Arrêté du Gouvernement flamand relatif à l'organisation de projets temporaires sur le plan du choix des études et de l'orientation professionnelle et sur le plan de l'apprentissage sur le lieu du travail | Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de organisatie van tijdelijke projecten rond studie- en beroepskeuze en rond werkplekleren |
---|---|
AUTORITE FLAMANDE 19 OCTOBRE 2007. - Arrêté du Gouvernement flamand relatif à l'organisation de projets temporaires sur le plan du choix des études et de l'orientation professionnelle et sur le plan de l'apprentissage sur le lieu du travail Le Gouvernement flamand, | VLAAMSE OVERHEID 19 OKTOBER 2007. - Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de organisatie van tijdelijke projecten rond studie- en beroepskeuze en rond werkplekleren De Vlaamse Regering, |
Vu le décret du 9 décembre 2005 relatif à l'organisation de projets | Gelet op het decreet van 9 december 2005 betreffende de organisatie |
van tijdelijke projecten in het onderwijs, gewijzigd bij het decreet | |
temporaires dans l'enseignement, modifié par le décret du 22 juin | van 22 juni 2007, inzonderheid op de artikelen 3, 5, § 1, en 6, § 2; |
2007, notamment les articles 3, 5, § 1er, et 6, § 2; | |
Vu l'arrêté du Gouvernement flamand du 23 juin 2006 relatif à | Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 23 juni 2006 |
l'organisation de projets temporaires dans l'enseignement primaire et | betreffende de organisatie van tijdelijke projecten in het basis- en |
secondaire; | secundair onderwijs; |
Vu l'avis du Ministre flamand chargé du Budget, donné le 19 juillet 2007; | Gelet op het akkoord van de Vlaamse minister, bevoegd voor de Begroting, gegeven op 19 juli 2007; |
Vu le protocole n° 638 du 7 septembre 2007 portant les conclusions des | Gelet op protocol nr. 638 van 7 september 2007 houdende de conclusies |
van de onderhandelingen, gevoerd in de gemeenschappelijke vergadering | |
négociations menées en réunion commune du Comité sectoriel X et de la | van Sectorcomité X en van onderafdeling Vlaamse Gemeenschap van |
sous-section « Communauté flamande » de la section 2 du Comité des | afdeling 2 van het comité voor de provinciale en plaatselijke |
services publics provinciaux et locaux; | overheidsdiensten; |
Vu le protocole n° 403 du 7 septembre 2007 portant les conclusions des | Gelet op protocol nr. 403 van 7 september 2007 houdende de conclusies |
négociations menées au sein du Comité coordinateur de négociation visé | van de onderhandelingen, gevoerd in het overkoepelend |
au décret du 5 avril 1995 portant création de comités de négociation | onderhandelingscomité, vermeld in het decreet van 5 april 1995 tot |
dans l'enseignement libre subventionné; | |
Vu l'avis du « Vlaamse Onderwijsraad » (Conseil flamand de | oprichting van onderhandelingscomités in het vrij gesubsidieerd onderwijs; |
l'Enseignement), émis le 27 septembre 2007; | Gelet op het advies van de Vlaamse Onderwijsraad, gegeven op 27 |
Vu l'avis n° 43 582/1 du Conseil d'Etat, donné le 4 octobre 2007, par | september 2007; Gelet op advies nr. 43.582/1 van de Raad van State, gegeven op 4 |
application de l'article 84, § 1er, premier alinéa, 1°, des lois | oktober 2007, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van |
coordonnées sur le Conseil d'Etat; | |
Sur la proposition du Ministre flamand de l'Emploi, de l'Enseignement | de gecoördineerde wetten op de Raad van State; |
et de la Formation; | Op voorstel van de Vlaamse minister van Werk, Onderwijs en Vorming; |
Après délibération, | Na beraadslaging, |
Arrête : | Besluit : |
Article 1er.Le Ministre flamand ayant l'Enseignement dans ses |
Artikel 1.De Vlaamse minister, bevoegd voor het Onderwijs, wordt |
