Etaamb.openjustice.be
Arrest Van Het Grondwettelijk Hof
gepubliceerd op 11 december 2014

Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 Bij arrest nr. 228.847 van 21 oktober 2014 in zake B.C. tegen de Belgische Staat, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 4 november 2014, heeft « Is artikel 6 van de wet van 10 april 1990 tot regeling van de private en bijzondere veiligheid, i(...)

bron
grondwettelijk hof
numac
2014207324
pub.
11/12/2014
prom.
--
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

GRONDWETTELIJK HOF


Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989Relevante gevonden documenten type wet prom. 06/01/1989 pub. 18/02/2008 numac 2008000108 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Bijzondere wet op het Arbitragehof sluiten Bij arrest nr. 228.847 van 21 oktober 2014 in zake B.C. tegen de Belgische Staat, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 4 november 2014, heeft de Raad van State de volgende prejudiciële vraag gesteld : « Is artikel 6 van de wet van 10 april 1990Relevante gevonden documenten type wet prom. 10/04/1990 pub. 08/04/2000 numac 2000000153 bron ministerie van binnenlandse zaken Wet op de bewakingsondernemingen, de beveiligingsondernemingen en de interne bewakingsdiensten . - Duitse vertaling sluiten tot regeling van de private en bijzondere veiligheid, in zoverre het iedere persoon van het beroep van veiligheidsagent uitsluit wanneer hij is veroordeeld wegens slagen en verwondingen, zelfs wanneer de veroordeling een werkstraf is, terwijl voor de meeste misdrijven, waaronder die bepaald in de artikelen 433decies en volgende [van het Strafwetboek], die eveneens betrekking hebben op de veiligheid van de personen, die uitsluiting enkel zal gelden bij een veroordeling van zes maanden of meer, bestaanbaar met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet en evenredig met de nagestreefde doelen en met het doel dat wordt nagestreefd door de artikelen 37ter en volgende van het Strafwetboek, namelijk juist de sociale uitsluiting van de veroordeelde vermijden ? ».

Die zaak is ingeschreven onder nummer 6079 van de rol van het Hof.

De griffier, P.-Y. Dutilleux

^