Arrêté royal rendant obligatoire la convention collective de travail du 16 novembre 2001, conclue au sein de la Commission paritaire de l'industrie alimentaire, relative aux missions de l'"Institut de Formation professionnelle" dans le cadre de la promotion de l'emploi et de la formation des ouvriers dans l'industrie alimentaire | Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 16 november 2001, gesloten in het Paritair Comité voor de voedingsnijverheid, betreffende de opdrachten van het "Instituut voor Professionele Vorming" in het raam van de bevordering van de werkgelegenheid en van de vorming van de arbeiders in de voedingsnijverheid |
---|---|
SERVICE PUBLIC FEDERAL EMPLOI, TRAVAIL ET CONCERTATION SOCIALE | FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG |
28 SEPTEMBRE 2003. - Arrêté royal rendant obligatoire la convention | 28 SEPTEMBER 2003. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend |
collective de travail du 16 novembre 2001, conclue au sein de la | wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 16 november |
Commission paritaire de l'industrie alimentaire, relative aux missions | 2001, gesloten in het Paritair Comité voor de voedingsnijverheid, |
de l'"Institut de Formation professionnelle" dans le cadre de la | betreffende de opdrachten van het "Instituut voor Professionele |
promotion de l'emploi et de la formation des ouvriers dans l'industrie | Vorming" in het raam van de bevordering van de werkgelegenheid en van |
alimentaire (1) | de vorming van de arbeiders in de voedingsnijverheid (1) |
ALBERT II, Roi des Belges, | ALBERT II, Koning der Belgen, |
A tous, présents et à venir, Salut. | Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. |
Vu la loi du 5 décembre 1968 sur les conventions collectives de | Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve |
travail et les commissions paritaires, notamment l'article 28; | arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel |
Vu la demande de la Commission paritaire de l'industrie alimentaire; | 28; Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de voedingsnijverheid; |
Sur la proposition de Notre Ministre de l'Emploi, | Op de voordracht van Onze Minister van Werk, |
Arrête : | Besluit : |
Article 1er.Est rendue obligatoire la convention collective de |
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage |
travail du 16 novembre 2001, reprise en annexe, conclue au sein de la | overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 16 november 2001, |
gesloten in het Paritair Comité voor de voedingsnijverheid, | |
Commission paritaire de l'industrie alimentaire, relative aux missions | betreffende de opdrachten van het "Instituut voor Professionele |
de l'"Institut de Formation professionnelle" dans le cadre de la | Vorming" in het raam van de bevordering van de werkgelegenheid en van |
promotion de l'emploi et de la formation des ouvriers dans l'industrie | de vorming van de arbeiders in de voedingsnijverheid. |
alimentaire. Art. 2.Notre Ministre de l'Emploi est chargé de l'exécution du |
Art. 2.Onze Minister van Werk is belast met de uitvoering van dit |
présent arrêté. | besluit. |
Donné à Bruxelles, le 28 septembre 2003. | Gegeven te Brussel, 28 september 2003. |
ALBERT | ALBERT |
Par le Roi : | Van Koningswege : |
Le Ministre de l'Emploi, | De Minister van Werk, |
F. VANDENBROUCKE | F. VANDENBROUCKE |
_______ | _______ |
Note | Nota |
(1) Référence au Moniteur belge : | Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : |
Loi du 5 décembre 1968, Moniteur belge du 15 janvier 1969. | Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. |
Annexe | Bijlage |
Commission paritaire de l'industrie alimentaire | Paritair Comité voor de voedingsnijverheid |
Convention collective de travail du 16 novembre 2001 | Collectieve arbeidsovereenkomst van 16 november 2001 |
Missions de l'"Institut de Formation professionnelle" dans le cadre de | Opdrachten van het "Instituut voor Professionele Vorming" in het raam |
la promotion de l'emploi et de la formation des ouvriers dans | van de bevordering van de werkgelegenheid en van de vorming van de |
l'industrie alimentaire (Convention enregistrée le 30 janvier 2002 | arbeiders in de voedingsnijverheid (Overeenkomst geregistreerd op 30 |
