gepubliceerd op 02 december 2020
Uittreksel uit arrest nr. 89/2020 van 18 juni 2020 Rolnummer 7112 In zake : het beroep tot vernietiging van artikel 1469, § 1, vierde lid, van het Burgerlijk Wetboek, zoals dat artikel werd vervangen bij artikel 34 van de wet van 22 juli Het Grondwettelijk Hof, samengesteld uit de voorzitters F. Daoût en A. Alen, en de rechters T. M(...)
GRONDWETTELIJK HOF
Uittreksel uit arrest nr. 89/2020 van 18 juni 2020 Rolnummer 7112 In zake : het beroep tot vernietiging van artikel 1469, § 1, vierde lid, van het Burgerlijk Wetboek, zoals dat artikel werd vervangen bij artikel 34 van de
wet van 22 juli 2018Relevante gevonden documenten
type
wet
prom.
22/07/2018
pub.
27/07/2018
numac
2018040546
bron
federale overheidsdienst justitie
Wet tot wijziging van het Burgerlijk Wetboek en diverse andere bepalingen wat het huwelijksvermogensrecht betreft en tot wijziging van de wet van 31 juli 2017 tot wijziging van het Burgerlijk Wetboek wat de erfenissen en de giften betreft en tot wijziging van diverse bepalingen ter zake
sluiten « tot wijziging van het Burgerlijk Wetboek en diverse andere bepalingen wat het huwelijksvermogensrecht betreft en tot wijziging van de wet van 31 juli 2017 tot wijziging van het Burgerlijk Wetboek wat de erfenissen en de giften betreft en tot wijziging van diverse bepalingen ter zake », ingesteld door de « Ordre des barreaux francophones et germanophone ».
Het Grondwettelijk Hof, samengesteld uit de voorzitters F. Daoût en A. Alen, en de rechters T. Merckx-Van Goey, T. Giet, R. Leysen, J. Moerman en M. Pâques, bijgestaan door de griffier F. Meersschaut, onder voorzitterschap van voorzitter F. Daoût, wijst na beraad het volgende arrest : I. Onderwerp van het beroep en rechtspleging Bij verzoekschrift dat aan het Hof is toegezonden bij op 24 januari 2019 ter post aangetekende brief en ter griffie is ingekomen op 4 februari 2019 heeft de « Ordre des barreaux francophones et germanophone », bijgestaan en vertegenwoordigd door Mr. J.-L. Renchon en Mr. M. Verdussen, advocaten bij de balie te Brussel, beroep tot vernietiging ingesteld van artikel 1469, § 1, vierde lid, van het Burgerlijk Wetboek, zoals dat artikel werd vervangen bij artikel 34 van de wet van 22 juli 2018Relevante gevonden documenten type wet prom. 22/07/2018 pub. 27/07/2018 numac 2018040546 bron federale overheidsdienst justitie Wet tot wijziging van het Burgerlijk Wetboek en diverse andere bepalingen wat het huwelijksvermogensrecht betreft en tot wijziging van de wet van 31 juli 2017 tot wijziging van het Burgerlijk Wetboek wat de erfenissen en de giften betreft en tot wijziging van diverse bepalingen ter zake sluiten « tot wijziging van het Burgerlijk Wetboek en diverse andere bepalingen wat het huwelijksvermogensrecht betreft en tot wijziging van de wet van 31 juli 2017 tot wijziging van het Burgerlijk Wetboek wat de erfenissen en de giften betreft en tot wijziging van diverse bepalingen ter zake » (bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad van 27 juli 2018). (...) II. In rechte (...) B.1. Bij artikel 34 van de wet van 22 juli 2018Relevante gevonden documenten type wet prom. 22/07/2018 pub. 27/07/2018 numac 2018040546 bron federale overheidsdienst justitie Wet tot wijziging van het Burgerlijk Wetboek en diverse andere bepalingen wat het huwelijksvermogensrecht betreft en tot wijziging van de wet van 31 juli 2017 tot wijziging van het Burgerlijk Wetboek wat de erfenissen en de giften betreft en tot wijziging van diverse bepalingen ter zake sluiten « tot wijziging van het Burgerlijk Wetboek en diverse andere bepalingen wat het huwelijksvermogensrecht betreft en tot wijziging van de wet van 31 juli 2017 tot wijziging van het Burgerlijk Wetboek wat de erfenissen en de giften betreft en tot wijziging van diverse bepalingen ter zake » (hierna : de wet van 22 juli 2018Relevante gevonden documenten type wet prom. 22/07/2018 pub. 27/07/2018 numac 2018040546 bron federale overheidsdienst justitie Wet tot wijziging van het Burgerlijk Wetboek en diverse andere bepalingen wat het huwelijksvermogensrecht betreft en tot wijziging van de wet van 31 juli 2017 tot wijziging van het Burgerlijk Wetboek wat de erfenissen en de giften betreft en tot wijziging van diverse bepalingen ter zake sluiten) wordt artikel 1469 van het Burgerlijk Wetboek vervangen, waarvan paragraaf 1 voortaan bepaalt : « Echtgenoten die kiezen voor het stelsel van scheiding van goederen kunnen aan dit stelsel alle bedingen toevoegen die met dat stelsel verenigbaar zijn.
