Arrêté royal rendant obligatoire la convention collective de travail du 3 juillet 2019, conclue au sein de la Commission paritaire de l'industrie des tabacs, relative aux conditions de travail et de rémunération pendant la période 2019 et 2020 | Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 3 juli 2019, gesloten in het Paritair Comité voor het tabaksbedrijf, betreffende de loon- en arbeidsvoorwaarden tijdens de periode 2019 en 2020 |
---|---|
SERVICE PUBLIC FEDERAL EMPLOI, TRAVAIL ET CONCERTATION SOCIALE | FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG |
11 NOVEMBRE 2019. - Arrêté royal rendant obligatoire la convention | 11 NOVEMBER 2019. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend |
collective de travail du 3 juillet 2019, conclue au sein de la | wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 3 juli 2019, |
Commission paritaire de l'industrie des tabacs, relative aux | gesloten in het Paritair Comité voor het tabaksbedrijf, betreffende de |
conditions de travail et de rémunération pendant la période 2019 et 2020 (1) | loon- en arbeidsvoorwaarden tijdens de periode 2019 en 2020 (1) |
PHILIPPE, Roi des Belges, | FILIP, Koning der Belgen, |
A tous, présents et à venir, Salut. | Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. |
Vu la loi du 5 décembre 1968 sur les conventions collectives de | Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve |
travail et les commissions paritaires, notamment l'article 28; | arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28; |
Vu la demande de la Commission paritaire de l'industrie des tabacs; | Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor het tabaksbedrijf; |
Sur la proposition de la Ministre de l'Emploi, | Op de voordracht van de Minister van Werk, |
Nous avons arrêté et arrêtons : | Hebben Wij besloten en besluiten Wij : |
Article 1er.Est rendue obligatoire la convention collective de |
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage |
travail du 3 juillet 2019, reprise en annexe, conclue au sein de la | overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 3 juli 2019, gesloten |
Commission paritaire de l'industrie des tabacs, relative aux | in het Paritair Comité voor het tabaksbedrijf, betreffende de loon- en |
conditions de travail et de rémunération pendant la période 2019 et | arbeidsvoorwaarden tijdens de periode 2019 en 2020. |
2020. Art. 2.Le ministre qui a l'Emploi dans ses attributions est chargé de |
Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van |
l'exécution du présent arrêté. | dit besluit. |
Donné à Bruxelles, le 11 novembre 2019. | Gegeven te Brussel, 11 november 2019. |
PHILIPPE | FILIP |
Par le Roi : | Van Koningswege : |
La Ministre de l'Emploi, | De Minister van Werk, |
N. MUYLLE | N. MUYLLE |
_______ | _______ |
Note | Nota |
(1) Référence au Moniteur belge : | (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : |
Loi du 5 décembre 1968, Moniteur belge du 15 janvier 1969. | Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. |
Annexe | Bijlage |
Commission paritaire de l'industrie des tabacs | Paritair Comité voor het tabaksbedrijf |
Convention collective de travail du 3 juillet 2019 | Collectieve arbeidsovereenkomst van 3 juli 2019 |
Conditions de travail et de rémunération pendant la période 2019 et | Loon- en arbeidsvoorwaarden tijdens de periode 2019 en 2020 |
2020 (Convention enregistrée le 6 août 2019 sous le numéro | (Overeenkomst geregistreerd op 6 augustus 2019 onder het nummer |
153270/CO/133) | 153270/CO/133) |
Préambule | Preambule |
Vu le projet d'accord interne conclu entre les partenaires sociaux le | Gelet op het intern ontwerpakkoord, gesloten op 28 juni 2019 tussen de |
28 juin 2019, il a été convenu ce qui suit : | sociale partners, is het volgende overeengekomen : |
CHAPITRE Ier. - Champ d'application | HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied |
Article 1er.La présente convention collective de travail s'applique |
Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op |
aux employeurs et aux ouvriers de l'industrie des tabacs dans les | de werkgevers en op de arbeiders van het tabaksbedrijf in de |
