← Retour vers "Arrêté royal approuvant la version révisée de la monographie vaccin conjugué de l'haemophilus type b de la 3e édition de la Pharmacopée européenne "
| Arrêté royal approuvant la version révisée de la monographie vaccin conjugué de l'haemophilus type b de la 3e édition de la Pharmacopée européenne | Koninklijk besluit tot goedkeuring van de herziene monografie geconjugeerd haemophilus type b vaccin van de 3de uitgave van de Europese farmacopee |
|---|---|
| MINISTERE DES AFFAIRES SOCIALES, DE LA SANTE PUBLIQUE ET DE L'ENVIRONNEMENT | MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN, VOLKSGEZONDHEID EN LEEFMILIEU |
| 19 AVRIL 2001. - Arrêté royal approuvant la version révisée de la | 19 APRIL 2001. - Koninklijk besluit tot goedkeuring van de herziene |
| monographie vaccin conjugué de l'haemophilus type b de la 3e édition | monografie geconjugeerd haemophilus type b vaccin van de 3de uitgave |
| de la Pharmacopée européenne | van de Europese farmacopee |
| ALBERT II, Roi des Belges, | ALBERT II, Koning der Belgen, |
| A tous, présents et à venir, Salut. | Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. |
| Vu la loi du 4 juin 1969 portant approbation de la Convention relative | Gelet op de wet van 4 juni 1969 houdende goedkeuring van de |
| à l'élaboration d'une Pharmacopée européenne, faite à Strasbourg le 22 juillet 1964; | Overeenkomst inzake de samenstelling van een Europese Farmacopee, opgemaakt te Straatsburg op 22 juli 1964; |
| Vu l'arrêté royal du 20 mai 1997 approuvant la Pharmacopée européenne, | Gelet op het koninklijk besluit van 20 mei 1997 tot goedkeuring van de |
| 3e édition; | Europese Farmacopee, 3de uitgave; |
| Vu l'arrêté royal du 30 novembre 1998 approuvant le premier addendum à | Gelet op het koninklijk besluit van 30 november 1998 tot goedkeuring |
| la 3e édition de la Pharmacopée européenne intitulé "ADDENDUM 1998"; | van het eerste addendum bij de 3de uitgave van de Europese Farmacopee, getiteld "ADDENDUM 1998"; |
| Vu l'arrêté royal du 25 janvier 2000 approuvant le deuxième addendum à | Gelet op het koninklijk besluit van 25 januari 2000 tot goedkeuring |
| la 3e édition de la Pharmacopée européenne intitulé "ADDENDUM 1999"; | van het tweede addendum bij de 3de uitgave van de Europese Farmacopee, getiteld "ADDENDUM 1999"; |
| Vu l'arrêté royal du 20 août 2000 approuvant le troisième addendum à | Gelet op het koninklijk besluit van 20 augustus 2000 tot goedkeuring |
| la 3e édition de la Pharmacopée européenne intitulé "ADDENDUM 2000"; | van het derde addendum bij de 3de uitgave van de Europese Farmacopee, getiteld "ADDENDUM 2000"; |
| Vu l'arrêté royal du 18 janvier 2001 approuvant le quatrième addendum | Gelet op het koninklijk besluit van 18 januari 2001 tot goedkeuring |
| à la 3e édition de la Pharmacopée européenne intitulé "ADDENDUM 2001"; | van het vierde addendum bij de 3de uitgave van de Europese Farmacopee, getiteld "ADDENDUM 2001"; |
| Vu les lois sur le Conseil d'Etat, coordonnées le 12 janvier 1973, | Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari |
| notamment l'article 3, § 1er, remplacé par la loi du 9 août 1980 et | 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, vervangen door de wet van 9 |
| modifié par les lois des 16 juin 1989, 4 juillet 1989 et 4 août 1996; | augustus 1980 en gewijzigd bij de wetten van 16 juni 1989, 4 juli 1989 |
| Vu l'urgence; | en 4 augustus 1996; |
| Considérant qu'il convient en vertu de l'alinéa (b) de l'article 1er | Gelet op de dringende noodzakelijkheid; |
| de la Convention relative à l'élaboration d'une Pharmacopée | Overwegende dat krachtens alinea (b) van artikel 1 van de Overeenkomst |
| européenne, de pren-dre sans retard les mesures nécessaires pour | inzake de samenstelling van een Europese Farmacopee, onverwijld de |
| mettre au plus tôt en application les dispositions issues de la | nodige maatregelen dienen getroffen te worden om de beschikkingen die |
| Résolution AP-CSP (00) 3 du Comité de Santé publique du Conseil de | voortvloeien uit de Resolutie AP-CSP (00) 3 van het |
| l'Europe (Accord partiel) afin de ne pas entraver la libre circulation | Volksgezondheidscomité van de Raad van Europa (Gedeeltelijk Akkoord) |
| des médicaments; que ces dispositions doivent être mises en | zo spoedig mogelijk toe te passen ten einde het vrije verkeer van |
| geneesmiddelen niet te hinderen; dat deze beschikkingen van toepassing | |
| application le 1er septembre 2000; | moeten gemaakt worden op 1 september 2000; |
| Sur la proposition de Notre Ministre de la Protection de la | Op de voordracht van Onze Minister van Consumentenzaken, |
