Etaamb.openjustice.be
Vue multilingue de Arrêté Du Gouvernement Flamand du 05/10/2007
← Retour vers "Arrêté du Gouvernement flamand relatif au profil professionnel de l'enseignant "
Arrêté du Gouvernement flamand relatif au profil professionnel de l'enseignant Besluit van de Vlaamse Regering betreffende het beroepsprofiel van de leraar
AUTORITE FLAMANDE VLAAMSE OVERHEID
5 OCTOBRE 2007. - Arrêté du Gouvernement flamand relatif au profil 5 OKTOBER 2007. - Besluit van de Vlaamse Regering betreffende het
professionnel de l'enseignant beroepsprofiel van de leraar
Le Gouvernement flamand, De Vlaamse Regering,
Vu le décret du 4 avril 2003 relatif à la restructuration de Gelet op het decreet van 4 april 2003 betreffende de herstructurering
l'enseignement supérieur en Flandre, notamment l'article 55ter, § 1er, van het hoger onderwijs in Vlaanderen, inzonderheid op artikel 55ter,
inséré par le décret du 15 décembre 2006; § 1, ingevoegd bij decreet van 15 december 2006;
Vu le décret du 15 juin 2007 relatif à l'éducation des adultes, Gelet op het decreet van 15 juni 2007 betreffende het
notamment l'article 18, § 1er; volwassenenonderwijs, inzonderheid op artikel 18, § 1;
Vu l'arrêté du Gouvernement flamand du 29 septembre 1998 relatif aux Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 29 september 1998
profils professionnels des enseignants; betreffende de beroepsprofielen van de leraren;
Vu l'avis de l'Inspection des Finances, donné le 10 avril 2007; Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 10
Vu l'avis du "Vlaamse Onderwijsraad" (Conseil flamand de april 2007;
l'Enseignement), émis le 31 mai 2007; Gelet op het advies van de Vlaamse Onderwijsraad, gegeven op 31 mei 2007;
Vu l'avis du Conseil d'Etat, donné le 10 septembre 2007, en Gelet op het advies van de Raad van State, gegeven op 10 september
application de l'article 84, § 1er, premier alinéa, 1° des lois 2007, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de
coordonnées sur le Conseil d'Etat; gecoördineerde wetten op de Raad van State;
Sur la proposition du Ministre flamand de l'Emploi, de l'Enseignement Op voorstel van de Vlaamse minister van Werk, Onderwijs en Vorming;
et de la Formation; Na beraadslaging,
Après délibération,
Arrête : Besluit :

Article 1er.Le profil professionnel de l'enseignant est déterminé

Artikel 1.Het beroepsprofiel van de leraar wordt vastgesteld, zoals
conformément à l'annexe au présent arrêté. bepaald in de bijlage die bij dit besluit is gevoegd.

Art. 2.L'arrêté du Gouvernement flamand du 29 septembre 1998 relatif

Art. 2.Het besluit van de Vlaamse Regering van 29 september 1998
aux profils professionnels des enseignants est abrogé. betreffende de beroepsprofielen van de leraren wordt opgeheven.

Art. 3.Le présent arrêté entre en vigueur à la rentrée académique

Art. 3.Dit besluit treedt in werking bij het begin van het
2007-2008. academiejaar 2007-2008.

