← Retour vers "Avis prescrit par l'article 74 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 Par jugement du 8 janvier
2014 en cause de Pieter Herman et Sarah Gomperts contre l'Etat belge, dont l'expédition est parvenue
au greffe de la Cour le 22 janvier 2014, le Tribun 1. « L'article 145 24 , § 1 er ,
1°, du CIR 1992, tel qu'il était d'applicat(...)"
Avis prescrit par l'article 74 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 Par jugement du 8 janvier 2014 en cause de Pieter Herman et Sarah Gomperts contre l'Etat belge, dont l'expédition est parvenue au greffe de la Cour le 22 janvier 2014, le Tribun 1. « L'article 145 24 , § 1 er , 1°, du CIR 1992, tel qu'il était d'applicat(...) | Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 Bij vonnis van 8 januari 2014 in zake Pieter Herman en Sarah Gomperts tegen de Belgische Staat, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 22 janua 1. « Schendt artikel 145 24 § 1, 1° WIB92, zoals van toepassing vanaf het aanslagjaa(...) |
---|---|
COUR CONSTITUTIONNELLE | GRONDWETTELIJK HOF |
Avis prescrit par l'article 74 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 | Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 |
Par jugement du 8 janvier 2014 en cause de Pieter Herman et Sarah | januari 1989 Bij vonnis van 8 januari 2014 in zake Pieter Herman en Sarah Gomperts |
Gomperts contre l'Etat belge, dont l'expédition est parvenue au greffe | tegen de Belgische Staat, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof |
de la Cour le 22 janvier 2014, le Tribunal de première instance d'Anvers a posé les questions préjudicielles suivantes : 1. « L'article 14524, § 1er, 1°, du CIR 1992, tel qu'il était d'application à partir de l'exercice d'imposition 2004 et ce, pour toutes les dépenses qui ont été payées jusqu'au 31 décembre 2012, viole-t-il les articles 10 et 11 de la Constitution en ce qu'il prévoit qu'une réduction d'impôt est accordée pour les ' dépenses pour le remplacement des anciennes chaudières ' dans l'interprétation selon laquelle cette disposition n'est pas d'application aux ' dépenses pour le remplacement d'un ancien système de chauffage décentralisé par une nouvelle chaudière ' puisqu'elle instaure ainsi une différence de traitement non justifiée entre les propriétaires d'une habitation existante dotée d'un système de chauffage central et les propriétaires d'une habitation existante dotée d'un système de chauffage décentralisé, alors que ces deux catégories de personnes se trouvent, au regard de l'incidence sur l'environnement visée par cette loi, dans une situation similaire ? »; 2. « L'article 14524, § 1er, 1°, du CIR 1992, tel qu'il était d'application à partir de l'exercice d'imposition 2004 et ce, pour toutes les dépenses qui ont été payées jusqu'au 31 décembre 2012, viole-t-il les articles 10 et 11 de la Constitution en ce qu'il prévoit qu'une réduction d'impôt est accordée pour les ' dépenses pour le remplacement des anciennes chaudières ' dans l'interprétation selon laquelle cette disposition est également d'application aux ' dépenses pour le remplacement d'un ancien système de chauffage décentralisé par une nouvelle chaudière ' puisqu'elle n'instaure ainsi aucune différence de traitement entre les propriétaires d'une habitation existante dotée d'un système de chauffage central et les propriétaires d'une habitation existante dotée d'un système de chauffage décentralisé, étant donné que ces deux catégories de personnes se trouvent, au regard de l'incidence sur l'environnement visée par cette loi, dans une situation similaire ? ». Cette affaire est inscrite sous le numéro 5815 du rôle de la Cour. Le greffier, | is ingekomen op 22 januari 2014, heeft de Rechtbank van eerste aanleg te Antwerpen de volgende prejudiciële vragen gesteld : 1. « Schendt artikel 14524 § 1, 1° WIB92, zoals van toepassing vanaf het aanslagjaar 2004, en zoals van toepassing voor alle uitgaven die werden betaald tot en met 31 december 2012, de artikelen 10 en 11 van de Grondwet in zoverre dat het bepaalt dat er een belastingvermindering wordt verleend voor ' uitgaven voor de vervanging van oude stookketels ' in de interpretatie dat deze bepaling niet van toepassing is op ' uitgaven voor de vervanging van een oud decentraal verwarmingssysteem door een nieuwe stookketel ', vermits het aldus een niet gerechtvaardigd verschil in behandeling invoert tussen eigenaars van een bestaande woning met een centraal verwarmingssysteem en eigenaars van een bestaande woning met een decentraal verwarmingssysteem, terwijl die twee categorieën van personen zich, in het licht van de door deze wet beoogde invloed op het milieu, in een soortgelijke situatie bevinden ? »; 2. « Schendt artikel 14524 § 1, 1° WIB92, zoals van toepassing vanaf het aanslagjaar 2004, en zoals van toepassing voor alle uitgaven die werden betaald tot en met 31 december 2012, de artikelen 10 en 11 van de Grondwet in zoverre dat het bepaalt dat er een belastingvermindering wordt verleend voor ' uitgaven voor de vervanging van oude stookketels ' in de interpretatie dat deze bepaling ook van toepassing is op ' uitgaven voor de vervanging van een oud decentraal verwarmingssysteem door een nieuwe stookketel ', vermits het aldus geen verschil in behandeling invoert tussen eigenaars van een bestaande woning met een centraal verwarmingssysteem en eigenaars van een bestaande woning met een decentraal verwarmingssysteem, aangezien die twee categorieën van personen zich, in het licht van de door deze wet beoogde invloed op het milieu, in een soortgelijke situatie bevinden ? ». Die zaak is ingeschreven onder nummer 5815 van de rol van het Hof. De griffier, |
F. Meersschaut | F. Meersschaut |