Arrêté du Gouvernement de la Région de Bruxelles-Capitale relatif aux installations de réfrigération | Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering betreffende koelinstallaties |
---|---|
REGION DE BRUXELLES-CAPITALE | BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST |
22 MARS 2012. - Arrêté du Gouvernement de la Région de | 22 MAART 2012. - Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering |
Bruxelles-Capitale relatif aux installations de réfrigération | betreffende koelinstallaties |
Le Gouvernement de la Région de Bruxelles-Capitale, | De Brusselse Hoofdstedelijke Regering, |
Vu l'ordonnance du 5 juin 1997 relative aux permis d'environnement, | Gelet op de ordonnantie van 5 juni 1997 betreffende de |
notamment l'article 4, alinéa 3 et l'article 6, § 1er, alinéa 2, 2° ; | milieuvergunningen, inzonderheid op artikel 4, lid 3 en artikel 6, § |
Vu l'ordonnance du 25 mars 1999 relative à la recherche, la | 1, lid 2, 2° ; Gelet op de ordonnantie van 25 maart 1999 betreffende de opsporing, de |
constatation, la poursuite et la répression des infractions en matière | vaststelling, de vervolging en de bestraffing van misdrijven inzake |
d'environnement, notamment l'article 2; | leefmilieu,inzonderheid op artikel 2; |
Vu le Règlement (CE) n° 1005/2009 du Parlement européen et du Conseil | Gelet op Verordening (EG) Nr. 1005/2009 van het Europees Parlement en |
du 16 septembre 2009 relatif à des substances qui appauvrissent la | de Raad van 16 september 2009 betreffende de ozonlaag afbrekende |
couche d'ozone; | stoffen; |
Vu le Règlement (CE) n° 842/2006 du Parlement européen et du Conseil | Gelet op de Verordening (EG) Nr. 842/2006 van het Europees Parlement |
du 17 mai 2006 relatif à certains gaz à effets de serre fluorés; | en de Raad van 17 mei 2006 inzake bepaalde gefluoreerde |
Vu le Règlement (CE) n° 1516/2007 de la commission du 19 décembre 2007 | broeikasgassen; Gelet op Verordening (EG) nr. 1516/2007 tot vaststelling van |
définissant, les exigences types applicables au contrôle d'étanchéité | basisvoorschriften inzake controle op lekkage van stationaire koel-, |
pour les équipements fixes de réfrigération, de climatisation et de | klimaatregelings- en warmtepompapparatuur die bepaalde gefluoreerde |
pompes à chaleur contenant certains gaz à effet de serre fluorés; | broeikasgassen bevat; |
Vu le Règlement (CE) n° 303/2008 du 2 avril 2008 de la Commission | Gelet op de Verordening (EG) Nr. 303/2008 van 2 april 2008 van de |
établissant, conformément au Règlement (CE) n° 842/2006 du Parlement | Commissie tot instelling, ingevolge Verordening (EG) nr. 842/2006 van |
européen et du Conseil, des prescriptions minimales ainsi que des | het Europees Parlement en de Raad, van minimumeisen en de voorwaarden |
conditions pour une reconnaissance mutuelle de la certification des | voor wederzijdse erkenning voor de certificering van bedrijven en |
entreprises et du personnel en ce qui concerne les équipements fixes | personeel betreffende stationaire koel-, klimaatregelings- en |
de réfrigération, de climatisation et de pompe à chaleur contenant | warmtepompapparatuur die bepaalde gefluoreerde broeikasgassen bevat; |
certains gaz à effet de serre fluorés; | |
Vu l'arrêté du Gouvernement de la Région de Bruxelles-Capitale du 20 | Gelet op het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 20 |
novembre 2003 relatif aux installations de réfrigération; | november 2003 betreffende koelinstallaties; |
Vu l'arrêté du Gouvernement de la Région de Bruxelles-Capitale du 4 | Gelet op het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 4 |
mars 1999 fixant la liste des installations de classes IB, II et III | maart 1999 tot vaststelling van de ingedeelde inrichtingen van klasse |
en exécution de l'article 4 de l'ordonnance du 5 juin 1997 relative | IB, II en III met toepassing van artikel 4 van de ordonnantie van 5 |
aux permis d'environnement; | juni 1997 betreffende de milieuvergunningen; |
