← Retour vers "Arrêté ministériel dérogeant à l'obligation d'occuper des jeunes travailleurs pour les employeurs des entreprises de services réguliers, de services réguliers spécialisés et de services occasionnels qui ressortissent à la Commission paritaire du transport et de la logistique (1) "
| Arrêté ministériel dérogeant à l'obligation d'occuper des jeunes travailleurs pour les employeurs des entreprises de services réguliers, de services réguliers spécialisés et de services occasionnels qui ressortissent à la Commission paritaire du transport et de la logistique (1) | Ministerieel besluit tot vrijstelling van de verplichting om jonge werknemers in dienst te nemen voor de werkgevers van de ondernemingen van geregeld vervoer, bijzondere vormen van geregeld vervoer en ongeregeld vervoer die ressorteren onder het Paritair Comité voor het vervoer en de logistiek (1) |
|---|---|
| SERVICE PUBLIC FEDERAL EMPLOI, TRAVAIL ET CONCERTATION SOCIALE | FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG |
| 3 JANVIER 2023. - Arrêté ministériel dérogeant à l'obligation | 3 JANUARI 2023. - Ministerieel besluit tot vrijstelling van de |
| d'occuper des jeunes travailleurs pour les employeurs des entreprises | verplichting om jonge werknemers in dienst te nemen voor de werkgevers |
| de services réguliers, de services réguliers spécialisés et de | van de ondernemingen van geregeld vervoer, bijzondere vormen van |
| services occasionnels qui ressortissent à la Commission paritaire du | geregeld vervoer en ongeregeld vervoer die ressorteren onder het |
| transport et de la logistique (CP 140) (1) | Paritair Comité voor het vervoer en de logistiek (PC 140) (1) |
| Le Ministre du Travail, | De Minister van Werk, |
| Vu la loi du 24 décembre 1999 en vue de la promotion de l'emploi, | Gelet op de wet van 24 december 1999 ter bevordering van de |
| l'article 42, modifié par les lois des 22 décembre 2003, 17 mai 2007, | werkgelegenheid, artikel 42, gewijzigd bij de wetten van 22 december |
| 1er février 2011 et 17 août 2013; | 2003, 17 mei 2007, 1 februari 2011 en 17 augustus 2013; |
| Vu l'arrêté royal du 30 mars 2000 d'exécution des articles 32, § 2, | Gelet op het koninklijk besluit van 30 maart 2000 tot uitvoering van |
| alinéa 1er, 33, § 2, alinéa 3, 34, 39, § 4, alinéa 2, et § 5, alinéa | de artikelen 32, § 2, eerste lid, 33, § 2, derde lid, 34, 39, § 4, |
| 2, 42, § 2, 46, alinéa 1er, 47, § 4, alinéas 1er et 4, de la loi du 24 | tweede lid, en § 5, tweede lid, 42, § 2, 46, eerste lid, 47, § 4, |
| eerste en vierde lid, van de wet van 24 december 1999 ter bevordering | |
| décembre 1999 en vue de la promotion de l'emploi, l'article 10, | van de werkgelegenheid, artikel 10, gewijzigd bij de koninklijke |
| modifié par les arrêtés royaux des 21 janvier 2002, 21 janvier 2004, | besluiten van 21 januari 2002, 21 januari 2004, 19 mei 2010 en 3 |
| 19 mai 2010 et 3 novembre 2019; | november 2019; |
| Vu la convention collective de travail du 16 septembre 2021; | Gelet op de collectieve arbeidsovereenkomst van 16 september 2021; |
| Vu la demande et l'avis de la Commission paritaire du transport et de | Gelet op de aanvraag en het advies van het Paritair Comité voor het |
| la logistique (CP 140) du 19 mai 2022; | vervoer en de logistiek (PC 140) van 19 mei 2022; |
| Vu l'avis du Comité de gestion de l'Office national de l'Emploi, donné | Gelet op het advies van het Beheerscomité van de Rijksdienst voor |
| le 17 novembre 2022, | Arbeidsvoorziening, gegeven op 17 november 2022, |
| Arrête : | Besluit : |
Article 1er.Les employeurs des entreprises de services réguliers, de |
Artikel 1.De werkgevers van de ondernemingen van geregeld vervoer, |
| services réguliers spécialisés et de services occasionnels qui | bijzondere vormen van geregeld vervoer en ongeregeld vervoer die |
| ressortissent à la Commission paritaire du transport et de la | ressorteren onder het Paritair Comité voor het vervoer en de logistiek |
| logistique (CP 140) sont exemptés entièrement de l'obligation | (PC 140) worden volledig vrijgesteld van de verplichting nieuwe |
| d'occuper des nouveaux travailleurs avec une convention de premier | werknemers in dienst te nemen met een startbaanovereenkomst voor de |
| emploi pour la période du 1er janvier 2022 au 31 décembre 2023. | periode van 1 januari 2022 tot en met 31 december 2023. |
Art. 2.Le présent arrêté produit ses effets le 1er janvier 2022. |
Art. 2.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2022. |
| Bruxelles, le 3 janvier 2023. | Brussel, 3 januari 2023. |
| P.-Y. DERMAGNE | P.-Y. DERMAGNE |
| _______ | _______ |
| Note | Nota |
| (1) Références au Moniteur belge : | (1) Verwijzingen naar het Belgisch Staatsblad : |
| Loi du 24 décembre 1999, | Wet van 24 december 1999, |
| Moniteur belge du 27 janvier 2000. | Belgisch Staatsblad van 27 januari 2000. |
| Loi du 22 décembre 2003; | Wet van 22 december 2003, |
| Moniteur belge du 31 décembre 2003. | Belgische Staatsblad van 31 december 2003. |
| Loi du 17 mai 2007, | Wet van 17 mei 2007, |
| Moniteur belge du 19 juin 2007. | Belgisch Staatsblad van 19 juni 2007. |
| Arrêté royal du 30 mars 2000, | Koninklijk besluit van 30 maart 2000, |
| Moniteur belge du 31 mars 2000. | Belgisch Staatsblad van 31 maart 2000. |
| Arrêté royal du 21 janvier 2002, | Koninklijk besluit van 21 januari 2002, |
| Moniteur belge du 7 février 2002. | Belgisch Staatsblad van 7 februari 2002. |
| Arrêté royal du 21 janvier 2004, | Koninklijk besluit van 21 januari 2004, |
| Moniteur belge du 3 février 2004. | Belgisch Staatsblad van 3 februari 2004. |
| Arrêté royal du 19 mai 2010, | Koninklijk besluit van 19 mei 2010, |
| Moniteur belge du 31 mai 2010. | Belgisch Staatsblad van 31 mei 2010. |