| Arrêté royal fixant les dispositions de sécurité relatives au matériel des lignes ferroviaires musées | Koninklijk besluit tot vaststelling van de veiligheidsvoorschriften met betrekking tot het materieel van de museumspoorlijnen |
|---|---|
| SERVICE PUBLIC FEDERAL MOBILITE ET TRANSPORTS 8 MAI 2014. - Arrêté royal fixant les dispositions de sécurité relatives au matériel des lignes ferroviaires musées PHILIPPE, Roi des Belges, A tous, présents et à venir, Salut. | FEDERALE OVERHEIDSDIENST MOBILITEIT EN VERVOER 8 MEI 2014. - Koninklijk besluit tot vaststelling van de veiligheidsvoorschriften met betrekking tot het materieel van de museumspoorlijnen FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. |
| Vu la loi du 26 mars 2014 relative à la sécurité d'exploitation des | Gelet op de wet van 26 mars 2014 betreffende de exploitatieveiligheid |
| lignes ferroviaires musées, l'article 16; | van de museumspoorlijnen, artikel 16; |
| Vu l'avis de l'Inspecteur des Finances, donné le 31 janvier 2013; | Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 31 |
| Vu l'accord du Ministre du Budget, donné le 15 avril 2013; | januari 2013; Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Begroting, d.d. 15 april 2013; |
| Vu l'association des Gouvernements de Région; | Gelet op de betrokkenheid van de Gewestregeringen; |
| Vu l'avis n° 55.707/4 du Conseil d'Etat, donné le 3 avril 2014, en | Gelet op advies nr. 55.707/4 van de Raad van State, gegeven op 3 april |
| application de l'article 84, § 1er, alinéa 1er, 2°, des lois sur le | 2014, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de |
| Conseil d'Etat, coordonnées le 12 janvier 1973; | wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973; |
| Sur la proposition de la Ministre de l'Intérieur et du Secrétaire | Op de voordracht van de Minister van Binnenlandse Zaken en de |
| d'Etat à la Mobilité, | Staatssecretaris voor Mobiliteit, |
| Nous avons arrêté et arrêtons : | Hebben Wij besloten en besluiten Wij : |
| CHAPITRE 1er. - Dispositions générales | HOOFDSTUK 1. - Algemene bepalingen |
Article 1er.§ 1er. L'exploitant de la ligne ferroviaire musée |
Artikel 1.§ 1. De museumspoorlijnuitbater stelt, met het oog op zijn |
| établit, en vue de sa demande d'une autorisation d'exploitation, un | aanvraag voor een uitbatingsmachtiging, een dossier op met een |
| dossier avec une description technique du matériel qu'il veut | technische beschrijving van het materieel dat hij wil gebruiken. |
| utiliser. § 2. Les dispositions de sécurité par rapport au matériel sont | § 2. De veiligheidsvoorschriften betreffende het materieel worden |
| établies dans le dossier de l'autorisation d'exploitation sur base | vastgesteld in het dossier van de uitbatingsmachtiging op basis van |
| d'une visite technique, précisée ci-après au Chapitre 2, par un expert | een technische inspectie, hierna bepaald in Hoofdstuk 2, door een |
| matériel. | expert materieel. |
| § 3. Après la délivrance de l'autorisation d'exploitation, les | § 3. Na de aflevering van de uitbatingsmachtiging, worden de |
| dispositions de sécurité par rapport au "matériel" sont contrôlées par | veiligheidsvoorschriften betreffende het "materieel" gecontroleerd via |
| des visites techniques périodiques, précisées ci-après au Chapitre 2, | periodieke, technische inspecties, hierna bepaald in Hoofdstuk 2, door |
| par un expert matériel. | een expert materieel. |
| CHAPITRE 2. - Aspects techniques | HOOFDSTUK 2. - Technische aspecten |
Art. 2.Le matériel est vérifié au moins par rapport aux exigences |
Art. 2.Het materieel wordt tenminste nagezien op de vereisten bepaald |
| précisées aux sections 1re à 5. | in de afdelingen 1 tot 5. |
| Section 1re. - Compatibilité avec l'infrastructure | Afdeling 1. - Compatibiliteit met de infrastructuur |
Art. 3.Pour accéder à l'infrastructure de la ligne ferroviaire musée, |
Art. 3.Voor de toegang tot de museumspoorlijninfrastructuur is het |