Vu l'avis du Conseil de l'Environnement de la Région de | Gelet op het advies van de Raad van de leefmilieu van het Brussels |
Bruxelles-Capitale, donné le 29 juin 2011; | Hoofdstedelijk Gewest van 29 juni 2011; |
Vu l'avis n° 50.381/3 du Conseil d'Etat, donné le 25 octobre 2011 en | Gelet op het advies nr. 50.381/3 van de Raad van State, gegeven op 25 |
application de l'article 84, paragraphe 1er alinéa 1er, 1° des lois | oktober 2011 in toepassing van het artikel 84, paragraaf 1, alinea 1, |
coordonnées sur le Conseil d'Etat; | 1° van de gecoördineerde wetten betreffende de Raad van State; |
Vu l'urgence; | Gelet op de dringende noodzaak; |
Sur proposition de la Ministre de l'Environnement; | Op voorstel van de Minister van Leefmilieu; |
Après délibération, | Na beraadslaging, |
Arrête : | Besluit : |
Article 1er.Le présent arrêté fixe les conditions d'exploiter des |
Artikel 1.Dit besluit bepaalt de exploitatievoorwaarden van |
installations de réfrigération visées par la rubrique 132 de l'annexe | koelinstallaties als bedoeld bij rubriek 132 van de bijlage van het |
de l'arrêté du Gouvernement de la Région de Bruxelles-Capitale du 4 | besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 4 maart 1999 tot |
mars 1999 fixant la liste des installations de classes I B, II et III | vaststelling van de ingedeelde inrichtingen van klasse IB, II en III |
en exécution de l'article 4 de l'ordonnance du 5 juin 1997 relative | met toepassing van artikel 4 van de ordonnantie van 5 juni 1997 |
aux permis d'environnement. | betreffende de milieuvergunningen. |
Le présent arrêté modifie cette rubrique 132 et met en oeuvre le | Met dit besluit wordt deze rubriek 132 gewijzigd en wordt Verordening |
Règlement (CE) n° 1005/2009 du Parlement européen et du Conseil du 16 | (EG) nr. 1005/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 16 |
septembre 2009 relatif à des substances qui appauvrissent la couche | september 2009 betreffende de ozonlaag afbrekende stoffen en de |
d'ozone ainsi que le Règlement (CE) n° 842/2006 du Parlement européen | Verordening (EG) nr. 842/2006 van het Europees Parlement en de Raad |
et du Conseil du 17 mai 2006 relatif à certains gaz à effets de serre | van 17 mei 2006 inzake bepaalde gefluoreerde broeikasgassen |
fluorés. | geïmplementeerd. |
Art. 2.Définitions : |
Art. 2.Definities : |
1. Fluide frigorigène : Fluide utilisé pour le transfert de chaleur | 1. Koelvloeistof : vloeistof die in een koelcircuit wordt gebruikt |
dans un circuit frigorifique qui absorbe la chaleur à basse | voor warmtetransport, die warmte absorbeert bij een lage temperatuur |
température et basse pression et rejette de la chaleur à haute | en druk en die warmte afstaat bij een hogere temperatuur en druk |
température et haute pression impliquant un changement d'état de ce | waarbij de aggregatietoestand van de vloeistof doorgaans verandert. |
fluide. Une liste non exhaustive de ces fluides est reprise dans | Bijlage II is een niet-beperkende lijst van deze vloeistoffen, |
l'annexe II selon leur toxicité et leur risque à former des mélanges | gerangschikt volgens hun toxiciteit en het risico op vorming van |
explosifs ou inflammables. | explosieve of ontvlambare mengsels. |
2. Fluide frigorigène inflammable : fluide frigorigène constitué | 2. Ontvlambare koelvloeistof : koelvloeistof samengesteld uit |
d'hydrocarbures, d'ammoniac ou de tout autre gaz ou liquide | koolwaterstof, ammoniak of andere ontvlambare vloeistoffen en gassen |
inflammable (liste indicative reprise à l'annexe II). | (richtlijst in bijlage II). |
3. CFC : Chlorofluorocarbures réglementés énumérés dans le groupe I de | 3. CFK : gereguleerde chloorfluorkoolstoffen, opgesomd in groep I van |
l'annexe Ire du Règlement (CE) n° 1005/2009 du Parlement européen et | bijlage I van Verordening (EG) nr. 1005/2009 van het Europees |
du Conseil du 16 septembre 2009 relatif à des substances qui | Parlement en de Raad van 16 september 2009 betreffende de ozonlaag |
