Arrêté royal rendant obligatoire la convention collective de travail du 27 mai 1999, conclue au sein de la Commission paritaire de la construction, relative à l'octroi d'une indemnité-gel complémentaire spéciale aux ouvriers du secteur de la construction | Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 27 mei 1999, gesloten in het Paritair Comité voor het bouwbedrijf, betreffende de toekenning van een bijzondere aanvullende vorstvergoeding aan de werklieden van de bouwnijverheid |
---|---|
MINISTERE DE L'EMPLOI ET DU TRAVAIL | MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID |
15 JANVIER 2002. - Arrêté royal rendant obligatoire la convention | 15 JANUARI 2002. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend |
collective de travail du 27 mai 1999, conclue au sein de la Commission | wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 27 mei 1999, |
gesloten in het Paritair Comité voor het bouwbedrijf, betreffende de | |
paritaire de la construction, relative à l'octroi d'une indemnité-gel | toekenning van een bijzondere aanvullende vorstvergoeding aan de |
complémentaire spéciale aux ouvriers du secteur de la construction (1) | werklieden van de bouwnijverheid (1) |
ALBERT II, Roi des Belges, | ALBERT II, Koning der Belgen, |
A tous, présents et à venir, Salut. | Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. |
Vu la loi du 5 décembre 1968 sur les conventions collectives de | Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve |
travail et les commissions paritaires, notamment l'article 28; | arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28; |
Vu la demande de la Commission paritaire de la construction; | Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor het bouwbedrijf; |
Sur la proposition de Notre Ministre de l'Emploi, | Op de voordracht van Onze Minister van Werkgelegenheid, |
Nous avons arrêté et arrêtons : | Hebben Wij besloten en besluiten Wij : |
Article 1er.Est rendue obligatoire la convention collective de |
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage |
travail du 27 mai 1999, reprise en annexe, conclue au sein de la | overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 27 mei 1999, gesloten |
Commission paritaire de la construction, relative à l'octroi d'une | in het Paritair Comité voor het bouwbedrijf, betreffende de toekenning |
indemnité-gel complémentaire spéciale aux ouvriers du secteur de la | van een bijzondere aanvullende vorstvergoeding aan de werklieden van |
construction. | de bouwnijverheid. |
Art. 2.Notre Ministre de l'Emploi est chargé de l'exécution du |
Art. 2.Onze Minister van Werkgelegenheid is belast met de uitvoering |
présent arrêté. | van dit besluit. |
Donné à Bruxelles, le 15 janvier 2002. | Gegeven te Brussel, 15 januari 2002. |
ALBERT | ALBERT |
Par le Roi : | Van Koningswege : |
La Ministre de l'Emploi, | De Minister van Werkgelegenheid, |
Mme L. ONKELINX | Mevr. L. ONKELINX |
_______ | _______ |
Note | Nota |
(1) Référence au Moniteur belge : | (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : |
Loi du 5 décembre 1968, Moniteur belge du 15 janvier 1969. | Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. |
Annexe | Bijlage |
Commission paritaire de la construction | Paritair Comité voor het bouwbedrijf |
Convention collective de travail du 27 mai 1999 | Collectieve arbeidsovereenkomst van 27 mei 1999 |
Octroi d'une indemnité-gel complémentaire spéciale aux ouvriers du | Toekenning van een bijzondere aanvullende vorstvergoeding aan de |
secteur de la construction (Convention enregistrée le 8 octobre 1999 | werklieden van de bouwnijverheid (Overeenkomst geregistreerd op 8 |
sous le numéro 52557/CO/124) | oktober 1999 onder het nummer 52557/CO/124) |
CHAPITRE Ier. - Champ d'application | HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied |
Article 1er.La présente convention collective de travail s'applique |
Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op |
aux employeurs des entreprises qui ressortissent à la Commission | de werkgevers van de ondernemingen die onder het Paritair Comité voor |
paritaire de la construction et aux ouvriers qu'ils occupent. | het bouwbedrijf ressorteren en op de werklieden die zij tewerkstellen. |
