← Retour vers "Décret portant assentiment à l'Accord de coopération entre le Gouvernement de la Communauté française de Belgique et le Gouvernement wallon, d'une part, et le Gouvernement du Grand-Duché de Luxembourg, d'autre part, fait à Luxembourg le 6 mai 1999 "
| Décret portant assentiment à l'Accord de coopération entre le Gouvernement de la Communauté française de Belgique et le Gouvernement wallon, d'une part, et le Gouvernement du Grand-Duché de Luxembourg, d'autre part, fait à Luxembourg le 6 mai 1999 | Decreet houdende de goedkeuring van het Samenwerkingsakkoord tussen, enerzijds, de Regering van de Franse Gemeenschap van België en de Waalse Regering en, anderzijds, de Regering van het Groothertogdom Luxemburg, gemaakt te Luxemburg op 6 mei 1999 |
|---|---|
| MINISTERE DE LA COMMUNAUTE FRANÇAISE | MINISTERIE VAN DE FRANSE GEMEENSCHAP |
| 23 MARS 2000. - Décret portant assentiment à l'Accord de coopération | 23 MAART 2000. - Decreet houdende de goedkeuring van het |
| entre le Gouvernement de la Communauté française de Belgique et le | Samenwerkingsakkoord tussen, enerzijds, de Regering van de Franse |
| Gouvernement wallon, d'une part, et le Gouvernement du Grand-Duché de | Gemeenschap van België en de Waalse Regering en, anderzijds, de |
| Luxembourg, d'autre part, fait à Luxembourg le 6 mai 1999 (1) | Regering van het Groothertogdom Luxemburg, gemaakt te Luxemburg op 6 mei 1999 (1) |
| Le Conseil de la Communauté française a adopté et Nous, Gouvernement, | De Franse Gemeenschapsraad heeft aangenomen en Wij, Regering, |
| sanctionnons ce qui suit : | bekrachtigen hetgeen volgt : |
| Article unique. L'Accord de coopération entre le Gouvernement de la | Enig artikel. Het samenwerkingsakkoord tussen, enerzijds, de Regering |
| Communauté française de Belgique et le Gouvernement wallon, d'une | van de Franse Gemeenschap van België en de Waalse Regering en, |
| part, et le Gouvernement du Grand-Duché de Luxembourg, d'autre part, | |
| fait à Luxembourg le 6 mai 1999, sortira son plein et entier effet en | anderzijds, de Regering van het Groothertogdom Luxemburg, gemaakt op 6 |
| ce qui concerne la Communauté française. | |
| Promulguons le présent décret, ordonnons qu'il soit publié au Moniteur | mei 1999, zal volledig in werking treden wat de Franse Gemeenschap |
| belge. | betreft. |
| Verkondigen onderhavig decreet, bevelen dat het in het Belgisch | |
| Staatsblad moet verschijnen. | |
| Bruxelles, le 23 mars 2000. | Brussel, 23 maart 2000. |
| Le Ministre-Président, chargé des Relations internationales, | De Minister-President, belast met Internationale Betrekkingen, |
| H. HASQUIN | H. HASQUIN |
| Le Ministre du Budget, de la Culture et des Sports, | De Minister van Begroting, Cultuur en Sport, |
| R. COLLIGNON. | R. COLLIGNON |
| Le Ministre de l'Enfance, | De Minister van Kinderwelzijn, |
| chargé de l'Enseignement fondamental, de l'accueil et des missions | belast met Lager Onderwijs, het onthaal en de opdrachten aan O.N.E., |
| confiées à l'O.N.E., | |
| J.-M. NOLLET | J.-M. NOLLET |
| Le Ministre de l'Enseignement secondaire, des Arts et des Lettres, | De Minister van Secuncair Onderwijs, Kunsten en Letteren, |
| P. HAZETTE | P. HAZETTE |
| La Ministre de l'Enseignement supérieur et de la Recherche scientifique, | De Minister van Hoger Onderwijs en Wetenschappelijk Onderzoek, |
| Mme F. DUPUIS | Mevr. F. DUPUIS |
| La Ministre de l'Audiovisuel, | De Minister van de Audiovisuele Sector, |
| Mme C. DE PERMENTIER | Mevr. C. DE PERMENTIER |
| Le Ministre de la Jeunesse, de la Fonction publique et de | De Minister van Jeugdzaken, Openbaar Ambt en Onderwijs voor sociale |
