← Retour vers "Arrêté du Gouvernement flamand portant agrément d'un programme de formation répondant aux exigences de l'obligation scolaire à temps partiel "
| Arrêté du Gouvernement flamand portant agrément d'un programme de formation répondant aux exigences de l'obligation scolaire à temps partiel | Besluit van de Vlaamse regering houdende de erkenning van een vormingsprogramma dat voor de vervulling van de deeltijdse leerplicht in aanmerking komt |
|---|---|
| MINISTERE DE LA COMMUNAUTE FLAMANDE | MINISTERIE VAN DE VLAAMSE GEMEENSCHAP |
| 8 JUIN 1999. - Arrêté du Gouvernement flamand portant agrément d'un | 8 JUNI 1999. - Besluit van de Vlaamse regering houdende de erkenning |
| programme de formation répondant aux exigences de l'obligation | van een vormingsprogramma dat voor de vervulling van de deeltijdse |
| scolaire à temps partiel | leerplicht in aanmerking komt |
| Le Gouvernement flamand, | De Vlaamse regering, |
| Vu la loi du 29 juin 1983 concernant l'obligation scolaire, notamment | Gelet op de wet van 29 juni 1983 betreffende de leerplicht, |
| l'article 2, modifié par le décret du 31 juillet 1990; | inzonderheid op artikel 2, gewijzigd bij het decreet van 31 juli 1990; |
| Vu l'arrêté du Gouvernement flamand du 31 juillet 1990 portant | Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 31 juli 1990 houdende |
| organisation et fixant les normes et le financement de la formation | de organisatie, de normering en de financiering van de erkende vorming |
| agréée dans le cadre de l'obligation scolaire à temps partiel, | in het kader van de deeltijdse leerplicht inzonderheid op hoofdstuk |
| notamment le chapitre II, modifié par l'arrêté du Gouvernement flamand du 24 juillet 1996; | II, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse regering van 24 juli 1996; |
| Vu l'avis de la commission de consultation en matière de | Gelet op het advies van de commissie voor de erkenning van |
| reconnaissance de programmes de formation en vue de satisfaire à | vormingsprogramma's die voor de vervulling van de deeltijdse |
| l'obligation scolaire à temps partiel, rendu le 23 avril 1999; | leerplicht in aanmerking komen, gegeven op 23 april 1999; |
| Vu l'accord du Ministre flamand compétent pour le budget, donné le 7 juin 1999; | Gelet op het akkoord van de Vlaamse minister, bevoegd voor de begroting, gegeven op 7 juni 1999; |
| Sur la proposition du Ministre flamand de l'Enseignement et de la | Op voorstel van de Vlaamse minister van Onderwijs en Ambtenarenzaken |
| Fonction publique et du Ministre flamand de la Culture, de la Famille | en de Vlaamse minister van Cultuur, Gezin en Welzijn; |
| et de l'Aide sociale; | Na beraadslaging, |
| Après en avoir délibéré, | |
| Arrête : | Besluit : |
Article 1er.Le programme de formation introduit par l'asbl "Vlaams |
Artikel 1.Het vormingsprogramma ingediend door de vzw Vlaams Centrum |
| Centrum voor Levensvorming regio Kortrijk", Paul Jansonlaan 68, 1070 | voor Levensvorming regio Kortrijk, Paul Jansonlaan 68, 1070 Brussel, |
| Bruxelles et contenant la formation personnelle, sociale et | dat de persoonlijke, maatschappelijke en beroepsgerichte vorming omvat |
| professionnelle de jeunes scolarisables placés temporairement dans le | van leerplichtige jongeren die tijdelijk in het onthaal-, oriëntatie- |
| centre d'accueil, d'orientation et d'observation "De Wijzer" à 8940 | en observatiecentrum « De Wijzer » te 8940 Wervik zijn geplaatst, |
| Wervik, est agréé à partir du 1er septembre 1999 en tant que formation | wordt met ingang van 1 september 1999 erkend als vorming die voor de |
| répondant aux exigences de l'obligation scolaire à temps partiel. | vervulling van de deeltijdse leerplicht in aanmerking komt. |
Art. 2.L'agrément accordé par l'article 1er peut être annulé après |
Art. 2.De in artikel 1 verleende erkenning kan worden opgeheven nadat |
| qu'il est constaté que le programme de formation n'est pas exécuté ou | is vastgesteld dat het vormingsprogramma niet of onvolledig wordt |
| ne l'est qu'incomplètement. | uitgevoerd. |
Art. 3.Le Ministre flamand compétent pour l'Enseignement et le |
Art. 3.De Vlaamse minister, bevoegd voor het onderwijs, en de Vlaamse |
| Ministre flamand compétent pour la Culture sont chargés, chacun en ce | minister, bevoegd voor de cultuur, zijn, ieder wat hem betreft, belast |
| qui le concerne, de l'exécution du présent arrêté. | met de uitvoering van dit besluit. |
| Bruxelles, le 8 juin 1999. | Brussel, 8 juni 1999. |
| Le Ministre-Président du Gouvernement flamand, | De minister-president van de Vlaamse regering, |
| L. VAN DEN BRANDE | L. VAN DEN BRANDE |
| Le Ministre flamand de l'Enseignement et de la Fonction publique, | De Vlaamse minister van Onderwijs en Ambtenarenzaken, |
| E. BALDEWIJNS | E. BALDEWIJNS |
| Le Ministre flamand de la Culture, de la Famille et de l'Aide sociale, | De Vlaamse minister van Cultuur, Gezin en Welzijn, |
| L. MARTENS | L. MARTENS |