attributions est chargé, le 7 septembre 2007 : | ermee belast om op 7 september 2007 : |
1° de lancer un appel aux autorités scolaires ou pouvoirs | 1° een oproep te lanceren bij de schoolbesturen of inrichtende machten |
organisateurs de l'enseignement primaire et de l'enseignement à temps | |
plein et à temps partiel d'introduire des propositions de projets | van het basisonderwijs en het voltijds en deeltijds secundair |
visant l'amélioration du choix des études et de l'orientation | onderwijs om voorstellen van projecten rond verbetering van de studie- |
professionnelle; | en beroepskeuze in te dienen; |
2° de lancer un appel aux pouvoirs organisateurs de l'enseignement | 2° een oproep te lanceren bij de inrichtende machten van het voltijds |
secondaire à temps plein et à temps partiel d'introduire des | |
propositions de projets visant le renforcement de l'apprentissage sur | en deeltijds secundair onderwijs om voorstellen van projecten rond |
le lieu du travail. Par apprentissage sur le lieu du travail on entend | versterking van het werkplekleren in te dienen. Onder werkplekleren |
: l'acquisition de compétences tant générales que professionnelles et | wordt verstaan : het verwerven van zowel algemene als arbeids- en |
axées sur le travail, les problèmes de la pratique professionnelle | beroepsgerichte competenties, waarbij de problemen uit de |
constituant l'objet de l'apprentissage et la situation réelle de | beroepspraktijk het leerobject vormen en de reële arbeidssituatie de |
travail étant l'environnement d'éducation. | leeromgeving is. |
Ces projets couvrent la période du 1er novembre 2007 au 31 août 2010 | Die projecten bestrijken de periode van 1 november 2007 tot en met 31 |
inclus. | augustus 2010. |
Art. 2.§ 1. Les projets s'inscrivent dans l'objectif et les priorités |
Art. 2.§ 1. De projecten passen in het opzet en de prioriteiten van |
de l'agenda des compétences pour l'approche intégrale en matière de | de competentieagenda voor een totaalaanpak inzake talentontwikkeling, |
développement des talents, approuvé par l'Autorité flamande et les | die door de Vlaamse overheid en de sociale partners werd goedgekeurd |
partenaires sociaux le 14 mai 2007. | op 14 mei 2007. |
§ 2. Dans le cadre des projets sur le plan de l'amélioration du choix | § 2. Binnen de projecten rond verbetering van de studie- en |
des études et de l'orientation professionnelle, il y a lieu d'élaborer | beroepskeuze moeten de volgende actiepunten worden uitgewerkt : |
les points d'action suivants : 1° découvrir et développer les talents à différents âges; | 1° talenten ontdekken en ontwikkelen op verschillende leeftijden; |
2° améliorer la connaissance de l'offre d'enseignement dans | 2° de kennis verhogen over het onderwijsaanbod in het secundair en |
l'enseignement secondaire et supérieur, et des possibilités sur le | |
marché de l'emploi, partant du point de vue que les écoles et les | hoger onderwijs en over de mogelijkheden op de arbeidsmarkt, vanuit de |
centres d'enseignement sont responsables en première instance d'une | optiek dat scholen en scholengemeenschappen in de eerste lijn |
bonne orientation; | verantwoordelijk zijn voor een goede oriëntering; |
3° développer un portfolio individualisé de la carrière scolaire | 3° een geïndividualiseerde schoolloopbaanportfolio over het volledige |
couvrant l'enseignement primaire et secondaire dans sa totalité. | basis- en secundair onderwijs ontwikkelen. |
Dans le cadre des projets sur le plan du renforcement de | Binnen de projecten rond versterking van het werkplekleren moeten de |
l'apprentissage sur le lieu du travail, il y a lieu d'élaborer les | |
points d'action suivants : | volgende actiepunten worden uitgewerkt : |
