gepubliceerd op 10 juni 2015
Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 Bij arrest van 28 april 2015 in zake de nv « Merit Capital » tegen de Belgische Staat, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 6 mei 2015, heeft « Doet artikel 202 2 , derde lid WDRT [Wetboek diverse rechten en taksen], luidend als vol(...)
GRONDWETTELIJK HOF
Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere
wet van 6 januari 1989Relevante gevonden documenten
type
wet
prom.
06/01/1989
pub.
18/02/2008
numac
2008000108
bron
federale overheidsdienst binnenlandse zaken
Bijzondere wet op het Arbitragehof
sluiten Bij arrest van 28 april 2015 in zake de nv « Merit Capital » tegen de Belgische Staat, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 6 mei 2015, heeft het Hof van Beroep te Antwerpen de volgende prejudiciële vraag gesteld : « Doet artikel 2022, derde lid WDRT [Wetboek diverse rechten en taksen], luidend als volgt: ' Ingeval het verzet tegen dwangschrift verworpen werd, kan geen beroep tegen de rechterlijke beslissing geldig aangetekend worden alvorens het bedrag der verschuldigde sommen geconsigneerd werd. ', een discriminatie ontstaan tussen de vermeende belastingschuldigen die de financiële middelen hebben om het bedrag der verschuldigde sommen te consigneren en dezen die deze middelen niet hebben, en is dit artikel aldus in strijd met artikel 10 en/of 11 van de Grondwet ? ».
Die zaak is ingeschreven onder nummer 6194 van de rol van het Hof.
De griffier, F. Meersschaut