Zij kunnen onder meer bedingen toevoegen met betrekking tot de bewijsvoering, tussen hen, van exclusief eigendomsrecht, met betrekking tot het bewijs van vorderingen die de ene tegen de andere kan inroepen, en bedingen ter nadere regeling van enige onverdeeldheid of doelvermogen die tussen hen zou bestaan.
Zij kunnen ook bedingen opnemen die ertoe strekken een verrekening tussen hun vermogens te verwezenlijken, met name door toevoeging van een beding van verrekening van aanwinsten.
De artikelen 1429bis, 1458, 1464 en 1465 zijn van overeenkomstige toepassing ».
B.2.1. De Ministerraad voert aan dat het beroep niet ontvankelijk is, in zoverre de « Ordre des barreaux francophones et germanophone » niet doet blijken van het vereiste belang.
B.2.2. De Grondwet en de bijzondere wet van 6 januari 1989Relevante gevonden documenten type wet prom. 06/01/1989 pub. 18/02/2008 numac 2008000108 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Bijzondere wet op het Arbitragehof sluiten op het Grondwettelijk Hof vereisen dat elke natuurlijke persoon of rechtspersoon die een beroep tot vernietiging instelt, doet blijken van een belang. Van het vereiste belang doen slechts blijken de personen wier situatie door de bestreden norm rechtstreeks en ongunstig zou kunnen worden geraakt; bijgevolg is de actio popularis niet toelaatbaar.
B.2.3. Artikel 495 van het Gerechtelijk Wetboek, eerste en tweede lid, bepaalt : « De Orde van Vlaamse balies en de Ordre des Barreaux francophones et germanophone hebben, elk voor de balies die er deel van uitmaken, de taak te waken over de eer, de rechten en de gemeenschappelijke beroepsbelangen van hun leden en zijn bevoegd voor de juridische bijstand, de stage, de beroepsopleiding van de advocaten-stagiairs en de vorming van alle advocaten behorende tot de balies die er deel van uitmaken.
Ze nemen initiatieven en maatregelen die nuttig zijn voor de opleiding, de tuchtrechtelijke regels en de loyauteit in het beroep en voor de behartiging van de belangen van de advocaat en van de rechtzoekende ».
B.2.4. De Ordes van de balies zijn publiekrechtelijke beroepscorporaties die bij wet zijn opgericht en die op verplichte wijze al diegenen die het beroep van advocaat uitoefenen groeperen.
De Ordes van de balies kunnen, behoudens de gevallen waarin zij hun persoonlijk belang verdedigen, slechts in rechte treden binnen de opdracht die de wetgever hun heeft toevertrouwd. Aldus kunnen zij in de eerste plaats in rechte treden wanneer zij de beroepsbelangen van hun leden verdedigen of wanneer de uitoefening van het beroep van advocaat in het geding is. Volgens artikel 495, tweede lid, van het Gerechtelijk Wetboek kunnen de Ordes ook initiatieven en maatregelen nemen « die nuttig zijn [...] voor de behartiging van de belangen van de advocaat en van de rechtzoekende ».
B.2.5. Uit artikel 495 van het Gerechtelijk Wetboek, in samenhang gelezen met de artikelen 2 en 87 van de bijzondere wet van 6 januari 1989Relevante gevonden documenten type wet prom. 06/01/1989 pub. 18/02/2008 numac 2008000108 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Bijzondere wet op het Arbitragehof sluiten op het Grondwettelijk Hof, blijkt dat de Ordes van de balies slechts als verzoekende of tussenkomende partij voor het Hof in rechte kunnen treden ter verdediging van het collectieve belang van de rechtzoekenden in zoverre dit verbonden is met de taak en de rol van de advocaat bij de behartiging van de belangen van de rechtzoekende.
Maatregelen die geen enkele weerslag hebben op het recht op toegang tot de rechter, op de rechtsbedeling of op de bijstand die advocaten aan hun cliënten kunnen verlenen, ongeacht of dat gebeurt tijdens een administratief beroep, via een minnelijke schikking of via een geschil dat wordt voorgelegd aan de gewone of administratieve rechtscolleges, vallen bijgevolg buiten het bereik van artikel 495 van het Gerechtelijk Wetboek, in samenhang gelezen met de artikelen 2 en 87 van de bijzondere wet van 6 januari 1989Relevante gevonden documenten type wet prom. 06/01/1989 pub. 18/02/2008 numac 2008000108 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Bijzondere wet op het Arbitragehof sluiten.
