← Retour vers "Arrêté du Gouvernement flamand fixant les modalités d'établissement de la tension entre la demande de logements et le potentiel de construction "
| Arrêté du Gouvernement flamand fixant les modalités d'établissement de la tension entre la demande de logements et le potentiel de construction | Besluit van de Vlaamse Regering tot bepaling van nadere regels voor de vaststelling van de spanning tussen de woningbehoefte en het bouwpotentieel |
|---|---|
| AUTORITE FLAMANDE 3 JUILLET 2009. - Arrêté du Gouvernement flamand fixant les modalités d'établissement de la tension entre la demande de logements et le potentiel de construction Le Gouvernement flamand, | VLAAMSE OVERHEID 3 JULI 2009. - Besluit van de Vlaamse Regering tot bepaling van nadere regels voor de vaststelling van de spanning tussen de woningbehoefte en het bouwpotentieel De Vlaamse Regering, |
| Vu le décret du 27 mars 2009 relatif à la politique foncière et | Gelet op het decreet van 27 maart 2009 betreffende het grond- en |
| immobilière, article 3.2.14; | pandenbeleid, artikel 3.2.14; |
| Vu l'accord du Ministre flamand chargé du budget, donné le 2 avril 2009; | Gelet op het akkoord van de Vlaamse minister, bevoegd voor de begroting, gegeven op 2 april 2009; |
| Vu l'avis 46 449/1 du Conseil d'Etat, donné le 28 mai 2009, en | Gelet op het advies 46.449/1 van de Raad van State, gegeven op 28 mei |
| application de l'article 84, § 1er, alinéa 1er, 1°, des lois sur le | 2009, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de |
| Conseil d'Etat, coordonnées le 12 janvier 1973; | wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973; |
| Sur la proposition du Ministre flamand des Finances et du Budget et de | Op voorstel van de Vlaamse minister van Financiën en Begroting en |
| l'Aménagement du Territoire, et du Ministre flamand des Affaires | |
| intérieures, de la Politique des Villes, du Logement et de | Ruimtelijke Ordening en de Vlaamse minister van Binnenlands Bestuur, |
| l'Intégration civique; | Stedenbeleid, Wonen en Inburgering |
| Après délibération, | Na beraadslaging, |
| Arrête : | Besluit : |
Article 1er.§ 1er. La demande de logements, visée à l'article 3.2.14, |
Artikel 1.§ 1. De woningbehoefte, bedoeld in artikel 3.2.14, tweede |
| alinéa deux du décret du 27 mars 2009 relatif à la politique foncière | lid, van het decreet van 27 maart 2009 betreffende het grond- en |
| et immobilière, est déterminée par commune, par année et totalisée | pandenbeleid, wordt per gemeente, per jaar en getotaliseerd voor de |
| pour la période de référence entière, à l'aide du tableau joint en | hele referentieperiode, vastgesteld in de tabel die als bijlage I bij |
| annexe Ire au présent arrêté. | dit besluit is gevoegd. |
| Les chiffres mentionnés à l'annexe Ire reflètent les demandes de | De cijfers vermeld in bijlage I weerspiegelen de behoeften aan |
| logements supplémentaires par année. | bijkomende woningen per jaar. |
| La spécification des chiffres ayant mené à la prévision, visée au | De specificatie van de cijfers die tot de in het eerste lid vermelde |
| premier alinéa, de la demande de logements est jointe en annexe II au | prognose van de woonbehoefte heeft geleid, is als bijlage II bij dit |
| présent arrêté. | besluit gevoegd. |
| § 2. La commune peut augmenter la demande de logements, visée au premier alinéa, d'au maximum 3,5 % en ajoutant l'estimation de l'abandon frictionnel. L'abandon frictionnel est l'abandon de logements suite aux déménagements, aux ventes ou aux transformations jugées nécessaires par la commune afin d'assurer un bon fonctionnement du marché des logements, sans préjudice de lapplication du maximum visé au premier alinéa. § 3. Le Ministre flamand ayant dans ses attributions le logement, et le Ministre flamand ayant dans ses attributions l'aménagement du territoire, fixent tous les trois ans les données du modèle de prévision des ménages. Pour la détermination de la demande de | § 2. De gemeente kan de woningbehoefte vermeld in het eerste lid vermeerderen met de inschatting van de frictieleegstand, tot maximum 3,5 %. De frictieleegstand is de leegstand van woningen als gevolg van verhuizen, verkopen of verbouwingen die de gemeente noodzakelijk acht om de lokale woningmarkt naar behoren te laten functioneren, onverminderd de toepassing van het in het eerste lid vermelde maximum. § 3. De Vlaamse minister, bevoegd voor de huisvesting, en de Vlaamse minister, bevoegd voor de ruimtelijke ordening, stellen driejaarlijks de gegevens van het huishoudensprognosemodel vast. Voor de bepaling |
| logements après l'entrée en vigueur du présent arrêté et tant que les | van de woningbehoefte na de inwerkingtreding van dit besluit en zolang |
| Ministres compétents pour le logement et l'aménagement du territoire | de ministers, bevoegd voor de huisvesting en de ruimtelijke ordening, |
| n'ont pas fixé de nouvelles données, les données reprises à l'annexe | geen nieuwe gegevens hebben vastgesteld, gelden de gegevens opgenomen |
| Ire sont d'application. | in de bijlage I. |
Art. 2.§ 1er. Le potentiel de construction, visé à l'article 3.2.14, |
Art. 2.§ 1. Het bouwpotentieel, bedoeld in artikel 3.2.14, derde lid, |
| alinéa trois du décret du 27 mars 2009 relatif à la politique foncière | van het decreet van 27 maart 2009 betreffende het grond- en |
| et immobilière, par commune est calculé à l'aide des données | pandenbeleid, per gemeente wordt berekend aan de hand van de |
| actualisées, mentionnées au registre communal pour les parcelles | geactualiseerde gegevens vermeld in het gemeentelijke register voor |
| non-bâties. | onbebouwde percelen. |
| Le potentiel de construction est calculé à l'aide de la formule | De berekening van het bouwpotentieel gebeurt aan de hand van de |
| suivante : | volgende formule : |
| P = [(rw x Aw) + (rv x Av)] | P = [(rw x Aw) + (rv x Av)] |
| Où : | Waarbij : |
| P = potentiel de construction total; | P = totaal bouwpotentieel; |
| rw = ratio degré de réalisation terrains à bâtir non-bâtis; | rw = ratio realisatiegraad onbebouwde bouwgronden; |
| rv = ratio degré de réalisation lots non-bâtis; | rv = ratio realisatiegraad onbebouwde kavels; |
| Aw : nombre de parcelles non-bâties situées le long d'une voie équipée | Aw : aantal onbebouwde percelen gelegen langs uitgeruste weg buiten |
| hors d'un lotissement, conformément au registre précité | een verkaveling, conform het voornoemde register |
| Av : nombre de parcelles non-bâties situées dans un lotissement, | Av : aantal onbebouwde percelen gelegen in een verkaveling, conform |
| conformément au registre précité | het voornoemde register |
| § 2. Le Ministre flamand ayant dans ses attributions le logement, et | § 2. De Vlaamse minister, bevoegd voor de huisvesting, en de Vlaamse |
| le Ministre flamand ayant dans ses attributions l'aménagement du | minister, bevoegd voor de ruimtelijke ordening, stellen tweejaarlijks |
| territoire, fixent tous les deux ans les degrés de réalisation à | vast welke realisatiegraden gehanteerd worden voor de vermelde |
| utiliser pour le calcul précité. | berekening. |
| Pour le premier calcul après l'entrée en vigueur du présent arrêté et | Voor de eerste berekening na de inwerkingtreding van dit besluit en |
| tant que les Ministres, compétents pour le logement et l'aménagement | zolang de ministers, bevoegd voor de huisvesting en de ruimtelijke |
| du territoire, n'ont pas fixé de nouveaux degrés de réalisation, les | ordening, geen nieuwe realisatiegraden hebben vastgesteld, gelden |
| suivants degrés de réalisation sont d'application : | volgende realisatiegraden : |
| 1° Pour les zones de nature urbaine : | 1° Voor de gebieden van stedelijke aard : |
| rw = 0,45 | rw = 0,45 |
| rv = 0,75 | rv = 0,75 |
| 2° Pour les zones de nature rurale : | 2° Voor de gebieden van landelijke aard : |
| rw = 0,45 | rw = 0,45 |
| rv = 0,75 | rv = 0,75 |
