Arrêté royal déterminant les conditions de la gratuité du bénéfice de l'aide juridique de première ligne et de la gratuité partielle ou totale du bénéfice de l'aide juridique de deuxième ligne et de l'assistance judiciaire | Koninklijk besluit tot vaststelling van de voorwaarden van de kosteloosheid van de juridische eerstelijnsbijstand en van de gedeeltelijke of volledige kosteloosheid van de juridische tweedelijnsbijstand en de rechtsbijstand |
---|---|
MINISTERE DE LA JUSTICE | MINISTERIE VAN JUSTITIE |
20 DECEMBRE 1999. - Arrêté royal déterminant les conditions de la | 20 DECEMBER 1999. - Koninklijk besluit tot vaststelling van de |
gratuité du bénéfice de l'aide juridique de première ligne et de la | voorwaarden van de kosteloosheid van de juridische eerstelijnsbijstand |
gratuité partielle ou totale du bénéfice de l'aide juridique de | en van de gedeeltelijke of volledige kosteloosheid van de juridische |
deuxième ligne et de l'assistance judiciaire | tweedelijnsbijstand en de rechtsbijstand |
ALBERT II, Roi des Belges, | ALBERT II, Koning der Belgen, |
A tous, présents et à venir, Salut. | Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. |
Vu le Code judiciaire, notamment les articles 508/5, § 2, alinéa 2, et | Gelet op het Gerechtelijk Wetboek, inzonderheid op de artikelen 508/5, |
508/13, alinéa 2, y insérés par la loi du 23 novembre 1998 relative à | § 2, tweede lid, en 508/13, tweede lid, ingevoegd bij de wet van 23 |
l'aide juridique, l'article 667 et l'article 676, modifié par la même | november 1998 betreffende de juridische bijstand, op artikel 667 en |
loi; | artikel 676, gewijzigd bij dezelfde wet; |
Vu l'article 9 de ladite loi du 23 novembre 1998; | Gelet op artikel 9 van voornoemde wet van 23 november 1998; |
Vu l'avis de l'Inspecteur des Finances, donné le 25 mars 1999; | Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 25 |
Vu les lois sur le Conseil d'Etat, coordonnées le 12 janvier 1973, | maart 1999; Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari |
notamment l'article 3, § 1er, alinéa 1er, remplacé par la loi du 4 | 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, eerste lid, vervangen bij de wet |
juillet 1989 et modifié par la loi du 4 août 1996; | van 4 juli 1989 en gewijzigd bij de wet van 4 augustus 1996; |
Vu l'urgence motivée par les circonstances suivantes : | Gelet op het de dringende noodzakelijkheid, gemotiveerd door de volgende omstandigheden : |
Considérant que l'accès au droit et à la justice est un droit | Overwegende dat de toegang tot het recht en tot de justitie een |
fondamental et inconditionnel, impératif dans toute société | fundamenteel en onvoorwaardelijk recht is, dat in iedere democratische |
démocratique; | samenleving van dwingende aard is; |
Considérant que l'article 23 de la Constitution garantit le droit à | Overwegende dat in artikel 23 van de Grondwet het recht op juridische |
l'aide juridique; | bijstand wordt gewaarborgd; |
Considérant que l'objectif fondamental des articles 508/5 et 508/13, y | Overwegende dat de fundamentele doelstelling van de artikelen 508/5 en |
insérés par l'article 4 de la loi du 23 novembre 1998 relative à | 508/13, ingevoegd bij artikel 4 van de wet van 23 november 1998 |
l'aide juridique - laquelle entre en vigueur au plus tard le 31 | betreffende de juridische bijstand - welke ten laatste op 31 december |
décembre 1999 - est de réaliser ce prescrit constitutionnel par | 1999 in voege treedt - tot doel heeft dit grondwettelijk voorschrift |
l'amélioration de la qualité et de l'organisation de l'aide juridique | te verwezenlijken door de verbetering van de kwaliteit en van de |
de première ligne; | organisatie van de juridische eerstelijnsbijstand; |