1° développer systématiquement et de manière structurelle un | 1° kwaliteitsvol werkplekleren systematisch en structureel uitbouwen; |
apprentissage de qualité sur le lieu du travail; | |
2° optimaliser ou élargir les stages pour élèves; | 2° stages voor leerlingen optimaliseren of uitbreiden; |
3° optimaliser ou élargir les stages pour enseignants. | 3° stages voor leraars optimaliseren of uitbreiden. |
Art. 3.Des établissements d'enseignement primaire ou d'enseignement secondaire à temps plein ou à temps partiel peuvent participer aux projets sur le plan de l'amélioration du choix des études et de l'orientation professionnelle. Seuls les établissements d'enseignement secondaire à temps plein ou à temps partiel peuvent participer aux projets sur le plan du renforcement de l'apprentissage sur le lieu du travail. Art. 4.Les présidents ou mandatés des autorités scolaires ou pouvoirs organisateurs associés au projet introduisent au plus tard le 1er octobre 2007 un dossier de projet auprès du Département de l'Enseignement et de la Formation du Ministère flamand de l'Enseignement et de la Formation. Un dossier de projet n'est recevable que lorsqu'il est accompagné du protocole de négociation en la matière dans un ou plusieurs comités locaux intéressés. Dans chaque protocole seront notés, soit l'accord |
Art. 3.Aan projecten rond verbetering van de studie- en beroepskeuze kunnen instellingen voor lager onderwijs of voor voltijds of deeltijds secundair onderwijs deelnemen. Aan projecten rond versterking van het werkplekleren kunnen enkel instellingen voor voltijds of deeltijds secundair onderwijs deelnemen. Art. 4.Een projectdossier wordt door de voorzitters of gemandateerden van de schoolbesturen of inrichtende machten die bij het project zijn betrokken uiterlijk op 1 oktober 2007 ingediend bij het Departement Onderwijs en Vorming van het Vlaams Ministerie van Onderwijs en Vorming. Een projectdossier is alleen ontvankelijk als het protocol van de onderhandeling ter zake in één of meer betrokken lokale comités is bijgevoegd. In elk protocol wordt ofwel het eenparige akkoord van de |
unanime de la délégation de l'autorité scolaire ou du pouvoir | afvaardiging van het schoolbestuur of de inrichtende macht en van de |
organisateurs et des représentants du personnel, soit leurs positions | vertegenwoordigers van het personeel, ofwel hun respectieve |
respectives. | standpunten opgetekend. |
Art. 5.Entre les dossiers de projet introduits, les quarante et un |
Art. 5.Uit de ingediende projectdossiers worden door een commissie |
dossiers les mieux classés sont sélectionnés par une commission au | uiterlijk op 10 oktober 2007 de eenenveertig best gerangschikte |
plus tard le 10 octobre 2007. | geselecteerd. |
Le Gouvernement flamand décide le 31 octobre 2007 au plus tard de la | De Vlaamse Regering beslist uiterlijk op 31 oktober 2007 over de lijst |
liste des projets proposés par la commission de sélection. | van projecten die door de selectiecommissie wordt voorgedragen. |
Art. 6.Si des dossiers de projet introduits sont irrecevables ou non |
Art. 6.Indien ingediende projectdossiers onontvankelijk zijn of om |
retenus pour des motifs de contenu, ce qui rend la sélection de | inhoudelijke reden niet worden weerhouden waardoor het onmogelijk |
quarante-et-un projets impossible, le Ministre flamand de | wordt eenenveertig projecten te selecteren, dan wordt de Vlaamse |
l'enseignement est chargé de lancer un second appel, le 7 novembre | minister, bevoegd voor het Onderwijs, ermee belast een tweede oproep |
2007, à l'introduction de dossiers de projet couvrant la période du 1 | te lanceren op 7 november 2007 om projectdossiers in te dienen die de |
