Etaamb.openjustice.be
Arrest Van Het Grondwettelijk Hof
gepubliceerd op 30 maart 2022

Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 Bij arrest nr. 253.027 van 18 februari 2022, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 28 februari 2022, heeft de Raad van State de volgende preju « Schendt artikel 43, § 4, eerste en tweede lid, van de wetten op het gebruik van de talen in (...)

bron
grondwettelijk hof
numac
2022201597
pub.
30/03/2022
prom.
--
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

GRONDWETTELIJK HOF


Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989Relevante gevonden documenten type wet prom. 06/01/1989 pub. 18/02/2008 numac 2008000108 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Bijzondere wet op het Arbitragehof sluiten Bij arrest nr. 253.027 van 18 februari 2022, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 28 februari 2022, heeft de Raad van State de volgende prejudiciële vraag gesteld : « Schendt artikel 43, § 4, eerste en tweede lid, van de wetten op het gebruik van de talen in bestuurszaken, gecoördineerd op 18 juli 1966, de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, al dan niet in samenhang gelezen met artikel 45 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie en met de artikelen 25 en 26 van het Internationaal Verdrag inzake burgerrechten en politieke rechten, in zoverre het taalregime van het toelatingsexamen de taalrol waarbij de ambtenaren worden ingedeeld bepaalt en in zoverre, indien zulk een examen voorgeschreven is, de ambtenaren die het examen, in principe, afleggen in het Nederlands of in het Frans naar gelang van de taal waarin zij, naar luid van het opgelegde diploma, het vereiste getuigschrift of de verklaring van het schoolhoofd, hun onderwijs genoten hebben, vooraf aan de hand van een examen het bewijs kunnen leveren dat zij de andere taal even goed kennen en het toelatingsexamen in die taal kunnen afleggen, terwijl, bij ontstentenis van een toelatingsexamen, het taalregime van het genoten onderwijs, zoals dat blijkt uit het opgelegde diploma, het vereiste getuigschrift of de verklaring van het schoolhoofd, bepalend is, zonder dat men de mogelijkheid heeft om te verzoeken om een indeling die overeenstemt met de bovenvermelde andere taal ? ».

Die zaak is ingeschreven onder nummer 7764 van de rol van het Hof.

De griffier, P.-Y. Dutilleux

^