← Retour vers "Arrêté du Gouvernement wallon relatif à l'uniforme des fonctionnaires de l'administration forestière "
| Arrêté du Gouvernement wallon relatif à l'uniforme des fonctionnaires de l'administration forestière | Besluit van de Waalse Regering betreffende het uniform van de ambtenaren van het bosbeheer |
|---|---|
| MINISTERE DE LA REGION WALLONNE | MINISTERIE VAN HET WAALSE GEWEST |
| 13 FEVRIER 2003. - Arrêté du Gouvernement wallon relatif à l'uniforme | 13 FEBRUARI 2003. - Besluit van de Waalse Regering betreffende het |
| des fonctionnaires de l'administration forestière | uniform van de ambtenaren van het bosbeheer |
| Le Gouvernement wallon, | De Waalse Regering, |
| Vu la loi spéciale du 8 août 1980 de réformes institutionnelles, | Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der |
| notamment l'article 87, § 3, modifié par la loi spéciale du 8 août 1988; | instellingen, inzonderheid op artikel 87, § 3, gewijzigd bij de wet van 8 augustus 1988; |
| Vu l'arrêté du Gouvernement wallon du 16 décembre 1993 portant | Gelet op het besluit van de Waalse Regering van 16 december 1993 |
| règlement de l'uniforme et du port de l'uniforme du personnel | houdende reglement op het uniform en het dragen van het uniform door |
| forestier du Ministère de la Région wallonne; | het bospersoneel van het Ministerie van het Waalse Gewest; |
| Vu l'arrêté du Gouvernement wallon du 16 décembre 1993 portant | Gelet op besluit van de Waalse Regering van 16 december 1993 houdende |
| création d'une masse d'habillement pour le personnel forestier du | oprichting van een kledingsfonds van het bospersoneel van het |
| Ministère de la Région wallonne; | Ministerie van het Waalse Gewest; |
| Vu l'avis de l'Inspection des Finances, donné le 3 juillet 2000; | Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 3 juli 2000; |
| Vu l'accord du Ministre du Budget, donné le 27 avril 2001; | Gelet op het akkoord van de Minister van Begroting, gegeven op 27 |
| Vu l'avis du Comité de concertation de base n° IV, donné le 5 mai | april 2001; Gelet op het advies van het Basisoverlegcomité nr. IV, gegeven op 5 |
| 2000; | mei 2000; |
| Vu l'avis 33.011/2 et 33.012/2 du Conseil d'Etat, donné le 27 mars 2002; | Gelet op het advies 33.011/2 en 33.012/2 van de Raad van State, gegeven op 27 maart 2002; |
| Sur la proposition du Ministre des Affaires intérieures et de la | Op de voordracht van de Minister van Binnenlandse Aangelegenheden en |
| Fonction publique et du Ministre de l'Agriculture et de la Ruralité; | Ambtenarenzaken en de Minister van Landbouw en Landelijke Aangelegenheden; |
| Après délibération, | Na beraadslaging, |
| Arrête : | Besluit : |
Article 1er.Par fonctionnaires de l'Administration forestière, on |
Artikel 1.Onder ambtenaren van het bosbeheer verstaat men, in de zin |
| entend au sens du présent arrêté les fonctionnaires tels que définis | |
| aux articles 1er, 2 et 3 de l'arrêté du Gouvernement wallon du 17 | van dit besluit, de ambtenaren zoals bedoeld in de artikelen 1, 2 en 3 |
| avril 1997 relatif aux fonctionnaires de l'Administration forestière. | van het besluit van 17 april 1997 betreffende de ambtenaren van het Bosbeheer. |
Art. 2.L'uniforme et le port de celui-ci par le personnel forestier |
Art. 2.Het uniform en het dragen daarvan door het bospersoneel worden |
| sont réglés par les dispositions annexées au présent arrêté. | geregeld door de bij dit besluit gevoegde bepalingen. |
Art. 3.Le port de l'uniforme est obligatoire en service itinérant et |
Art. 3.Het dragen van het uniform is verplicht in reizende dienst en |
| dans les fonctions d'accueil du public. | in onthaalfuncties. |
| Lorsqu'une mission ponctuelle doit s'effectuer en civil en raison de | Indien een gerichte opdracht moet worden uitgeoefend in burgerkleding |
| circonstances particulières, elle doit avoir préalablement été | wegens bijzondere omstandigheden, moet die vooraf schriftelijk |
| autorisée, par écrit, par le chef de cantonnement des préposés | toegestaan zijn door de houtvester van de betrokken bosambtenaren. |