février 2008 au 31 août 2010 inclus. | periode van 1 februari 2008 tot en met 31 augustus 2010 bestrijken. |
Le cas échéant, les dossiers de projet seront introduits le 7 décembre | In voorkomend geval worden de projectdossiers uiterlijk op 7 december |
2007 au plus tard, la sélection aura lieu le 24 décembre 2007 au plus | 2007 ingestuurd, vindt de selectie uiterlijk op 24 december 2007 |
tard, et le Gouvernement flamand décidera le 20 janvier 2008 au plus | plaats en beslist de Vlaamse Regering uiterlijk op 20 januari 2008 |
tard de la liste des dossiers de projet les mieux classés, proposés | over de lijst van best gerangschikte projectdossiers die door de |
par la commission de sélection. Le nombre des dossiers de projet | selectiecommissie wordt voorgedragen. Het aantal voorgedragen |
proposés est de quarante-et-un au maximum, réduit du nombre des | projectdossiers bedraagt maximum eenenveertig verminderd met het |
dossiers de projet de la liste approuvée par le Gouvernement flamand | aantal projectdossiers van de lijst die na de eerste oproep door de |
après le premier appel. | Vlaamse Regering is goedgekeurd. |
Art. 7.La commission de sélection est composée comme suit : |
Art. 7.De selectiecommissie is samengesteld uit : |
1° deux délégués de l'Inspection de l'Enseignement; | 1° twee afgevaardigden van de Onderwijsinspectie; |
2° deux délégués du Ministère flamand de l'Enseignement et de la | 2° twee afgevaardigden van het Vlaams Ministerie van Onderwijs en |
Formation; | Vorming; |
3° un délégué respectivement de l'enseignement communautaire, des | 3° één afgevaardigde van respectievelijk het Gemeenschapsonderwijs, de |
associations représentatives des autorités scolaires et des pouvoirs | representatieve verenigingen van schoolbesturen en inrichtende machten |
organisateurs de l'enseignement officiel subventionné et des | van het gesubsidieerd officieel onderwijs en de representatieve |
associations représentatives des autorités scolaires et des pouvoirs | verenigingen van schoolbesturen en inrichtende machten van het |
organisateurs de l'enseignement libre subventionné; | gesubsidieerd vrij onderwijs; |
4° un délégué de chaque organisation syndicale représentative; | 4° één afgevaardigde van elke representatieve vakorganisatie; |
5° un expert externe en matière de choix des études et d'orientation | 5° één externe expert in studie- en beroepskeuze en één externe expert |
professionnelle, et un expert externe dans la problématique de | |
l'alignement de l'enseignement sur le marché de l'emploi; | in de problematiek van de aansluiting van het onderwijs op de |
arbeidsmarkt; | |
6° un délégué des centres d'encadrement des élèves. | 6° één afgevaardigde van de centra voor leerlingenbegeleiding. |
Le Ministre flamand chargé de l'enseignement désigne les membres de la | De Vlaamse minister, bevoegd voor het onderwijs, wijst de |
commission. | commissieleden aan. |
Art. 8.La sélection applique aux dossiers de projet au moins les |
Art. 8.De selectiecommissie hanteert voor de projectdossiers ten |
critères suivants : | minste de volgende criteria : |
1° la pertinence et l'opportunité des propositions de projet dans | 1° de inhoudelijke relevantie en opportuniteit van de |
l'ensemble des dispositions de l'article 2 et la concordance avec ces | projectvoorstellen binnen het geheel van de bepalingen van artikel 2 |
dispositions; | |
2° la faisabilité des objectifs de projet concrets, compte tenu de la | en de overeenstemming met die bepalingen; |
grandeur d'échelle, de la durée, de l'assise locale, des possibilités | 2° de haalbaarheid van de concrete projectdoelstellingen, rekening |
de financement et de la légitimité; | houdend met schaalgrootte, tijdsduur, lokaal draagvlak, |