sous le numéro 60864/CO/118) | januari 2002 onder het nummer 60864/CO/118) |
CHAPITRE Ier. - Champ d'application | HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied |
Article 1er.La présente convention collective de travail est |
Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op |
applicable aux employeurs et aux ouvriers et ouvrières des entreprises | de werkgevers en op de arbeiders en arbeidsters van de ondernemingen |
ressortissant à la compétence de la Commission paritaire de | die ressorteren onder de bevoegdheid van het Paritair Comité voor de |
l'industrie alimentaire. | voedingsnijverheid. |
CHAPITRE II. - Cadre | HOOFDSTUK II. - Kader |
Art. 2.En exécution du chapitre II de la loi du 5 septembre 2001 |
Art. 2.In uitvoering van hoofdstuk II van de wet van 5 september 2001 |
visant à améliorer le taux d'emploi des travailleurs (Moniteur belge | tot de verbetering van de werkgelegenheidsgraad van de werknemers |
du 15 septembre 2001) et en vertu de l'appel dans les accords | (Belgisch Staatsblad van 15 september 2001) en als gevolg van de |
interprofessionnels 1999-2000 et 2001-2002, les parties signataires | oproep in de interprofessionele akkoorden 1999-2000 en 2001-2002, |
vertrouwen de ondertekende partijen de paritair vormingsopdrachten toe | |
confient les missions de formation paritaires à la société sans but | aan de vereniging zonder winstoogmerk "Instituut voor Professionele |
lucratif "Institut de Formation professionnelle de l'industrie | Vorming van de voedingsnijverheid", hierna IPV genoemd, (Belgisch |
alimentaire", ci-après dénommé IFP, (Moniteur belge du 9 novembre | Staatsblad van 9 november 1989). |
1989). CHAPITRE III. - Missions | HOOFDSTUK III. - Opdrachten |
Art. 3.Les parties signataires décrivent les missions de l'IFP comme |
Art. 3.De ondertekende partijen omschrijven de opdrachten van het IPV |
suit : | als volgt : |
§ 1er. L'IFP a pour mission la création d'équilibres sur le marché du | § 1. Het IPV heeft als opdracht het creëren van evenwichten op de |
travail via l'offre de formation/encadrement aux chômeurs, aux jeunes | arbeidsmarkt via het aanbieden van vorming/begeleiding aan werklozen, |
et aux travailleurs avec une attention particulière aux groupes à | aan jongeren en aan werknemers met een bijzondere aandacht voor de |
risque. | risicogroepen. |
§ 2. Cette mission consiste plus concrètement en : | § 2. Deze missie bestaat er concreter in om : |
- l'intensification de la formation/encadrement de chômeurs et de | - het uitbouwen van de vorming/begeleiding van werklozen en jongeren |
jeunes de sorte qu'ils soient en mesure de trouver du travail dans le | zodat zij in staat zijn werk te vinden binnen de sector; |
secteur; - la mise sur pied de la formation à vie des travailleurs de sorte : | - het aanzwengelen van levenslange vorming van werknemers zodat : |
- à pouvoir anticiper rapidement leurs besoins; | - er snel kan ingespeeld worden op hun behoeften; |
- qu'ils puissent effectuer leur travail de manière plus efficace; | - zij efficiënter hun werk kunnen uitoefenen; |
- qu'ils conservent leur emploi plus longtemps; | - zij langer hun werk behouden; |
- qu'ils conservent leur valeur sur le marché de l'emploi; | - zij hun waarde voor de arbeidsmarkt tenminste kunnen behouden; |
- qu'ils deviennent des travailleurs plus qualifiés. | - zij beter geschoolde werknemers worden. |
Art. 4.§ 1er. En exécution des articles 2 et 3, l'IFP développe en |
Art. 4.§ 1. In uitvoering van artikelen 2 en 3 ontwikkelt het IPV in |
particulier des initiatives de formation et d'emploi pour les "groupes | het bijzonder vormings- en tewerkstellingsinitiatieven voor |
à risque". | "risicogroepen". |
§ 2. Sont considérés comme "groupes à risque" : | § 2. Worden als "risicogroepen" beschouwd : |
- les chômeurs et les jeunes pouvant être des candidats potentiels à | - werklozen en jongeren die in aanmerking kunnen komen voor aanwerving |
embaucher dans le secteur; | in de sector; |
- les travailleurs en service en tant que : | - werknemers in dienst als : |
- travailleurs peu qualifiés; | - laaggeschoolde werknemers; |
- travailleurs âgés de plus de 50 ans; | - werknemers ouder dan 50 jaar; |