appauvrissent la couche d'ozone, y compris leurs isomères. | afbrekende stoffen, met inbegrip van de isomeren ervan. |
4. HCFC : Hydrochlorofluorocarbones réglementés énumérés dans le | 4. HCFK : gereguleerde chloorfluorkoolwaterstoffen, opgesomd in groep |
groupe VIII de l'annexe Ire du Règlement (CE) n° 1005/2009 du | VIII van bijlage I van Verordening (EG) nr. 1005/2009 van het Europees |
Parlement européen et du Conseil du 16 septembre 2009 relatif à des | Parlement en de Raad van 16 september 2009 betreffende de ozonlaag |
substances qui appauvrissent la couche d'ozone y compris leurs | afbrekende stoffen, met inbegrip van de isomeren ervan. |
isomères. 5.HFC : Hydrofluorocarbones visés à l'annexe Ire partie I du Règlement | 5. HFK : fluorkoolwaterstoffen zoals bedoeld in bijlage I deel I van |
Verordening (EG) nr. 842/2006 van het Europees Parlement en de Raad | |
(CE) n° 842/2006 du Parlement européen et du Conseil du 17 mai 2006 | van 17 mei 2006 betreffende bepaalde gefluoreerde broeikasgassen, met |
relatif à certains gaz à effet de serre fluoré y compris leurs | inbegrip van de isomeren ervan. |
isomères; 6. Halon : les substances visées à l'article 3.6. du Règlement (CE) n° | 6. Halon : de stoffen bedoeld onder artikel 3.6 van Verordening (EG) |
1005/2009 du Parlement;Européen et du Conseil du 16 septembre 2009 | nr. 1005/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 16 september |
relatif à des substances qui appauvrissent la couche d'ozone, y | 2009 betreffende de ozonlaag afbrekende stoffen, met inbegrip van hun |
compris leurs isomères. | isomeren. |
7. Technicien frigoriste qualifié : technicien frigoriste tel que | |
défini à l'art. 8 de l'arrêté du Gouvernement de la Région de | 7. Bevoegd koeltechnicus : een technicus zoals omschreven in art. 8 |
Bruxelles-Capitale du ... relatif à la fixation des exigences de | van het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van ... |
qualification minimale des techniciens frigoristes et à | inzake de bepaling van de minimumopleidingseisen voor koeltechnici en |
l'enregistrement des entreprises en technique du froid. | de registratie van koeltechnische bedrijven. |
8. Substances appauvrissant la couche d'ozone : les substances | 8. Ozonlaag afbrekende stoffen : de stoffen opgesomd in de tabel in |
énumérées dans le tableau à l'annexe I du Règlement (CE) n° 1005/2009 | bijlage I en II van Verordening (EG) Nr. 1005/2009 van het Europees |
du Parlement européen et du Conseil du 16 septembre 2009 relatif à des | Parlement en de Raad van 16 september 2009 betreffende de ozonlaag |
substances qui appauvrissent la couche d'ozone. | afbrekende stoffen. |
9. Gaz à effet de serre fluorés : les substances telles que visées à | 9. Gefluoreerde broeikasgassen : de stoffen vermeld in de lijst van |
l'annexe Ire du Règlement (CE) n° 842/2006 du Parlement européen et du | bijlage I van Verordening (EG) nr. 842/2006 van het Europees Parlement |
Conseil du 17 mai 2006 relatif à certains gaz à effet de serre | en de Raad van 17 mei 2006 inzake bepaalde gefluoreerde |
fluorés, et les préparations ou mélanges contenant ces substances, à | broeikasgassen, en preparaten of mengsels die deze stoffen bevatten, |
l'exception des substances réglementées relevant du Règlement (CE) n° | met uitzondering van stoffen waarvan de controle geschiedt uit hoofde |
van Verordening (EG) nr. 1005/2009 van het Europees Parlement en de | |
1005/2009 du Parlement européen et du Conseil du 16 septembre 2009 | Raad van 16 september 2009 betreffende ozonlaag afbrekende stoffen. |
relatif à des substances qui appauvrissent la couche d'ozone. | |
10. Salle de machines : espace spécialement destiné à accueillir les | 10. Machinekamer : ruimte die speciaal bestemd is om er compressoren |
compresseurs des installations de réfrigération et les pompes de | van koelinstallaties en de circulatiepompen voor de koelvloeistof in |
circulation de fluide frigorigène. | te plaatsen. |