| Consommation, de la Santé Publique et de l'Environnement, | Volksgezondheid en Leefmilieu, |
| Nous avons arrêté et arrêtons : | Hebben Wij besloten en besluiten Wij : |
Article 1er.La monographie révisée, Vaccin conjugué de l'haemophilus |
Artikel 1.De herziene monografie Geconjugeerd Haemophilus type B |
| type b de la troisième édition de la Pharmacopée européenne, arrêtée | vaccin van de derde uitgave van de Europese Farmacopee vastgelegd door |
| par la Commission européenne de Pharmacopée, et reprise dans l'annexe | de Europese Farmacopeecommissie, en opgenomen in bijlage I van dit |
| I du présent arrêté, est approuvée et remplace la monographie | besluit, is goedgekeurd en vervangt de overeenstemmende voordien |
| correspondante précédemment publiée. | gepubliceerde monografie. |
Art. 2.Le présent produit ses effets le 1er septembre 2000. |
Art. 2.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 september 2000. |
Art. 3.Notre Ministre de la Protection de la Consommation, de la |
Art. 3.Onze Minister van Consumentenzaken, Volksgezondheid en |
| Santé publique et de l'Environnement est chargée de l'exécution du | Leefmilieu is belast met de uitvoering van dit besluit. |
| présent arrêté. | |
| Donné à Châteauneuf-de-Grasse, le 19 avril 2001. | Gegeven te Châteauneuf-de-Grasse, 19 april 2001. |
| ALBERT | ALBERT |
| Par le Roi : | Van Koningswege : |
| La Ministre de la Protection de la Consommation, de la Santé publique | De Minister van Consumentenzaken, Volksgezondheid en Leefmilieu, |
| et de l'Environnement, | |
| Mme M. AELVOET | Mevr. M. AELVOET |
| Annexe I | Bijlage I |
| VACCIN CONJUGUE DE L'HAEMOPHILUS TYPE B | HAEMOPHILUS TYPE B VACCIN, GECONJUGEERD |
| Vaccinum haemophili stirpe b conjugatum | VACCINUM HAEMOPHILI STIRPE B CONJUGATUM |
| DEFINITION | DEFINITIE |
| Le vaccin conjugué de l'haemophilus type b est une préparation liquide | Het geconjugeerd Haemophilus type b vaccin is een vloeibaar of |
| ou cryodesséchée d'un polyoside obtenu à partir d'une souche | gevriesdroogd preparaat van een polysaccharide bekomen vertrekkende |
| appropriée d'Haemophilus influenzae type b, couplé par liaison | van de geschikte stam van Haemophilus influenzae type b gebonden met |
| covalente à une protéine vectrice. Le polyoside est du phosphate de | een covalente binding aan een dragereiwit. De polysaccharide is het |
| polyribosylribitol, également appelé PRP, un copolymère linéaire | polyribosylribitolfosfaat, ook genoemd PRF, een lineaire co-polymeer, |
| constitué d'un enchaînement d'unités 3-ss-D-ribofuranosyl-(1 ?d | opgebouwd uit 3-ss-D- ribofuranosyl- (1 ?d 1) ribitol-5-fosfaat [(C10H19O12P)n] |
| 1)-ribitol-5-phosphate [(C10H19O12P)n], de taille moléculaire définie. | B eenheden, met een vastgestelde moleculaire grootte. Het dragereiwit |
| La protéine vectrice conjuguée au polyoside est capable d'induire une | verbonden aan de polysaccharide is in staat een immuunrespons te |
| réponse immunitaire des lymphocytes B, dépendante des lymphocytes T, | induceren van de B-lymfocyten, afhankelijk van de T-lymfocyten, ten |
| vis-à-vis du polyoside. | opzichte van de polysaccharide. |
| Le vaccin est conforme à la monographie Vaccins pour usage humain | Het vaccin voldoet aan de monografie Vaccins voor humaan gebruik |
| (0153). | (0153). |
| PRODUCTION DISPOSITIONS GENERALES Il doit avoir été établi que le procédé de production employé fournit de façon régulière un vaccin conjugué de l'haemophilus type b dont l'innocuité et le pouvoir immunogène pour l'homme sont satisfaisants. Le PRP et la protéine vectrice sont préparés selon un système de lot de semence. Le procédé de production fait l'objet d'une validation permettant de démontrer que le produit satisferait à l'essai de toxicité anormale des immunosérums et vaccins pour usage humain (2.6.9), s'il lui était appliqué. Pendant les études de développement et chaque fois qu'il est nécessaire de revalider le procédé de production, il doit être démontré par un essai chez l'animal que le vaccin est capable d'induire de façon régulière une réponse immunitaire des lymphocytes B, dépendante des lymphocytes T. | PRODUCTIE ALGEMENE VOORSCHRIFTEN De productie van de PFR en het dragereiwit is gesteund op een zaaivirussysteem, waarvan is aangetoond dat het op een constante manier een geconjugeerd haemophilus type B vaccin oplevert met een aanvaardbare immunogene activiteit en veiligheid voor de mens. De productiemethode wordt gevalideerd om aan te tonen dat het product, indien onderzocht, zou voldoen aan het onderzoek op abnormale toxiciteit van immuunsera en vaccins voor humaan gebruik (2.6.9). Tijdens de ontwikkelingsstudies en elke keer het nodig is de productiemethode te hervalideren moet er worden aangetoond met een onderzoek op dieren dat het vaccin in staat is om op regelmatige wijze een immuunrespons van de B-lymfocyten, afhankelijk van de T-lymfocyten, te induceren. |