| forestiers concernés. L'inspecteur général, les directeurs, les premiers attachés et | De inspecteur-generaal, de directeurs, de eerste attachés en attachés |
| attachés de la Division de la Nature et des Forêts sont chargés de | van de Afdeling Natuur en Bossen waken over de toepassing van die |
| veiller à l'application de ces dispositions. | bepalingen. |
Art. 4.Le personnel forestier assistant en uniforme à des cérémonies |
Art. 4.Het bospersoneel dat in uniform publieke of privé-ceremonieën |
| publiques ou privées est astreint à porter la tenue de cérémonie. | bijwoont, moet het gala-uniform dragen. |
Art. 5.Les fonctionnaires de l'Administration forestière admis à la |
Art. 5.De in ruste gestelde ambtenaren van het Bosbeheer worden ertoe |
| retraite sont autorisés à porter l'uniforme dans les mêmes conditions | gemachtigd om het uniform te dragen onder dezelfde voorwaarden als het |
| que le personnel en activité lorsqu'ils participent, en tant | in dienst zijnde personeel wanneer ze als uitgenodigden deelnemen aan |
| qu'invités, à des activités de service ou qu'ils assistent à des | dienstactiviteiten of wanneer ze publieke of privé-ceremonieën |
| cérémonies publiques ou privées. | bijwonen. |
Art. 6.Les modifications accessoires de l'uniforme et les détails |
Art. 6.De bijkomende wijzigingen in het uniform alsook de |
| d'application sont réglés par le Ministre qui a les Forêts dans ses | bijzonderheden m.b.t. de toepassing worden geregeld door de Minister |
| attributions et par le Ministre de la Fonction publique, ci-après | tot wiens bevoegdheden de Bossen behoren en door de Minister van |
| dénommés les Ministres. | Ambtenarenzaken, hierna "de Ministers" genoemd. |
Art. 7.Il est créé au sein du Ministère de la Région wallonne, |
Art. 7.Binnen het Ministerie van het Waalse Gewest, |
| Direction générale des Ressources naturelles et de l'Environnement, | Directoraat-generaal Natuurlijke Hulpbronnen en Leefmilieu, wat |
| pour la Division de la Nature et des Forêts, un bureau qui gère la | betreft de Afdeling Natuur en Bossen, wordt een bureau opgericht voor |
| masse d'habillement nécessaire au personnel astreint au port de | het beheer van het kledingsfonds van het personeel dat een uniform |
| l'uniforme en vertu du présent arrêté. | moet dragen krachtens dit decreet. |
Art. 8.Les Ministres arrêtent le règlement de gestion et de |
Art. 8.De Ministers bepalen het reglement voor het beheer en de |
| fonctionnement du bureau de la masse d'habillement ainsi que le | werking van het bureau van het kledingsfonds alsook de cataloog |
| catalogue de la masse d'habillement. | daarvan. |
Art. 9.Les membres du personnel astreints au port de l'uniforme |
Art. 9.De personeelsleden die een uniform moeten dragen, kunnen zich |
| peuvent se procurer, sans frais, les uniformes et accessoires. | zonder kosten de uniformen en toebehoren verschaffen. |
Art. 10.Un crédit de vingt mille points est accordé annuellement à chaque membre du personnel astreint au port de l'uniforme. Art. 11.Les Ministres fixent un nombre de points pour chaque élément repris au catalogue. La valeur en points des nouveaux articles est calculée selon la formule: prix obtenu x l'index de décembre 1993/index du mois de passation du marché Le compte individuel de chaque membre du personnel astreint au port de l'uniforme est débité en proportion des pièces d'habillement ou accessoires procurés par le bureau. Art. 12.Le bureau prête son concours à d'autres Divisions du Ministère sur la base du règlement arrêté par les Ministres. La Division du bénéficiaire prend en charge le coût des fournitures. |
Art. 10.Een krediet van twintigduizend punten wordt jaarlijks toegekend aan elk personeelslid dat een uniform moet dragen. Art. 11.Voor elk element dat vermeld staat in de cataloog, wordt een aantal punten vastgelegd door de Ministers. De in punten uitgedrukte waarde van de nieuwe artikelen wordt berekend volgend de formule : prijs x index december1993/index maand oprichtgunning De individuele rekening van elk personeelslid dat een uniform moet dragen, wordt gedebiteerd in verhouding tot de door het bureau bezorgde kledingstukken of toebehoren. Art. 12.Het bureau werkt samen met andere Afdelingen van het Ministerie op grond van het door de Ministers bepaalde reglement. DeAfdeling van de gerechtigde neemt de kosten van de leveringen ten laste. |
