Arrêté du Gouvernement flamand fixant les conditions auxquelles un cercueil ou autres gaines d'ensevelissement doivent répondre | Besluit van de Vlaamse Regering tot bepaling van de voorwaarden waaraan een doodskist of een ander lijkomhulsel moet beantwoorden |
---|---|
MINISTERE DE LA COMMUNAUTE FLAMANDE 21 OCTOBRE 2005. - Arrêté du Gouvernement flamand fixant les conditions auxquelles un cercueil ou autres gaines d'ensevelissement doivent répondre Le Gouvernement flamand, | MINISTERIE VAN DE VLAAMSE GEMEENSCHAP 21 OKTOBER 2005. - Besluit van de Vlaamse Regering tot bepaling van de voorwaarden waaraan een doodskist of een ander lijkomhulsel moet beantwoorden De Vlaamse Regering, |
Vu le décret du 16 janvier 2004 sur les funérailles et sépultures, | Gelet op het decreet van 16 januari 2004 op de begraafplaatsen en de |
notamment l'article 11, quatrième alinéa; | lijkbezorging, inzonderheid op artikel 11, vierde lid; |
Vu l'arrêté royal du 26 novembre 2001 portant exécution de l'article | Gelet op het koninklijk besluit van 26 november 2001 houdende |
12, deuxième et quatrième alinéa, de la loi du 20 juillet 1971 sur les | uitvoering van artikel 12, tweede en vierde lid, van de wet van 20 |
funérailles et sépultures; | juli 1971 op de begraafplaatsen en de lijkbezorging; |
Vu l'avis de l'Inspection des Finances, donné le 13 janvier 2004; | Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 13 januari 2004; |
Vu l'avis du Conseil d'Etat n° 36 808/3, donné le 30 mars 2004, par | Gelet op het advies van de Raad van State nr. 36.808/3, gegeven op 30 |
application de l'article 84, § 1er, premier alinéa, 1°, des lois | maart 2004, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de |
coordonnées sur le Conseil d'Etat; | gecoördineerde wetten op de Raad van State; |
Sur la proposition du Ministre flamand des Affaires intérieures, de la | Op voorstel van de Vlaamse minister van Binnenlands Bestuur, |
Politique des Villes, du Logement et de l'Intégration civique; | Stedenbeleid, Wonen en Inburgering, |
Après délibération, | Na beraadslaging, |
Arrête : CHAPITRE Ier. - Conditions auxquelles les cercueils doivent répondre
Article 1er.Les cercueils doivent être fabriqués en un matériau naturel. Le matériau en lequel le cercueil est fabriqué, ne peut pas être imprégné. Les produits protégeant le bois ou les composés halogènes organiques ne sont pas autorisés. Les cercueils et accessoires fabriqués en métal ou sur base de matériaux non biodégradables ne sont pas autorisés. Un cercueil fabriqué en panneaux agglomérés ne peut pas contenir plus |
Besluit : HOOFDSTUK I. - Voorwaarden waaraan doodskisten moeten beantwoorden
Artikel 1.Doodskisten moeten uit een natuurlijk materiaal worden vervaardigd. Het materiaal waaruit de doodskist is vervaardigd, mag niet geïmpregneerd zijn. Houtbeschermingsmiddelen of halogeenorganische verbindingen zijn niet toegestaan. Doodskisten en accessoires, gemaakt van metaal of op basis van niet biodegradabele materialen, zijn niet toegestaan. |
de 10 mg de formaldéhyde qui peut être libéré ou facilement libéré par | Een kist, gemaakt van spaanplaat, mag niet meer dan 10 mg vrij of |
100 g de matériau de panneau aggloméré. | gemakkelijk vrij te maken formaldehyde bevatten per 100 g |
Art. 2.Il n'est pas autorisé à réutiliser plusieurs fois un cercueil |
plaatmateriaal. Art. 2.Een doodskist die in contact is gekomen met een stoffelijk |
ayant été en contact avec une dépouille. | overschot meermaals gebruiken, is niet toegestaan. |
Art. 3.Seuls les colles de formaldéhyde d'urée ou d'acétate de |
Art. 3.Alleen ureumformaldehydelijm en polyvinylacetaatlijm (PVAC), |
polyvinyle (PVAC) ou d'autres colles qui sont au moins aussi | of andere lijmen die minstens even biologisch afbreekbaar zijn, zijn |
biodégradables sont autorisées. | toegestaan. |
Art. 4.Seuls les laques de nitrocellulose ou d'autres vernis qui sont |
Art. 4.Alleen nitrocelluloselak, of andere lakken die minstens even |
au moins aussi biodégradables sont autorisés. | biologisch afbreekbaar zijn, zijn toegestaan. |
Les vernis, laques et peintures doivent être peu fumigènes lors de la | Vernis, lakken en verven moeten bij de crematie rookarm, ontvlambaar |