3° les attentes au niveau de la mise en oeuvre généralisée des | financierbaarheid en legitimiteit; |
résultats du projet, tant du point de vue pédagogique et | 3° de verwachtingen inzake veralgemeende implementatie van de |
pédago-didactique que du point de vue budgétaire; | projectresultaten, zowel onderwijskundig en pedagogisch-didactisch als |
4° la participation au projet, avec une préférence pour plusieurs | budgettair; 4° de projectparticipatie, met een voorkeur voor meer |
établissements d'enseignement (quantité), l'intensité de la | onderwijsinstellingen (kwantiteit), en de intensiteit van de |
coopération entre eux (qualité), et l'association d'autres partenaires | onderlinge samenwerking (kwaliteit), en de betrokkenheid van andere |
dont des centres d'encadrement des élèves; | partners waaronder centra voor leerlingenbegeleiding; |
5° la répartition des projets sur les thèmes « amélioration du choix | 5° de redelijke spreiding van de projecten over de thema's « |
des études et de l'orientation professionnelle » et « renforcement de | verbetering van de studie- en beroepskeuze » en « versterking van het |
l'apprentissage sur le lieu du travail »; | werkplekleren »; |
6° la possibilité d'évaluation, interne comme externe. | 6° de evalueerbaarheid, zowel intern als extern. |
Art. 9.Il est attribué à un projet sélectionné auquel participent au |
Art. 9.Aan een geselecteerd project waaraan maximaal drie |
moins trois établissements d'enseignement, un emploi à mi-temps, pour | onderwijsinstellingen deelnemen, wordt voor de periode vanaf de |
la période de la date du début du projet jusqu'au 30 juin 2010 inclus. Il est attribué à un projet sélectionné auquel participent plus de trois établissements d'enseignement, trois quarts d'un emploi à temps plein, pour la période de la date du début du projet jusqu'au 30 juin 2010 inclus. L'emploi tend à assurer l'accompagnement et l'encadrement de la réalisation du projet dans tous les établissements d'enseignement participant au projet. Art. 10.L'emploi peut être attribué à un ou plusieurs membres du personnel. Ces membres du personnel sont affectés à un ou plusieurs établissements d'enseignement. Si l'emploi est créé dans la catégorie du personnel enseignant, cela se fait sur la base de périodes-professeur, heures de cours ou périodes de cours assimilées respectivement à des périodes-professeur, heures de cours ou périodes de cours, notamment sous forme de tâches pédagogiques spéciales. |
aanvangsdatum van het project en tot en met 30 juni 2010 een halftijdse betrekking toegekend. Aan een geselecteerd project waaraan meer dan drie onderwijsinstellingen deelnemen, wordt voor de periode vanaf de aanvangsdatum van het project en tot en met 30 juni 2010 driekwart van een voltijdse betrekking toegekend. De betrekking strekt ertoe om de uitvoering van het project in alle deelnemende onderwijsinstellingen te begeleiden en te ondersteunen. Art. 10.De betrekking, vermeld in artikel 9, kan worden toegekend aan een of meer personeelsleden. Die personeelsleden worden toegewezen aan een of meer van de deelnemende onderwijsinstellingen. Als de betrekking wordt gecreëerd binnen de categorie van het onderwijzend personeel, dan gebeurt dat op basis van met respectievelijk uren-leraar, lesuren of lestijden gelijkgestelde uren-leraar, lesuren of lestijden, meer bepaald in de vorm van bijzondere pedagogische taken. |
Art. 11.Si l'emploi visé à l'article 9 est attribué à un |
Art. 11.Als de betrekking, vermeld in artikel 9, wordt toegewezen aan |
établissement d'enseignement primaire ordinaire, les fonctions | een instelling voor gewoon basisonderwijs, dan komen de volgende |
suivantes entrent en considération : instituteur maternel, | ambten in aanmerking : kleuteronderwijzer, onderwijzer, leermeester |
