Arrêté royal rendant obligatoire la convention collective de travail du 17 décembre 2001, conclue au sein de la Commission paritaire des établissements et services d'éducation et d'hébergement, relative à la reconnaissance de l'ancienneté | Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 17 december 2001, gesloten in het Paritair Comité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen en -diensten, betreffende de erkenning van de anciënniteit |
---|---|
SERVICE PUBLIC FEDERAL EMPLOI, TRAVAIL ET CONCERTATION SOCIALE | FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG |
17 MAI 2007. - Arrêté royal rendant obligatoire la convention | 17 MEI 2007. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt |
collective de travail du 17 décembre 2001, conclue au sein de la | verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 17 december 2001, |
Commission paritaire des établissements et services d'éducation et | gesloten in het Paritair Comité voor de opvoedings- en |
d'hébergement, relative à la reconnaissance de l'ancienneté (1) | huisvestingsinrichtingen en -diensten, betreffende de erkenning van de |
anciënniteit (1) | |
ALBERT II, Roi des Belges, | ALBERT II, Koning der Belgen, |
A tous, présents et à venir, Salut. | Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. |
Vu la loi du 5 décembre 1968 sur les conventions collectives de | Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve |
travail et les commissions paritaires, notamment l'article 28; | arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28; |
Vu la demande de la Commission paritaire des établissements et | Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de opvoedings- en |
services d'éducation et d'hébergement; | huisvestingsinrichtingen en -diensten; |
Sur la proposition de Notre Ministre de l'Emploi, | Op de voordracht van Onze Minister van Werk, |
Nous avons arrêté et arrêtons : | Hebben Wij besloten en besluiten Wij : |
Article 1er.Est rendue obligatoire la convention collective de |
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage |
travail du 17 décembre 2001, reprise en annexe, conclue au sein de la | overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 17 december 2001, |
Commission paritaire des établissements et services d'éducation et | gesloten in het Paritair Comité voor de opvoedings- en |
d'hébergement, relative à la reconnaissance de l'ancienneté. | huisvestingsinrichtingen en -diensten, betreffende de erkenning van de anciënniteit. |
Art. 2.Notre Ministre de l'Emploi est chargé de l'exécution du |
Art. 2.Onze Minister van Werk is belast met de uitvoering van dit |
présent arrêté. | besluit. |
Donné à Bruxelles, le 17 mai 2007. | Gegeven te Brussel, 17 mei 2007. |
ALBERT | ALBERT |
Par le Roi : | Van Koningswege : |
Le Ministre de l'Emploi, | De Minister van Werk, |
P. VANVELTHOVEN | P. VANVELTHOVEN |
_______ | _______ |
Note | Nota |
(1) Référence au Moniteur belge | (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : |
Loi du 5 décembre 1968, Moniteur belge du 15 janvier 1969. | Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. |
Annexe | Bijlage |
Commission paritaire des établissements | Paritair Comité voor de opvoedings- |
et services d'éducation et d'hébergement | en huisvestingsinrichtingen en -diensten |
Convention collective de travail du 17 décembre 2001 | Collectieve arbeidsovereenkomst van 17 december 2001 |
Reconnaissance de l'ancienneté (Convention enregistrée le 5 août 2002 sous le numéro 63449/CO/319) | Erkenning van de anciënniteit (Overeenkomst geregistreerd op 5 augustus 2002 onder het nummer 63449/CO/319) |
Vu l'"accord avec le non-marchand" du 29 juin 2000, entre le | Gelet op het "akkoord met de non-profit" van 29 juni 2000, tussen de |
Regering van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, het Verenigd College | |
Gouvernement de la Région de Bruxelles-Capitale, le Collège réuni de | van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie, het College van de |
la Commission communautaire commune, le Collège de la Commission | Franse Gemeenschapscommissie, het College van de Vlaamse |