11. Circuit frigorifique, (y compris les circuits des installations de | 11. Koelcircuit (inclusief de circuits van klimaatregelings- en |
climatisation et de pompes à chaleur) : ensemble des parties qui | warmtepompinstallaties) : geheel van delen die koelvloeistof bevatten |
contiennent un fluide frigorigène et sont reliées entre elles dans un système clos, dans lequel circule le fluide frigorigène dans le but d'extraire ou d'ajouter de la chaleur. 12. Installation de réfrigération : tout appareillage et accessoire nécessaire au fonctionnement du circuit frigorifique y compris celui des systèmes de climatisation et des pompes à chaleur visé à l'article 1er. 13. Système de climatisation : une combinaison de toutes les composantes nécessaires pour assurer une forme de traitement de l'air par laquelle la température est contrôlée ou peut être abaissée, | en die met elkaar verbonden zijn in een gesloten systeem waarin het koelvloeistof circuleert met als oogmerk het onttrekken of het toevoegen van warmte. 12. Koelinstallatie : alle apparatuur en toebehoren die nodig zijn voor de werking van een koelcircuit, hierbij inbegrepen de klimaatregelings- en warmtepompsystemen die een koelcircuit zoals bedoeld in artikel 1 bevatten. 13. Klimaatregelingssysteem : een combinatie van alle noodzakelijke componenten om een vorm van luchtbehandeling te verzekeren, waardoor de temperatuur wordt gecontroleerd of kan worden verlaagd, eventueel |
éventuellement en conjugaison avec un contrôle de l'aération, de | in combinatie met een regeling van de verluchting, de vochtigheid en |
l'humidité et de la pureté de l'air. | de zuiverheid van de lucht. |
14. Système hermétiquement scellé : un système pré-installé en usine | 14. Hermetisch afgesloten systeem : een in de fabriek voorgemonteerd |
dont l'installation ne nécessite aucune intervention sur le circuit | systeem waarbij de installatie geen enkele ingreep in het koelcircuit |
frigorifique et dans lequel toutes les parties contenant du fluide | vergt en waarin alle delen die koelvloeistoffen bevatten hermetisch |
frigorigène sont rendues hermétiques par soudure, brasage ou une | gemaakt worden door lassen, hardsolderen of door een gelijkaardige |
technique similaire entraînant un assemblage permanent, ce dernier | techniek die een duurzame assemblage mogelijk maakt, waarbij de |
pouvant comporter des vannes munies de bouchons et des prises de | assemblage voorzien kan worden van kleppen met afdekstoppen en |
drukopeningen met afdekstoppen die een herstelling of een verwijdering | |
pression munies de bouchons qui permettent une réparation ou une | volgens de regels mogelijk maken en waarvan het lekpercentage (na |
élimination dans les règles et présentent un taux de fuite testé | uittesten) onder een druk van minstens één vierde van de toegelaten |
inférieur à 3 grammes par an sous une pression d'au moins un quart de | maximumdruk minder dan 3 gram per jaar bedraagt. |
la pression maximale admise. | |
15. Capacité nominale de fluide frigorigène : masse de fluide | 15. Nominale koelvloeistofinhoud : massa koelvloeistof die in een |
frigorigène que contient un circuit frigorifique pour fonctionner dans | koelcircuit wordt gebruikt zodat dit kan functioneren onder de |
les conditions pour lesquelles il est conçu. | voorwaarden waarvoor het ontworpen is. |
16. Perte relative en fluide frigorigène : fraction massique de la | 16. Relatief koelvloeistofverlies : massafractie van de nominale |
capacité nominale de fluide frigorigène, perdue sur une période | koelvloeistofcapaciteit, verloren over een tot één jaar herleide |
ramenée à un an suite aux émissions. La perte relative est calculée | periode ten gevolge van emissies. De berekening van het relatief |
sur base des quantités de fluide frigorigène qui sont ajoutées ou | verlies gebeurt aan de hand van de hoeveelheden koelvloeistof die aan |
enlevées d'un circuit frigorifique. Ces quantités sont indiquées dans | een koelcircuit worden toegevoegd of afgetapt. Deze hoeveelheden |