| La stabilité du lot final et des substances intermédiaires appropriées | De stabiliteit van de eindpartij en de relevante intermediaire stoffen |
| est évaluée au moyen d'un ou de plusieurs essais indicatifs. Les | wordt geëvalueerd met behulp van een of meerdere indicatieve |
| onderzoeken. De indicatieve stabiliteitonderzoeken zijn bijvoorbeeld | |
| essais indicatifs de stabilité sont par exemple la détermination de la | de bepaling van de grootte van de molecuul, de bepaling van vrij PRF |
| taille moléculaire, la détermination du PRP libre dans le conjugué et | in het conjugaat en het onderzoek op immunogeen vermogen bij de muis. |
| l'essai du pouvoir immunogène chez la souris. En fonction des | In functie van de resultaten van het onderzoek op de stabiliteit |
| résultats des essais de stabilité, des spécifications de libération | worden de specificaties voor de vrijgave van de partijen vastgelegd |
| des lots sont établies pour ces essais indicatifs de façon à démontrer | voor deze indicatieve onderzoeken om aan te tonen dat het vaccin |
| que le vaccin sera satisfaisant à la fin de la période de validité. | bevredigend zal zijn aan het eind van de geldigheidstermijn. |
| LOTS DE SEMENCE | ZAAIVIRUSSEN |
| Il est démontré que les lots de semence de H. influenzae type b sont | Er is aangetoond dat de zaaivirussen van H. influenza type B vrij zijn |
| exempts de contaminants par examen de frottis avec coloration de Gram | van contaminanten via onderzoek van een uitstrijkje met gramkleuring |
| et par l'inoculation sur des milieux appropriés. Plusieurs champs | en via enting op geschikte milieus. |
| microscopiques sont observés à fort grossissement de façon à examiner | Verschillende microscopische velden worden onderzocht bij hoge |
| au moins 10 000 organismes. | vergroting zodat ten minste 10 000 organismen worden onderzocht. |
| Le milieu utilisé pour préserver la viabilité de la souche, soit à | Het milieu gebruikt voor het behoud van de leefbaarheid van de stam, |
| l'état cryodesséché, soit congelée, ne contient aucune substance | hetzij in gevriesdroogde of vervroren vorm, bevat geen enkele complexe |
| complexe d'origine animale. | stof van dierlijke oorsprong. |
| Il est recommandé de caractériser le PRP produit au moyen du lot de | Het is aanbevolen dat PRF, geproduceerd met behulp van een |
| semence, à l'aide de la spectrométrie de résonance magnétique | viruszaaisysteem, wordt gekarakteriseerd met behulp van kern |
| nucléaire (2.2.33). | magnetische resonantie (2.2.33). |
| POLYOSIDE DE H. INFLUENZAE TYPE B (PRP) | POLYSACCHARIDE VAN H. INFLUENZAE TYPE B (PRF) |
| H. influenzae type b est cultivé dans un milieu liquide ne contenant | H. influenzae type b wordt gekweekt in een vloeibaar milieu dat geen |
| pas de polyosides de masse moléculaire élevée; si un ingrédient du | polysacchariden bevat met hoge molecuulmassa; indien een bestanddeel |
| milieu contient des substances de groupe sanguin, le procédé de | van het milieu bloedbestanddelen bevat moet de productiemethode worden |
| fabrication doit être validé pour démontrer que, suite à l'étape de | gevalideerd om aan te tonen dat na de zuiveringsstap deze niet meer |
| purification, de telles substances ne sont plus décelables. La pureté | detecteerbaar zijn. De bacteriologische zuiverheid van de cultuur |
| bactériologique de la culture est vérifiée par des méthodes | wordt nagegaan met geschikte methoden. De cultuur kan vervolgens |
| appropriées. La culture peut ensuite être inactivée. Le PRP est séparé | worden geïnactiveerd. De PRF wordt gescheiden van het cultuurmilieu en |
| du milieu de culture et purifié par une méthode appropriée. Les | gezuiverd met een geschikte methode. De vluchtige bestanddelen, |
| substances volatiles, dont l'eau, contenues dans le polyoside purifié | waaronder water, vervat in de gezuiverde polysaccharide worden bepaald |
| sont déterminées par une méthode appropriée telle que la | met een geschikte methode zoals thermogravimetrie (2.2.34). Het |
| thermogravimétrie (2.2.34); le résultat de la détermination sert à | resultaat van de bepaling wordt gebruikt om de resultaten te berekenen |
| calculer le résultat de certains essais par rapport à la substance | van sommige onderzoeken ten opzichte van de gedroogde stof volgens de |