sous-secteurs des cigares/cigarillos et des tabacs à fumer, à mâcher | subsectoren van de sigaren/cigarillo's en van de rook-, pruim- en |
et à priser. | snuiftabak. |
Par "ouvriers", on entend : les ouvriers masculins et féminins. | Met "arbeiders" worden de mannelijke en vrouwelijke arbeiders bedoeld. |
CHAPITRE II. - Pouvoir d'achat | HOOFDSTUK II. - Koopkracht |
Art. 2.§ 1er. Au 1er janvier 2019, tant les salaires horaires |
Art. 2.§ 1. Op 1 januari 2019 worden zowel de bruto minimumuurlonen |
minimums bruts que les salaires horaires réellement payés sont augmentés de 0,20 EUR. | als de werkelijk betaalde uurlonen verhoogd met 0,20 EUR. |
§ 2. A partir du 1er janvier 2019, le montant journalier brut de | § 2. Het bruto dagbedrag van de bestaanszekerheidsvergoeding bij |
l'indemnité de sécurité d'existence en cas de chômage, payé par | werkloosheid, betaald door de werkgever, bedraagt vanaf 1 januari 2019 |
l'employeur, s'élève : | : |
- à 1 salaire horaire minimum pour le travail posté de la catégorie VI | - 1 minimumuurloon ploegenarbeid van categorie VI voor de sigaren en |
pour les cigares et les cigarillos; | cigarillo's; |
- à 1 salaire horaire minimum pour le travail posté de catégorie III | - 1 minimumuurloon ploegenarbeid van categorie III voor de rook-, |
pour le tabac à fumer, à chiquer et à priser. | pruim- en snuiftabak. |
Commentaire paritaire | Paritair commentaar |
Aux fins de clarté, les montants au 1er janvier 2019 sont les suivants : | Ter verduidelijking zijn de bedragen per 1 januari 2019 als volgt : |
- 17,4865 EUR pour les cigares/cigarillos; | - 17,4865 EUR voor de sigaren/cigarillo's; |
- 14,6340 EUR pour le tabac à fumer, à chiquer et à priser. | - 14,6340 EUR voor de rook-, pruim- en snuiftabak. |
CHAPITRE III. - Deuxième pilier | HOOFDSTUK III. - Tweede pijler |
Art. 3.Au 1er janvier 2019, la cotisation patronale à l'assurance |
Art. 3.Per 1 januari 2019 wordt de werkgeversbijdrage in de |
pension extralégale (deuxième pilier) est majorée de 125 EUR par an, | extralegale pensioenverzekering (tweede pijler) verhoogd met 125 EUR |
selon les conditions en vigueur. | per jaar volgens de geldende voorwaarden. |
Commentaire paritaire | Paritair commentaar |
Cette mesure porte à un minimum de 750 EUR par an l'effort total découlant des accords sectoriels. | Dit brengt de totale inspanning vanuit de sectorale afspraken op minimaal 750 EUR per jaar. |
CHAPITRE IV. - Congé d'âge sectoriel | HOOFDSTUK IV. - Sectoraal leeftijdsverlof |
Art. 4.Dans le cadre de la convention collective de travail n° 104, |
Art. 4.In het kader van collectieve arbeidsovereenkomst nr. 104 |
les ouvriers de 58 ans ou plus ont droit, à partir de l'année | hebben de arbeiders van 58 jaar of ouder vanaf het kalenderjaar waarin |
calendrier au cours de laquelle ils atteignent 58 ans, à 1 jour de congé sur la base de leur âge pendant la période du 1er janvier 2019 au 31 décembre 2019. A partir du 1er janvier 2020, les ouvriers ont droit à : - 1 jour de congé à partir de l'année calendrier au cours de laquelle ils atteignent 55 ans; - 2 jours de congé à partir de l'année calendrier au cours de laquelle ils atteignent 60 ans. Ces jours ne sont pas cumulables. Le jour lié à l'âge est appliqué proportionnellement au régime de travail du travailleur à la date de la prise du congé d'âge. | zij 58 jaar worden, recht op 1 dag verlof op basis van hun leeftijd in de periode van 1 januari 2019 tot 31 december 2019. Vanaf 1 januari 2020 hebben de arbeiders recht op : - 1 dag verlof vanaf het kalenderjaar waarin ze 55 jaar worden; - 2 dagen verlof vanaf het kalenderjaar waarin ze 60 jaar worden. Deze dagen zijn onderling niet cumuleerbaar. De leeftijdsdag wordt proportioneel toegepast volgens het arbeidsregime waarin de werknemer is tewerkgesteld op datum van de opname van het leeftijdsverlof. |
CHAPITRE V. - Congé d'ancienneté | HOOFDSTUK V. - Anciënniteitsverlof |
Art. 5.A partir du 1er janvier 2020, le congé d'ancienneté ne sera |
Art. 5.Vanaf 1 januari 2020 wordt het anciënniteitsverlof niet meer |
plus octroyé sur la base de l'ancienneté dans l'entreprise, mais sur | toegekend op basis van de anciënniteit in de onderneming, maar op |