Considérant que ces dispositions donnent pouvoir au Roi de déterminer | Overwegende dat deze bepalingen de Koning machtigen om de personen die |
les personnes pouvant bénéficier de la gratuité de l'aide juridique de | kunnen genieten van de kosteloosheid van de juridische |
première ligne, et de la gratuité partielle ou totale de l'aide | eerstelijnsbijstand en van de gedeeltelijke of volledige kosteloosheid |
juridique de deuxième ligne, ainsi que les pièces justificatives à | van de juridische tweedelijnsbijstand, alsmede de over te leggen |
présenter; | bewijsstukken vast te stellen; |
Considérant qu'il est indispensable et urgent d'exécuter les | Overwegende dat het onontbeerlijk en dringend is voornoemde bepalingen |
dispositions susmentionnées afin qu'il soit satisfait aux prescrits | uit te voeren zodat wordt voldaan aan het grondwettelijk en wettelijk |
constitutionnels et légaux; | voorschrift; |
Considérant en outre, que le même objectif sous-tend les articles 676 | Overwegende dat dezelfde doelstelling ten grondslag ligt aan de |
du Code judiciaire, modifié par l'article 6 de la loi du 23 novembre | artikelen 676 van het Gerechtelijk Wetboek, gewijzigd bij artikel 6 |
1998 précitée, et 9 de la même loi, en ce qu'ils donnent pouvoir au | van voornoemde wet van 23 november 1998, en 9 van dezelfde wet, |
Roi d'harmoniser les régimes d'aide juridique et d'assistance | aangezien zij de Koning machtigen de stelsels voor juridische bijstand |
judiciaire en ce qui concerne les catégories de personnes disposant de | en rechtsbijstand te harmoniseren ter zake van de categorieën van |
ressources insuffisantes et les pièces justificatives à présenter; | personen wier inkomsten onvoldoende zijn en van de over te leggen bewijsstukken; |
Considérant qu'il est indispensable que les articles précités de la | Overwegende dat het onontbeerlijk is dat voornoemde artikelen van de |
loi du 23 novembre 1998 entrent en vigueur en même temps que l'article | wet van 23 november 1998 terzelfder tijd in werking treden als artikel |
4 et que les articles 676 du Code judiciaire et 9 de la même loi | 4 en dat de artikelen 676 van het Gerechtelijk Wetboek en artikel 9 |
soient exécutés en même temps que les articles 508/5 et 508/13; | van dezelfde wet terzelfder tijd worden uitgevoerd als de artikelen 508/5 en 508/13; |
Considérant dès lors que le présent arrêté doit être pris et publié | Overwegende dat dit besluit bijgevolg zeer spoedig moet worden genomen |
dans les plus brefs délais et ceci au plus tard le 31 décembre 1999; | en bekendgemaakt en dit uiterlijk op 31 december 1999; |
Sur la proposition de Notre Ministre de la Justice et de l'avis de Nos | Op de voordracht van Onze Minister van Justitie en op het advies van |
Ministres qui en ont délibéré en Conseil, | Onze in Raad vergaderde Ministers, |
Nous avons arrêté et arrêtons : | Hebben Wij besloten en besluiten Wij : |
CHAPITRE Ier. - De la gratuité de l'aide juridique de première ligne | HOOFDSTUK I. - Kosteloosheid van de juridische eerstelijnsbijstand |
Article 1er.§ 1er. Au sens de l'article 508/5, § 2, alinéa 1er, du |
Artikel 1.§ 1. In de zin van artikel 508/5, § 2, eerste lid, van het |
Code judiciaire, y inséré par la loi du 23 novembre 1998 relative à | Gerechtelijk Wetboek, ingevoegd bij de wet van 23 november 1998, wordt |
l'aide juridique, on entend par personne dont les ressources sont | verstaan onder een persoon wiens inkomsten onvoldoende zijn en onder |
insuffisantes et par pièces justificatives : | bewijsstukken : |
1° la personne isolée qui justifie, par tout document à apprécier par | 1° de alleenstaande persoon die bewijst, door een document te |