| l'Enseignement de promotion sociale, | promotie, |
| Y. YLIEFF | Y. YLIEFF |
| La Ministre de l'Aide à la Jeunesse et de la Santé, | De Minister van Jeugdzorg en Gezondheid, |
| Mme N. MARECHAL | Mevr. N. MARECHAL |
| _______ | _______ |
| Note | Nota |
| (1) Session 1999-2000. | (1) Zitting 1999-2000 |
| Documents du Conseil. - Projet de décret, n° 41-1. - Rapport, n° 41-2. | Documenten van de Raad. - Ontwerpdecreet, nr. 41-1. - Verslag nr. 41-2. |
| Compte rendu intégral. - Discussion et adoption. Séance du 29 février | Integraal verslag. - Bespreking en aanneming. Zitting van 29 februari |
| 2000. | 2000. |
| Accord de coopération entre le Gouvernement de la Communauté française | Samenwerkingsakkoord tussen, enerzijds, de Regering van de Franse |
| de Belgique et le Gouvernement wallon, d'une part, et le Gouvernement du Grand-Duché de Luxembourg, d'autre part Le Gouvernement de la Communauté française de Belgique et le Gouvernement wallon, d'une part, et le Gouvernement du Grand-Duché de Luxembourg, d'autre part, ci-après dénommés les Parties, Se fondant sur les liens d'amitié et de coopération qui existent entre eux; Considérant l'intérêt des Parties pour une coopération bilatérale globale; Considérant les actions et les intérêts communs développés au niveau de la Francophonie; Compte tenu : - des négociations en vue de la conclusion d'un accord de coopération transfrontalière entre le Grand-Duché de Luxembourg, les Communautés française et germanophone de Belgique, la Région wallonne, la France et l'Allemagne; | Gemeenschap van Belgie en de Waalse Regering en, anderzijds, de Regering van het Groothertogdom Luxemburg De Regering van de Franse Gemeenschap van België en de Waalse Regering, enerzijds, en de Regering van het Groothertogdom Luxemburg, anderzijds, hierna de Partijen genoemd, zich baserend op hun onderlinge banden van vriendschap en samenwerking; overwegende het belang van de Partijen voor een globale bilaterale samenwerking; overwegende de gemeenschappelijke initiatieven en belangen voor de Francofonie; rekening houdend met - de onderhandelingen die moeten leiden tot een grensoverschrijdend samenwerkingsakkoord tussen het Groothertogdom Luxemburg, de Franse en Duitstalige Gemeenschap van België, het Waals Gewest, Frankrijk en Duitsland : |
| - de la Convention du 25 juillet 1921 instituant l'Union économique | - het Verdrag van 25 juli 1921 tot invoering van de |
| belgo-luxembourgeoise; | Belgisch-Luxemburgse economische Unie : |
| - du programme de coopération transfrontalière | - het grensoverschrijdend samenwerkingsakkoord |
| Wallonie-Lorraine-Luxembourg « Interreg II » financé par l'Union | Wallonië-Lorraine-Luxemburg « Interreg II » dat gefinancierd wordt |
| européenne; | door de Europese Unie : |
| - de l'Accord culturel entre le Royaume de Belgique et le Grand-Duché | - het Cultureel akkoord tussen het Koninkrijk België en het |
| de Luxembourg, signé à Bruxelles le 22 février 1967; | Groothertogdom Luxemburg, ondertekend te Brussel op 22 februari 1967 : |
| - de la nouvelle situation constitutionnelle belge accordant aux | - de nieuwe Belgische Grondwet die de Gemeenschappen en Gewesten |
| Communautés et aux Régions la compétence de signer des traités | toelaat om internationale verdragen te sluiten voor de aangelegenheden |
| internationaux dans les matières de leurs compétences exclusives, | die onder hun exclusieve bevoegdheden ressorteren, |
| Sont convenus de ce qui suit : | zijn overeengekomen hetgeen volgt : |
Article 1er.Les Parties mettront en oeuvre une coopération en se |
Artikel 1.De Partijen zullen een samenwerkingsverband op het getouw |
