Collegebesluit nr. 99/104 houdende het sluiten van een samenwerkingsovereenkomst tussen de Provincie Vlaams-Brabant en de Vlaamse Gemeenschapscommissie inzake het opzetten van een OTA-Ondersteuningsteam Allochtone Jongeren in de Bijzondere Jeugdbijstand - Vlaams Brabant en Brussel Het College, Gelet op de artikelen 127, 128, 135, 136, 163, 166, en 178 van de gecoördineerde grondwet van 17 februari 1994;

Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, gewijzigd bij de bijzondere wet van 8 augustus 1988;

Gelet op de bijzondere wet van 12 januari 1989 met betrekking tot de Brusselse instellingen;

Gelet op de bijzondere wet van 5 mei 1993 betreffende de internationale betrekkingen van de Gemeenschappen en Gewesten;

Gelet op de bijzondere wet van 16 juli 1993 tot vervollediging van de federale staatsstructuur;

Gelet op de overeenkomst inzake het uitvoeren van een opdracht « project Ondersteuningsteam Allochtonen - bijzondere jeugdbijstand » tussen de Vlaamse regering en de bestendige deputatie van de provincie Vlaams-Brabant van 21 december 1998;

Gelet op de beslissing van de bestendige deputatie van de provincie Vlaams-Brabant van 17 december 1998;

Na beraadslaging, Besluit :

Artikel 1.Voor de uitvoering van het « project Ondersteuningsteam Allochtonen - bijzondere jeugdbijstand » wordt tussen het provinciebestuur van Vlaams-Brabant en het College van de Vlaamse Gemeenschapscommissie een samenwerkingsovereenkomst gesloten.

Art. 2.Het bevoegd Collegelid Jos Chabert, wordt gemachtigd om bijgevoegde samenwerkingsovereenkomst te tekenen.

De Collegeleden : Jos CHABERT. Rufin GRIJP. Bijlage 1 Samenwerkingsovereenkomst tussen de provincie Vlaams-Brabant en de Vlaamse gemeenschapscommissie inzake het opzetten van een OTA-ondersteuningsteam Allochtone Jongeren in de Bijzondere Jeugdbijstand - Vlaams-Brabant en Brussel Tussen, de bestendige deputatie van de provincie Vlaams-Brabant, vertegenwoordigd door de heer Lodewijk De Witte, Gouverneur, en de heer Jos Vandeputte, Provinciegriffier, en de Vlaamse Gemeenschapscommissie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, vertegenwoordigd door de heer Jos Chabert, Collegelid bevoegd voor cultuur, welzijn, begroting en kansarmoedebestrijding wordt hetgeen volgt overeengekomen,

Artikel 1.De provincie Vlaams-Brabant wordt belast met opzetten en uitwerken van een OTA-Ondersteuningsteam Allochtone Jongeren in de Bijzondere Jeugdbijstand, zoals beschreven in de overeenkomst tussen de provincie en de Vlaamse Gemeenschap.

Art. 2.Het ondersteuningsteam Allochtone Jongeren in de Bijzondere Jeugdbijstand Vlaams-Brabant en Brussel is werkzaam in de provincie Vlaams-Brabant en het tweetalig gebied Brussel Hoofdstad.

Art. 3.De organisatie van het project Ondersteuningsteam Allochtonen in de Bijzondere Jeugdbijstand wordt door de administratie van de provincie Vlaams-Brabant waargenomen. Dit zijn o.a. de coördinatie van de werkzaamheden, het werkgeverschap, het administratief en boekhoudkundig beheer en de transfer van de resultaten naar de Vlaamse Gemeenschap.

Art. 4.De bewaking over een gelijkwaardige werking in Vlaams-Brabant en het tweetalig gebied Brussel Hoofdstad wordt gedaan door de gemeenschappelijke stuurgroep die instaat voor de concrete inhoudelijke werking van het OTA-team.

De stuurgroep bestaat minstens uit de volgende personen en kan steeds, in gemeenschappelijk overleg worden uitgebreid : - een afgevaardigde van de provincie Vlaams-Brabant, - een afgevaardigde van de Vlaamse Gemeenschapscommissie, - de leidende ambtenaren of hun vervanger van het Comité voor Bijzondere Jeugdzorg en de Sociale diensten van de Jeugdrechtbank in het gerechtelijk arrondissement Leuven en Brussel-Halle-Vilvoorde, - een afgevaardigde vanuit de regionale platforms voor Bijzondere Jeugdbijstand Leuven, Brussel-Halle-Vilvoorde en het Brusselse Overlegplatform Jeugd (BOJ), - een afgevaardigde van de regionale integratiecentra PRIC en FOYER. De stuurgroep zal een huishoudelijk reglement opstellen waarin minstens de wijze van oproeping van de leden en de wijze van beslissen wordt vermeld.

Art. 5.Jaarlijks, uiterlijk op 1 juli, bezorgt het OTA een jaarverslag aan de administratie van de VGC en de provincie Vlaams-Brabant. Op basis van een evaluatie zullen in onderling overleg tussen de provincie Vlaams-Brabant en de VGC de accenten voor het volgende werkjaar worden bepaald, incl. een mogelijke uitbreiding van het werkingsgebied naar andere sectoren.

Bij overschrijding van het budget dat door de Vlaamse Gemeenschap wordt toegekend voor het uitvoeren van het OTA, zullen de kosten, in gemeenschappelijke afspraak, gelijk tussen beide partners worden verdeeld.

Art. 6.Deze overeenkomst vangt aan op 1 januari 1999 en eindigt op 21 december 1999. Ze wordt verlengd met periodes van maximum één jaar, tenzij de opzegging minstens 3 maanden op voorhand door één van de partijen per aangetekende brief wordt betekend.

Opgemaakt te Leuven in 3 exemplaren, Het provinciebestuur in uitvoering van een beslissing van de bestendige deputatie d.d. 17 december 1998.

De Gouverneur, Lodewijk De Witte.

De Provinciegriffier, Jos Vandeputte.

De Vlaamse Gemeenschapscommissie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest in uitvoering van een beslissing van het college d.d. 26 maart 1999.

Collegelid bevoegd voor Welzijn, Jos CHABERT