crémation et être inflammables et exempts de substances halogènes | en vrij van halogeenorganische stoffen en zware metalen zijn. |
organiques et de métaux lourds. | |
Art. 5.Les reliefs en bois, les sculptures et l'émaillage sont |
Art. 5.Houtreliëf, houtsnijwerk en brandschilderingen zijn |
autorisés. | toegestaan. |
Les poignées des cercueils doivent être fabriqués en un matériau | Handvatten van de doodskisten moeten vervaardigd zijn uit vergankelijk |
périssable. | materiaal. |
Les éléments d'assemblage tels que les clous, les vis, les agrafes, | Verbindingselementen als spijkers, schroeven, nieten, klemmen en |
les attaches et les couvres-joints en métal sont autorisés. | metalen voeglatten zijn toegestaan. |
Toutes les poignées, vis décoratives et autres ornements qui ne sont | Alle niet-houten handgrepen, sierschroeven en andere sierstukken |
pas en bois doivent pouvoir être enlevées de l'extérieur. | moeten van buitenaf verwijderd kunnen worden. |
Art. 6.Le revêtement intérieur du cercueil ne peut consister que de |
Art. 6.De binnenbekleding van de doodskist mag enkel uit natuurlijke, |
matériaux naturels dégradables. | afbreekbare stoffen bestaan. |
Art. 7.Lorsqu'un cercueil destiné à la crémation n'est pas entièrement fabriqué en bois massif, les autres matériaux doivent produire des résultats au moins comparables sur le plan des émissions et des cendres résiduaires. Art. 8.Les conditions auxquelles les cercueils doivent répondre et qui sont comprises dans le présent chapitre ne s'appliquent pas aux cercueils destinés au transport international de dépouilles. Cependant, en ce qui concerne les enterrements ou les crémations dans une commune de la Région flamande, les cercueils doivent toujours répondre aux dispositions du présent arrêté. CHAPITRE II. - Conditions auxquelles les linceuls doivent répondre |
Art. 7.Als een doodskist, bestemd voor crematie, niet volledig uit massief hout is vervaardigd, moeten de andere materialen op het vlak van emissie en asresten minstens vergelijkbare resultaten geven bij crematie. Art. 8.De voorwaarden waaraan de doodskist moet voldoen en die vervat zijn in dit hoofdstuk zijn niet toepasselijk op doodskisten, bestemd voor het internationale lijkenvervoer. Voor begraving of crematie binnen een gemeente van het Vlaamse Gewest moeten de doodskisten echter steeds voldoen aan de bepalingen van dit besluit. HOOFDSTUK II. - Voorwaarden waaraan lijkwaden moeten beantwoorden |
Art. 9.Un linceul est une gaine d'ensevelissement utilisée au lieu |
Art. 9.Een lijkwade is een lijkomhulsel dat in de plaats van een |
d'un cercueil lors des funérailles. | doodskist wordt gebruikt bij de lijkbezorging. |
Art. 10.Les linceuls doivent être fabriqués en un matériel naturel |
Art. 10.Lijkwaden moeten, speciaal voor dit doel, uit een natuurlijk |
spécialement conçu à cet effet. | materiaal worden vervaardigd. |
Afin d'absorber l'humidité, il est autorisé d'utiliser de la sciure, | Om de vochtigheid te absorberen mogen zaagsel, houtschilfers, houtwol |
des éclats de bois, de la laine de bois ou tout autre matériau absorbant périssable. | of andere absorberende vergankelijke materialen gebruikt worden. |
Art. 11.Il n'est pas autorisé à réutiliser plusieurs fois un linceul |
Art. 11.Een lijkwade die in contact is gekomen met een stoffelijk |
ayant été en contact avec une dépouille. | overschot meermaals gebruiken, is niet toegestaan. |
Art. 12.Pendant sept jours en contact continu avec de l'eau à 5° C et |
Art. 12.Gedurende zeven dagen in voortdurend contact met water van 5° |
à 20° C à un pH 7, le matériau ne peu pas laisser passer plus d'1 mg | C en 20° C bij pH 7 mag het materiaal niet meer dan 1 mg vloeibaar |
d'eau liquide par heure, mesuré suivant la norme DIN53122 ou une norme | water per meter per uur doorlaten, gemeten volgens de norm DIN53122 of |
comparable. | een vergelijkbare norm. |
Na veertien dagen mag, volgens een biologische proef, de | |
Après 15 jours et mesuré suivant la norme DIN53122 ou une norme | doorlaatbaarheid, gemeten volgens de norm DIN53122 of een |
comparable, la perméabilité au gaz carbonique ne peut pas être | vergelijkbare norm, voor gasvormig koolstofdioxide niet minder zijn |