| le matériel est compatible avec le gabarit de l'infrastructure de la | materieel compatibel met het doorgangsprofiel van de |
| ligne ferroviaire musée sur laquelle ce matériel circule. | museumspoorlijninfrastructuur, waarop dit materieel rijdt. |
Art. 4.La vitesse maximale des véhicules est déterminée en fonction |
Art. 4.De maximale snelheid van de voertuigen wordt bepaald rekening |
| de la stabilité de marche, de la puissance de freinage, de la charge à | houdend met de ritstabiliteit, het remvermogen, de aslast van de |
| l'essieu des véhicules ainsi que de la distance de freinage et de | voertuigen evenals van de remafstand en van de |
| l'infrastructure de la ligne ferroviaire musée sur laquelle ces | museumspoorlijninfrastructuur waarop deze voertuigen rijden. |
| véhicules circulent. | |
Art. 5.La géométrie des organes de roulement permet le passage |
Art. 5.De geometrie van de rolorganen laat de correcte doorgang in |
| correct dans la voie et les appareils de voie. | het spoor en de spoortoestellen toe. |
Art. 6.Le matériel permet le fonctionnement correct d'éventuels |
Art. 6.Het materieel maakt de correcte werking mogelijk van eventuele |
| systèmes de détection de train installés sur l'infrastructure de la | treindetectiesystemen die geïnstalleerd zijn op de |
| ligne ferroviaire musée sur laquelle ce matériel circule. | museumspoorlijninfrastructuur waarop dit materieel rijdt. |
Art. 7.Les véhicules ne provoquent pas de perturbations dans les |
Art. 7.De voertuigen veroorzaken geen storingen in de |
| systèmes de détection de train installés sur l'infrastructure de la | treindetectiesystemen die geïnstalleerd zijn op de |
| ligne ferroviaire musée. | museumspoorlijninfrastructuur. |
Art. 8.L'équipement des véhicules est capable de capter et de traiter |
Art. 8.De uitrusting van de voertuigen is in staat de signalen, |
| correctement les signaux en provenance de l'infrastructure de la ligne | komende van de museumspoorlijninfrastructuur, op correcte wijze op te |
| ferroviaire musée. | vangen en te verwerken. |
Art. 9.Les essieux extrêmes du véhicule moteur sont protégés par des |
Art. 9.De uiterste assen van het motorvoertuig zijn beschermd door |
| chasse-pierres. | spoorstaafruimers. |
| Section 2. - Exigences pour le système de freinage | Afdeling 2. - Vereisten betreffende de remuitrusting |
Art. 10.La puissance de freinage permet de ralentir et d'arrêter les |
Art. 10.De remkracht laat toe de voertuigen op een veilige manier te |
| véhicules en toute sécurité. | vertragen en te stoppen. |
Art. 11.Une rupture d'attelage mène automatiquement au freinage des |
Art. 11.Een koppelingsbreuk veroorzaakt automatisch de remming van de |
| parties du train scindées du fait même de la rupture. | delen van de trein die gesplitst zijn door het feit zelf van de breuk. |
Art. 12.L'équipement de freinage dispose de régleurs de jeu du |
Art. 12.De remuitrusting beschikt over de nodige |
| système de frein. | spelingscompensatoren. |
| Si ce n'est pas le cas, le programme d'entretien est établi de sorte | Indien dit niet het geval is, is het onderhoudsprogramma zodanig |
| que le fonctionnement correct du frein est toujours garanti. Des | opgesteld dat de correcte remwerking steeds gegarandeerd is. |
| mesures sont prises afin que le frein soit inépuisable. | Maatregelen zijn genomen zodanig dat de rem onuitputbaar is. |
Art. 13.Les véhicules disposent de suffisamment de freins afin de |
Art. 13.De voertuigen beschikken over voldoende remmen om deze te |
| permettre de les immobiliser, en fonction de leur masse et de | immobiliseren, rekening houdend met hun massa en de |
| l'infrastructure de la ligne ferroviaire musée sur laquelle ces | museumspoorlijninfrastructuur, waarop deze voertuigen rijden. |
| véhicules circulent. | |
| En cas d'absence ou d'inefficacité des freins, l'exploitant de la | Bij gebrek aan of ingeval van ondoeltreffendheid van de remmen, |