| desséchée, selon les indications ci-après. | hieronder beschreven aanduidingen. |
| Seul un PRP satisfaisant aux exigences ci-après peut être utilisé pour | Enkel PRF dat beantwoordt aan de hierna volgende vereisten mag worden |
| la préparation du conjugué. | gebruikt bij de bereiding van het conjugaat. |
| Identification. Le PRP est identifié par une méthode immunochimique | Identificatie. PRF wordt geïdentificeerd met behulp van een |
| (2.7.1) ou toute autre méthode appropriée, par exemple, la | immunochemische methode (2.7.1) of een andere geschikte methode, |
| spectrométrie de résonance magnétique nucléaire 1H (2.2.33). | bijvoorbeeld 1H kernmagnetische resonantiespectrometrie (2.2.33). |
| Distribution de taille moléculaire. Le pourcentage de PRP élué avant | Verdeling van de moleculaire grootte. Het percentage PRF geëlueerd |
| une valeur donnée de KD ou dans un intervalle donné de KD est | vóór een bepaalde KD-waarde en binnen een gegeven KD-interval wordt |
| déterminé par chromatographie d'exclusion (2.2.30). Une valeur | bepaald met exclusiechromatografie (2.2.30). Een aanvaardbare waarde |
| acceptable est établie pour chaque produit considéré et il doit être | voor elk overwogen product wordt vastgesteld en er moet worden |
| démontré que chaque lot de PRP est conforme à cette limite. Les | aangetoond dat elke partij PRF voldoet aan deze limiet. Limieten voor |
| limites appliquées aux produits actuellement approuvés, en utilisant | recent goedgekeurde producten, die gebruik maken van de aangeduide |
| la phase stationnaire indiquée, figurent à titre d'information dans le | stationaire fasen worden ter informatie weergegeven in tabel 1219.-1. |
| tableau 1219.-1. Dans les cas appropriés, la taille moléculaire est | Waar van toepassing wordt de grootte van de moleculen eveneens |
| également déterminée après modification chimique du polyoside. | gedetermineerd na chemische wijziging van de polysaccharide. |
| La chromatographie liquide (2.2.29) avec détection à angles multiples | Vloeistofchromatografie (2.2.29) met detectie onder meerdere hoeken |
| de dispersion de lumière laser peut également être utilisée pour | van de dispersie van laserlicht kan eveneens worden gebruikt voor de |
| déterminer la distribution de taille moléculaire. | bepaling van de verdeling van de moleculaire grootte. |
| Tableau 1219.-1. B Caractéristiques des produits et spécifications du | Tabel 1219.-1. B Kenmerken van producten en specificaties van PRF en |
| PRP et de la protéine vectrice dans les produits actuellement approuvés | dragereiwit in momenteel goedgekeurde producten. |
| Pour la consultation du tableau, voir image | Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld |
| Une méthode validée de détermination du degré de polymérisation ou de | Een gevalideerde bepalingsmethode van de polymerisatiegraad of de het |
| la moyenne massique de la masse moléculaire et de la dispersion de la | gewogen gemiddelde van de molecuulmassa en de spreiding van de |
| masse moléculaire peuvent être utilisées au lieu de la détermination de la distribution de taille moléculaire. | molecuul massa kunnen worden gebruikt in plaats van de bepaling van de |
| Ribose (2.5.31). Calculée par rapport à la substance desséchée, la | distributie van moleculaire grootte. |
| teneur en ribose n'est pas inférieure à 32 pour cent. | Ribose (2.5.31). Niet minder dan 32 procent berekend op de gedroogde |
| Phosphore (2.5.18). Calculée par rapport à la substance desséchée, la | stof. Fosfor (2.5.18). Berekend op de gedroogde stof bedraagt het gehalte |
| teneur en phosphore est de 6,8 pour cent à 9,0 pour cent. | niet minder dan 6,8 procent en niet meer dan 9,0 procent. |
| Protéines (2.5.16). Calculée par rapport à la substance desséchée, la | Eiwitten (2.5.16). Het gehalte aan eiwitten is niet hoger dan 1,0 |
| teneur en protéines n'est pas supérieure à 1,0 pour cent. Utilisez une | procent berekend op de gedroogde stof. Gebruik een voldoende |
| quantité de PRP suffisante pour permettre la détection des protéines à | hoeveelheid PRF om de detectie van de eiwitten toe te laten vanaf een |
| partir d'une concentration de 1 pour cent. | concentratie van 1 procent of hoger. |
| Acides nucléiques (2.5.17). Calculée par rapport à la substance | Nucleïnezuren (2.5.17). Het gehalte is niet hoger dan 1,0 procent, |
| desséchée, la teneur en acides nucléiques n'est pas supérieure à 1,0 pour cent. | |
| Endotoxines bactériennes (2.6.14). La concentration limite en | berekend op de gedroogde stof. |