inférieure à 150 ml par mètre par heure et à l'oxygène pas inférieure | dan 150 ml per meter per uur en voor zuurstof niet minder dan 200 ml |
à 200 ml par mètre par heure. | per meter per uur. |
Art. 13.La résistance à la traction du matériau et des soudures et |
Art. 13.De treksterkte van het materiaal en de las- of |
des joints ne peut pas être inférieure à 1 N par mm, mesuré suivant la | naadverbindingen mogen niet minder bedragen dan 1 N per mm, gemeten |
norme DIN53122 ou une norme comparable (N, nano, symbole de grandeur | volgens de norm DIN53455 of een vergelijkbare norm (N, nano, |
de l'indice de rupture). | groothedensymbool voor brekingsindex). |
Lorsque le matériau est plié en double et lorsque le pli subit une | Als het materiaal wordt dubbelgevouwen en de vouw gedurende dertig |
charge pendant trente minutes à une pression de 5 N par cm2, le | minuten wordt belast bij een druk van 5 N per cm2, dan mag het |
matériau ne peut pas présenter de déchirures dans le pli. | materiaal in de vouw geen scheur vertonen. |
Pendant deux ans de stockage à 20° C, le rétrécissement longitudinal | Gedurende twee jaar bij opslag van 20° C mag de krimp in de lengte- en |
et transversal ne peut pas être supérieur à 10 %, mesuré suivant la | de breedterichting niet meer dan 10 % bedragen, gemeten volgens de |
norme DINASTM : D2732-83 ou une norme comparable. | norm DINASTM : D2732-83 of een vergelijkbare norm. |
Art. 14.Le matériau ne pas contenir plus de 0,1 de pourcentage de |
Art. 14.Het materiaal mag niet meer dan 0,1 gewichtsprocent chloor |
poids en chlore. | bevatten. |
Zowel bij biologische afbraak als bij crematie mogen geen schadelijke | |
Aucune substance nocive ne peut se libérer lors de la biodégradation | stoffen vrijkomen. Voor zware metalen, zoals Pb, Cr, Ni, Cu, Cd en Zn, |
ou de la crémation. Il doit être répondu à la norme allemande | en gechloreerde KWS moet worden voldaan aan de Duitse |
Bundesgütegemeinschaft-norm RAL GZ 251 ou à une norme comparable en | Bundesgütegemeinschaft-norm RAL GZ 251 of een daaraan gelijk te |
matière des métaux lourds tels que le Pb, Cr, Ni, Cu, Cd en Zn et les | |
hydrocarbures chlorurés. La définition se fait suivant la norme ASTM | stellen norm. Voor de bepaling hiervan moet worden gebruik gemaakt van |
:D 5152-91 ou suivant une norme comparable. | de norm ASTM : D 5152-91 of een vergelijkbare norm. |
Art. 15.Dans une période 90 jours, le matériau des linceuls doit être |
Art. 15.Het materiaal van de lijkwaden moet binnen negentig dagen |
décomposé pour plus de 98 %, mesuré suivant la norme ASTM : D 5338-92 | voor meer dan 98 % worden afgebroken, gemeten volgens de norm ASTM : D |
ou une norme comparable. | 5338-92 of een daarmee vergelijkbare norm. |
Art. 16.Au cas où il serait fait utilisation d'une planche en vue du |
Art. 16.Indien een onderplank dat gebruikt zou worden voor het |
transport de la dépouille enveloppée dans un linceul et lorsque cette | transport van een stoffelijk overschot gehuld in een lijkwade samen |
planche serait ensevelie ou crémée conjointement avec la dépouille et | met het stoffelijk overschot en de lijkwade zou worden begraven of |
le linceul, elle devra répondre aux mêmes conditions que celles fixées | gecremeerd, dan dient de onderplank aan dezelfde voorwaarden te |
au chapitre Ier. | voldoen als bepaald in hoofdstuk I. |
CHAPITRE III. - Disposition finale | HOOFDSTUK III. - Slotbepaling |
Art. 17.L'arrêté royal du 26 novembre 2001 portant exécution de |
Art. 17.Het koninklijk besluit van 26 november 2001 tot uitvoering |
l'article 12, deuxième et quatrième alinéa, de la loi du 20 juillet | van artikel 12, tweede en vierde lid, van de wet van 20 juli 1971 op |
1971 sur les funérailles et sépultures, est abrogé. | de begraafplaatsen en de lijkbezorging, wordt opgeheven. |
Bruxelles, le 21 octobre 2005. | Brussel, 21 oktober 2005. |
Le Ministre-Président du Gouvernement flamand, | De minister-president van de Vlaamse Regering, |
Y. LETERME | Y. LETERME |
Le Ministre flamand des Affaires intérieures, de la Politique des | De Vlaamse minister van Binnenlands Bestuur, Stedenbeleid, Wonen en |
Villes, du Logement et de l'Intégration civique, | Inburgering, |
M. KEULEN | M. KEULEN |