Art. 13.Le bureau prête son concours à d'autres organismes ou |
Art. 13.Het bureau werkt samen met andere instellingen of diensten |
| services tiers en fournissant des objets d'uniforme à leur personnel | door hun personeel uniformstukken te bezorgen met de voorafgaande |
| moyennant l'autorisation préalable des Ministres. | toestemming van de Ministers. |
| Les Ministres précisent dans le règlement de gestion les modalités de | De regels voor die samenwerking worden vastgelegd in het |
| ce concours. | beheersreglement. |
Art. 14.L'arrêté du Gouvernement wallon du 16 décembre 1993 portant |
Art. 14.Het besluit van de Waalse Regering van 16 december 1993 |
| règlement de l'uniforme et du port de l'uniforme du personnel | houdende reglement op het uniform en het dragen van het uniform door |
| forestier du Ministère de la Région wallonne est abrogé. | het bospersoneel van het Ministerie van het Waalse Gewest, wordt |
Art. 15.L'arrêté du Gouvernement wallon du 16 décembre 1993 portant |
opgeheven. Art. 15.Het besluit van de Waalse Regering van 16 december 1993 |
| création d'une masse d'habillement pour le personnel forestier du | houdende oprichting van een kledingsfonds van het bospersoneel van het |
| Ministère de la Région wallonne est abrogé. | Ministerie van het Waalse Gewest, wordt opgeheven. |
Art. 16.Le présent arrêté entre en vigueur le jour de sa publication |
Art. 16.Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het |
| au Moniteur belge . | Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt. |
Art. 17.Les Ministres sont chargés de l'exécution du présent arrêté. |
Art. 17.De Ministers zijn belast met de uitvoering van dit besluit. |
| Namur, le 13 février 2003. | Namen, 13 februari 2003. |
| Le Ministre-Président, | De Minister-President, |
| J.-Cl. VAN CAUWENBERGHE | J.-Cl. VAN CAUWENBERGHE |
| Le Ministre de l'Agriculture et de la Ruralité, | De Minister van Landbouw en Landelijke Aangelegenheden, |
| J. HAPPART | J. HAPPART |
| Le Ministre des Affaires intérieures et de la Fonction publique, | De Minister van Binnenlandse Aangelegenheden en Ambtenarenzaken, |
| Ch. MICHEL | Ch. MICHEL |
| Annexe | Bijlage |
| CHAPITRE Ier. - Tenue | HOOFDSTUK I. - Kleding |
| Section Ire. - Tenue de cérémonie | Afdeling I. - Gala-uniform |
| A. Eléments de base. | A . Basiselementen. |
| 1. Vareuse en tissu polyester/laine, de teinte vert foncé, | 1. Jekker van donkergroen polyester/wollen stof, half getailleerd, |
| demi-cintrée; dos droit avec ouverture vers le bas; col échancré à | rechte rug met split naar beneden; uitgesneden kraag met opslag, type |
| revers, type vareuse veston, avec écussons de col et épaulettes | jekker Colbert, met afneembare kraagemblemen en epauletten, met een |
| amovibles, avec un bouton à vis de 17 mm. (voir surplus, chapitre III | knoop van 17 mm met schroef (zie overige bepalingen, hoofdstuk III - |
| - Section I - Distinction des grades ou des fonctions); une rangée de | Afdeling I - Onderscheiding van graden of functies); een rij van vier |
| quatre boutons métalliques de taille moyenne; deux poches de poitrine | middelgrote metalen knopen; twee borstzakken met plooien in het midden |
| avec plis au milieu et deux poches de côté appliquées, ces poches | en twee opgestikte zijzakken die afgerond zijn naar beneden en |
| étant arrondies à la partie inférieure et fermées par un rabat et un | gesloten met een zakklep en een kleine metalen knoop; twee |
| petit bouton métallique; deux poches intérieures avec patte; au bout | binnenzakken met klep; aan het uiteinde van de mouwen twee kleine |
| des manches deux petits boutons métalliques le long de la couture. | metalen knopen langs de naad. |
| 2. Pantalon en tissu polyester/laine, de teinte vert-gris, de forme | 2. Broek van grijs-groen polyester-wollen stof, klassieke vorm, met |
| classique, à pli et ceinture rapportée; il est pourvu de passants | plooi en opgenaaide gordel; ze is voorzien van lusjes voor het dragen |
