gepubliceerd op 20 juli 2022
Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 Bij arrest van 28 juni 2022, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 29 juni 2022, heeft het Hof van Beroep te Antwerpen een prejudiciële vraag « Schendt artikel 8 § 4 van het Wetboek van de Belgische Nationaliteit de artikelen 10 en 11 v(...)
GRONDWETTELIJK HOF
Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere
wet van 6 januari 1989Relevante gevonden documenten
type
wet
prom.
06/01/1989
pub.
18/02/2008
numac
2008000108
bron
federale overheidsdienst binnenlandse zaken
Bijzondere wet op het Arbitragehof
sluiten Bij arrest van 28 juni 2022, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 29 juni 2022, heeft het Hof van Beroep te Antwerpen een prejudiciële vraag gesteld die bij beschikking van het Hof van 12 juli 2022 als volgt werd geherformuleerd : « Schendt artikel 8 § 4 van het Wetboek van de Belgische Nationaliteit de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, al dan niet in samenhang gelezen met artikel 24 BUPO-verdrag, artikel 7 Verdrag over de rechten en het Kind en artikel 6 van het EVRM, doordat er een ongelijke behandeling bestaat voor een persoon van wie de afstamming niet langer blijkt vast te staan vooraleer hij de leeftijd van 18 jaar heeft bereikt of werd ontvoogd en die van rechtswege zijn nationaliteit verliest, daar waar enerzijds een persoon [van wie de afstamming niet langer blijkt vast te staan] nadat hij reeds de leeftijd van 18 jaar heeft bereikt of werd ontvoogd voor die leeftijd zijn nationaliteit behoudt, en anderzijds een persoon pas vervallen wordt verklaard van zijn nationaliteit wegens redenen vermeld in artikel 23 van het Wetboek van de Belgische Nationaliteit en na het voeren van de daartoe geëigende procedure ? ».
Die zaak is ingeschreven onder nummer 7822 van de rol van het Hof.
De griffier, F. Meersschaut