- travailleurs menacés de restructuration, licenciement ou fermeture; | - werknemers bedreigd door herstructurering, ontslag of sluiting; |
- moins valides. | - mindervaliden. |
CHAPITRE IV. - Moyens financiers | HOOFDSTUK IV. - Financiële middelen |
Art. 5.L'IFP dispose notamment des cotisations patronales fixées dans |
Art. 5.Het IPV beschikt onder andere over werkgeversbijdragen bepaald |
les statuts des fonds sectoriels pour ouvriers suivants pour remplir | in de statuten van de volgende sectorale fondsen voor de arbeiders uit |
ses missions : | de voedingsnijverheid om zijn opdrachten te vervullen : |
- le "Fonds social et de garantie de l'industrie alimentaire" institué | - het "Waarborg- en Sociaal Fonds voor de voedingsnijverheid" |
par la convention collective de travail du 6 décembre 1989, rendue | opgericht door de collectieve arbeidsovereenkomst van 6 december 1989, |
obligatoire par l'arrêté royal du 5 mars 1991 (Moniteur belge du 24 | algemeen verbindend verklaard door het koninklijk besluit van 5 maart |
avril 1991); | 1991 (Belgisch Staatsblad van 24 april 1991); |
- le "Fonds social et de garantie de la boulangerie, pâtisserie et | - het "Waarborg- en Sociaal Fonds voor de bakkerij, banketbakkerij en |
salons de consommation annexés" institué par la convention collective | verbruikszalen bij een banketbakkerij" opgericht door de collectieve |
de travail du 24 septembre 1997, rendue obligatoire par l'arrêté royal | arbeidsovereenkomst van 24 september 1997, algemeen verbindend |
du 12 novembre 1999 (Moniteur belge du 5 janvier 2000); | verklaard door het koninklijk besluit van 12 november 1999 (Belgisch Staatsblad van 5 januari 2000); |
- le "Fonds social et de garantie de l'industrie du sucre et de ses | - het "Waarborg en Sociaal Fonds van de suikernijverheid en haar |
dérivés" institué par la convention collective de travail des 28 juin | bijproducten", opgericht door de collectieve arbeidsovereenkomst van |
1973 et 10 avril 1974, rendue obligatoire par l'arrêté royal du 4 | 28 juni 1973 en 10 april 1974, algemeen verbindend verklaard door het |
octobre 1974 (Moniteur belge du 26 novembre 1974); | koninklijk besluit van 4 oktober 1974 (Belgisch Staatsblad van 26 |
november 1974); | |
- le "Fonds social et de garantie de l'industrie des conserves de | - het "Waarborg- en Sociaal Fonds van de groenteconservennijverheid" |
légumes", institué par la convention collective de travail du 20 | opgericht door de collectieve arbeidsovereenkomst van 20 december |
décembre 1999, rendue obligatoire par l'arrêté royal du 30 avril 2001 | 1999, algemeen verbindend verklaard door het koninklijk besluit van 30 |
(Moniteur belge du 12 septembre 2002). | april 2001 (Belgisch Staatsblad van 12 september 2002). |
CHAPITRE V. - Rapport annuel | HOOFDSTUK V. - Jaarlijks verslag |
Art. 6.Chaque année, l'IFP produit un rapport financier et un rapport |
Art. 6.Om het jaar brengt het IPV een financieel verslag en een |
d'activités détaillé à la Commission paritaire de l'industrie | gedetailleerd activiteitenverslag uit aan het Paritair Comité voor de |
alimentaire. | voedingsnijverheid. |
Une copie de ce rapport est adressée au Ministre de l'Emploi. CHAPITRE VI. - Durée de validité
Art. 7.La présente convention collective de travail est conclue pour une durée indéterminée. Elle produit ses effets le 1er janvier 2001 et peut être dénoncée par une des parties signataires par lettre recommandée adressée au président de la commission paritaire, moyennant le respect d'un délai de préavis d'une année. Vu pour être annexé à l'arrêté royal du 28 septembre 2003. Le Ministre de l'Emploi, |
Een afschrift van dit verslag wordt aan de Minister van Werk gericht. HOOFDSTUK VI. - Geldigheidsduur
Art. 7.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is gesloten voor een onbepaalde tijd. Zij heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2001 en kan opgezegd worden door één der partijen per aangetekend schrijven gericht aan de voorzitter van het paritair comité, mits naleving van een opzeggingstermijn van één jaar. Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 28 september 2003. De Minister van Werk, |
F. VANDENBROUCKE | F. VANDENBROUCKE |