Art. 4.Le Ministre flamand qui a l'enseignement dans ses attributions

Art. 4.De Vlaamse minister, bevoegd voor het onderwijs, is belast met
est chargé de l'exécution du présent arrêté. de uitvoering van dit besluit.
Bruxelles, le 5 octobre 2007. Brussel, 5 oktober 2007.
Le Ministre-Président du Gouvernement flamand, De minister-president van de Vlaamse Regering,
K. PEETERS K. PEETERS
Le Ministre flamand de l'Emploi, de l'Enseignement et de la Formation, De Vlaamse minister van Werk, Onderwijs en Vorming,
F. VANDENBROUCKE F. VANDENBROUCKE
Annexe Bijlage
Profil professionnel de l'enseignant Beroepsprofiel van de leraar
Fonction type 1 : l'enseignant comme accompagnateur des processus Typefunctie 1 : de leraar als begeleider van leer- en
d'apprentissage et de développement ontwikkelingsprocessen
L'enseignant peut : De leraar kan :
1.1 déterminer la situation de départ des apprenants et du groupe 1.1 de beginsituatie van de lerenden en de groep achterhalen;
d'apprenants; 1.2 fixer et formuler des objectifs; 1.2 doelstellingen kiezen en formuleren;
1.3 sélectionner les contenus didactiques ou expériences de formation; 1.3 de leerinhouden of leerervaringen selecteren;
1.4 structurer les contenus didactiques ou expériences de formation et 1.4 de leerinhouden of leerervaringen structureren en vertalen in een
les traduire en une offre d'enseignement cohérente; samenhangend onderwijsaanbod;
1.5 déterminer une approche méthodique adaptée et élaborer une formule de groupement; 1.5 een aangepaste methodische aanpak en groeperingsvorm bepalen;
1.6 choisir, adapter et développer des outils d'apprentissage en 1.6 in team leermiddelen kiezen, aanpassen en ontwikkelen;
équipe; 1.7 créer un environnement d'apprentissage adéquat, tout en tenant 1.7 een adequate leeromgeving creëren met aandacht voor de
compte de l'hétérogénéité du groupe d'apprenants; heterogeniteit binnen de leergroep;
1.8 préparer l'observation ou l'évaluation; 1.8 observatie of evaluatie voorbereiden;
1.9 observer ou évaluer le processus et le produit; 1.9 observeren of het proces en product evalueren;
1.10 réaliser, en concertation avec l'équipe, des initiatives 1.10 in overleg met het team zorgverbredingsinitiatieven uitvoeren en
d'encadrement renforcé et les faire aligner sur l'approche globale de laten aansluiten bij de totaalbenadering van de school;
l'école; 1.11 accompagner le processus d'apprentissage et de développement dans 1.11 het leer- en ontwikkelingsproces begeleiden in het
le néerlandais standard; Standaardnederlands.
1.12 savoir gérer la diversité du groupe. 1.12 omgaan met de diversiteit van de groep.
Fonction type 2 : l'enseignant comme éducateur Typefunctie 2 : de leraar als opvoeder
L'enseignant peut : De leraar kan :
2.1 créer, avec l'équipe, un climat positif pour les apprenants en 2.1 samen met het team een positief leefklimaat creëren voor de
classe et en milieu scolaire; lerenden in klasverband en op school;
2.2 promouvoir l'émancipation des apprenants; 2.2 de emancipatie van de lerenden bevorderen;
2.3 par le développement d'attitudes, préparer les apprenants à 2.3 door attitudevorming lerenden op individuele ontplooiing en
l'épanouissement individuel et à la participation sociale; maatschappelijke participatie voorbereiden;
2.4 cerner les évolutions sociales actuelles dans un contexte 2.4 actuele maatschappelijke ontwikkelingen hanteren in een
pédagogique; pedagogische context;
2.5 adopter une approche adéquate des apprenants éprouvant des 2.5 adequaat omgaan met lerenden in sociaal-emotionele
difficultés socio-émotionnelles et des apprenants manifestant des probleemsituaties en met lerenden met gedragsmoeilijkheden;
troubles de comportement; 2.6 promouvoir la santé physique et mentale des apprenants; 2.6 de fysieke en geestelijke gezondheid van de lerenden bevorderen;
2.7 communiquer avec des apprenants de différents milieux 2.7 communiceren met lerenden met diverse achtergronden in diverse
socioculturels dans diverses situations langagières. talige situaties.
Fonction type 3 : l'enseignant comme expert en matière de contenu Typefunctie 3 : de leraar als inhoudelijke expert
L'enseignant peut : De leraar kan :
