gepubliceerd op 29 juni 2018
Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 Bij arrest van 8 mei 2018 in zake H. V.C. tegen de gewestelijke stedenbouwkundige ambtenaar van het agentschap Ruimte Vlaanderen, waarvan de expeditie ter griffie van « Schendt artikel 26bis van het decreet van 21 oktober 1997 betreffende het natuurbehoud en het nat(...)
GRONDWETTELIJK HOF
Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere
wet van 6 januari 1989Relevante gevonden documenten
type
wet
prom.
06/01/1989
pub.
18/02/2008
numac
2008000108
bron
federale overheidsdienst binnenlandse zaken
Bijzondere wet op het Arbitragehof
sluiten Bij arrest van 8 mei 2018 in zake H. V.C. tegen de gewestelijke stedenbouwkundige ambtenaar van het agentschap Ruimte Vlaanderen, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 23 mei 2018, heeft de Raad voor Vergunningsbetwistingen de volgende prejudiciële vraag gesteld : « Schendt artikel 26bis van het
decreet van 21 oktober 1997Relevante gevonden documenten
type
decreet
prom.
21/10/1997
pub.
10/01/1998
numac
1997036441
bron
ministerie van de vlaamse gemeenschap
Decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu
sluiten betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in de mate dat voormeld artikel zo moet uitgelegd worden dat deze bepaling geen beoordelingsvrijheid voor de rechter of een grenswaarde zou toelaten en er zich tegen verzet dat er een vergunning wordt verleend voor activiteiten die, rekening houdende met de milderende maatregelen, slechts zeer beperkte of niet-betekenisvolle negatieve effecten kunnen hebben op de natuur in een VEN-gebied, terwijl overeenkomstig artikel 36ter van hetzelfde decreet in de speciale beschermingszones aangeduid in het kader van de Habitat- en Vogelrichtlijn slechts een principieel verbod bestaat om een vergunning te verlenen ingeval er sprake is van een ' betekenisvolle aantasting ' van de natuurlijke kenmerken van de speciale beschermingszone ? ».
Die zaak is ingeschreven onder nummer 6930 van de rol van het Hof.
De griffier, F. Meersschaut