la base de l'ancienneté dans le secteur. L'ancienneté acquise avant le | basis van deze in de sector. Ook de anciënniteit die werd opgebouwd |
1er janvier 2020 sera également prise en compte. La charge de la | vóór 1 januari 2020 wordt in rekening gebracht. De bewijslast ligt bij |
preuve incombera au travailleur. | de werknemer. |
CHAPITRE VI. - Prime syndicale | HOOFDSTUK VI. - Syndicale premie |
Art. 6.La prime syndicale que les travailleurs perçoivent en RCC est |
Art. 6.De syndicale premie die werknemers in SWT ontvangen, wordt |
augmentée selon un plan échelonné : | volgens een stappenplan verhoogd : |
- pour l'année de référence 2019, versée en 2020 : 60 EUR; | - Voor het refertejaar 2019, uitbetaald in 2020 : 60 EUR; |
- pour l'année de référence 2020, versée en 2021 : 90 EUR; | - Voor het refertejaar 2020, uitbetaald in 2021 : 90 EUR; |
- pour l'année de référence 2021, versée en 2022 : 90 EUR; | - Voor het refertejaar 2021, uitbetaald in 2022 : 90 EUR; |
- pour l'année de référence 2022, versée en 2023 et les années | - Vanaf het refertejaar 2022, uitbetaald in 2023 en volgende : 110 |
suivantes : 110 EUR. | EUR. |
CHAPITRE VII. - Commission paritaire | HOOFDSTUK VII. - Paritair comité |
Art. 7.Un groupe de travail paritaire est organisé avec le président |
Art. 7.Samen met de voorzitter van het paritair comité wordt een |
de la commission paritaire pour examiner s'il est possible et | paritaire werkgroep georganiseerd om na te gaan of het mogelijk en |
souhaitable de constituer une commission paritaire mixte (ouvriers et | wenselijk is een gemengd (arbeiders en bedienden) paritair comité van |
employés) des sociétés de tabac. D'ici la prochaine concertation | de tabaksbedrijven op te richten. Tegen het volgend sociaal overleg |
sociale, un plan par étapes pourra éventuellement être élaboré sur la | zal op basis van dit onderzoek eventueel een stappenplan worden |
base de cet examen. | uitgewerkt. |
CHAPITRE VIII. - Dispense en matière d'obligation-jeunes | HOOFDSTUK VIII. - Vrijstelling inzake jongerenverplichting |
Art. 8.Les partenaires sociaux s'engagent à examiner conjointement |
Art. 8.De sociale partners verbinden er zich toe om tijdens de duur |
avec le président de la commission paritaire, pendant la durée de | van het sectoraal akkoord samen met de voorzitter van het paritair |
l'accord sectoriel, si et comment une dispense en matière d'obligation | comité te onderzoeken of en hoe er in de sector eventueel vrijstelling |
d'engager des jeunes peut éventuellement être obtenue dans le secteur. | kan worden bekomen inzake jongerenverplichting. |
CHAPITRE IX. - Autres dispositions | HOOFDSTUK IX. - Andere bepalingen |
Art. 9.Toutes les conventions collectives de travail en cours seront |
Art. 9.Alle lopende collectieve arbeidsovereenkomsten zullen worden |
prolongées pour la durée de la présente convention collective de travail. | verlengd voor de duurtijd van deze collectieve arbeidsovereenkomst. |
Art. 10.La présente convention collective de travail entre en vigueur le 1er janvier 2019 et cesse de produire ses effets au 31 décembre 2020. Pendant cette période, la paix sociale sera respectée. Les parties s'engagent, après la durée de la présente convention collective de travail, à prolonger au maximum les conventions collectives de travail sectorielles en matière de RCC, de crédit-temps et d'emploi de fin de carrière, selon les possibilités légales d'application à ce moment-là. Vu pour être annexé à l'arrêté royal du 11 novembre 2019. La Ministre de l'Emploi, |
Art. 10.Deze collectieve arbeidsovereenkomst loopt van 1 januari 2019 tot en met 31 december 2020. Tijdens deze duurtijd zal de sociale vrede gerespecteerd worden. Partijen engageren zich om na de looptijd van deze collectieve arbeidsovereenkomst de sectorale collectieve arbeidsovereenkomsten inzake SWT, tijdskrediet en landingsbaan maximaal te verlengen volgens de wettelijke mogelijkheden op dat ogenblik van toepassing. Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 11 november 2019. De Minister van Werk, |
N. MUYLLE | N. MUYLLE |