| ligne ferroviaire musée prévoit les moyens nécessaires pour | voorziet de museumspoorlijnuitbater de nodige middelen om het (de) |
| immobiliser le (les) véhicule(s). | voertuig(en) te immobiliseren. |
| Section 3. - Equipement de sécurité pour la conduite | Afdeling 3. - Veiligheidsuitrusting voor de besturing |
Art. 14.Les véhicules munis d'un ou de plusieurs poste(s) de |
Art. 14.De voertuigen die over één of meerdere stuurpost(en) |
| conduite, sont équipés: | beschikken zijn uitgerust met : |
| 1° d'un avertisseur sonore en bon état de fonctionnement; | 1° een geluidssignaal in goede staat van werking; |
| 2° d'un dispositif de veille automatique dans chaque poste de | 2° een automatische waakinrichting in elke stuurpost. De snelheid, |
| conduite. La vitesse à laquelle le dispositif devient actif n'est pas supérieure à 10 km/h. | waarbij deze inrichting geactiveerd wordt, is niet hoger dan 10 km/u. |
| La circulation du matériel non équipé d'un dispositif de veille | Het verkeer met materieel, dat niet is uitgerust met een automatische |
| automatique est autorisée, à condition que des mesures de substitution | waakinrichting, is toegestaan op voorwaarde dat er gepaste, |
| appropriées soient prises; | vervangende maatregelen zijn genomen; |
| 3° d'un indicateur de vitesse (en km/h) dans le poste de conduite | 3° een snelheidsaanduider (in km/u) in de actieve stuurpost; |
| actif; 4° d'un dispositif qui enregistre au moins la vitesse (en km/h) en | 4° een inrichting die minstens de snelheid registreert (in km/u) in |
| fonction, soit du temps écoulé, soit de la distance parcourue, par | functie van, hetzij de verstreken tijd, hetzij de afgelegde afstand, |
| rapport à un point de référence. | in verhouding tot een referentiepunt. |
Art. 15.Chaque poste de conduite dispose d'une commande de frein. |
Art. 15.Elke stuurpost beschikt over een remcommando. |
Art. 16.Chaque poste de conduite dispose d'une commande de frein |
Art. 16.Elke stuurpost beschikt over een noodrembediening die bij het |
| d'urgence qui, en cas de déclenchement, amène à un freinage maximal. | ontkoppelen, een maximale remming ten gevolge heeft. |
Art. 17.Chaque poste de conduite est équipé d'indicateurs indiquant, |
Art. 17.Elke stuurpost is uitgerust met indicatoren, die op elk |
| à tout moment, la position du frein. | moment de stand van de rem aangeven. |
| Au cas où le matériel est équipé d'un frein pneumatique, chaque poste | Ingeval het materieel uitgerust is met een pneumatische rem, is elke |
| de conduite est équipé de manomètres qui surveillent la pression dans | stuurpost uitgerust met manometers die de druk in de remsystemen |
| le système de freinage (conduite générale de frein, réservoir | bewaken (algemene remleiding, hoofdreservoir en remcilinders). |
| principal et cylindres de frein). | |
| Section 4. - Les exigences concernant le matériel pour transport de | Afdeling 4. - Vereisten betreffende het materieel voor het vervoer van |
| voyageurs | reizigers |
Art. 18.Les véhicules disposent d'un éclairage intérieur suffisant |
Art. 18.De voertuigen beschikken over voldoende binnenverlichting |
| s'ils sont utilisés de nuit ou sur un trajet comportant un ou | indien ze gebruikt worden bij duisternis of op een traject dat één of |
| plusieurs tunnel(s). | meerdere tunnel(s) bevat. |
Art. 19.Lorsque les caisses du matériel sont fabriquées en bois, le |
Art. 19.Wanneer de kasten van het materieel uit hout vervaardigd |
| système de gestion de sécurité établit les mesures appropriées pour | zijn, bepaalt het veiligheidsbeheersysteem de gepaste maatregelen om |
| réduire les conséquences d'une collision, soit avec d'autres convois | de gevolgen van een botsing, hetzij met andere spoorwegkonvooien, |
| ferroviaires, soit avec des véhicules routiers aux passages à niveau. | hetzij met wegvoertuigen aan de overwegen, te verminderen. |
Art. 20.Lorsque le matériel est équipé de portes d'intercirculation |