3.1 élargir et approfondir les connaissances de base quant aux 3.1 de basiskennis van de leerinhouden, waaronder ten minste de
contenus didactiques, dont au moins les objectifs de développement et ontwikkelingsdoelen en eindtermen, verbreden en verdiepen;
les objectifs finaux;
3.2 suivre, analyser et intégrer les récentes évolutions en matière de 3.2 recente ontwikkelingen over inhouden en vaardigheden uit de
contenus et aptitudes dans les branches ou disciplines; leergebieden of vakgebieden volgen, analyseren en verwerken;
3.3 valoriser les connaissances et aptitudes acquises par rapport aux 3.3 de verworven kennis en vaardigheid met betrekking tot leergebieden
branches et disciplines; en vakgebieden aanwenden;
3.4 en vue de l'accompagnement et de l'orientation des apprenants, 3.4 met het oog op de begeleiding en oriëntering van lerenden, het
situer la propre offre de formation dans l'offre globale
d'enseignement, notamment dans les niveaux limitrophes et eigen vormingsaanbod situeren in het geheel van het onderwijsaanbod
l'enseignement spécial, tandis que l'enseignant est au courant des met name de aangrenzende niveaus en het buitengewoon onderwijs, en de
formes existantes d'intégration entre l'enseignement ordinaire et leerkracht is op hoogte van de bestaande vormen van integratie tussen
l'enseignement spécial. gewoon en buitengewoon onderwijs
Fonction type 4 : l'enseignant comme organisateur Typefunctie 4 : de leraar als organisator
L'enseignant peut : De leraar kan :
4.1 promouvoir un climat de travail structuré; 4.1 een gestructureerd werkklimaat bevorderen;
4.2 veiller à un programme de cours ou de journée souple et efficace, 4.2 een soepel en efficiënt les- of dagverloop creëren, dat past in
s'inscrivant dans un planning à court et à long terme; een korte- en lange termijnplanning;
4.3 exécuter des missions administratives de manière correcte; 4.3 op correcte wijze administratieve taken uitvoeren;
4.4 créer un environnement de classe stimulant et fonctionnel, compte 4.4 een stimulerende en werkbare klasruimte creëren, rekening houdend
tenu de la sécurité des apprenants. met de veiligheid van de lerenden.
Fonction type 5 : l'enseignant comme innovateur - l'enseignant comme chercheur Typefunctie 5 : de leraar als innovator - de leraar als onderzoeker
L'enseignant peut : De leraar kan :
5.1 prendre connaissance des résultats de la recherche en matière 5.1 kennisnemen van de resultaten van onderwijsonderzoek;
d'enseignement; 5.2 apporter des éléments innovateurs en interrogeant de manière 5.2 vernieuwende elementen aanbrengen door de eigen schoolcultuur en
constructive la propre culture scolaire et les propres concepts de vormingconcepten constructief te bevragen, door reflectie over nieuwe
formation, en réfléchissant sur de nouveaux développements sociétaux maatschappelijke ontwikkelingen en over resultaten van
et sur les résultats de la recherche en matière d'enseignement; onderwijsonderzoek;
5.3 innover la pratique de classe par le biais de formation continuée, 5.3 de eigen klaspraktijk vernieuwen op basis van nascholing, eigen
de sa propre expérience et créativité; ervaring en creativiteit;
5.4 mettre en question et corriger le fonctionnement propre. 5.4 het eigen functioneren in vraag stellen en bijsturen.
Fonction type 6 : l'enseignant comme partenaire des parents ou soignants (1) Typefunctie 6 : de leraar als partner van de ouders of verzorgers (1)
L'enseignant peut : De leraar kan :
6.1 recueillir et traiter en toute discrétion les données relatives à 6.1 zich op de hoogte stellen van en discreet omgaan met de gegevens
l'apprenant; over de lerende;
6.2 fournir aux parents ou soignants, sur la base de concertations 6.2 op basis van overleg met collega's, ouders of verzorgers
avec ses collègues, des informations et conseils sur leur enfant en informatie en advies verschaffen over hun kind in de school;
milieu scolaire;
6.3. en concertation avec l'équipe, informer les parents ou soignants 6.3 in overleg met het team de ouders of verzorgers informeren over en
sur et les associer à la vie en classe et au sein de l'école, tout en betrekken bij het klas- en schoolgebeuren, rekening houdend met de
tenant compte de la diversité des parents; diversiteit van de ouders;