l'avocat, que son revenu mensuel net est inférieur à 25 000 FB; | beoordelen door de advocaat, dat zijn maandelijks netto- inkomen lager is dan 25 000 BF; |
2° la personne, cohabitant avec un conjoint ou avec tout autre | 2° De persoon, samenwonende met zijn echtgenoot of met iedere andere |
personne avec laquelle elle forme un ménage, si elle justifie par tout | persoon met wie hij een feitelijk gezin vormt, indien hij bewijst aan |
document à apprécier par l'avocat, que le revenu mensuel net du ménage | de hand van om het even welk document, door de advocaat te beoordelen, |
est inférieur au montant du minimum insaisissable visé à l'article | dat het gemiddeld maandelijks nettoinkomen van het gezin lager is dan |
1409, § 1er, alinéa 3, du Code judiciaire; | het niet voor beslag vatbare minimumbedrag bepaald in artikel 1409, § |
1, derde lid, van het Gerechtelijk Wetboek; | |
3° le bénéficiaire de sommes payées à titre de minimum de moyens | 3° degene die bedragen geniet uitgekeerd als bestaansminimum of als |
d'existence ou à titre d'aide sociale, sur présentation de la décision | maatschappelijke bijstand, op voorlegging van de geldige beslissing |
valide du centre public d'aide sociale concerné; | van het betrokken openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn; |
4° le bénéficiaire de sommes payées à titre de revenu garanti aux | 4° degene die bedragen geniet uitgekeerd als gewaarborgd inkomen voor |
personnes âgées, sur présentation de l'attestation annuelle de | bejaarden, op voorlegging van het jaarlijks attest van de Rijksdienst |
l'Office national des Pensions; | voor Pensioenen; |
5° le bénéficiaire d'allocations de remplacement de revenus aux | 5° degene die een vervangingsinkomen voor gehandicapten zonder |
handicapés auquel il n'est pas accordé d'allocation d'intégration, sur | integratievergoeding geniet, op voorlegging van de beslissing van de |
présentation de la décision du ministre qui a la sécurité sociale dans | minister tot wiens bevoegdheid de sociale zekerheid behoort of van de |
ses attributions ou du fonctionnaire délégué par lui; | door hem afgevaardigde ambtenaar; |
6° la personne qui a à sa charge un enfant bénéficiant de prestations | 6° hij die een kind ten laste heeft dat gewaarborgde kinderbijslag |
familiales garanties, sur présentation de l'attestation de l'Office | geniet, op voorlegging van het attest van de Rijksdienst voor |
national d'Allocations familiales pour Travailleurs salariés; | Kinderbijslag voor Werknemers; |
7° le locataire social qui, dans les Régions flamande et de | 7° de huurder van een sociale woning die in het Vlaams Gewest en het |
Bruxelles-capitale paie un loyer égal à la moitié du loyer de base ou, | Brussels Hoofdstedelijk Gewest een huur betaalt die overeenkomt met de |
qui en Région wallonne, paie un loyer minimum, sur présentation de la | helft van de basishuurprijs of die in het Waals Gewest een minimumhuur |
dernière fiche de calcul du loyer; | betaalt, op voorlegging van de laatste huurberekeningsfiche; |
8° le mineur, sur présentation de la carte d'identité; | 8° de minderjarige, op voorlegging van zijn identiteitskaart; |
9° l'étranger, pour l'introduction d'une demande de régularisation de | 9° de vreemdeling, voor wat betreft de indiening van het verzoek tot |
séjour ou d'un recours contre un ordre de quitter le territoire, sur | regularisering van verblijf, of van een beroep tegen een uitwijzing, |
présentation des documents probants; | op voorlegging van bewijsstukken; |
10° le demandeur d'asile ou la personne qui introduit une demande de | 10° de asielaanvrager of de persoon die een aanvraag indient van het |
statut de personne déplacée, sur présentation d'un document probant. | statuut van ontheemde, op voorlegging van een bewijsstuk. |