Art. 20.Wanneer het materieel is uitgerust met doorgangsdeuren en bij |
| et en l'absence de dispositifs permettant l'intercirculation en toute | gebrek aan voorzieningen om de vrije doorgang in alle veiligheid |
| sécurité, ces portes sont verrouillées. | mogelijk te maken, zijn deze deuren vergrendeld. |
Art. 21.Les portes avec fonctionnement automatique sont munies |
Art. 21.De toegangsdeuren met automatische bediening zijn voorzien |
| d'ouvertures d'urgence. | van noodopeningen. |
Art. 22.Le matériel est équipé de marches-pieds et de mains montoirs, |
Art. 22.Het materieel is uitgerust met voettreden en handgrepen, die |
| permettant d'accéder au matériel et de le quitter en toute sécurité. | het mogelijk maken het materieel in alle veiligheid te betreden en te |
Art. 23.Le matériel est équipé de marteaux brise-vitres ou de |
verlaten. Art. 23.Het materieel is uitgerust met noodhamers of met vensters van |
| fenêtres de type éjectable. | het uitwerpbare type. |
Art. 24.Le matériel est équipé d'un nombre suffisant d'extincteurs. |
Art. 24.Het materieel is uitgerust met een voldoende aantal brandblustoestellen. |
Art. 25.Chaque véhicule susceptible de transporter les voyageurs est |
Art. 25.Elk voertuig dat geschikt is om reizigers te vervoeren, is |
| équipé d'au moins deux signaux d'alarme. Ceux-ci sont clairement | uitgerust met minstens twee noodseinen. Deze zijn duidelijk als |
| identifiables comme tels. | dusdanig identificeerbaar. |
| Section 5. - Autres dispositions techniques | Afdeling 5. - Andere technische bepalingen |
Art. 26.Le véhicule de tête du train est muni d'au moins un feu |
Art. 26.Het kopvoertuig van de trein is voorzien van minstens één wit |
| blanc. | licht. |
Art. 27.Le véhicule de queue du train est muni d'au moins un signal |
Art. 27.Het staartvoertuig van de trein is voorzien van minstens één |
| de queue. | eindsein. |
Art. 28.Les mesures sont prises contre les dangers de l'électricité, |
Art. 28.De maatregelen zijn genomen tegen de elektrische gevaren, |
| selon la norme EN 50153. | volgens de norm EN 50153. |
| Section 6. - Entretien | Afdeling 6. - Onderhoud |
Art. 29.Le matériel est entretenu afin d'en garantir le |
Art. 29.Het materieel is onderhouden, teneinde de correcte en veilige |
| fonctionnement correct et en toute sécurité. | werking ervan te garanderen. |
| L'exploitant de la ligne ferroviaire musée établit un plan d'entretien | De museumspoorlijnuitbater stelt een onderhoudsplan op en verzekert |
| et s'assure de son exécution effective. Il inscrit les travaux | zich van de effectieve uitvoering ervan. Hij noteert de gerealiseerde |
| réalisés dans un registre, consultable lors des contrôles et il | werken in een register, dat geraadpleegd kan worden tijdens de |
| apporte, si nécessaire, des modifications au plan d'entretien. | controles, en brengt, indien nodig, wijzigingen aan het onderhoudsplan aan. |
Art. 30.Tous les deux ans, l'expert matériel rédige un rapport |
Art. 30.Om de twee jaar stelt de expert materieel een verslag op over |
| concernant la réalisation du plan d'entretien et il le transmet à | de uitvoering van het onderhoudsplan en hij maakt dit over aan de |
| l'exploitant de la ligne ferroviaire musée et à l'autorité de sécurité. | museumspoorlijnuitbater en de veiligheidsinstantie. |
| CHAPITRE 3. - Disposition finale | HOOFDSTUK 3. - Slotbepaling |
Art. 31.Le ministre qui a le transport ferroviaire dans ses |
Art. 31.De minister bevoegd voor spoorvervoer is belast met de |
| attributions, est chargé de l'exécution du présent arrêté. | uitvoering van dit besluit. |
| Donné à Bruxelles, le 8 mai 2014. | Gegeven te Brussel, 8 mei 2014. |
| PHILIPPE | FILIP |
| Par le Roi : | Van Koningswege : |
| La Ministre de l'Intérieur, | De Minister van Binnenlandse Zaken, |
| Mme J. MILQUET | Mevr. J. MILQUET |
| Le Secrétaire d'Etat à la Mobilité, | De Staatssecretaris voor Mobiliteit, |
| M. WATHELET | M. WATHELET |