communautaire française, le Collège de Commission communautaire flamande et les représentants des travailleurs et des pouvoirs organisateurs, il est convenu ce qui suit. Article 1er.La présente convention collective de travail s'applique aux employeurs et aux travailleurs des institutions et services ressortissant à la Commission paritaire des établissements et services d'éducation et d'hébergement et agréés et/ou subsidiés par la Commission communautaire commune de la Région de Bruxelles-Capitale. Il y a lieu d'entendre par "travailleurs" : le personnel ouvrier et employé, masculin et féminin. Art. 2.Toutes les anciennetés acquises dans tous les secteurs cités |
Gemeenschapscommissie en de vertegenwoordigers van de werknemers en van de inrichtende machten, wordt overeengekomen hetgeen volgt. Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en op de werknemers van de inrichtingen en diensten die ressorteren onder het Paritair Comité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen en -diensten die erkend en/of gesubsidieerd zijn door de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Onder "werknemers" wordt verstaan : het mannelijk en vrouwelijk bediende- en werkliedenpersoneel. Art. 2.Alle verworven anciënniteiten in alle genoemde of gelijkgestelde sectoren, vermeld in het akkoord met de non-profit van |
ou assimilés, mentionnés dans l'accord avec le non-marchand du 29 juin | 29 juni 2000, te Brussel of elders, voor alle werknemers worden in |
2000, à Bruxelles ou ailleurs, sont prises en compte pour tous les | |
travailleurs. | |
Pour les ouvriers et le personnel administratif et comptable, la | aanmerking genomen voor het bepalen van de anciënniteit. |
détermination de l'ancienneté tient également compte de l'ancienneté | Voor de werklieden en het administratief en boekhoudkundig personeel, |
acquise dans d'autres secteurs, mais moyennant une limite maximale de | wordt eveneens de verworven anciënniteit in andere sectoren, maar deze |
10 ans. | laatste met een limiet van maximaal 10 jaar, in aanmerking genomen |
voor het bepalen van de anciënniteit. | |
Par "secteurs assimilés", on entend : le secteur socio-culturel et | Onder "gelijkgestelde sectoren" dient men te verstaan : de |
l'enseignement spécial. | socio-culturele sectoren en het bijzonder onderwijs. |
Art. 3.La présente convention collective de travail ne porte pas |
Art. 3.Deze collectieve arbeidsovereenkomst doet geen afbreuk aan de |
atteinte aux droit des travailleurs à la date de sa signature. | rechten van de werknemers op datum van de ondertekening. |
Art. 4.Les parties conviennent explicitement que les avantages |
Art. 4.De partijen komen uitdrukkelijk overeen dat de voordelen |
accordés par la présente convention collective de travail ne seront | toegekend door deze collectieve arbeidsovereenkomst slechts effectief |
effectivement octroyés aux travailleurs que pour autant que le | aan de werknemers zullen toegekend worden, voor zover de Regering van |
Gouvernement de la Région de Bruxelles-Capitale et le Collège réuni de | het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en het Verenigd College van de |
la Commission communautaire commune exécutent intégralement l'article | Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie artikel 6, 1ste alinea |
6, 1er alinéa de l'accord du 29 juin 2000 et de l'avenant du 19 | integraal uitvoeren van het akkoord van 29 juni 2000 en van het |
juillet 2001 à ce même accord. Elles conviennent également d'informer ces même autorités publiques de la bonne exécution de la présente convention. Art. 5.La présente convention collective de travail est conclue pour une durée indéterminée. Elle entre en vigueur le 1er janvier 2001. Elle peut être dénoncée moyennant un préavis d'un an notifié par lettre recommandé à la poste, adressée au président de la Commission paritaire des établissements et services d'éducation et d'hébergement qui en informe les parties signataires. Vu pour être annexé à l'arrêté royal du 17 mai 2007. Le Ministre de l'Emploi, |
aanhangsel van 19 juli 2001 van dit zelfde akkoord. Zij komen eveneens overeen om deze zelfde overheden te informeren over de goede uitvoering van deze overeenkomst. Art. 5.Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt gesloten voor onbepaalde duur. Zij wordt van kracht op 1 januari 2001. Zij kan worden opgezegd mits een opzeggingstermijn van één jaar, betekend bij een ter post aangetekende brief, gericht aan de voorzitter van het Paritair Comité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen en -diensten, die de ondertekenende partijen ervan in kennis stelt. Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 17 mei 2007. De Minister van Werk, |
P. VANVELTHOVEN | P. VANVELTHOVEN |