| permettant le port de la ceinture, deux poches de côté et deux poches | van een gordel; twee zijzakken en twee zgn. "revolver" achterzakken |
| dites "revolver" avec boutons et rabats. | met knopen en kleppen. |
| 3. Jupe en tissu polyester/laine, de teinte vert-gris, de forme droite | 3. Rechte rok van grijs-groen polyester-wollen weefsel, met split op |
| avec fente arrière. | de achterkant. |
| 4. Manteau loden modèle chasseur, vert foncé, avec boutons métalliques | 4. Donkergroene loden mantel, jachtmodel, met metalen uniformknopen en |
| d'uniforme et pattes d'épaule pour le port des insignes de grade ou de | schouderkleppen voor het dragen van insignes verbonden met een graad |
| fonction. | of een functie. |
| 5. Chemise blanche avec manches courtes, col plastron et pattes | 5. Wit hemd met korte mouwen, kraag met borstklep en schouderkleppen |
| d'épaule pour le port des insignes de grade ou de fonction, à porter | voor het dragen van insignes verbonden met een graad of functie; het |
| sans la vareuse et sans cravate. | moet gedragen worden zonder jekker of das. |
| B. Accessoires de la tenue de cérémonie. | B . Toebehoren van het gala-uniform. |
| 1. Chemise blanche avec manches longues, à porter sous la vareuse | 1. Wit hemd met lange mouwen, dat onder de jekker moet gedragen worden |
| 2. Cravate noire | 2. Zwarte das |
| 3. Molières en cuir noir | 3. Zwarte lederen molières |
| 4. Chaussettes noires | 4. Zwarte sokken |
| 5. Gants en cuir blanc | 5. Witte lederen handschoenen |
| 6. Casquette en tissu vert foncé, avec insignes, boutons et mentonnière | 6. Pet van donkergroene stof, met insignes, knopen en kinband |
| 7. Ceinture en cuir noir | 7. Zwarte lederen gordel |
| Section II. - Tenue de ville | Afdeling II. - Stadskleding |
| Idem que pour la tenue de cérémonie, sauf points B2 et B5. | Idem als gala-uniform, behalve punten B2 en B5. |
| B2 Cravate verte remplace cravate noire. | B2. Groene das vervangt zwarte das. |
| B5 Gants en cuir noir remplacent ceux en cuir blanc. | B5. Zwarte lederen handschoenen vervangen witte lederen hanschoenen. |
| Le personnel féminin porte des accessoires spécifiques. | Het vrouwelijk personeel draagt specifieke toebehoren. |
| Section III. - Tenue de service | Afdeling III. - Dienstkleding |
| A . Eléments de base : | A . Basiselementen. |
| 1. Veste tous temps, tissu vert foncé imperméabilisé et anti-ronces, | 1. All-weather jas, van donkergroene stof, waterafstotend gemaakt, |
| avec épaulettes pour le port des insignes de grade ou de fonction, | doornbestendig, met epauletten voor het dragen van insignes verbonden |
| quatre poches extérieures et deux poches intérieures, doublure | met een graad of functie, vier buitenzakken en twee binnenzakken, |
| amovible et intercalaire respirant; fermeture éclair et | uitneembare voering en permeabele tussenvoering; treksluiting en |
| boutons-pressions sur le devant, au bas des manches pattes avec 2 | drukknopen op voorkant; aan het uiteinde van de mouwen kleppen met |
| boutons métalliques; un cordon de serrage à la taille; un insigne de | twee metalen knopen; een snoer rond het midden; een borstinsigne. |
| poitrine. 2. Blouson léger d'été, même tissu que ci-dessus, avec épaulettes et | 2. Licht zomerjak, dezelfde stof als hierboven, met epauletten, twee |
| deux poches extérieures et un insigne de poitrine. | buitenzakken en een borstinsigne. |
| 3. Gilet norvégien vert foncé, avec manches, avec épaulettes et une | 3. Donkergroen Noorse vest, met mouwen, epauletten en een borstzak met |
| poche de poitrine avec insigne. | insigne. |
| 4. Chemises de teinte verte, à manches longues ou à manches courtes | 4. Groene hemden, met lange of korte mouwen, kraag met borstklep, |
| avec col plastron, avec poches de poitrine à rabat et pattes d'épaule | borstzakken met een klep en schouderkleppen voor het dragen van |
| pour le port des insignes de grade ou de fonction. | insignes verbonden met een graad of functie. |
| La chemise à longues manches se porte avec une cravate et les deux | Het hemd met lange mouwen wordt gedragen met een das en de twee |