| endotoxines est de 25 U.I. d'endotoxines par microgramme de PRP. Résidus de réactifs. Dans les cas appropriés, des essais sont effectués pour déterminer les résidus des réactifs utilisés pendant l'inactivation et la purification. Une valeur acceptable est établie pour chaque réactif et pour chaque produit particulier et il est démonté que chaque lot de PRP est conforme à cette limite. Si les études de validation ont démontré l'élimination des résidus d'un réactif, l'essai sur le PRP peut être omis. PROTEINE VECTRICE La protéine vectrice est choisie de telle sorte que, une fois conjuguée avec le PRP, elle soit capable d'induire une réponse immunitaire des lymphocytes B, dépendante des lymphocytes T. Les protéines vectrices et les méthodes de couplage actuellement approuvées sont indiquées à titre d'information dans le tableau 1219.-1. Les protéines vectrices sont produites par culture de microorganismes appropriés. La pureté bactériologique de la culture est vérifiée. La culture peut être inactivée. La protéine vectrice est purifiée par une méthode appropriée. Seule une protéine vectrice qui satisfait aux essais ci-après peut être utilisée pour la préparation du conjugué. Identification. La protéine vectrice est identifiée par une méthode | Bacteriële endotoxinen (2.6.14). De limietconcentratie bedraagt 25 IE. endotoxinen per microgram PRF. Residuele reagentia. Waar van toepassing worden onderzoeken uitgevoerd voor het bepalen van residuele reagentia die worden gebruikt tijdens de inactivering en de zuivering. Er wordt een aanvaardbare limiet vastgelegd voor elk reagens en voor elk beschouwd product en er wordt aangetoond dat elke partij PRF voldoet aan deze limieten. Indien validatie de verwijdering van de residuele reagentia heeft aangetoond, kan het onderzoek op PRF worden weggelaten. DRAGEREIWIT. Het dragereiwit wordt zodanig gekozen dat eenmaal geconjugeerd met de PRF dit in staat zou zijn een immuunrespons te induceren van de B-lymfocyten, afhankelijk van de T-lymfocyten. De huidig goedgekeurde dragereiwitten en koppelingsmethoden zijn ter informatie opgenomen in tabel 1219.-1. De dragereiwitten worden geproduceerd vanaf een geschikte micro-organismencultuur. De bacteriologische zuiverheid van de cultuur wordt nagegaan. De cultuur kan worden geïnactiveerd. Het dragereiwit wordt gezuiverd met een geschikte methode. Enkel het dragereiwit dat voldoet aan de hieronder beschreven onderzoeken kan worden gebruikt voor de bereiding van het conjugaat. Identificatie. Het dragereiwit wordt geïdentificeerd met behulp van |
| immunochimique appropriée (2.7.1). | een geschikte immunochemische methode (2.7.1). |
| Stérilité (2.6.1). Utilisez pour chaque milieu 10 ml ou l'équivalent | Steriliteit (2.6.1). Gebruik voor elk milieu 10 ml of het equivalent |
| de 100 doses, en choisissant la quantité moindre. | van 100 dosissen waarbij men de kleinste hoeveelheid kiest. |
| Anatoxine diphtérique. L'anatoxine diphtérique est préparée selon les | Difterie B anatoxine. Het difterie B anatoxine wordt bereid volgens de |
| indications données dans la monographie Vaccin diphtérique adsorbé | aanduidingen gegeven in de monografie Geadsorbeerd difterievaccin |
| (0443) et satisfait aux exigences pour l'anatoxine purifiée en vrac. | (0443) en voldoet aan de vereisten voor het gezuiverde anatoxine in bulk. |
| Anatoxine tétanique. L'anatoxine tétanique est préparée selon les | Tetanus B anatoxine. Het tetanus B anatoxine wordt bereid volgens de |
| indications données dans la monographie Vaccin tétanique adsorbé | aanduidingen gegeven in de monografie Tetanusvaccin, geadsorbeerd |
| (0452) et satisfait aux exigences pour l'anatoxine purifiée en vrac | (0452) en voldoet aan de vereisten voor het gezuiverde anatoxine in |
| sauf que la pureté antigénique n'est pas inférieure à 1500 Lf par | bulk behalve wanneer de antigeenzuiverheid niet lager is dan 1500 Lf |
| milligramme d'azote protéique. | per milligram eiwitstikstof. |
| Protéine diphtérique CRM 197. Contient au minimum 90 pour cent de | Difterie - eiwit CRM 197. Bevat niet minder dan 90 procent difterie - |
| protéine diphtérique CRM 197, déterminée par une méthode appropriée. | eiwit CRM 197, bepaald met behulp van een geschikte methode. Er worden |
| Des essais appropriés sont effectués, pour la validation ou en | voor de validatie of in routine geschikte onderzoeken uitgevoerd om |
| routine, afin de démontrer que le produit n'est pas toxique. | aan te tonen dat het product niet toxisch is. |
| Complexe protéique de la membrane externe de Neisseria meningitidis | Proteïnecomplex van de buitenste membraan van Neisseria meningitidis |