Pour la détermination du revenu visé aux 1° et 2°, il est tenu compte | Voor de vaststelling van de in 1° en 2° bedoelde inkomsten, wordt |
d'une déduction de 10 % du minimum de moyens d'existence par personne à charge. Pour la détermination du revenu visé aux 1° et 2°, il est également tenu compte des charges résultant d'un endettement exceptionnel ainsi que de tout autre moyen d'existence, à l'exclusion des allocations familiales. La cohabitation visée au 2° est le fait pour deux ou plusieurs personnes, de vivre ensemble sous le même toit et de régler principalement en commun les questions ménagères. La personne qui sollicite le bénéfice de l'aide juridique afin de défendre ses intérêts qui l'opposent à son conjoint ou au cohabitant est visée par le 1°. Le montant visé au 1° est adapté chaque année dans la même proportion | rekening gehouden met een aftrek van 10 % van het bestaansminimum per persoon ten laste. Voor de vaststelling van de in 1° en 2° bedoelde inkomsten, wordt eveneens rekening gehouden met de lasten die voortvloeien uit een buitengewone schuldenlast alsook met elk ander bestaansmiddel, doch met uitsluiting van de gezinsbijslagen. Onder de samenwoning bedoeld in het 2° wordt verstaan het feit dat twee of meerdere personen samen onder hetzelfde dak wonen en hoofdzakelijk huishoudelijke aangelegenheden regelen. De persoon die de juridische bijstand vraagt teneinde zijn belangen te verdedigen valt onder toepassing van 1° voor zover die belangen strijdig zijn met deze van zijn echtenoot of met deze van de persoon met wie hij samenwoont. Het in 1° bedoelde bedrag wordt elk jaar aangepast op dezelfde wijze |
que le montant visé à l'article 1409, § 1er, alinéa 3, du Code | als het in artikel 1409, § 1, derde lid, van het Gerechtelijk Wetboek |
judiciaire. | vermelde bedrag. |
§ 2. La personne en détention, le prévenu visé par la loi sur la | § 2. De persoon in hechtenis, de beklaagde bedoeld in de wet |
comparution immédiate ou la personne malade mentale ayant fait l'objet | betreffende de onmiddellijke verschijning of de geesteszieke die het |
d'une mesure prévue par la loi du 26 juin 1990 sur la protection de la | voorwerp heeft uitgemaakt van een maatregel voorzien in de wet van 26 |
personne des malades mentaux est présumé être une personne ne | juni 1990 betreffende de bescherming van de persoon van de |
bénéficiant pas de ressources suffisantes. | geesteszieke, wordt beschouwd als een persoon wiens inkomsten |
CHAPITRE II. - De la gratuité partielle ou totale de l'aide juridique | onvoldoende zijn. HOOFDSTUK II. - Gedeeltelijke of volledige kosteloosheid van de |
de deuxième ligne et de l'assistance judiciaire | juridische tweedelijnsbijstand |
Art. 2.§ 1er. Bénéficient de la gratuité totale, les personnes visées |
Art. 2.§ 1. Genieten de volledige kosteloosheid, de personen bedoeld |
à l'article 1er, § 1er. | in artikel 1, § 1. |
§ 2. La personne en détention, le prévenu visé par la loi sur la | § 2. De persoon in hechtenis, de beklaagde bedoeld in de wet |
comparution immédiate ou la personne malade mentale ayant fait l'objet | betreffende de onmiddellijke verschijning of de geesteszieke die het |
d'une mesure prévue par la loi du 26 juin 1990 sur la protection de la | voorwerp heeft uigemaakt van een maatregel voorzien door de wet van 26 |
personne des malades mentaux est présumé être une personne ne | juni 1990 betreffende de bescherming van de persoon van de |
bénéficiant pas de ressources suffisantes. | geesteszieke, wordt beschouwd als een persoon wiens inkomsten |
onvoldoende zijn. | |
§ 3. Peut bénéficier de la gratuité partielle : | § 3. Kan gedeeltelijke kosteloosheid genieten : |