| poches de poitrine se ferment à l'aide de deux boutons métalliques d'uniforme amovibles. | borstzakken worden gesloten met twee afneembare metalen uniformknopen. |
| La chemise à manches courtes se porte, de manière apparente, sans | Het hemd met korte mouwen wordt zichtbaar gedragen zonder das en de |
| cravate et les deux poches de poitrine se ferment comme ci-dessus. | twee borstzakken worden gesloten als hierboven. |
| 5. Pantalon en tissu polyester/laine, de même modèle que le pantalon | 5. Broek van polyester/wollen stof, hetzelfde model als de galabroek, |
| de cérémonie, teinte identique à la vareuse de cérémonie. | dezelfde kleur als de galajekker. |
| 6. Knickers en tissu même teinte que ci-dessus, passants et poches | 6. Knickerbockers van stof, dezelfde kleur als hierboven, lusjes en |
| idem que ci-dessus. | zakken idem als hierboven. |
| 7. Jupe en tissu polyester/laine, même teinte que ci-dessus. | 7. Jurk van polyester/wollen stof, dezelfde kleur als hierboven. |
| 8. Jupe-culotte en tissu polyester/laine, même teinte que ci-dessus. | 8. Broekrok van polyester/wollen stof, dezelfde kleur als hierboven. |
| B. Accessoires de la tenue de service. | B . Toebehoren van de dienstkleding. |
| 1. Cravate de teinte vert foncé | 1. Donkergoene das |
| 2. Chaussures : molières ou bottines en cuir foncé; bottes en | 2. Schoenen : donkere lederen molières of hoge schoenen; rubber |
| caoutchouc | laarzen |
| 3. Echarpe : en laine, vert foncé | 3. Donkergroene wollen sjerp |
| 4. Gants : en cuir noir, fourrés ou non | 4. Zwarte lederen handschoenen, al dan niet gevoerd |
| 5. Ceinture en webbing, vert foncé | 5. Donkergroene webbing gordel |
| 6. Chaussettes : en laine, vert foncé | 6. Donkergroene wollen sokken |
| 7. Bas spéciaux pour knickers : vert foncé | 7. Speciale donkergroene kousen voor knickerbockers |
| 8. Chaussons norvégiens | 8. Noorse sokken |
| 9. Pull-over : en laine, vert foncé, avec ou sans manches | 9. Donkergroene wollen pull-over met of zonder mouwen |
| 10. Gilet norvégien : vert foncé, sans manches | 10. Donkergroen Noorse vest zonder mouwen |
| 11. Chapeau : vert foncé, avec : | 11. Donkergroene hoed met : |
| Cordelière | Koord |
| - vert et or, à passant et glands or pour le personnel de niveau I | - groen en goudkleurig, met lusjes en goudkleurige eikels voor het personeel van niveau I |
| - vert et argent, à passant et glands argent pour le personnel des | - groen en zilverkleurig, met lusjes en zilverkleurige eikels voor het |
| autres niveaux | personeel van de andere niveaus |
| Insignes représentant un cor de chasse avec trois feuilles de chêne | Insignes die een jachthoorn met drie ineengevlochten eikenbladeren |
| entrelacées, | voorstellen, |
| - insigne or pour le personnel niveau I | - goudkleurig insigne voor het personeel van niveau I |
| - insigne argent pour le personnel niveaux II+, II, III et IV. | - zilverkleurig insigne voor het personeel van niveaus II+, III en IV. |
| L'insigne est appliqué sur le côté gauche du chapeau. | Het insigne wordt aangebracht op de linkerkant van de hoed. |
| 12. Casquette ou coiffe : en tissu vert foncé, avec même insigne que | 12. Pet of muts van donkergroene stof met hetzelfde insigne als |
| ci-dessus + couronne, mentonnière attachée à deux boutons (voir | hierboven + kroon, kinband vastgemaakt aan twee knopen (zie overige |
| surplus, chapitre III Section F; Distinction des grades ou des | bepalingen, hoofdstuk III, Sectie F; Onderscheid van graden of |
| fonctions). | functies). |
| Section IV. - Tenue de travail | Afdeling IV. - Werkkleding |
| 1. Veste de travail en tissu vert foncé, imperméabilisé et | 1. Werkjas, van donkergroene stof, waterafstotend gemaakt, |
| anti-ronces, avec épaulettes pour port des insignes de grade ou de | doornbestendig, met epauletten voor het dragen van insignes verbonden |
| fonction. | met een graad of functie. |
| 2. Pantalon de travail, tissu vert foncé, anti-ronces. | 2. Werkbroek, donkergroene stof, doornbestendig. |
| CHAPITRE II. - Dispositions générales | HOOFDSTUK II. - Algemeen |
| Section Ire. - Port de l'uniforme. | Afdeling I. - Dragen van het uniform |