le registre. | worden aangegeven in het register. |
17. Système fixe de détection des fuites : un dispositif mécanique, | 17. Vast lekdetectiesysteem : een geijkt mechanisch, elektrisch of |
électrique ou électronique étalonné utilisé pour détecter une fuite de | elektronisch apparaat om lekken van koelvloeistoffen op te sporen, en |
fluide frigorigène qui, en cas de détection, alerte l'exploitant. | dat de exploitant waarschuwt als het een dergelijke stof heeft |
18. Niveau de détection bas : concentration du fluide frigorigène dans | vastgesteld. 18. Laag detectieniveau : concentratie van de koelvloeistof in de |
l'air à laquelle le détecteur réagit en enclenchant le système | lucht waarbij de detector reageert door het inschakelen van het |
d'alarme lumineux et sonore placé sur le tableau électrique de | alarmsysteem met geluids- en lichtmelding geplaatst op het elektrisch |
l'installation et relié à un local de surveillance ou à un local | bord van de installatie en verbonden met een toezichtlokaal of met een |
occupé en permanence ou à un système de télésurveillance et en | lokaal dat voortdurend wordt gebruikt of met een telebeheersysteem en |
enclenchant le mécanisme de ventilation. | door het inschakelen van de mechanische ventilatie. |
19. Niveau de détection élevé : concentration de fluide frigorigène | 19. Hoog detectieniveau : concentratie van de koelvloeistof in de |
dans l'air à laquelle le détecteur réagit en désactivant | lucht waarbij de detector reageert door de koelinstallatie uit te |
l'installation de réfrigération, à l'exception de l'équipement des | schakelen, met uitzondering van de elektrische uitrusting van de |
détecteurs même et des interrupteurs à bouton-poussoir (ventilation, | detectoren zelf en van de schakelaars met drukknop (ventilatie, |
systèmes d'alarme et éclairage de secours). | alarmsystemen en noodverlichting). |
20. Réparation : les activités, hormis la récupération et les | 20. Herstelling : alle activiteiten, exclusief terugwinning en |
contrôles d'étanchéité, qui nécessitent d'accéder aux circuits | dichtheidscontroles, waarbij koelcircuits moeten worden geopend, en |
frigorifiques et en particulier celles consistant à approvisionner le | meer in het bijzonder die welke bestaan uit het vullen van het systeem |
système en fluides frigorigènes, à ôter une ou plusieurs pièces du | met koelvloeistoffen, het wegnemen van een of meer circuit- of |
circuit ou de l'équipement, à assembler de nouveau deux ou plusieurs | apparatuuronderdelen, het hermonteren van twee of meer circuit- of |
pièces du circuit ou de l'équipement et à remédier aux fuites. | apparatuuronderdelen en het herstellen van lekken. |
21. Test de pression : comme défini dans la norme NBN.EN.378-2 ou | 21. Druktest : zoals omschreven in de norm NBN.EN.378-2 of iedere norm |
toute norme la remplaçant ou la complétant; ainsi que toute norme | die hem vervangt of aanvult; alsook iedere gelijkwaardige buitenlandse |
étrangère équivalente. | norm. |
22. Contrôle d'étanchéité : procédure de contrôle telle que définie | 22. Dichtheidscontrole : controleprocedure omschreven in de |
dans le Règlement 1516/2007 précité du 19 décembre 2007. | bovengenoemde Verordening 1516/2007 van 19 december 2007. |
23. HCFC recyclé : s'il est récupéré à la suite d'une opération de | 23. Gerecycleerde HCFK's : indien teruggewonnen bij een eenvoudig |
nettoyage de base sur le site même de l'installation de réfrigération. | reinigingsproces op de site van de koelinstallatie |
24. HCFC régénéré : s'il provient d'une installation de régénération | 24. Geregenereerde HCFK's : indien afkomstig van een |
et que le récipient le contenant soit muni d'une étiquette précisant | regeneratie-installatie en indien het bevattende recipiënt een etiket |
que la substance a été régénérée et contienne des informations sur le | draagt waarop staat dat de stof geregenereerd werd en waarop |