| groupe B (OMP). L'OMP satisfait aux essais suivants de lipopolyosides | groep B (OMP). OMP voldoet aan de volgende onderzoeken op |
| et de pyrogènes. | lipopolysacchariden en pyrogenen. |
| Lipopolyosides. L'OMP contient au maximum 8 pour cent de | Lipopolysacchariden. OMP bevat niet meer dan 8 procent |
| lipopolyosides, déterminés par une méthode appropriée. | lipopolysacchariden, bepaald met een geschikte methode. |
| Pyrogènes (2.6.8). Injectez à chaque lapin 0,25 |gmg 'OMP par | Pyrogenen (2.6.8.). Spuit in bij elk konijn 0,25 |gmg OMP per kilogram |
| kilogramme de masse corporelle. | lichaamsgewicht |
| CONJUGUE EN VRAC | CONJUGAAT IN BULK |
| Pour pouvoir être conjugué, le PRP subit une modification chimique; il | Om te kunnen worden geconjugeerd ondergaat PRF een chemische |
| est généralement partiellement dépolymérisé avant ou au cours de cette | wijziging.; het wordt over het algemeen gedeeltelijk gedepolymeriseerd |
| modification. Des groupes fonctionnels réactifs ou espaceurs peuvent | voor of tijdens deze wijziging. Reactieve functionele groepen of |
| être introduits dans la protéine vectrice ou le PRP avant l'obtention | spacers kunnen worden ingebracht in het dragereiwit of PRF vóór het |
| du conjugué. Afin de contrôler la régularité du procédé, le degré de dérivatisation est déterminé. Le conjugué est obtenu en couplant le PRP et la protéine vectrice par une liaison covalente. Il est soumis à un traitement de purification destiné à éliminer les réactifs résiduels, et le cas échéant, les groupes fonctionnels restés libres sont neutralisés en cours de fabrication au moyen d'agents masquants. Seul un conjugué en vrac qui satisfait aux essais ci-après peut être utilisé pour la préparation du vrac final. Une valeur acceptable est établie pour chaque essai et chaque produit particulier, et il doit être démontré que chaque lot de conjugué est conforme à ces limites. Pour certains des essais, les limites appliquées aux produits actuellement approuvés sont indiquées à titre d'information dans le tableau 1219.-2. Dans le cas d'un vaccin cryodesséché, certains essais peuvent être effectués sur le lot final et non sur le conjugué en vrac lorsque le procédé de cryodessiccation peut modifier le composé à déterminer. PRP. La teneur en PRP est établie par une détermination du phosphore (2.5.18) ou du ribose (2.5.31) ou par un dosage immunochimique | bekomen van het conjugaat. Teneinde de regelmatigheid van het proces te controleren wordt de derivatiegraad bepaald. Het conjugaat wordt bekomen door PRF en het dragereiwit te verbinden met een covalente binding.Het wordt onderworpen aan een zuivering om de residuele reagentia te elimineren en wanneer van toepassing worden de resterende vrije functionele groepen geneutraliseerd tijdens de fabricatie met behulp van maskerende agentia. Enkel een conjugaat in bulk dat voldoet aan de hierna vermelde onderzoeken mag worden gebruikt voor de bereiding van de uiteindelijke bulk. Een aanvaardbare waarde wordt vastgelegd voor elk onderzoek en elk beschouwd product en er moet worden aangetoond dat elke partij conjugaat conform is met deze limieten. Limieten toegepast op momenteel goedgekeurde producten voor sommige van deze onderzoeken worden ter informatie opgesomd in tabel 1219.-2. Voor gevriesdroogde vaccins kunnen sommige onderzoeken worden uitgevoerd op de eindpartij en niet op het conjugaat aangezien het vriesdroogproces de te bepalen component kan wijzigen. Tabel 1219.-2.- Specificaties van conjugaten in bulk van momenteel goedgekeurde producten Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld PRF : Het gehalte PRF wordt bepaald met behulp van een fosforbepaling (2.5.18), ribose (2.5.31) of een immunochemische gehaltebepaling |
| (2.7.1). | (2.7.1). |
| Protéine. La teneur en protéine est déterminée par une méthode | Eiwit. Het eiwitgehalte wordt bepaald met een geschikte chemische |
| chimique appropriée (par exemple, 2.5.16). | methode (vb., 2.5.16). |
| Rapport des teneurs en PRP et protéines. Déterminez le rapport par | Verhouding van het gehalte PRF en het eiwit : Bereken de verhouding. |
| calcul. Distribution de taille moléculaire. Le conjugué en vrac fait l'objet | Verdeling van de moleculaire grootte : het conjugaat wordt onderworpen |
| d'un essai de taille moléculaire effectué par chromatographie | aan een onderzoek op de verdeling van de moleculaire grootte via |
