Etaamb.openjustice.be
Vue multilingue de Arrêté Ministériel du 13/10/2017
← Retour vers "Arrêté ministériel modifiant l'arrêté ministériel du 11 avril 2013 fixant l'allocation des laboratoires de contrôle, des médecins-contrôle et des chaperons, en ce qui concerne l'allocation des laboratoires de contrôle "
Arrêté ministériel modifiant l'arrêté ministériel du 11 avril 2013 fixant l'allocation des laboratoires de contrôle, des médecins-contrôle et des chaperons, en ce qui concerne l'allocation des laboratoires de contrôle Ministerieel besluit tot wijziging van het ministerieel besluit van 11 april 2013 houdende vaststelling van de vergoeding van de controlelaboratoria, controleartsen en chaperons, wat betreft de vergoeding van de controlelaboratoria
AUTORITE FLAMANDE VLAAMSE OVERHEID
Culture, Jeunesse, Sports et Médias Cultuur, Jeugd, Sport en Media
13 OCTOBRE 2017. - Arrêté ministériel modifiant l'arrêté ministériel 13 OKTOBER 2017. - Ministerieel besluit tot wijziging van het
du 11 avril 2013 fixant l'allocation des laboratoires de contrôle, des ministerieel besluit van 11 april 2013 houdende vaststelling van de
médecins-contrôle et des chaperons, en ce qui concerne l'allocation vergoeding van de controlelaboratoria, controleartsen en chaperons,
des laboratoires de contrôle wat betreft de vergoeding van de controlelaboratoria
LE MINISTRE FLAMAND DE L'EMPLOI, DE L'ECONOMIE, DE L'INNOVATION ET DES SPORTS, DE VLAAMSE MINISTER VAN WERK, ECONOMIE, INNOVATIE EN SPORT,
Vu le décret antidopage du 25 mai 2012, l'article 15, § 4, inséré par Gelet op het Antidopingdecreet van 25 mei 2012, artikel 15, § 4,
le décret du 19 décembre 2014 ; ingevoegd bij het decreet van 19 december 2014;
Vu l'arrêté du Gouvernement flamand du 13 février 2015 portant Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 13 februari 2015
exécution du Décret Antidopage du 25 mai 2012, l'article 20 ; houdende uitvoering van het Antidopingdecreet van 25 mei 2012, artikel
Vu l'arrêté ministériel du 11 avril 2013 fixant l'allocation des 20; Gelet op het ministerieel besluit van 11 april 2013 houdende
laboratoires de contrôle, des médecins-contrôle et des chaperons ; vaststelling van de vergoeding van de controlelaboratoria, controleartsen en chaperons;
Vu l'avis de l'Inspection des Finances, rendu le 20 septembre 2017, Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 20 september 2017,
Arrête : Besluit :

Article 1er.L'article 1er de l'arrêté ministériel du 11 avril 2013

Artikel 1.Artikel 1 van het ministerieel besluit van 11 april 2013

fixant l'allocation des laboratoires de contrôle, des houdende vaststelling van de vergoeding van de controlelaboratoria,
médecins-contrôle et des chaperons, remplacé par l'arrêté ministériel controleartsen en chaperons, vervangen bij het ministerieel besluit
du 25 septembre 2014, est remplacé par ce qui suit : van 25 september 2014, wordt vervangen door wat volgt:
«

Article 1er.Les laboratoires de contrôle agréés, désignés par le

"