| Le personnel forestier, en fonction du type d'activité exercée, est | Het bospersoneel, volgens het type uitgeoefende activiteit, moet het |
| astreint de porter la tenue ad hoc ainsi que les insignes de son | gepaste uniform dragen alsook de insignes van zijn graad. |
| grade. Pour les missions comportant un rôle de police, telles que tournées de | Wat betreft opdrachten met een politierol, zoals inspectiereizen met |
| surveillance en jeep , tournées en brigade (braconnage, tenderie), le | een jeep of ronden in de brigades (stroperij, vogeljacht), moeten de |
| port de la casquette ou de la coiffe ainsi que la tenue de service est | pet of de muts alsook de dienstkleding worden gedragen. |
| obligatoire. Lorsque deux ou plusieurs préposés effectuent ensemble une mission de | Wanneer twee of meerdere ambtenaren samen een dienstopdracht |
| service, outre la tenue de service, ils portent des accessoires | uitvoeren, dragen ze, naast de dienstkleding, identieke toebehoren. |
| identiques. Le préposé le plus élevé en grade ou à défaut le plus | Die worden bepaald door de ambtenaar met de hoogste graad of, bij |
| ancien les détermines. | gebrek, door de oudste ambtenaar. |
| CHAPITRE III. - Dispositions diverses | HOOFDSTUK III. - Diverse bepalingen |
| Section Ire. - Distinction des grades ou des fonctions | Afdeling I. - Onderscheid van graden of functies |
| A . Insigne du col de la vareuse tenue cérémonie/ville : | A . Insigne van de kraag van de jekker gala-uniform/stadskleding. |
| - Personnel niveau I : insigne doré : cor de chasse avec trois | - Personeel niveau I : goudkleurig insigne : jachthoorn met drie |
| feuilles de chêne entrelacées. | ineengevlochten eikenbladeren |
| - Personnel niveaux II+, II, III et IV : insigne argenté; cor de | - Personeel niveaus II+, II, III en IV : zilverkleurig insigne : |
| chasse avec trois feuilles de chêne entrelacées. | jachthoorn met drie ineengevlochten eikenbladeren |
| B . Insigne de poitrine de la veste tenue de service : | B . Borstinsigne met jas dienstkleding. |
| - Personnel niveau I : insigne doré : cor de chasse avec trois | - Personeel niveau I : goudkleurig insigne : jachthoorn met drie |
| feuilles de chêne entrelacées. | ineengevlochten eikenbladeren |
| - Personnel niveaux II+, II, III et IV : insigne argenté; cor de | - Personeel niveaus II+, II, III en IV : zilverkleurig insigne : |
| chasse avec trois feuilles de chêne entrelacées. | jachthoorn met drie ineengevlochten eikenbladeren |
| C . Epaulettes de la vareuse cérémonie/ville. | C . Epauletten van de jekker gala-uniform/stadskleding. |
| a) Personnel de niveau I : boutons et insignes dorés : | a) Personeel van niveau I : goudkleurige knopen en insignes : |
| 1. Directeur général : cor de chasse avec trois feuilles de chêne | 1. Directeur-generaal : jachthoorn met drie ineengevlochten |
| entrelacées, trois glands séparés de 10 mm et disposés en triangle, la | eikenbladeren, drie eikels die op 10 mm van elkaar staan en die |
| driehoekig geschikt zijn, de tip naar de kraag van het kledingstuk, | |
| pointe vers le col du vêtement, deux barrettes de 5 X 30 mm distantes | drie stiften van 5 x 30 mm die op 5 mm van elkaar staan, waarvan de |
| de 5 mm, et l'inférieure placée à 10 mm de la base de la patte. | onderste op 10 mm van de basis van de schouderklep geplaatst is. |
| 2. Inspecteur général : cor de chasse, avec trois feuilles de chêne | 2. Inspecteur-generaal : jachthoorn met drie ineengevlochten |
| entrelacées, deux glands séparés de 10 mm et inclinés à 45°, deux | eikenbladeren, twee eikels die op 10 mm van elkaar staan en die onder |
| barrettes comme ci-dessus. | een hoek van 45° geheld zijn, twee stiften zoals hierboven. |
| 3. Directeur : cor de chasse, avec trois feuilles de chêne | 3. Directeur : jachthoorn, met drie ineengevlochten eikenbladeren, een |
| entrelacées, un gland posé au milieu, longitudinalement, à 40 mm de la | eikel die in het midden overlangs geplaatst is, op 40 mm van de basis |
| base de la patte, deux barrettes comme ci-dessus. | van de schouderklep, twee stiften zoals hierboven. |