instituteur, maître de religion, maître de morale non confessionnelle, | godsdienst, leermeester niet-confessionele zedenleer, leermeester |
maître d'éducation physique, coordinateur de l'encadrement renforcé, | lichamelijke opvoeding, zorgcoördinator, ICT-coördinator, |
coordinateur TIC, collaborateur administratif. | administratief medewerker. |
Si l'emploi visé à l'article 9 est attribué à un établissement | Als de betrekking, vermeld in artikel 9, wordt toegewezen aan een |
d'enseignement primaire spécial, les fonctions suivantes entrent en | instelling voor buitengewoon basisonderwijs, dan komen de volgende |
considération : instituteur maternel ASV (formation sociale générale), | ambten in aanmerking : kleuteronderwijzer ASV (algemene sociale |
instituteur ASV, maître de religion, maître de morale non | vorming), onderwijzer ASV, leermeester godsdienst, leermeester |
confessionnelle, maître ASV - spécialité d'éducation physique, | niet-confessionele zedenleer, leermeester ASV-specialiteit |
coordinateur de l'encadrement renforcé, coordinateur TIC, | lichamelijke opvoeding, zorgcoördinator, ICT-coördinator, |
collaborateur administratif. | administratief medewerker. |
Si l'emploi visé à l'article 9 est attribué à un établissement | Als de betrekking, vermeld in artikel 9, wordt toegewezen aan een |
d'enseignement secondaire ordinaire, les fonctions suivantes entrent | instelling voor gewoon secundair onderwijs, dan komen de volgende |
en considération : professeur, professeur de religion, accompagnateur, | ambten in aanmerking : leraar, godsdienstleraar, begeleider, |
collaborateur administratif, éducateur. | administratief medewerker, opvoeder. |
Si l'emploi visé à l'article 9 est attribué à un établissement | Als de betrekking, vermeld in artikel 9, wordt toegewezen aan een |
d'enseignement spécial ordinaire, les fonctions suivantes entrent en | instelling voor buitengewoon secundair onderwijs, dan komen de |
considération : professeur, professeur de religion, accompagnateur, | volgende ambten in aanmerking : leraar, godsdienstleraar, begeleider, |
enseignant ASV, enseignant ASV - spécialité éducation physique, | leraar ASV, leraar ASV-specialiteit lichamelijke opvoeding, leraar |
enseignant ASV - techniques de compensation braille, enseignant ASV de | ASV-compensatietechnieken braille, leraar ASV niet-confessionele |
morale non confessionnelle, enseignant BGV (formation à vocation | zedenleer, leraar BGV (beroepsgerichte vorming), administratief |
professionnelle), collaborateur administratif, éducateur. | medewerker, opvoeder. |
Art. 12.Les autorités scolaires ou pouvoirs organisateurs associés à |
Art. 12.De bij een project betrokken schoolbesturen of inrichtende |
un projet décident ensemble, d'une part sur l'attribution ou | machten beslissen samen, enerzijds, over de toekenning respectievelijk |
l'affectation visées à l'article 10, et d'autre part sur le choix de | de toewijzing, vermeld in artikel 10, en, anderzijds, over de keuze |
la fonction visée à l'article 11. | van het ambt, vermeld in artikel 11. |
Art. 13.Le comité directeur créé en vertu de l'article 9 de l'arrêté |
Art. 13.De stuurgroep die is opgericht op basis van artikel 9 van het |
du Gouvernement flamand du 23 juin 2006 relatif à l'organisation de | besluit van de Vlaamse Regering van 23 juni 2006 betreffende de |
projets temporaires dans l'enseignement fondamental et secondaire, est | organisatie van tijdelijke projecten in het basis- en secundair |
élargi en vue des projets faisant lobjet du présent arrêté. Le comité | onderwijs, wordt uitgebreid naar de projecten die het voorwerp van dit |