numéro de lot et sur le nom et l'adresse de l'installation de | informatie over het lotnummer alsook de naam en het adres van de |
régénération. | regeneratie-installatie te vinden zijn. |
25. IBGE : l'Institut bruxellois pour la Gestion de l'Environnement | 25. BIM : Brussels Instituut voor Milieubeheer zoals opgericht bij |
tel que créé par l'arrêté royal du 8 mars 1989 créant l'Institut bruxellois pour la Gestion de l'Environnement; 26. Ministre : le Ministre ou le Secrétaire d'Etat ayant l'Environnement dans ses attributions. Art. 3.Utilisation de produits visés par le Protocole de Montréal § 1er. L'utilisation ou le stockage de CFC et de halon comme liquide frigorigène dans les installations de réfrigération est interdit. L'utilisation de HCFC dans les installations de réfrigération est interdite, sauf si ces dernières ont été mises en place et autorisées avant le 31 décembre 1999. § 2. Conformément au Règlement 1005/2009, l'utilisation de HCFC vierges n'est pas autorisée pour la maintenance ni pour l'entretien des installations de réfrigération. § 3. A partir du 1er janvier 2015, les fluides frigorigènes de type HCFC sont interdits, que ce soit pour l'utilisation dans les circuits frigorifiques ou pour l'entretien ou le remplissage de ceux-ci. § 4. Les HCFC contenus dans les installations de réfrigération sont, |
koninklijk besluit van 8 maart 1989 tot oprichting van het Brussels Instituut voor Milieubeheer; 26. Minister : de Minister of de Staatssecretaris die bevoegd is voor Leefmilieu. Art. 3.Gebruik van producten waarvan sprake is in het protocol van Montréal. § 1. Het gebruik of de opslag van CFK's en halon als koelvloeistof in koelinstallaties is verboden. Het gebruik van HCFK's in koelinstallaties is verboden, tenzij ze vóór 31 december 1999 werden geplaatst en vergund. § 2. Overeenkomstig Verordening 1005/2009 mogen nieuw geproduceerde HCFK's niet worden gebruikt voor het onderhoud noch voor de revisie van koelinstallaties. § 3. Vanaf 1er januari 2015 zijn koelvloeistoffen van het type HCFK verboden, zowel voor gebruik in koelcircuits als voor het onderhoud of het vullen ervan. |
au plus tard pour le 31 décembre 2014, remplacés par des fluides | § 4. HCFK's in koelinstallaties worden uiterlijk tegen 31 december |
frigorigènes autorisés. Si ce n'est pas le cas, ces installations sont | 2014 vervangen door toegestane koelvloeistoffen. Als dit niet gebeurt, |
mises hors service au plus tard le 31 décembre 2014. | worden deze installaties uiterlijk op 31 december 2014 buiten bedrijf |
§ 5. Tout exploitant d'installation de réfrigération fonctionnant avec | gesteld. § 5. Iedere exploitant van een koelinstallatie die met een |
un fluide frigorigène de type HCFC est tenu de le notifier à l'IBGE | |
endéans les 6 mois de la parution du présent arrêté au Moniteur belge. | koelvloeistof van het type HCFK werkt, moet binnen 6 maanden na de |
publicatie van dit besluit in het Belgisch Staatsblad het BIM | |
Les informations à communiquer contiennent au minimum les données | inlichten. De mee te delen informatie moet minimaal de gegevens, |
reprises à l'annexe III du présent arrêté. | opgesomd in bijlage II van dit besluit, bevatten. |
§ 6. Une dérogation au § 4 du présent article pourra être accordée par l'IBGE, en fonction de critères de faisabilité techniques et/ou économiques. Art. 4.Conception, construction, installation et mise en service des installations de réfrigération. § 1er. La conception des appareils et les matériaux choisis doivent être tels qu'un niveau de sécurité acceptable soit atteint en ce qui concerne les émissions accidentelles de fluides frigorigènes, causées par des fuites, des ruptures de tuyaux et d'autres défauts de l'installation. L'installation doit être conçue de manière à résister aux contraintes et vibrations prévisibles. Les parties d'une installation de réfrigération contenant ou pouvant contenir des gaz à effet de serre fluorés et/ou des substances appauvrissant la couche d'ozone sont