B.3.1. Artikel 1469, § 1, van het Burgerlijk Wetboek, zoals dat artikel werd vervangen bij artikel 34 van de wet van 22 juli 2018Relevante gevonden documenten type wet prom. 22/07/2018 pub. 27/07/2018 numac 2018040546 bron federale overheidsdienst justitie Wet tot wijziging van het Burgerlijk Wetboek en diverse andere bepalingen wat het huwelijksvermogensrecht betreft en tot wijziging van de wet van 31 juli 2017 tot wijziging van het Burgerlijk Wetboek wat de erfenissen en de giften betreft en tot wijziging van diverse bepalingen ter zake sluiten, voorziet in de mogelijkheid voor echtgenoten die kiezen voor het stelsel van scheiding van goederen, om aan dat stelsel alle bedingen toe te voegen die met dat stelsel verenigbaar zijn. In het vierde lid ervan, dat wordt bestreden, wordt gepreciseerd dat de artikelen 1429bis, 1458, 1464 en 1465 van overeenkomstige toepassing zijn.
Artikel 1429bis heeft betrekking op het geval waarin de langstlevende echtgenoot onwaardig is om te erven bij de ontbinding van het wettelijk stelsel, terwijl de artikelen 1458, 1464 en 1465 betrekking hebben op overeenkomsten die het wettelijk stelsel kunnen wijzigen.
B.3.2. Die bepalingen bevatten geen enkele regel met betrekking tot het statuut van de advocaat of van de rechtzoekenden. Zij kunnen van toepassing zijn op elke burger, naar aanleiding van het overlijden van zijn ouders of zijn echtgenoot, maar zij betreffen niet rechtstreeks de burgers in hun hoedanigheid van rechtzoekende. Zij hebben geen enkele weerslag op het recht op toegang tot de rechter, op de rechtsbedeling of op de bijstand die advocaten aan hun cliënten kunnen verlenen, ongeacht of dit voorvalt tijdens een administratief beroep, bij een minnelijke schikking of tijdens een geschil dat aan de gewone of de administratieve rechtscolleges is voorgelegd.
B.3.3. De omstandigheid dat de bestreden bepaling talrijke geschillen zou kunnen doen ontstaan die voor de rechtbanken zouden worden gebracht, kan, naast het feit dat zij thans zuiver hypothetisch is, die vaststelling niet wijzigen. Ervan uitgaan dat de loutere mogelijkheid dat de toepassing van een wetsbepaling een geschil doet rijzen, de in artikel 495 van het Gerechtelijk Wetboek beoogde Ordes van balies zou toelaten de vernietiging ervan te vorderen, zou immers erop neerkomen hun de mogelijkheid te bieden de vernietiging te vorderen van elk van de door de verschillende wetgevers aangenomen bepalingen.
B.3.4. Tot slot doet het horen, door de volksvertegenwoordigers tijdens de parlementaire voorbereiding van de bestreden bepaling, van vertegenwoordigers van de « Ordre des barreaux francophones et germanophone », te haren aanzien geen belang ontstaan om bij het Grondwettelijk Hof de vernietiging van die wet te vorderen. De erkende deskundigheid van de « Ordre des barreaux francophones et germanophone » in die aangelegenheid betekent immers niet dat haar situatie, die van de advocaten, of nog, die van de rechtzoekenden die zij bijstaan, zouden worden geraakt door de toepassing van de bepaling waarover zij door de wetgever is geraadpleegd.
B.3.5. De « Ordre des barreaux francophones et germanophone » beschikt niet over het vereiste belang om de vernietiging te vorderen van artikel 1469, § 1, vierde lid, van het Burgerlijk Wetboek, zoals dat artikel werd vervangen bij artikel 34 van de wet van 22 juli 2018Relevante gevonden documenten type wet prom. 22/07/2018 pub. 27/07/2018 numac 2018040546 bron federale overheidsdienst justitie Wet tot wijziging van het Burgerlijk Wetboek en diverse andere bepalingen wat het huwelijksvermogensrecht betreft en tot wijziging van de wet van 31 juli 2017 tot wijziging van het Burgerlijk Wetboek wat de erfenissen en de giften betreft en tot wijziging van diverse bepalingen ter zake sluiten, zodat het beroep onontvankelijk is.
Om die redenen, het Hof verwerpt het beroep.
Aldus gewezen in het Frans, het Nederlands en het Duits, overeenkomstig artikel 65 van de bijzondere wet van 6 januari 1989Relevante gevonden documenten type wet prom. 06/01/1989 pub. 18/02/2008 numac 2008000108 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Bijzondere wet op het Arbitragehof sluiten op het Grondwettelijk Hof, op 18 juni 2020.
De griffier, F. Meersschaut De voorzitter, F. Daoût