Arrêté royal modifiant l'arrêté royal du 15 janvier 1962 fixant le régime d'indemnisation applicable aux militaires accomplissant des déplacements de service à l'extérieur du royaume | Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 15 januari 1962 tot vaststelling van het vergoedingsstelsel toepasselijk op de militairen die dienstreizen volbrengen in het buitenland |
---|---|
MINISTERE DE LA DEFENSE 20 JUILLET 2019. - Arrêté royal modifiant l'arrêté royal du 15 janvier 1962 fixant le régime d'indemnisation applicable aux militaires accomplissant des déplacements de service à l'extérieur du royaume PHILIPPE, Roi des Belges, A tous, présents et à venir, Salut. Vu la loi du 20 mai 1994 relative aux droits pécuniaires des militaires, l'article 10ter, § 2, inséré par la loi du 27 mars 2003 et modifié par la loi du 31 juillet 2013; | MINISTERIE VAN LANDSVERDEDIGING 20 JULI 2019. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 15 januari 1962 tot vaststelling van het vergoedingsstelsel toepasselijk op de militairen die dienstreizen volbrengen in het buitenland FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. Gelet op de wet van 20 mei 1994 betreffende de geldelijke rechten van de militairen, artikel 10ter, § 2, ingevoegd bij de wet van 27 maart 2003 en gewijzigd bij de wet van 31 juli 2013; |
Vu l'arrêté royal du 15 janvier 1962 fixant le régime d'indemnisation | Gelet op het koninklijk besluit van 15 januari 1962 tot vaststelling |
applicable aux militaires accomplissant des déplacements de service à | van het vergoedingsstelsel toepasselijk op de militairen die |
l'extérieur du Royaume; | dienstreizen volbrengen in het buitenland; |
Vu le protocole de négociation N-486 du Comité de négociation du | Gelet op het protocol van onderhandelingen N-486 van het |
personnel militaire, conclu le 3 mai 2019; | Onderhandelingscomité van het militair personeel, gesloten op 3 mei 2019; |
Vu l'avis 66.283/4 du Conseil d'Etat, donné le 26 juin 2019, en | Gelet op het advies 66.283/4 van de Raad van State, gegeven op 26 juni |
application de l'article 84, § 1er, alinéa 1er, 2°, des lois sur le | 2019, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de |
Conseil d'Etat, coordonnées le 12 janvier 1973; | wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973; |
Sur la proposition du Ministre de la Défense, Nous avons arrêté et arrêtons : Article 1er.L'article 24 de l'arrêté royal du 15 janvier 1962 fixant le régime d'indemnisation applicable aux militaires accomplissant des déplacements de service à l'extérieur du Royaume, modifié par l'arrêté royal du 29 janvier 2016 est remplacé par ce qui suit : " Art. 24.Des frais exceptionnels, notamment les frais (para)médicaux et pharmaceutiques, sont remboursés sur production d'un mémoire justificatif par décision du Ministre de la Défense, si ce dernier les estime justifiés. Ce mémoire justificatif est introduit par le militaire concerné et reprend les frais (para)médicaux et pharmaceutiques justifiés et accompagnés des preuves de paiement. En dérogation à l'alinéa 1er, le chef de la section tarification médicale de la direction générale budget et finances est compétent à hauteur d'un montant maximum de 50.000 euros, par mémoire justificatif. Par frais exceptionnels visés à l'alinéa 1er, on entend les frais (para)médicaux et pharmaceutiques personnels, nécessaires, inévitables et imprévisibles qui découlent d'événements fortuits ou inhabituels et dont le remboursement ne peut pas se faire sur la base de la législation existante, mais qui à cause de leur caractère médical sont quand-même susceptibles d'entraîner une intervention.". Art. 2.Le ministre qui a la Défense dans ses attributions, est chargé de l'exécution du présent arrêté. Bruxelles, 20 juillet 2019. PHILIPPE Par le Roi : Le Ministre de la Défense, |
Op de voordracht van de Minister van Defensie, Hebben Wij besloten en besluiten Wij : Artikel 1.Artikel 24 van het koninklijk besluit van 15 januari 1962 tot vaststelling van het vergoedingsstelsel toepasselijk op de militairen die dienstreizen volbrengen in het buitenland, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 29 januari 2016, wordt vervangen als volgt: " Art. 24.Buitengewone kosten, inzonderheid (para)medische en farmaceutische kosten, worden op voorlegging van een verantwoordingsstuk bij beslissing van de Minister van Defensie terugbetaald, indien deze ze verantwoord acht. Dit verantwoordingsstuk wordt ingediend door de betrokken militair en vermeldt de (para)medische en farmaceutische kosten, gerechtvaardigd en vergezeld van betalingsbewijzen. In afwijking van het eerste lid, is de chef van de sectie medische tarifering van de algemene directie budget en financiën bevoegd ten belope van een maximumbedrag van 50.000 euro, per verantwoordingsstuk. Onder buitengewone kosten bedoeld in het eerste lid, wordt verstaan de persoonlijke noodzakelijke, onvermijdbare en onvoorzienbare, (para)medische en farmaceutische kosten die voortvloeien uit toevallige of ongewone gebeurtenissen en waarvan de terugbetaling niet kan geschieden op basis van de bestaande regelgeving, maar die wegens hun medisch karakter toch voor tegemoetkoming vatbaar worden verklaard.". Art. 2.De minister bevoegd voor Defensie, is belast met de uitvoering van dit besluit. Brussel, 20 juli 2019. FILIP Van Koningswege : De Minister van Defensie, |
D. REYNDERS | D. REYNDERS |