| fondant sur leurs dispositions constitutionnelles respectives et en | zetten op grond van hun respectieve grondwettelijke bepalingen en met |
| respectant leurs obligations internationales. | eerbied voor hun internationale verbintenissen. |
Art. 2.La Région wallonne et le Grand-Duché de Luxembourg mettront en |
Art. 2.Het Waals Gewest en het Groothertogdom Luxemburg zullen |
| oeuvre une coopération couvrant l'ensemble des compétences de la | samenwerken voor alle bevoegdheden die ressorteren onder het Waals |
| Région wallonne. | Gewest. |
Art. 3.La Communauté française de Belgique et le Grand-Duché de |
Art. 3.De Franse Gemeenschap van België en het Groothertogdom |
| Luxembourg mettront en oeuvre une coopération couvrant l'ensemble des | Luxemburg zullen samenwerken voor alle bevoegdheden die ressorteren |
| compétences de la Communauté française. | onder de Franse Gemeenschap. |
Art. 4.La coopération entre les Parties prendra les formes suivantes |
Art. 4.De samenwerking tussen de Partijen zal zich op de volgende |
| : | vlakken uiten : |
| 1° échange permanent d'informations et d'expériences; | 1° permanente uitwisseling van informatie en ervaringen; |
| 2° échange de personnes; | 2° uitwisseling van personen; |
| 3° octroi mutuel de bourses de stage, de recherche, de spécialisation | 3° wederzijdse toekenning van stage-, onderzoeks-, specialisatie- en |
| et/ou d'été; | zomervakantiebeurzen; |
| 4° conclusion d'accords particuliers, y compris techniques; | 4° afsluiten van bijzondere akkoorden, ook technische akkoorden; |
| 5° collaboration directe entre institutions intéressées (Chambres de | 5° rechtstreekse samenwerking tussen de betrokken instellingen (Kamers |
| commerce, universités, entreprises, associations, organismes | van koophandel, universiteiten, ondernemingen, verenigingen, culturele |
| culturels, établissements scolaires, etc . ); | instellingen, onderwijsinstellingen, enz.); |
| 6° élaboration et réalisation de projets conjoints; | 6° uitwerking en verwezenlijking van gezamenlijke projecten; |
| 7° échanges (transfert réciproque) de technologie et de savoir-faire, | 7° uitwisselingen (wederzijdse overdracht) van technologieën en |
| notamment dans le domaine de l'environnement; | kennis, met name op het vlak van leefmilieu; |
| 8° promotion réciproque de produits et de services; | 8° wederzijdse promotie van producten en diensten; |
| 9° organisation de rencontres professionnelles, séminaires, ateliers, | 9° organiseratie van professionele ontmoetingen, seminaries, |
| etc . ; | workshops, enz.; |
| 10° réalisation d'études et d'expertises; | 10° uitvoering van studies en expertises; |
| 11° promotion de partenariats interentreprises (petites et moyennes | 11° promotie van partnerschapsverbanden tussen bedrijven (kleine en |
| entreprises); | middelgrote ondernemingen); |
| 12° création de sociétés mixtes, le cas échéant; | 12° desgevallend, de oprichting van gemengde bedrijven; |
| 13° promotion de partenariats locaux. | 13° aanmoedigen van lokale partnerschapsverbanden. |
Art. 5.Les Parties collaboreront dans la mesure du possible dans le cadre des organisations multilatérales. Elles veilleront à ce que toutes les possibilités offertes par ces organisations et institutions pour participer ensemble à des programmes de développement soient prises en considération. Elles favoriseront la coopération interrégionale et la coopération entre autorités locales, notamment dans le cadre des programmes européens. Les Parties se concerteront pour mener en commun des projets dans le cadre de l'organisation internationale de la Francophonie. |
