← Retour vers "Arrêté ministériel réglant le port des armes par des fonctionnaires de police néerlandais et luxembourgeois sur le territoire belge "
Arrêté ministériel réglant le port des armes par des fonctionnaires de police néerlandais et luxembourgeois sur le territoire belge | Ministerieel besluit tot regeling van de wapendracht door Nederlandse en Luxemburgse politieambtenaren op Belgisch grondgebied |
---|---|
SERVICE PUBLIC FEDERAL INTERIEUR 8 JUILLET 2005. - Arrêté ministériel réglant le port des armes par des fonctionnaires de police néerlandais et luxembourgeois sur le territoire belge Le Ministre de l'Intérieur, | FEDERALE OVERHEIDSDIENST BINNENLANDSE ZAKEN 8 JULI 2005. - Ministerieel besluit tot regeling van de wapendracht door Nederlandse en Luxemburgse politieambtenaren op Belgisch grondgebied De Minister van Binnenlandse Zaken, |
Vu la loi du 3 janvier 1933 relative à la fabrication, au commerce et | Gelet op de wet van 3 januari 1933 op de vervaardiging van, de handel |
au port des armes et au commerce des munitions, notamment l'article | in en het dragen van wapens en op de handel in munitie, inzonderheid |
22, alinéas 2 et 3, modifié par la loi du 30 janvier 1991; | op artikel 22, tweede en derde lid, gewijzigd bij de wet van 30 |
januari 1991; | |
Vu l'arrêté royal du 26 juin 2002 relatif à la détention et au port | Gelet op het koninklijk besluit van 26 juni 2002 betreffende het |
voorhanden hebben en het dragen van wapens door de diensten van het | |
d'armes par les services de l'autorité ou de la force publique, | openbaar gezag of van de openbare macht, inzonderheid op de artikelen |
notamment les articles 1er et 2; | 1 en 2; |
Vu la loi du 13 février 2005 portant assentiment au Traité entre le | Gelet op de wet van 13 februari 2005 houdende instemming met het |
Royaume de Belgique, le Royaume des Pays-Bas et le grand-duché de | verdrag tussen het koninkrijk België, het koninkrijk der Nederlanden |
Luxembourg en matière d'intervention policière transfrontalière, et | en het Groothertogdom Luxemburg inzake grensoverschrijdend politieel |
aux Annexes, faits à Luxembourg le 8 juin 2004, notamment l'article | optreden, en met de bijlagen, gedaan te Luxemburg op 8 juni 2004, |
32; | inzonderheid op artikel 32; |
Vu les lois sur le Conseil d'Etat, coordonnées le 12 janvier 1973, | Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari |
notamment l'article 3, § 1er, remplacé par la loi du 4 juillet 1989 et | 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, vervangen door de wet van 4 juli 1989 en gewijzigd bij de wet van 4 augustus 1996; |
modifié par la loi du 4 août 1996; | Gelet op de dringende noodzakelijkheid gemotiveerd door het feit dat |
Vu l'urgence motivée par le fait que le Traité du 8 juin 2005 entre le | het verdrag van 8 juni 2005 tussen het koninkrijk België, het |
Royaume de Belgique, le Royaume des Pays-Bas et le grand-duché de | |
Luxembourg en matière d'intervention policière transfrontalière est | koninkrijk der Nederlanden en het Groothertogdom Luxemburg inzake |
entré en vigueur entre les trois pays le 27 février 2005 et que la coopération policière opérationnelle transfrontalière est possible depuis ce moment; Considérant que des missions de police transfrontalières doivent pouvoir s'exercer au plus tôt, en exécution du traité précité, afin de garantir la sécurité et prévenir la commission de délits transfrontaliers; Considérant cependant que cette coopération ne peut s'exercer complètement tant que la décision relative à l'armement autorisé pour les forces de police néerlandaise et luxembourgeoise n'est pas prise par le Ministre de l'Intérieur, | grensoverschrijdend politieel optreden op 27 februari 2005 tussen de drie landen in werking is getreden en de grensoverschrijdende operationele politiesamenwerking vanaf dan mogelijk is. Overwegende dat grensoverschrijdende politiemissies, in uitvoering van het voornoemde verdrag, zo snel mogelijk uitgevoerd moeten worden, teneinde de veiligheid te waarborgen en het plegen van grensoverschrijdende delicten te voorkomen; Overwegende echter dat deze samenwerking niet ten volle kan worden uitgevoerd zolang het besluit met betrekking tot de toegestane bewapening van de Nederlandse en Luxemburgse politiediensten niet door de Minister van Binnenlandse Zaken genomen is, |
Arrête : | Besluit : |
Article unique. En exécution de l'arrêté royal du 26 juin 2002 relatif | Enig artikel. In uitvoering van het koninklijk besluit van 26 juni |
à la détention et au port d'armes par les services de l'autorité ou de | 2002 betreffende het voorhanden hebben en het dragen van wapens door |
la force publique, notamment les articles 1er et 2, les armes et | de diensten van het openbaar gezag of van de openbare macht, |
munitions de l'équipement réglementaire des fonctionnaires de police | inzonderheid de artikelen 1 en 2, worden de wapens en munitie van de |
néerlandais et luxembourgeois, tels que repris en annexe, sont | reglementaire uitrusting van Nederlandse en Luxemburgse |
autorisés lors de l'exercice de missions de police sur le territoire belge. | politieambtenaren, zoals opgenomen in bijlage, toegestaan tijdens de |
Pour des raisons de sécurité, les listes reprenant les armes et | uitvoering van politieopdrachten op Belgisch grondgebied. |
munitions autorisés ne sont pas rendues publiques. | De lijsten van toegestane wapens en munitie worden om |
veiligheidsredenen niet openbaar gemaakt. | |
Bruxelles, 8 juillet 2005. | Brussel, 8 juli 2005. |
P. DEWAEL | P. DEWAEL |