| 4. Premier Attaché : cor de chasse avec trois feuilles de chêne | 4. Eerste attaché : jachthoorn met drie ineengevlochten eikenbladeren, |
| entrelacées, trois glands posés comme au 1 ci-dessus, une barrette de | drie eikels geplaatst zoals in punt 1 hierboven, een stift van 5 x 30 |
| 5 X 30 mm. | mm. |
| 5. Attaché : cor de chasse avec trois feuilles de chêne entrelacées, | 5. Attaché : jachthoorn met drie ineengevlochteen eikenbladeren, twee |
| deux glands posés comme au 2 ci-dessus, une barrette comme ci-dessus. | eikels geplaatst zoals in punt 2 hierboven, een stift zoals hierboven. |
| b) Personnel des niveaux II+, II, III et IV affectés à un triage: | b) Personeel van niveaus II+, II, III en IV die aangesteld zijn bij |
| boutons et insignes argentés : | een bosgebied : zilverkleurige knopen en insignes : |
| 1. Brigadier forestier : cor de chasse avec trois feuilles de chêne | 1. Boswachter : jachthoorn met drie ineengevlochten eikenbladeren, |
| entrelacées, 3 glands séparés de 10 mm et disposés en triangle, la | drie eikels die op 10 mm van elkaar staan en die driehoekig geschikt |
| pointe vers le col du vêtement, une barrette de 5 X 30 mm. | zijn, de tip naar de kraag van het kledingstuk, een stift van 5 x 30 |
| 2. Préposé forestier : cor de chasse avec trois feuilles de chêne | mm. 2. Bosambtenaar : jachthoorn met drie ineengevlochten eikenbladeren, |
| entrelacées, 2 glands séparés de 10 mm et inclinés à 45°, une barrette | twee eikels die op 10 mm van elkaar staan en die onder een hoek van |
| comme ci-dessus. | 45° geheld zijn, een stift zoals hierboven. |
| c) Personnel des niveaux II+, II, III et IV non affectés à un triage : | c) Personeel van niveaus II+, II, III en IV die niet aangesteld zijn |
| boutons et insignes argentés : | bij een bosgebied : zilverkleurige knopen en insignes : |
| 1. Personnel de niveau 2+ : cor de chasse avec trois feuilles de chêne | 1. Personeel van niveau 2+ : jachthoorn met drie ineengevlochten |
| entrelacées, trois glands séparés de 10 mm et disposés en triangle, la | eikenbladeren, drie eikels die op 10 mm van elkaar staan en die |
| pointe vers le col du vêtement. | driehoekig geschikt zijn, de tip naar de kraag van het kledingstuk. |
| 2. Personnel de niveau 2 : cor de chasse avec 3 feuilles de chêne | 2. Personeel van niveau 2 : jachthoorn met drie ineengevlochten |
| entrelacées, deux glands séparés de 10 mm et inclinés à 45°. | eikenbladeren, twee eikels die op 10 mm van elkaar staan en die onder |
| een hoek van 45° geheld zijn. | |
| 3. Personnel de niveau 3 ou 4 : cor de chasse avec trois feuilles de | 3. Personeel van niveau 3 of 4 : jachthoorn met drie ineengevlochten |
| chêne entrelacées, un gland posé au milieu, longitudinalement, à 30 mm | bladeren, een eikel die in het midden overlangs geplaatst is, op 30 mm |
| de la base de la patte. | van de basis van de schouderklep. |
| D. Passants avec insignes pour pattes d'épaule du manteau loden, de la | D. Lusjes met insignes voor schouderkleppen van de loden mantel, de |
| veste et du blouson de service, du gilet norvégien avec manches, des | dienstjas en het dienstjak, het Noorse vest met mouwen en de hemden en |
| chemises et de la veste de travail. | de werkjas. |
| a) Personnel de niveau I : passants verts et insignes dorés : idem C | a) Personeel van niveau I : groene lusjes en goudkleurige insignes : |
| a) 1 à 5. | idem C, a), 1 tot 5. |
| b) Personnel des niveaux II+, II, III et IV affectés à un triage : | b) Personeel van niveaus II+, II, III en IV dat aangesteld is bij een |
| passants verts et insignes argentés : idem C b) 1 à 2. | bosgebied : groene lusjes en zilverkleurige insignes : idem C, b), 1 tot 2. |
| c) Personnel des niveaux II+, II, III et IV non affectés à un triage : | c) Personeel van niveaus II+, II, III en IV dat niet aangesteld is bij |
| passants verts et insignes argentés : idem C c) 1 à 3. | een bosgebied : groene lusjes en zilverkleurige insignes : idem C, c), 1 tot 3. |
| E. Casquettes et coiffes. | E. Petten en mutsen. |
| a) Personnel de niveau I : | a) Personeel van niveau I : |