Artikel 1.De erkende controlelaboratoria die door de Vlaamse

Ministre flamand chargé de la pratique du sport dans le respect des minister, bevoegd voor de medisch verantwoorde sportbeoefening, worden
impératifs de santé, pour l'analyse d'échantillons reçoivent à charge aangewezen voor de analyse van monsters, ontvangen ten laste van de
du budget de la Communauté flamande une allocation pour l'exécution begroting van de Vlaamse Gemeenschap een vergoeding voor de uitvoering
desdites analyses. van die analyses.
L'allocation par échantillon pour l'analyse des échantillons d'urine De vergoeding per staal voor de analyse van urinemonsters wordt
est déterminée comme suit, en fonction du type d'analyse : afhankelijk van het soort analyse op de volgende wijze bepaald:
1° échantillon d'urine prélevé lors d'un contrôle en compétition : 155 euros ; 1° urinemonster van een controle binnen wedstrijdverband: 155 euro;
2° échantillon d'urine prélevé lors d'un contrôle hors compétition : 120 euros ; 2° urinemonster van een controle buiten wedstrijdverband: 120 euro;
3° confirmation d'un résultat d'analyse anormal, par substance 3° bevestiging van een afwijkend analyseresultaat, per substantie
(qualitatif) : 225 euros ; (kwalitatief): 225 euro;
4° confirmation d'un résultat d'analyse anormal, par substance 4° bevestiging van een afwijkend analyseresultaat, per substantie
(quantitatif) : 450 euros. (kwantitatief): 450 euro.
L'allocation par échantillon, en cas d'utilisation d'une technologie De vergoeding per staal bij het gebruik van een specifieke technologie
spécifique pour l'analyse d'échantillons d'urine, est fixée de la manière suivante : voor de analyse van urinemonsters wordt op de volgende wijze bepaald:
1° dépistage d'EPO ou analogues : 140 euros ; 1° analyse op epo of analogen: 140 euro;
2° dépistage des petites hormones peptidiques, y compris les GHRP, 2° screening op kleine peptidehormonen, onder andere GHRP's, LHRH,
LHRH, desmopressine, TB500 : 115 euros ; desmopressin, TB500: 115 euro;
3° dépistage des glucuronides de stanozolol : 115 euros ; 3° screening op stanozolol glucuronides: 115 euro;
4° dépistage de l'insuline : 150 euros ; 4° analyse op insuline: 150 euro;
5° dépistage GC/C/IRMS de la testostérone ou ses métabolites, y 5° GC/C/IRMS-analyse op testosteron of metabolieten ervan, inclusief
compris confirmation du profil stéroïdien : 220 euros ; bevestiging van steroïdprofiel: 220 euro;
6° dépistage GC/C/IRMS du norandrosterone : 1000 euros ; 6° GC/C/IRMS-analyse op norandrosterone: 1000 euro;
7° dépistage GC/C/IRMS du formestan : 340 euros ; 7° GC/C/IRMS-analyse op formestaan: 340 euro;
8° dépistage GC/C/IRMS de la boldénone ou un de ses métabolites : 880 8° GC/C/IRMS-analyse op boldenone of een metaboliet ervan: 880 euro;
euros ; 9° analyse rétrospective complémentaire après enregistrement des 9° bijkomende retrospectieve analyse na de inschrijving van de stalen
échantillons (supplément frais administratifs) : 25 euros ; (supplement administratieve kosten): 25 euro;
10° confirmation d'un résultat d'analyse anormal sur l'EPO : 800 euros 10° bevestiging van een afwijkend analyseresultaat op epo: 800 euro;
; 11° confirmation d'un résultat d'analyse anormal IRMS : 1000 euros. 11° bevestiging van een afwijkend analyseresultaat IRMS: 1000 euro.
L'allocation par échantillon pour l'analyse des échantillons de sang De vergoeding per staal voor de analyse van bloedmonsters wordt
est déterminée comme suit, en fonction du type d'analyse : afhankelijk van het soort analyse op de volgende wijze bepaald:
1° dépistage d'EPO, CERA ou analogues d'EPO dans le sérum : 250 euros 1° analyse op epo, CERA of epo-analogen in serum: 250 euro;
; 2° dépistage d'EPO, CERA ou analogues d'EPO dans le plasma : 250 euros ; 2° analyse op epo, CERA of epo-analogen in plasma: 250 euro;