Art. 3.Pour l'établissement de la tension entre la demande de |
Art. 3.Voor de vaststelling van de spanning tussen de woningbehoefte |
| logements et le potentiel de construction il est fait usage du total | en het bouwpotentieel wordt gebruik gemaakt van het totaal voor de |
| pour la période de référence entière, par commune, tel que visé au | hele referentieperiode, per gemeente, zoals vermeld in het als bijlage |
| modèle de prévision des ménages repris comme annexe Ire, à majorer | I opgenomen huishoudensprognosemodel, eventueel te vermeerderen met de |
| éventuellement de l'abandon frictionnel, fixé conformément à l'article 1er, § 2. | overeenkomstig artikel 1, § 2, vastgestelde frictieleegstand. |
Art. 4.Le présent arrêté entre en vigueur le 1er septembre 2009. |
Art. 4.Dit besluit treedt in werking op 1 september 2009. |
Art. 5.Le Ministre flamand ayant dans ses attributions l'aménagement |
Art. 5.De Vlaamse minister, bevoegd voor de ruimtelijke ordening en |
| du territoire et le Ministre flamand ayant dans ses attributions le | de Vlaamse minister bevoegd voor de huisvesting, zijn belast met de |
| logement, sont chargés de l'exécution du présent arrêté. | uitvoering van dit besluit. |
| Bruxelles, le 3 juillet 2009 | Brussel, 3 juli 2009. |
| Le Ministre-Président du Gouvernement flamand, | De minister-president van de Vlaamse Regering, |
| K. PEETERS | K. PEETERS |
| Le Ministre flamand des Finances et du Budget et de l'Aménagement du | De Vlaamse minister van Financiën en Begroting en Ruimtelijke |
| Territoire, | Ordening, |
| Dirk VAN MECHELEN | D. VAN MECHELEN |
| Le Ministre flamand des Affaires intérieures, de la Politique des | De Vlaamse minister van Binnenlands Bestuur, Stedenbeleid, Wonen en |
| Villes, du Logement et de l'Intégration civique, | Inburgering, |
| M. KEULEN | M. KEULEN |
| Pour la consultation du tableau, voir image | Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld |
| Vu pour être joint à l'arrêté du Gouvernement flamand du 3 juillet | Gezien om gevoegd te worden bij het besluit van de Vlaamse Regering |
| 2009 fixant les modalités d'établissement de la tension entre la | van 3 juli 2009 tot bepaling van nadere regels voor de vaststelling |
| demande de logements et le potentiel de construction. | van de spanning tussen de woningbehoefte en het bouwpotentieel. |
| Le Ministre-Président du Gouvernement flamand, | De minister-president van de Vlaamse Regering, |
| K. PEETERS | K. PEETERS |
| Le Ministre flamand des Finances et du Budget et de l'Aménagement du | De Vlaamse minister van Financiën en Begroting en Ruimtelijke |
| Territoire, | Ordening, |
| D. VAN MECHELEN | D. VAN MECHELEN |
| Le Ministre flamand des Affaires intérieures, de la Politique des | De Vlaamse minister van Binnenlands Bestuur, Stedenbeleid, Wonen en |
| Villes, du Logement et de l'Intégration civique, | Inburgering, |
| M. KEULEN | M. KEULEN |
| Pour la consultation du tableau, voir image | Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld |
| Vu pour être joint à l'arrêté du Gouvernement flamand du 3 juillet | Gezien om gevoegd te worden bij het besluit van de Vlaamse Regering |
| 2009 fixant les modalités d'établissement de la tension entre la | van 3 juli 2009 tot bepaling van nadere regels voor de vaststelling |
| demande de logements et le potentiel de construction. | van de spanning tussen de woningbehoefte en het bouwpotentieel. |
| Le Ministre-Président du Gouvernement flamand, | De minister-president van de Vlaamse Regering, |
| K. PEETERS | K. PEETERS |
| Le Ministre flamand des Finances et du Budget et de l'Aménagement du | De Vlaamse minister van Financiën en Begroting en Ruimtelijke |
| Territoire, | Ordening, |
| D. VAN MECHELEN | D. VAN MECHELEN |
| Le Ministre flamand des Affaires intérieures, de la Politique des | De Vlaamse minister van Binnenlands Bestuur, Stedenbeleid, Wonen en |
| Villes, du Logement et de l'Intégration civique, | Inburgering, |
| M. KEULEN | M. KEULEN |