directeur est confirmé pour la durée des projets susvisés. Il est | besluit uitmaken. De stuurgroep wordt bevestigd voor de duur van |
chargé du suivi de ces projets et du mode d'accompagnement et | laatst vermelde projecten. Hij wordt belast met de opvolging van die |
d'encadrement de ceux-ci. | projecten en van de wijze van begeleiding en ondersteuning ervan. |
Art. 14.Pour la période du 1 novembre 2007 au 31 août 2010 inclus, |
Art. 14.Voor de periode van 1 november 2007 tot en met 31 augustus |
les services d'encadrement pédagogique de l'enseignement | 2010 kunnen de pedagogische begeleidingsdiensten van het |
communautaire, de l'enseignement officiel subventionné et de | Gemeenschapsonderwijs, het gesubsidieerd officieel onderwijs en het |
l'enseignement libre subventionné peuvent, par application de | gesubsidieerd vrij onderwijs, met toepassing van artikel 77quater, § |
l'article 77quater, § 3, du décret relatif au statut des membres du | 3, van het decreet Rechtspositie Personeelsleden |
personnel de l'enseignement communautaire et de l'article 51quater, § 3, du décret relatif au statut des membres du personnel de l'enseignement subventionné, désigner, à titre temporaire et par le biais d'un congé pour mission, des membres du personnel de l'enseignement. Le nombre de ces membres du personnel correspond à trois emplois à temps plein. Ils sont chargés de l'appui et de l'encadrement des projets. Ces trois emplois sont chaque fois attribués respectivement à l'enseignement communautaire, à l'enseignement officiel subventionné et à l'enseignement libre subventionné. Une indemnité forfaitaire de 3.000 euros par emploi est accordée | Gemeenschapsonderwijs, en artikel 51quater, § 3, van het decreet Rechtspositie Personeelsleden Gesubsidieerd Onderwijs, via een verlof wegens opdracht tijdelijk personeelsleden uit het onderwijs aanstellen. Het aantal van die personeelsleden stemt overeen met drie voltijdse betrekkingen. Zij worden belast met de ondersteuning en de begeleiding van de projecten. Van die drie betrekkingen gaat er telkens één naar het Gemeenschapsonderwijs, het gesubsidieerd officieel onderwijs en het gesubsidieerd vrij onderwijs. Voor de uitoefening van hun opdracht wordt jaarlijks per betrekking |
chaque année pour l'exercice de leur mission. | een forfaitaire vergoeding toegekend van 3.000 euro. |
Art. 15.Pour la période du 1 novembre 2007 au 31 août 2010 inclus, un |
Art. 15.Voor de periode van 1 november 2007 tot en met 31 augustus |
membre du personnel de l'enseignement peut, par application de | 2010 kan één personeelslid uit het onderwijs, met toepassing van |
l'article 77quater, § 3, du décret relatif au statut des membres du | artikel 77quater, § 3, van het decreet Rechtspositie Personeelsleden |
personnel de l'enseignement communautaire ou de l'article 51quater, § | Gemeenschapsonderwijs of artikel 51quater, § 3, van het decreet |
3, du décret relatif au statut des membres du personnel de | Rechtspositie Personeelsleden Gesubsidieerd Onderwijs, naargelang van |
l'enseignement subventionné, selon le cas, être désigné à titre | het geval, via een verlof wegens opdracht tijdelijk aangesteld worden |
temporaire auprès du Département Enseignement et Formation du | bij het Departement Onderwijs en Vorming van het Vlaams Ministerie van |
Ministère flamand de l'Enseignement et de la Formation. Ce membre du | Onderwijs en Vorming. Dat personeelslid wordt belast met de |
personnel est chargé de l'appui et de l'encadrement des projets. | ondersteuning en de begeleiding van de projecten. |
Art. 16.Toujours dans le but de stimuler des sorties qualifiées, il |
Art. 16.Steeds vanuit de optiek om gekwalificeerde uitstroom te |
faut que l'évaluation des projets résulte en des décisions politiques | bevorderen, moet evaluatie van de projecten resulteren in |