On entend par « ouvriers » les ouvriers et les ouvrières. | Onder « werklieden » verstaat men de werklieden en de werksters. |
CHAPITRE II. - Conditions d'octroi | HOOFDSTUK II. - Toekenningsvoorwaarden |
Art. 2.L'idemnité-gel complémentaire spéciale est octroyée aux |
Art. 2.De bijzondere aanvullende vorstvergoeding wordt toegekend aan |
ouvriers pour les jours situés dans la période du 1er octobre 1998 | de werklieden voor de dagen waarop zij in de periode van 1 oktober |
jusqu'au 30 avril 1999 inclus et dans la période du 1er octobre 1999 | 1998 tot en met 30 april 1999 en in de periode van 1 oktober 1999 tot |
jusqu'au 30 avril 2000 inclus, pendant lesquels leur employeur les a | en met 30 april 2000 door hun werkgever tijdelijk werkloos werden |
mis en chômage temporaire pour cause d'intempéries et pour lesquels | gesteld wegens weerverlet en waarvoor zij vorstvergoedingen hebben |
ils ont bénéficié d'indemnités-gel. | genoten. |
CHAPITRE III. - Montant de l'indemnité-gel complémentaire spéciale | HOOFDSTUK III. - Bedrag van de bijzondere aanvullende vorstvergoeding |
Art. 3.Le montant journalier forfaitaire de l'indemnité-gel |
Art. 3.Het forfaitair dagbedrag van de bijzondere aanvullende |
complémentaire spéciale (exprimé selon le régime des six jours | vorstvergoeding (uitgedrukt volgens de regeling van zes vergoedbare |
indemnisables par semaine) est fixé à 210 BEF brut. | dagen per week) bedraagt 210 BEF bruto. |
CHAPITRE IV. - Dispositions diverses | HOOFDSTUK IV. - Diverse bepalingen |
Art. 4.L'indemnité-gel complémentaire spéciale est payée aux ayants |
Art. 4.De bijzondere aanvullende vorstvergoeding wordt aan de |
droit respectivement pendant le mois de juin 2000 et juin 2001 par le | gerechtigden respectievelijk in de maand juni 2000 en juni 2001 |
Fonds de sécurité d'existence des ouvriers de la construction sur la | uitbetaald door het Fonds voor bestaanszekerheid van de werklieden uit |
base des renseignements fournis par les organismes de paiement, visés | het bouwbedrijf op basis van de inlichtingen verstrekt door de bij |
à l'article 7 des statuts du Fonds de sécurité d'existence des | artikel 7 van de statuten van het Fonds voor bestaanszekerheid van de |
ouvriers de la construction. | werklieden uit het bouwbedrijf beoogde uitbetalingsinstellingen. |
Art. 5.Le service visé à l'article 23 des statuts du Fonds de |
Art. 5.De dienst bedoeld bij artikel 23 van de statuten van het Fonds |
sécurité d'existence des ouvriers de la construction est chargé de | voor bestaanszekerheid van de werklieden uit het bouwbedrijf is belast |
l'organisation administrative, comptable et financière des opérations | met de administratieve, boekhoudkundige en financiële organisatie van |
découlant de l'application de la présente convention collective de | de verrichtingen die voortvloeien uit de toepassing van deze |
travail. | collectieve arbeidsovereenkomst. |
Art. 6.Les cas particuliers qui ne peuvent être résolus sur la base |
Art. 6.De bijzondere gevallen die niet op grond van deze collectieve |
de la présente convention collective de travail, sont présentés par la | arbeidsovereenkomst kunnen worden opgelost, worden door de meest |
partie la plus diligente au conseil d'administration du Fonds de | gerede partij voorgelegd aan de raad van bestuur van het Fonds voor |
sécurité d'existence des ouvriers de la construction. | bestaanszekerheid van de werklieden uit het bouwbedrijf. |
CHAPITRE V. - Entrée en vigueur et durée de validité | HOOFDSTUK V. - Inwerkingtreding en geldigheidsduur |
Art. 7.La présente convention collective de travail est conclue pour |
Art. 7.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is gesloten voor een |
une durée déterminée. Elle entre en vigueur le 1er octobre 1999 et | bepaalde duur. Ze treedt in werking op 1 oktober 1999 en treedt buiten |
expire le 30 septembre 2001. | werking op 30 september 2001. |
Vu pour être annexé à l'arrêté royal du 15 janvier 2002. | Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 15 januari 2002. |
La Ministre de l'Emploi, | De Minister van Werkgelegenheid, |
Mme L. ONKELINX | Mevr. L. ONKELINX |