| 1. Directeur général, Inspecteur général et Directeur : | 1. Directeur-generaal, Inspecteur-generaal en Directeur : |
| - insignes : cor de chasse avec trois feuilles de chêne entrelacées + | - insignes : jachthoorn met drie ineengevlochten eikenbladeren + |
| couronne; | kroon; |
| - mentonnière vert et or; | - groene en goudkleurige kinband; |
| - cordon vert et or sur le bord inférieur; | - groene en goudkleurige koord op de onderste rand; |
| - boutons dorés et visière tissu pour les casquettes. | - goudkleurige knopen en klep van stof voor petten. |
| 2. Autres grades : idem que ci-dessus, mais pas de cordon. | 2. Andere graden : idem als hierboven, maar geen koord. |
| b) Personnel des niveaux II+, II, III et IV affecté à un triage : | b) Personeel van niveaus II+, II, III en IV dat aangesteld is bij een |
| - Insignes : cor de chasse avec trois feuilles de chêne entrelacées + | bosgebied : - insignes : jachthoorn met drie ineengevlochten eikenbladeren + |
| couronne; | kroon; |
| - mentonnière vert et argent; | - groene en zilverkleurige kinband; |
| - boutons argentés et visière cirée pour les casquettes. | - zilverkleurige knopen en klep in wasdoek voor petten. |
| c) Personnel des niveaux II+, II, III et IV non affectés à un triage : | c) Personeel van niveaus II+, II, III en IV dat niet aangesteld is bij |
| idem ci-dessus mais visière tissu pour les casquettes. | een bosgebied : idem als hierboven maar klep van stof voor petten. |
| Section II. - Distinctions honorifiques | Afdeling II. - Eretekens |
| Le port des distinctions honorifiques et des chevrons de blessures est autorisé. | Het dragen van burgerlijke eretekens en kwetsuurstrepen is toegelaten. |
| 1. Les décorations : | 1. Decoraties : |
| Elles se portent sur la partie gauche de la vareuse, à la hauteur de | Ze worden op de linkerkant van de jekker gedragen, op het niveau van |
| la couture sous l'aisselle, dans l'ordre de priorité protocolaire et | de naad onder het oksel, volgens de ceremoniële volgorde en vanaf de |
| en partant du revers, en rangs horizontaux superposés avec bijou en | omslag, in op elkaar gelegde horizontale rijen met juweel op het |
| tenue de cérémonie, avec barrette en tenue de ville et en tenue de service. | gala-uniform, met stift in stads- en in dienstkleding. |
| 2. Chevrons : | 2. Strepen : |
| Les chevrons de blessures se portent sur la manche droite entre le | De kwetsuurstrepen worden op de rechtermouw gedragen tussen de |
| coude et l'épaule. Ils ont 4 cm de longueur et 4 cm de largeur; ils | elleboog en de schouder. Ze zijn 4 cm lang en 4 cm breed; ze vormen |
| sont placés de manière à former avec l'horizontale un angle de 30 | een hoek van 30° met de horizontale lijn. Ze zijn goudgeborduurd voor |
| degrés. Ils sont brodés "or" pour les ingénieurs et "argent" pour le | ingenieurs en zilvergeborduurd voor het administratief personeel en de |
| personnel administratif et les préposés. | ambtenaren. |
| Section III. - Deuil | Afdeling III. - Rouw |
| Le personnel forestier en uniforme à la faculté de marquer le deuil | Het bospersoneel in uniform kan de rouw aannemen door op de linkerarm |
| par le port au bras gauche d'un losange en drap noir de 4 cm de | een ruit van zwart laken te dragen; die is 4 cm breed en 8 cm hoog en |
| largeur et 8 cm de hauteur cousu entre le coude et l'épaule. | wordt tussen de elleboog en de schouder genaaid. |
| Vu pour être annexé à l'arrêté du Gouvernement wallon du 13 février | Gezien om te worden gevoegd bij het besluit van de Waalse Regering van |
| 2003 relatif à l'uniforme des fonctionnaires de l'Administration | 13 februari 2003 betreffende het uniform van de ambtenaren van het |
| forestière. | Bosbeheer. |
| Namur, le 13 février 2003. | Namen, 13 februari 2003. |
| Le Ministre-Président, | De Minister-President, |
| J.-Cl. VAN CAUWENBERGHE | J.-Cl. VAN CAUWENBERGHE |
| Le Ministre de l'Agriculture et de la Ruralité, | De Minister van Landbouw en Landelijke Aangelegenheden, |
| J. HAPPART | J. HAPPART |
| Le Ministre des Affaires intérieures et de la Fonction publique, | De Minister van Binnenlandse Aangelegenheden en Ambtenarenzaken, |
| Ch. MICHEL | Ch. MICHEL |