1° la personne isolée qui justifie, par tout document à apprécier par | 1° de alleenstaande persoon die bewijst, door een document te |
le bureau d'aide juridique, que son revenu mensuel net se situe entre | beoordelen door het bureau voor juridische bijstand, dat zijn |
le montant visé à l'article 1er, § 1er, 1°, et ce même montant | maandelijks netto-inkomen tussen het bedrag bepaald in artikel 1, § 1, |
augmenté de 18 %; | 1°, en ditzelfde bedrag vermeerderd met 18 % ligt; |
2° La personne, cohabitant avec un conjoint ou avec tout autre | 2° De persoon, samenwonende met zijn echtgenoot of met iedere andere |
personne avec laquelle elle forme un ménage, si elle justifie par tout | persoon met wie hij een feitelijk gezin vormt, indien hij bewijst aan |
document à apprécier par le bureau d'aide juridique, que le revenu | de hand van om het even welk document, door het bureau voor juridische |
bijstand te beoordelen, dat het gemiddeld maandelijks netto- inkomen | |
mensuel net du ménage se situe entre le montant du minimum | van het gezin tussen het niet voor beslag vatbare minimumbedrag |
insaisissable visé à l'article 1409, § 1er, alinéa 3, du Code | bepaald in artikel 1409, § 1, derde lid, van het Gerechtelijk Wetboek |
judiciaire et ce même montant augmenté de 18 %. | en ditzelfde bedrag vermeerderd met 18 % ligt. |
Pour la détermination du revenu visé aux 1° et 2°, il est tenu compte | Voor de vaststelling van de inkomsten bedoeld in 1° en 2°, wordt |
d'une déduction de 10 % du minimum de moyens d'existence par personne à charge. Pour la détermination du revenu visé aux 1° et 2°, il est également tenu compte des charges résultant d'un endettement exceptionnel ainsi que tout autre moyen d'existence, à l'exclusion des allocations familiales. La cohabitation visée au 2° est le fait pour deux ou plusieurs personnes, de vivre ensemble sous le même toit et de règler principalement en commun les questions ménagères. La personne qui sollicite le bénéfice de l'aide juridique afin de défendre ses intérêts qui l'opposent à son conjoint ou au cohabitant est visées par le 1°. | rekening gehouden met een aftrek van 10 % van het bestaansminimum per persoon ten laste. Voor de vaststelling van de in 1° en 2° bedoelde inkomsten, wordt eveneens rekening gehouden met de lasten die voortvloeien uit een buitengewone schuldenlast alsook met elk ander bestaansmiddel, met uitsluiting van de gezinsbijslagen. Onder de samenwoning bedoeld in het 2° wordt verstaan het feit dat twee of meerdere personen samen onder hetzelfde dak wonen en hoofdzakelijk huishoudelijke aangelegenheden regelen. De persoon die de juridische bijstand vraagt teneinde zijn belangen te verdedigen valt onder toepassing van 1° voor zover die belangen strijdig zijn met deze van zijn echtgenoot of met deze van de persoon met wie hij samenwoont. |
CHAPITRE III. - Dispositions finales | HOOFDSTUK III. - Slotbepalingen |
Art. 3.L'article 9 de la loi du 23 novembre 1998 relative à l'aide |
Art. 3.Artikel 9 van de wet van 23 november 1998 betreffende de |
juridique et le présent arrêté produisent leurs effets le 1er | juridische bijstand en dit besluit hebben uitwerking met ingang van 1 |
septembre 1999. | september 1999. |
Art. 4.L'article 6 de la même loi entre en vigueur le 31 décembre |
Art. 4.Artikel 6 van dezelfde wet treedt in werking op 31 december |
1999. | 1999. |
Art. 5.Notre Ministre de la Justice est chargé de l'exécution du |
Art. 5.Onze Minister van Justitie is belast met de uitvoering van dit |
présent arrêté. | besluit. |
Donné à Bruxelles, le 20 décembre 1999. | Gegeven te Brussel, 20 december 1999. |
ALBERT | ALBERT |
Par le Roi : | Van Koningswege : |
Le Ministre de la Justice, | De Minister van Justitie, |
M. VERWILGHEN | M. VERWILGHEN |