Art. 5.De Partijen zullen, in de mate van het mogelijke, samenwerken in de schoot van multilaterale organisaties. Zij zullen erop toezien dat alle door deze organisaties en instellingen aangeboden kansen om gezamenlijk deel te nemen aan ontwikkelingsprogramma's in aanmerking genomen worden. Zij zullen de interregionale samenwerking en de samenwerking tussen plaatselijke overheden, met name in het raam van Europese programma's, aanmoedigen. De Partijen zullen overleg plegen voor gezamenlijke projecten die op het getouw worden gezet in het raam van de internationale organisatie van de Francofonie. |
Art. 6.Afin d'assurer l'exécution du présent Accord, les Parties |
Art. 6.Voor de uitvoering van onderhavig akkoord zullen de Partijen |
| créeront une Commission mixte permanente. Celle-ci se réunira tous les | een vaste gemengde Commissie oprichten die iedere twee jaar zal |
| deux ans, alternativement au Grand-Duché de Luxembourg et en Wallonie ou à Bruxelles. Lors de sa première réunion, la Commission mixte définira les modalités et les règles de son fonctionnement. La Commission mixte établira à chaque fois le programme d'exécution de l'Accord. Art. 7.Les ministres chargés des Relations internationales pour chacune des Parties, et/ou les ministres sectoriellement compétents, se rencontreront à intervalles réguliers pour évaluer la coopération en cours et définir, le cas échéant, de nouvelles orientations. |
samenkomen, afwisselend in het Groothertogdom Luxemburg en Wallonië of Brussel. Tijdens de eerste vergadering zal de gemengde Commissie de regelen en wijzen van haar werking vastleggen. De gemengde Commissie zal telkens het uitvoeringsprogramma van het Akkoord vaststellen. Art. 7.De ministers bevoegd voor internationale betrekkingen van elkeen van de Partijen en/of de voor de sectoren bevoegde ministers zullen op regelmatige tijdstippen samenkomen om de lopende samenwerking te evalueren en desgevallend, nieuwe koersen uit te stippelen. |
Art. 8.En ce qui concerne la Communauté française de Belgique, |
Art. 8.De uitvoering van onderhavig Akkoord treedt, wat de Franse |
| l'exécution du présent Accord remplacera celle de l'Accord culturel | Gemeenschap betreft, in de plaats van het Cultureel akkoord tussen het |
| entre le Royaume de Belgique et le Grand-Duché de Luxembourg, signé à | Koninkrijk België en het Groothertogdom Luxemburg, ondertekend te |
| Bruxelles le 22 février 1967. | Brussel op 22 februari 1967. |
Art. 9.Le présent Accord entrera en vigueur à la date de réception |
Art. 9.Onderhavig Akkoord zal in voege treden op de dag dat de |
| par la voie diplomatique de la dernière des notifications, par | Partijen, via diplomatieke post, de laatste betekeningen ontvangen |
| laquelle les Parties se seront informées mutuellement de | waarin deze wederzijds op de hoogte worden gebracht van de beëindiging |
| l'accomplissement des procédures internes pour son entrée en vigueur. | van de interne procedures voor de inwerkingtreding ervan. |
| L'Accord est conclu pour une période de cinq ans et sera prorogé | Het Akkoord wordt gesloten voor een periode van vijf jaar en zal |
| automatiquement pour des périodes de trois ans, à moins que l'une des | automatisch verlengd worden voor periodes van drie jaar, tenzij één |
| Parties ne le dénonce par écrit au moins six mois avant l'expiration | van de Partijen dit schriftelijk en binnen de zes maanden voor het |
| de la période de validité. | verstrijken van de geldigheidsdatum, opzegt. |
| Fait à Luxembourg, le 6 mai 1999, en trois exemplaires originaux, | Gedaan te Luxemburg, op 6 mei 1999, in drie rechtsgeldige originelen, |