installées par un technicien frigoriste qualifié à l'exception des cas prévus à l'article 4, alinéa 3 du Règlement 303/2008 précité. La conception doit permettre l'entretien, la réparation et le contrôle de l'installation. Autour des tuyaux, il faut prévoir un espace suffisant de sorte qu'un entretien régulier des composants, la vérification des raccords et la réparation des fuites soient possibles. Pour certaines installations, telle que des installations préfabriquées, le permis d'environnement peut accorder une dérogation à cette prescription. L'exploitant ou son préposé devra connaître l'emplacement des vannes |
§ 6. Het BIM kan een afwijking van § 4 van dit artikel toestaan, afhankelijk van technische en/of economische haalbaarheidscriteria. Art. 4.Ontwerp, constructie, installatie en inbedrijfstelling van koelinstallaties. § 1. Het ontwerp van de apparaten en de gekozen materialen moeten borg staan voor een aanvaardbaar veiligheidsniveau bij toevallige emissies van koelvloeistoffen veroorzaakt door lekken, leidingbreuken en andere installatiegebreken. De installatie moet zo zijn ontworpen dat ze bestand is tegen voorspelbare belastingen en trillingen. Delen van een koelinstallatie die gefluoreerde broeikasgassen en/of ozonlaag afbrekende stoffen bevatten of kunnen bevatten, worden door een bevoegde koeltechnicus geïnstalleerd, met uitzondering van de gevallen waarvan sprake is in artikel 4, 3e lid, van de bovengenoemde Verordening 303/2008. Bij het ontwerpen moet reeds worden gedacht aan het vergemakkelijken van onderhoud, herstelling en controle van de installatie. Rond de leidingen moet voldoende ruimte worden voorzien zodat een regelmatig onderhoud van de onderdelen, het nakijken van de verbindingstukken en het herstellen van de lekken mogelijk zijn. De milieuvergunning kan een afwijking van dit voorschrift toestaan voor bepaalde installaties zoals bijvoorbeeld geprefabriceerde installaties. De exploitant of zijn aangestelde moet de plaats van de voornaamste |
principales et des interrupteurs généraux de l'installation. | ventielen en algemene schakelaars van de installatie goed kennen. |
§ 2. Pour leur fabrication et leur placement, toute installation de | § 2. Voor de productie en de plaatsing moet elke koelinstallatie |
réfrigération doit répondre à : | voldoen aan : |
1° la norme européenne NBN.EN.378 ou toute norme la remplaçant ou la | 1° de Europese norm NBN.EN.378 of iedere norm die hem vervangt of |
complétant; ainsi que toute norme étrangère équivalente; | aanvult; alsook iedere gelijkwaardige buitenlandse norm; |
2° à l'arrêté royal du 13 juin 1999 concernant la mise sur le marché des équipements sous pression. Les circuits frigorifiques nouvellement installés font l'objet d'un contrôle d'étanchéité directement après leur mise en services. Une attestation d'étanchéité est délivrée par le technicien frigoriste. Un exemplaire est conservé dans le registre et maintenu à la disposition du fonctionnaire chargé de la surveillance en la matière durant toute la durée de fonctionnement de l'installation. Pour les installations contenant des matières qui appauvrissent la couche d'ozone et/ou les gaz à effet de serre fluorés, ce contrôle sera effectué par un technicien frigoriste qualifié. § 3. Une plaque signalétique et/ou une étiquette porte au minimum les | 2° het koninklijk besluit van 13 juni 1999 betreffende het op de markt brengen van drukapparatuur. De nieuw geïnstalleerde koelcircuits worden meteen na hun inbedrijfstelling onderworpen aan een dichtheidscontrole. De koeltechnicus levert een dichtheidsattest af. Een exemplaar wordt gedurende de hele gebruiksduur van de installatie in het register bewaard en ter beschikking van de toezichthoudende ambtenaar gehouden. Voor installaties die ozonlaag afbrekende stoffen en/of gefluoreerde broeikasgassen bevatten, gebeurt deze controle door een bevoegd koeltechnicus. § 3. Een identificatieplaat en/of een etiket verschaffen minimaal de |
