Article 1er.Est rendue obligatoire la convention collective de

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage

Art. 2.Notre Ministre de l'Emploi est chargée de l'exécution du

Art. 2.Onze Minister van Werk is belast met de uitvoering van dit

Article 1er.La présente convention collective de travail est

Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op

Art. 2.L'employeur doit fournir et entretenir les vêtements de

Art. 2.De werkgever moet werkkledij van de werknemers ter beschikking

Art. 3.Il peut être dérogé à la règle générale énoncée à l'article 2 à condition que ce point ait fait l'objet d'une discussion au sein de la délégation syndicale et qu'une convention collective de travail d'entreprise soit conclue avec les secrétaires syndicaux régionaux compétents des organisations représentées à la Sous-commission paritaire pour l'exploitation de salles de cinéma.

Art. 4.Si, en application des dispositions de l'article 3, il est décidé de faire usage de la possibilité de dérogation, l'employeur doit payer aux travailleurs une indemnité qui s'élève à : - 1,26 EUR par journée de travail pour la fourniture des vêtements de travail; - 1,26 EUR par journée de travail pour l'entretien et le lavage des vêtements de travail. Il est entendu que ces indemnités qui sont le remboursement de charges professionnelles ne peuvent en aucun cas être considérées comme rémunération; dès lors, elles n'entraînent pas la perception de cotisations de sécurité sociale et le précompte professionnel. Ces indemnités sont rattachées à l'indice des prix à la consommation établi mensuellement par le Service Public Fédéral Economie, P.M.E., Classes moyennes et Energie et publié au Moniteur belge. Elles varient conformément aux dispositions d'application pour les salaires et les rémunérations de la Sous-commission paritaire pour l'exploitation de salles de cinéma. Elles correspondent à l'indice pivot 103,55.

Art. 5.Les situations plus favorables acquises par les travailleurs en matière de vêtements de travail dans les entreprises sont maintenues.

Art. 6.La présente convention collective de travail produit ses effets à partir du 1er juillet 2007 et est conclue pour une durée indéterminée. Elle peut être dénoncée par la partie la plus diligente moyennant un préavis de trois mois; cette dénonciation doit être adressée par lettre recommandée au président de la Sous-commission paritaire pour l'exploitation de salles de cinéma et aux parties signataires. Vu pour être annexé à l'arrêté royal du 27 avril 2008. La Vice-Première Ministre et Ministre de l'Emploi et de l'Egalité des Chances,

Art. 3.Er kan afgeweken worden van de algemene regel vermeld in artikel 2 op voorwaarde dat dit punt het voorwerp heeft uitgemaakt van een discussie binnen de syndicale delegatie, en er met de bevoegde regionale vakbondssecretarissen van de organisaties vertegenwoordigd in het Paritair Subcomité voor de exploitatie van bioscoopzalen een bijzondere collectieve arbeidsovereenkomst op het vlak van de onderneming wordt afgesloten.

Art. 4.Als, in uitvoering van de bepalingen van artikel 3, wordt beslist om gebruik te maken van de mogelijkheid van een afwijking, dan moet de werkgever aan de werknemers de volgende vergoedingen betalen : - 1,26 EUR per werkdag voor het leveren van de arbeidskledij; - 1,26 EUR per werkdag voor het onderhoud en het wassen van de arbeidskledij. Het staat vast dat deze vergoedingen, die terugbetaalde beroepslasten zijn, in generlei geval mogen worden beschouwd als loon; dientengevolge geven ze geen aanleiding tot het innen van bijdragen voor de sociale zekerheid en de bedrijfsvoorheffing. Deze vergoedingen zijn gekoppeld aan het indexcijfer der consumptieprijzen maandelijks vastgesteld door de Federale Economie, K.M.O., Middenstand en Energie en bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad. Zij schommelen overeenkomstig de bepalingen die van toepassing zijn voor de lonen en wedden van het Paritair Subcomité voor de exploitatie van bioscoopzalen. Zij stemmen overeen met de indexspil 103,55.

Art. 5.De verworven gunstiger toestanden die de werknemers van sommige ondernemingen inzake arbeidskledij hebben, blijven gehandhaafd.

Art. 6.Deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft uitwerking met ingang van 1 juli 2007 en is gesloten voor een onbepaalde duur. Zij kan op verzoek van de meest gerede ondertekenende partij worden opgezegd met een opzeggingstermijn van drie maanden; deze opzegging moet per aangetekende brief worden gericht aan de voorzitter van het Paritair Subcomité voor de exploitatie van bioscoopzalen en aan de ondertekenden organisaties. Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 27 april 2008. De Vice-Eerste Minister en Minister van Werk en Gelijke Kansen,