| chacun en langue française, les trois textes faisant également foi. | elk opgesteld in het Frans. |
| Pour le Gouvernement de la Communauté française de Belgique : | Voor de Regering van de Franse Gemeenschap van België : |
| Le Ministre des Relations internationales, | Minister van Internationale Betrekkingen, |
| W. ANCION | W. ANCION |
| Pour le Gouvernement wallon : | Voor de Waalse Regering : |
| Le Ministre des Relations internationales, | Minister van Internationale Betrekkingen, |
| W. ANCION | W. ANCION |
| Pour le Gouvernement du Grand-Duché de Luxembourg : | Voor de Regering van het Groothertogdom Luxemburg : |
| Le Ministre des Affaires étrangères, du Commerce extérieur et de la Coopération, | Minister van Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Samenwerking, |
| J.-F. POOS | J-F POOS |
| Annexe | Bijlage |
| 1. Compétences de la Région wallonne | 1. Bevoegdheden van het Waals Gewest |
| 1° l'économie (expansion, innovation, restructuration, initiative | 1° de economie (expansie, innovatie, herstructurering, |
| industrielle, commerce extérieur, exploitation des richesses | ondernemingsinitiatieven, buitenlandse handel, ontginning van |
| naturelles, y compris la promotion l'artisanat et des PME); | natuurlijke rijkdommen, met inbegrip van de promotie van de ambacht en |
| van de K.M.O.'s); | |
| 2° l'environnement; | 2° het leefmilieu; |
| 3° l'eau et l'assainissement; | 3° het water en de zuivering; |
| 4° la rénovation rurale et la conservation de la nature; | 4° de plattelandsrenovatie en het natuurbehoud; |
| 5° la politique agricole; | 5° het landbouwbeleid; |
| 6° l'aménagement du territoire, la politique et la protection du | 6° de ruimtelijke ordening, het beleid en de bescherming inzake het |
| patrimoine; | patrimonium; |
| 7° le logement; | 7° de huisvesting; |
| 8° la formation professionnelle, l'emploi et la promotion sociale; | 8° de beroepsopleiding, de tewerkstelling en de sociale promotie; |
| 9° la recherche scientifique et technologique; | 9° het wetenschappelijk en technologisch onderzoek; |
| 10° l'énergie; | 10° de energie; |
| 11° les travaux publics et les transports; | 11° de openbare werken en het vervoer; |
| 12° la décentralisation administrative; | 12° de overheidsdecentralisatie; |
| 13° les collectivités locales (provinces et communales); | 13° de lokale gemeenschappen (provincies en gemeenten); |
| 14° le tourisme; | 14° het toerisme; |
| 15° la santé curative; | 15° de curatieve geneeskunde; |
| 16° l'aide aux personnes défavorisées (assistance sociale, aide aux | 16° de bijstand aan kansarmen (sociale bijstand, gehandicaptenhulp, |
| handicapés, troisième âge); | derde leeftijd); |
| 17° les infrastructures sportives. | 17° de sportinfrastructuren. |
| 2. Compétences de la Communauté française | 2. Bevoegdheden van de Franse Gemeenschap |
| 1° la science, y compris la coopération interuniversitaire; | 1° de wetenschap, met inbegrip van de interuniversitaire samenwerking; |
| 2° l'éducation; | 2° het onderwijs; |
| 3° la culture; | 3° de cultuur; |
| 4° la jeunesse; | 4° de jeugd; |
| 5° la presse et l'audiovisuel, y compris les organismes de radio et de | 5° de pers en de audiovisuele sector, met inbegrip van de instellingen |
| télédiffusion; | voor radio en televisie; |
| 6° la santé (prévention, promotion et éducation); | 6° de gezondheid (preventie, promotie en opvoeding); |
| 7° les affaires sociales (enfance, aide à la jeunesse et protection de la jeunesse); | 7° de sociale zaken (kinderwelzijn, jeugdzorg en jeugdbescherming); |
| 8° les sports. | 8° de sporten. |