| d'exclusion (2.2.30). PRP libre. La détermination est effectuée après élimination du conjugué, par exemple, au moyen de chromatographie d'exclusion ou hydrophobe, par ultrafiltration ou d'autres procédés validés. Protéine vectrice libre. Déterminez la teneur en protéine vectrice libre soit directement par une méthode appropriée soit par calcul à partir des résultats des autres essais. La teneur est comprise dans les limites approuvées pour le produit considéré. Groupes fonctionnels libres. Le conjugué en vrac ne doit contenir aucun groupe fonctionnel n'ayant pas réagi, à moins qu'il n'ait été démontré lors de la validation du procédé que les groupes fonctionnels libres détectables à ce stade sont éliminés ensuite lors du procédé de fabrication (par exemple du fait de la brièveté de leur demi-vie). Réactifs résiduels. L'élimination des réactifs résiduels, par exemple le cyanure, l'EDAC (éthyldiméthylaminopropylcarbodiimide) et le phénol, est confirmée par des essais appropriés ou par une validation du procédé. | exclusiechromatografie (2.2.30). Vrij PRF : De bepaling wordt uitgevoerd na de eliminering van het conjugaat vb. met behulp van anionuitwisselingsexclusie of hydrofobe chromatografie, ultrafiltratie of andere gevalideerde processen. Vrij dragereiwit. Bepaal het gehalte aan vrij dragereiwit hetzij direct, met behulp van een geschikte methode, hetzij via berekening vertrekkende van de resultaten van andere onderzoeken. Het gehalte voldoet aan de limieten die goedgekeurd zijn voor het beschouwde product. Vrije functionele groepen. Het conjugaat in bulk bevat geen detecteerbare vrije functionele groepen, tenzij validatie van het proces heeft aangetoond dat de vrije functionele groepen die op dit stadium detecteerbaar zijn, worden verwijderd tijdens het fabricageproces (vb. door de korte halfleventijd). Residuele reagentia. De verwijdering van de residuele reagentia, vb. cyanide, EDAC (ethyldimethylaminopropylcarbodiimide) en het fenol wordt bevestigd via geschikte onderzoeken of via gevalideerde processen. |
| Stérilité (2.6.1). Utilisez pour chaque milieu 10 ml ou l'équivalent | Steriliteit (2.6.1). Gebruik voor elk milieu 10 ml of het equivalent |
| de 100 doses, en choisissant la quantité moindre. Tableau 1219.-2.- Spécification des conjugués en vrac des produits actuellement approuvés Pour la consultation du tableau, voir image VRAC FINAL Le conjugué en vrac est dilué à la concentration finale avec un diluant approprié. Un adjuvant, un conservateur anti-microbien et un stabilisant peuvent être ajoutés avant la dilution. Seul un vrac final qui satisfait aux essais suivants peut être utilisé pour la préparation du lot final. Conservateur antimicrobien. Dans les cas approprié, déterminez la teneur en conservateur antimicrobien par une méthode chimique ou | van 100 doses waarbij men de kleinste hoeveelheid kiest. VACCIN IN BULK Het conjugaat in bulk wordt verdund tot de uiteindelijke concentratie met een geschikt verdunningsmiddel. Een additief, een anti-microbieel bewaarmiddel en een stabilisator kunnen worden toegevoegd voor de verdunning. Enkel een vaccin in bulk dat voldoet aan de volgende onderzoeken mag worden gebruikt voor de bereiding van de eindpartij. Anti-microbieel bewaarmiddel. Bepaal indien toepasselijk het gehalte aan microbieel bewaarmiddel met een geschikte chemische of |
| physico-chimique appropriée. Cette teneur n'est pas inférieure à 85 | fysisch-chemische methode. Het gehalte bedraagt niet minder dan 85 |
| pour cent ni supérieure à 115 pour cent de la teneur voulue. | procent en niet meer dan 115 procent van het vermelde gehalte. |
| Stérilité (2.6.1). Le vrac final satisfait à l'essai de stérilité. | Steriliteit (2.6.1). Het vaccin in bulk voldoet aan het onderzoek op |
| Utilisez 10 ml de vrac final pour chaque milieu. | steriliteit. Gebruik 10 ml vaccin in bulk voor elk milieu. |
| LOT FINAL | EINDPARTIJ |
| Seul peut être libéré un lot final qui satisfait à chacune des | Enkel de eindpartij die voldoet aan alle onderzoeken hier beschreven |
| exigences spécifiées ci-dessous sous « Identification » et « Essai ». | onder « Identificatie » en « Onderzoek », mag vrijgegeven worden. |
| Si l'essais de teneur en conservateur antimicrobien a été effectué sur | Indien het gehalte aan anti-microbieel bewaarmiddel uitgevoerd is |
| le vaccin final en vrac, ils peuvent être omis sur le lot final. | geweest op het eindvaccin in bulk moet deze niet worden uitgevoerd op |