sur d'éventuelles mesures ou actions décrétales, réglementaires ou | beleidsbeslissingen over eventuele decretale, reglementaire of andere |
autres sur le plan : | maatregelen of acties op het vlak van : |
1° de l'optimalisation des choix des études et de l'orientation | 1° optimalisering van studie- en beroepskeuze; |
professionnelle; 2° de la revalorisation de l'enseignement secondaire technique et | 2° opwaardering van het technisch en beroepssecundair onderwijs in het |
professionnel en général, et de la correspondance entre enseignement | algemeen en aansluiting tussen onderwijs en arbeid in het bijzonder. |
et marché du travail en particulier. | |
Art. 17.Le panel d'experts chargé de l'évaluation des projets se |
Art. 17.Het expertenpanel, belast met de evaluatie van de projecten, |
compose comme suit : | is als volgt samengesteld : |
1° trois délégués de l'Inspection de l'Enseignement; | 1° drie afgevaardigden van de Onderwijsinspectie; |
2° trois délégués du Ministère flamand de l'Enseignement et de la | 2° drie afgevaardigden van het Vlaams Ministerie van Onderwijs en |
Formation; | Vorming; |
3° un délégué respectivement de l'enseignement communautaire, des | 3° één afgevaardigde van respectievelijk het Gemeenschapsonderwijs, de |
associations représentatives des autorités scolaires et des pouvoirs | representatieve verenigingen van schoolbesturen en inrichtende machten |
organisateurs de l'enseignement officiel subventionné et des | van het gesubsidieerd officieel onderwijs en de representatieve |
associations représentatives des autorités scolaires et des pouvoirs | verenigingen van schoolbesturen en inrichtende machten van het |
organisateurs de l'enseignement libre subventionné; | gesubsidieerd vrij onderwijs; |
4° un délégué de chaque organisation syndicale représentative; | 4° één afgevaardigde van elke representatieve vakorganisatie; |
5° un expert externe en matière de choix des études et d'orientation | 5° één externe expert in studie- en beroepskeuze en één externe expert |
professionnelle, et un expert externe dans la problématique de | |
l'alignement de l'enseignement sur le marché de l'emploi; | in de problematiek van de aansluiting van het onderwijs op de |
arbeidsmarkt; | |
6° un délégué des centres d'encadrement des élèves. | 6° één afgevaardigde van de centra voor leerlingenbegeleiding. |
Le Ministre flamand chargé de l'Enseignement désigne les membres du | De Vlaamse minister, bevoegd voor het Onderwijs, wijst de panelleden |
panel. | aan. |
Art. 18.Les autorités scolaires ou les pouvoirs organisateurs et les |
Art. 18.De schoolbesturen of inrichtende machten en de |
établissements d'enseignement apportent leur pleine coopération à | onderwijsinstellingen verlenen hun volledige medewerking aan de |
l'évaluation du projet auquel ils participent. | evaluatie van het project waaraan ze deelnemen. |
Art. 19.Le présent arrêté entre en vigueur le 7 septembre 2007 et |
Art. 19.Dit besluit treedt in werking op 7 september 2007 en houdt op |
cessera d'être en vigueur le 31 août 2010. | van kracht te zijn op 31 augustus 2010. |
Art. 20.Le Ministre flamand qui a l'Enseignement dans ses |
Art. 20.De Vlaamse minister, bevoegd voor het Onderwijs, is belast |
attributions est chargé de l'exécution du présent arrêté. | met de uitvoering van dit besluit. |
Bruxelles, le 19 octobre 2007. | Brussel, 19 oktober 2007. |
Le Ministre-Président du Gouvernement flamand, | De minister-president van de Vlaamse Regering, |
K. PEETERS | K. PEETERS |
Le Ministre flamand de l'Emploi, de l'Enseignement et de la Formation, | De Vlaamse minister van Werk, Onderwijs en Vorming, |
F. VANDENBROUCKE | F. VANDENBROUCKE |