gepubliceerd op 29 juli 2013
Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 Bij arrest van 14 juni 2013 in zake de publiekrechtelijke coöperatieve vennootschap « Opera voor Vlaanderen », in vereffening, tegen Linda Devis en anderen, waarvan « Schendt artikel 7 van de wet van 20 juli 1991 houdende sociale en diverse bepalingen het gelijkhe(...)
GRONDWETTELIJK HOF
Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere
wet van 6 januari 1989Relevante gevonden documenten
type
wet
prom.
06/01/1989
pub.
18/02/2008
numac
2008000108
bron
federale overheidsdienst binnenlandse zaken
Bijzondere wet op het Arbitragehof
sluiten Bij arrest van 14 juni 2013 in zake de publiekrechtelijke coöperatieve vennootschap « Opera voor Vlaanderen », in vereffening, tegen Linda Devis en anderen, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 20 juni 2013, heeft het Arbeidshof te Gent de volgende prejudiciële vraag gesteld : « Schendt artikel 7 van de wet van 20 juli 1991 houdende sociale en diverse bepalingen het gelijkheids- en non discriminatiebeginsel van de artikelen 10 en 11 van de Grondwet doordat geïntimeerden (als statutaire personeelsleden van de overheidssector) wier arbeidsverhouding niet werd beëindigd maar door een eenzijdige beslissing van de tewerkstellende overheid in disponibiliteit werden gesteld wegens ambtsopheffing, vanaf het ogenblik dat zij geen aanspraak meer konden maken op wachtgeld, niet kunnen genieten van de onderwerping aan de sociale zekerheid voor de werkloosheidsverzekering, ziekteverzekering, sector uitkeringen en moederschapsverzekering als bepaald in artikel 9 van deze wet, terwijl dit wel het geval is voor de personeelsleden van de overheidssector wier arbeidsverhouding een einde neemt omdat zij eenzijdig wordt verbroken door de overheid of omdat de benoemingsakte wordt vernietigd, ingetrokken, opgeheven of niet wordt hernieuwd, daar waar beide personeelscategorieën niet meer beschikken over inkomsten uit arbeid dan wel wachtgeld ingevolge een tewerkstelling bij deze overheid ? ».
Die zaak is ingeschreven onder nummer 5665 van de rol van het Hof.
De griffier, F. Meersschaut