| Détermination du pH (2.2.3). Le pH du vaccin, reconstitué si nécessaire, se situe dans les limites approuvées pour le produit considéré. PRP libre. La détermination est effectuée après élimination du conjugué, par exemple, au moyen de chromatographie d'échange d'anions, d'exclusion ou hydrophobe, par ultrafiltration ou d'autres procédés validés. La teneur en PRP libre n'est pas supérieure à celle approuvée pour le produit considéré. IDENTIFICATION Le vaccin est identifié par une méthode immunochimique appropriée (2.7.1) pour le PRP. ESSAI Teneur en PRP. La teneur en PRP est déterminée soit par un dosage du | de eindpartij. pH (2.2.3). De pH van het vaccin, gereconstitueerd indien nodig, bevindt zich binnen de limieten goedgekeurd voor het beschouwde product. Vrij PRF. De bepaling wordt uitgevoerd na de verwijdering van het conjugaat vb. met behulp van ionuitwisseling exclusie of hydrofobe chromatografie, ultrafiltratie of andere gevalideerde processen. Het gehalte aan vrij PRF is niet hoger dan deze die goedgekeurd is voor het beschouwde product. IDENTIFICATIE : Het vaccin wordt geïdentificeerd met een voor het PRF geschikte immunochemische methode (2.7.1). ONDERZOEK : Gehalte aan PRF : Het gehalte aan PRF wordt bepaald, hetzij via een |
| ribose (2.5.31) ou du phosphore (2.5.18), soit par une méthode | gehaltebepaling van ribose (2.5.31) of van fosfor (2.5.18), hetzij via |
| immunochimique (2.7.1), soit par chromatographie liquide d'échange | een immunochemische methode (2.7.1), hetzij via ionuitwisseling |
| d'anions avec un détecteur ampérométrique à pulsations (2.2.29). Le | vloeistofchromatografie met ampèrometrische pulsatiedetector (2.2.29). |
| vaccin contient au minimum 80 pour cent de la quantité de PRP indiquée | Het vaccin bevat niet minder dan 80 procent van de op het etiket |
| sur l'étiquette. | aangegeven PRF waarde. |
| Aluminium. Lorsque le vaccin à examiner est adsorbé sur de l'hydroxyde | Aluminium. Wanneer het te onderzoeken vaccin wordt geadsorbeerd op |
| d'aluminium, il satisfait à l'essai prescrit dans la monographie | aluminiumhydroxide voldoet dit aan het voorgeschreven onderzoek in de |
| Vaccins pour usage humain (0153). | monografie « Vaccins voor humaan gebruik » (0153). |
| Conservateur antimicrobien. Dans les cas appropriés, déterminez la | Anti-microbieel bewaarmiddel. Bepaal indien toepasselijk het gehalte |
| teneur en conservateur antimicrobien par une méthode chimique ou | aan anti-microbieel bewaarmiddel met een geschikte chemische of |
| physico-chimique appropriée. Cette teneur n'est pas inférieure à la | fysisch-chemische methode. Het gehalte bedraagt niet minder dan de |
| valeur dont il a été établi qu'elle correspond au seuil d'efficacité | waarde waarvan is aangetoond dat zij efficiënt is en niet meer |
| ni supérieure à 115 pour cent de la quantité indiquée sur l'étiquette. | bedraagt dan 115 procent van het op het etiket vermelde gehalte. |
| Teneur en eau (2.5.12). Dans le cas de vaccins cryodesséchés, la | Watergehalte (2.5.3).Voor gevriesdroogde vaccins gedraagt het |
| teneur en eau n'est pas supérieure à 3,0 pour cent. | watergehalte niet meer dan 3,0 procent. |
| Stérilité (2.6.1). Le vaccin à examiner satisfait à l'essai de | Steriliteit (2.6.1.). Het vaccin voldoet aan het onderzoek op |
| stérilité. | steriliteit |
| Pyrogènes (2.6.8). Le vaccin à examiner satisfait à l'essai des | Pyrogenen (2.6.8). Het vaccin voldoet aan het onderzoek op pyrogenen. |
| pyrogènes. Injectez par kilogramme de masse corporelle de lapin une | Spuit in bij elk konijn per kilogram lichaamsgewicht een hoeveelheid |
| quantité de vaccin équivalente à : 1 |gmg de PRP si la protéine | vaccin equivalent met 1 |gmg PRF voor difterieanatoxine of |
| vectrice est l'anatoxine diphtérique ou la protéine diphtérique CRM | |
| 197; 0,1 |gmg de PRP si la protéine vectrice est l'anatoxine | difterieanatoxine CRM 1974, 0,1 |gmg PRF wanneer het dragereiwit |
| tétanique; 0,025 |gmg de PRP si la protéine vectrice est l'OMP. | tetanusanatoxine is, en 0,025 |gmg PRF indien OMP het dragereiwit is. |
| CONSERVATION | BEWARING |
| Voir Vaccins pour usage humain (0153). | Zie Vaccins voor humaan gebruik (0153) |
| ETIQUETAGE | ETIKETTERING : |
| Voir Vaccins pour usage humain (0153). | Zie Vaccins voor humaan gebruik (0153) |
| L'étiquette indique : | Het etiket geeft aan : |
| - le nombre de microgrammes de PRP par dose humaine unitaire, | Het aantal microgram PRF per humane eenheidsdosis, |
| - la nature de la protéine vectrice et la quantité nominale par dose | De aard van het dragereiwit en de nominale hoeveelheid per humane |
| humaine unitaire. | eenheidsdosis. |
| Vu pour être annexé à Notre arrêté du 19 avril 2001. | Gezien om te worden gevoegd bij Ons besluit van 19 april 2001. |
| ALBERT | ALBERT |
| Par le Roi : | Van Koningswege : |
| La Ministre de la Protection de la Consommation, de la Santé publique | De Minister van Consumentenzaken, Volksgezondheid en Leefmilieu, |
| et de l'Environnement, | |
| Mme M. AELVOET | Mevr. M. AELVOET |