegens niet-betaling van de door de ambtenaar meegedeelde geldboete of omdat hij zijn verweermiddelen niet kenbaar heeft gemaakt binnen de termijn van dertig dagen bedoeld in artikel 29, § 1, van de wet van 24 juni 2013Relevante gevonden documenten type wet prom. 24/06/2013 pub. 01/07/2013 numac 2013000441 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de gemeentelijke administratieve sancties sluiten, de herinnering bedoeld in artikel 29, § 3, van dezelfde wet heeft ontvangen, nog steeds een beroep kan instellen bij de politierechtbank binnen dertig dagen na kennisgeving van die herinnering, zonder dat de ontvankelijkheid van dat beroep afhankelijk wordt gesteld van de mededeling van verweermiddelen binnen die laatste termijn.
B.4.4. Uit het voorgaande blijkt dat de in B.3 vermelde interpretatie van de wetsbepalingen kennelijk onjuist is.
Om die redenen, het Hof zegt voor recht : De prejudiciële vraag behoeft geen antwoord.
Aldus gewezen in het Frans en het Nederlands, overeenkomstig artikel 65 van de bijzondere wet van 6 januari 1989Relevante gevonden documenten type wet prom. 06/01/1989 pub. 18/02/2008 numac 2008000108 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Bijzondere wet op het Arbitragehof sluiten op het Grondwettelijk Hof, op 18 november 2021.
De griffier, P.-Y. Dutilleux De voorzitter, P. Nihoul