6.4. nouer le dialogue avec les parents ou soignants sur l'éducation 6.4 met ouders of verzorgers dialogeren over opvoeding en onderwijs;
et l'enseignement;
6.5 communiquer avec les parents de différents milieux linguistiques 6.5 communiceren met ouders met diverse taalachtergronden in diverse
dans diverses situations langagières. talige situaties.
Fonction type 7 : l'enseignant comme membre d'une équipe scolaire Typefunctie 7 : de leraar als lid van een schoolteam
L'enseignant peut : De leraar kan :
7.1 participer au développement du plan des travaux scolaires; 7.1 participeren in de ontwikkeling van het schoolwerkplan;
7.2 participer à des structures de collaboration; 7.2 participeren in samenwerkingsstructuren;
7.3 au sein de l'équipe, se concerter sur une répartition des missions 7.3 binnen het team over een taakverdeling overleggen en die naleven;
et respecter celle-ci;
7.4 engager le débat sur sa propre mission pédagogique et didactique 7.4 de eigen pedagogische en didactische opdracht en aanpak in het
et l'approche en équipe; team bespreekbaar maken;
7.5 se documenter sur sa propre sécurité juridique et celle de 7.5 zich documenteren over de eigen rechtszekerheid en die van de
l'élève. lerende
Fonction type 8 : l'enseignant comme partenaire d'externes Typefunctie 8 : de leraar als partner van externen
L'enseignant peut : De leraar kan :
8.1 nouer des contacts, communiquer et collaborer avec des instances 8.1 contacten leggen, communiceren en samenwerken met externe
externes qui proposent des initiatives liées à l'enseignement. instanties die onderwijsbetrokken initiatieven aanbieden.
Fonction type 9 : l'enseignant comme membre de la communauté Typefunctie 9 : de leraar als lid van de onderwijsgemeenschap
d'enseignement
L'enseignant peut : De leraar kan :
9.1 participer au débat social sur les thèmes didactiques 9.1 deelnemen aan het maatschappelijk debat over onderwijskundige
9.2 réfléchir sur la profession d'enseignant et sa place au sein de la thema's 9.2 reflecteren over het beroep van de leraar en zijn plaats in de
société. samenleving.
Fonction type 10 : l'enseignant comme acteur culturel Typefunctie 10 : de leraar als cultuurparticipant
L'enseignant peut : De leraar kan :
10.1 cerner des thèmes d'actualité et tendances nouvelles et réaliser 10.1 actuele thema's en ontwikkelingen onderscheiden en kritisch
une approche critique dans les domaines suivants : benaderen op de volgende domeinen :
10.1.1 le domaine sociopolitique; 10.1.1 het sociaal-politieke domein;
10.1.2 le domaine socio-économique; 10.1.2 het sociaaleconomische domein;
10.1.3 le domaine philosophique; 10.1.3 het levensbeschouwelijke domein;
10.1.4 le domaine culturel et esthétique; 10.1.4 het cultureel-esthetische domein;
10.1.5 le domaine culturel et scientifique. 10.1.5 het cultureel-wetenschappelijke domein.
Attitudes professionnelles Beroepshoudingen
Les attitudes professionnelles suivantes s'appliquent à toutes les De volgende beroepshoudingen gelden voor alle typefuncties
fonctions types.
B1 pouvoir décisionnel B1 beslissingsvermogen
B2 aptitude relationnelle B2 relationele gerichtheid
B3 attitude critique B3 kritische ingesteldheid
B4 soif d'apprendre B4 leergierigheid
B5 talent organisationnel B5 organisatievermogen
B6 esprit de collaboration B6 zin voor samenwerking
B7 sens des responsabilités B7 verantwoordelijkheidszin
B8 flexibilité B8 flexibiliteit
_______ _______
Note Nota
(1) La notion de "soignants" désigne les personnes qui assument des (1) Het begrip "verzorgers" verwijst naar de personen die ter
responsabilités pour l'élève, en lieu et place des parents. vervanging van de ouders de verantwoordelijkheid dragen voor de
Vu pour être annexé à l'arrêté du Gouvernement flamand du 5 octobre lerende. Gezien om gevoegd te worden bij het besluit van de Vlaamse Regering
2007 relatif au profil professionnel de l'enseignant. van 5 oktober 2007 betreffende het beroepsprofiel van de leraar.
Bruxelles, le 5 octobre 2007. Brussel, 5 oktober 2007.
Le Ministre-Président du Gouvernement flamand, De minister-president van de Vlaamse Regering,
K. PEETERS K. PEETERS
Le Ministre flamand de l'Emploi, de l'Enseignement et de la Formation, De Vlaamse minister van Werk, Onderwijs en Vorming,
F. VANDENBROUCKE F. VANDENBROUCKE
^