Etaamb.openjustice.be
Arrest Van Het Grondwettelijk Hof
gepubliceerd op 11 december 2014

Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 Bij arrest van 10 oktober 2014 in zake de nv « Garwig » tegen de Openbare Vlaamse Afvalstoffenmaatschappij, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen « Schendt artikel 47 van het decreet van 2 juli 1981 betreffende de voorkoming en het beheer van af(...)

bron
grondwettelijk hof
numac
2014207323
pub.
11/12/2014
prom.
--
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

GRONDWETTELIJK HOF


Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989Relevante gevonden documenten type wet prom. 06/01/1989 pub. 18/02/2008 numac 2008000108 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Bijzondere wet op het Arbitragehof sluiten Bij arrest van 10 oktober 2014 in zake de nv « Garwig » tegen de Openbare Vlaamse Afvalstoffenmaatschappij, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 30 oktober 2014, heeft het Hof van Cassatie de volgende prejudiciële vraag gesteld : « Schendt artikel 47 van het decreet van 2 juli 1981 betreffende de voorkoming en het beheer van afvalstoffen, in de versie toepasselijk voor de wijziging bij decreet van 22 december 2006 houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 2007, de artikelen 10 en 11 Grondwet doordat het in tegenstelling tot andere heffingen van het Vlaamse Gewest, zoals de leegstandsheffingen (artikel 33 decreet van 19 april 1995 houdende maatregelen ter bestrijding en voorkoming van leegstand en verwaarlozing van bedrijfsruimten, artikel 40bis van het decreet van 22 december 1995 houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 1996) of de heffing op de waterverontreiniging (artikel 35septiesdecies, § 1, wet van 26 maart 1971 op de bescherming van de [oppervlaktewateren] tegen verontreiniging), of de grondwaterheffing (artikel 28quaterdecies van het decreet van 24 januari 1984 houdende maatregelen inzake het grondwaterbeheer), niet voorziet in een afwijkende regeling van artikel 1080 Gerechtelijk Wetboek ? ».

Die zaak is ingeschreven onder nummer 6074 van de rol van het Hof.

De griffier, F. Meersschaut

^