gepubliceerd op 20 mei 2015
Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 Bij twee arresten van 24 maart 2015 in zake Roland Thienpont tegen de Belgische Staat, waarvan de expedities ter griffie van het Hof zijn ingekomen op 3 april 2015, h « Schendt art. 171, 5°, c) WIB 92 de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, doordat er geen objectieve(...)
GRONDWETTELIJK HOF
Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere
wet van 6 januari 1989Relevante gevonden documenten
type
wet
prom.
06/01/1989
pub.
18/02/2008
numac
2008000108
bron
federale overheidsdienst binnenlandse zaken
Bijzondere wet op het Arbitragehof
sluiten Bij twee arresten van 24 maart 2015 in zake Roland Thienpont tegen de Belgische Staat, waarvan de expedities ter griffie van het Hof zijn ingekomen op 3 april 2015, heeft het Hof van Beroep te Gent de volgende prejudiciële vraag gesteld : « Schendt art. 171, 5°, c) WIB 92 de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, doordat er geen objectieve en redelijke verantwoording bestaat voor het gemaakte onderscheid tussen enerzijds compensatievergoedingen die na de stopzetting werden bekomen (art. 28 eerste lid, 3° a WIB 92) afzonderlijk belastbaar tegen het gemiddelde tarief dat van toepassing is op de belastbare inkomsten van het laatste vorige jaar waarin de belastingplichtige een normale beroepsactiviteit heeft uitgeoefend en anderzijds compensatievergoedingen die tijdens de exploitatie werden genoten (art. 27, tweede lid, 4° a WIB 92) afzonderlijk belastbaar aan 16,5 of 33 procent (art. 171, 1°, c) en 171, 4°, b) WIB 1992) ? ».
Die zaken, ingeschreven onder de nummers 6179 en 6180 van de rol van het Hof, werden samengevoegd.
De griffier, F. Meersschaut