gepubliceerd op 06 maart 2015
Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 Bij arrest nr. 229.503 van 9 december 2014 in zake de gemeente Villers-le-Bouillet en anderen tegen het Waalse Gewest, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is 1. « Schendt artikel L4211-3, § 5, van het Waalse Wetboek van de plaatselijke democratie en d(...)
GRONDWETTELIJK HOF
Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere
wet van 6 januari 1989Relevante gevonden documenten
type
wet
prom.
06/01/1989
pub.
18/02/2008
numac
2008000108
bron
federale overheidsdienst binnenlandse zaken
Bijzondere wet op het Arbitragehof
sluiten Bij arrest nr. 229.503 van 9 december 2014 in zake de gemeente Villers-le-Bouillet en anderen tegen het Waalse Gewest, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 13 januari 2015, heeft de Raad van State de volgende prejudiciële vragen gesteld : 1. « Schendt artikel L4211-3, § 5, van het Waalse Wetboek van de plaatselijke democratie en de decentralisatie, dat werd ingevoegd bij het decreet van het Waalse Gewest van 19 december 2012 houdende de algemene ontvangstenbegroting van het Waalse Gewest voor het begrotingsjaar 2013, de artikelen 10 en 11 van de Grondwet in zoverre het de gemeenten die ervoor gekozen hebben een beroep te doen op de geautomatiseerde stemming voor de gemeenteraads- en provincieraadsverkiezingen van oktober 2012 de verplichting oplegt om kosten die aan dat systeem verbonden zijn te betalen, terwijl de gemeenten die er de voorkeur aan hebben gegeven de stemming door middel van papieren stembiljetten te behouden, tot geen enkele vergelijkbare betaling gehouden zijn ? »;2. « Schendt artikel L4211-3, § 5, van het Waalse Wetboek van de plaatselijke democratie en de decentralisatie, dat werd ingevoegd bij het decreet van het Waalse Gewest van 19 december 2012 houdende de algemene ontvangstenbegroting van het Waalse Gewest voor het begrotingsjaar 2013, de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in samenhang gelezen met artikel 190 ervan en met de regel van niet-retroactiviteit van de wetten die onder meer is geformuleerd in artikel 2 van het Burgerlijk Wetboek, in zoverre het, door een bepaling die op 19 december 2012 werd afgekondigd en die op 1 januari 2013 in werking is getreden, dus nadat de kiesverrichtingen verbonden aan de gemeenteraads- en provincieraadsverkiezingen van oktober 2012 waren beëindigd, de gemeenten die in oktober 2011 ervoor gekozen hadden een beroep te doen op de geautomatiseerde stemming voor die verkiezingen de verplichting oplegt de aan dat systeem verbonden kosten te betalen ? »;3. « Schendt artikel L4211-3, § 5, van het Waalse Wetboek van de plaatselijke democratie en de decentralisatie, dat in dat Wetboek werd ingevoegd bij artikel 22 van het decreet van het Waalse Gewest van 19 december 2012 houdende de algemene ontvangstenbegroting van het Waalse Gewest voor het begrotingsjaar 2013, de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, eventueel in samenhang gelezen met artikel 50, § 1, van de bijzondere
wet van 16 januari 1989Relevante gevonden documenten
type
wet
prom.
16/01/1989
pub.
06/11/2008
numac
2008000907
bron
federale overheidsdienst binnenlandse zaken
Bijzondere wet betreffende de financiering van de Gemeenschappen en de Gewesten. - Officieuze coördinatie in het Duits
sluiten betreffende de financiering van de gemeenschappen en de gewesten en met artikel 3 van de wet van 16 mei 2003 tot vaststelling van de algemene bepalingen die gelden voor de begrotingen, de controle op de subsidies en voor de boekhouding van de gemeenschappen en de gewesten, alsook voor de organisatie van de controle door het Rekenhof - die het in artikel 174 van de Grondwet verankerde beginsel van eenjarigheid van de begroting op de gewesten toepassen -, doordat het tussen zijn adressaten en de overige bestuurden een verschil in behandeling creëert in die zin dat de eerstgenoemden worden onderworpen aan een regel die in het Waalse Wetboek van de plaatselijke democratie en de decentralisatie is ingevoegd door een decreet waarvan de gevolgen beperkt zijn in de tijd en dat is aangenomen aan het einde van een van de Regering uitgaande wetgevingsprocedure die wordt geregeld door de bepalingen van het reglement van het Waals Parlement betreffende de begrotingen (artikelen 102 tot 111), tijdens welke artikel 103 van dat reglement niet in acht werd genomen, en die geen raadpleging van de afdeling wetgeving van de Raad van State omvat, terwijl de laatstgenoemden worden onderworpen aan een regel die is vastgesteld bij een permanent decreet, dat werd aangenomen aan het einde van een gewone wetgevingsprocedure die wordt geregeld door de artikelen 86 tot 101bis van hetzelfde reglement en die, indien zij van de Regering uitgaat, onder meer een advies van de afdeling wetgeving van de Raad van State omvat ? ». Die zaak is ingeschreven onder nummer 6139 van de rol van het Hof.
De griffier, P.-Y. Dutilleux