3° dépistage de l'hormone de croissance (méthode isoforme) : 95 euros ; 3° analyse op groeihormoon (isoformmethode): 95 euro;
4° dépistage de l'hormone de croissance (méthode biomarqueur) : 165 euros ; 4° analyse op groeihormoon (biomarkermethode): 165 euro;
5° dépistage de l'hormone de croissance (méthode isoforme et biomarqueur) : 250 euros ; 5° analyse op groeihormoon (isoform- en biomarkermethode): 250 euro;
6° analyse dans le cadre du passeport sanguin : 45 euros ; 6° analyse in het kader van het bloedpaspoort: 45 euro;
7° frais de démarrage supplémentaires pour l'analyse d'échantillons en 7° extra opstartkosten voor de analyse van stalen buiten de werkuren
dehors des heures de travail du laboratoire ou pendant le week-end van het laboratorium of in het weekend in het kader van het
dans le cadre du passeport sanguin : 225 euros. bloedpaspoort: 225 euro.
L'allocation par échantillon pour l'entreposage à long terme des De vergoeding per staal voor de langetermijnbewaring van urinemonsters
échantillons d'urine est déterminée comme suit : wordt op de volgende wijze bepaald:
1° sélection, enregistrement et destruction, 120 mois d'entreposage à 1° selectie, registratie en vernietiging, 120 maanden bewaring bij -20
-20 ° C : 60 euros ; ° C: 60 euro;
2° réexamen en cas d'analyse non effectuée dans DoCoLab, à l'exclusion 2° heropzoeking voor een analyse die niet in DoCoLab is uitgevoerd,
d'autres frais éventuels : 20 euros. exclusief mogelijke andere kosten: 20 euro.
L'allocation par échantillon pour l'entreposage à long terme des De vergoeding per staal voor de langetermijnbewaring van
échantillons de sérum sanguin est déterminée comme suit : bloedserummonsters wordt op de volgende wijze bepaald:
1° sélection, enregistrement et destruction, 120 mois d'entreposage à 1° selectie, registratie en vernietiging, 120 maanden bewaring bij <
< -70 ° C : 100 euros ; -70 ° C: 100 euro;
2° réexamen en cas d'analyse non effectuée dans DoCoLab, à l'exclusion 2° heropzoeking voor een analyse die niet in DoCoLab is uitgevoerd,
d'autres frais éventuels : 20 euros. exclusief mogelijke andere kosten: 20 euro.
L'allocation pour les services de l'UGPA s'élève à 150 euros par De vergoeding voor de APME-diensten bedraagt 150 euro per uur,
heure, à l'exclusion des coûts pour les experts externes, des dossiers
de documentation d'autres laboratoires et des analyses exclusief kosten voor externe experten,
supplémentaires, mais y compris les coûts de communication, laboratoriumdocumentatiepakketten van andere laboratoria en bijkomende
l'évaluation experte interne et les coûts de rapport de l'UGPA. analyses, maar inclusief communicatiekosten, interne expertevaluatie
Les allocations visées aux alinéas 2 à 6 sont exprimées en euros hors en APME-rapportkosten.
T.V.A. et s'appliquent à partir du premier échantillon. De vergoedingen, vermeld in het tweede tot en met zesde lid, zijn
bedragen in euro exclusief btw, en gelden vanaf het eerste staal.
En fonction de la nécessité, l'allocation des autres analyses est Op basis van de noodzaak wordt de vergoeding van andere analyses
convenue avec le laboratoire en question. ». overeengekomen met het laboratorium in kwestie.".

Art. 2.Dans l'article 6 du même arrêté, modifié par l'arrêté

Art. 2.In artikel 6 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het

ministériel du 25 septembre 2014, la date du « 1er janvier 2018 » est ministerieel besluit van 25 september 2014, wordt de datum "1 januari
remplacée par la date du « 1er janvier 2021 ». 2018' vervangen door de datum "1 januari 2021".

Art. 3.Le présent arrêté entre en vigueur le 1er janvier 2018.

Art. 3.Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2018.

Bruxelles, le 13 octobre 2017. Brussel, 13 oktober 2017.
Le Ministre flamand de l'Emploi, de l'Economie, de l'Innovation et des Sports, De Vlaamse minister van Werk, Economie, Innovatie en Sport,
Ph. MUYTERS Ph. MUYTERS
^