indications suivantes : | volgende informatie : |
1. Nom et adresse de l'installateur ou du fabricant. | 1. Naam en adres van de installateur of de constructeur. |
2. N° de modèle ou de série. | 2. Nummer van het model of van de reeks. |
3. Année de fabrication ou d'installation. | 3. Constructie- of installatiejaar. |
4. Type de fluide frigorigène (code ISO 817 ou code ASHRAE). | 4. Type van koelvloeistof (code ISO 817 of code ASHRAE). |
5. Masse de la charge (capacité nominale) de fluide frigorigène. | 5. Massa van de lading (nominale capaciteit) koelvloeistof. |
6. Puissance nominale électrique du compresseur de l'installation de | 6. Nominaal elektrisch vermogen van de compressor van de |
réfrigération exprimée en kW. | koelinstallatie in kW. |
A proximité des installations de réfrigération comprenant un circuit | In de nabijheid van koelinstallaties met een koelcircuit waarvan het |
frigorifique dont la puissance électrique totale des compresseurs | totale elektrisch vermogen van de compressoren op eenzelfde circuit |
situés sur un même circuit est supérieure à 100kW, doit être placé un | hoger is dan 100 kW, moet een zichtbaar, leesbaar en gemakkelijk |
tableau d'information ou une fiche d'instruction visible, lisible et | toegankelijk informatiepaneel of instructiefiche worden aangebracht |
facilement accessible, portant les indications suivantes : | met de volgende informatie : |
1. les nom, adresse et numéro de téléphone du service de maintenance; | 1. de naam, het adres en het telefoonnummer van de onderhoudsdienst; |
2. des instructions sur la façon dont les installations de | 2. instructies over de wijze waarop de koelinstallaties in of buiten |
réfrigération peuvent être mises en ou hors service. | bedrijf kunnen worden gesteld. |
Art. 5.Prescriptions techniques des locaux. |
Art. 5.Technische voorschriften betreffende de lokalen. |
5.1. Prescriptions générales | 5.1. Algemene voorschriften |
Une salle de machines est obligatoire pour les installations de | Voor koelinstallaties met een koelcircuit waarvan het totale |
réfrigération comprenant un circuit frigorifique dont la puissance | elektrisch vermogen van de compressoren op eenzelfde circuit hoger is |
électrique totale des compresseurs situés sur un même circuit est | dan 100 kW, is een machinekamer verplicht. |
supérieure à 100kW. | |
Pour certaines installations, le permis d'environnement peut accorder | De milieuvergunning kan een afwijking van dit voorschrift toestaan |
une dérogation à cette prescription, moyennant l'imposition de | voor bepaalde installaties, voor zover compenserende voorwaarden |
conditions compensatoires. | worden opgelegd. |
La salle des machines doit être de dimension suffisante pour permettre | De machinekamer moet voldoende groot zijn om een vlotte plaatsing van |
l'installation aisée de tous les appareils et avoir un espacement | alle apparaten toe te laten en de tussenruimten moeten voldoende groot |
suffisant entre ceux-ci en vue de leur entretien et de la maintenance. Toute manipulation des installations de réfrigération par des personnes non autorisées doit être empêchée, par la fermeture des accès, le cloisonnage ou la mise en place d'avertissements. L'accès à la salle des machines doit être strictement réservé au personnel chargé du contrôle et de l'entretien. Les portes d'accès s'ouvrent dans le sens de l'évacuation de la salle et doivent toujours pouvoir s'ouvrir de l'intérieur (système anti-panique). Les portes doivent se refermer automatiquement si elles donnent accès au bâtiment. Les portes doivent être de construction coupe-feu résistant pendant | zijn voor de reiniging en het onderhoud. Ingrepen aan de koelinstallatie door onbevoegd personeel moeten worden verhinderd door de toegang af te sluiten, tussenwanden te plaatsen en waarschuwingsborden aan te brengen. De toegang tot de machinekamer moet strikt voorbehouden blijven aan het personeel dat met het toezicht en het onderhoud is belast. De toegangsdeuren gaan in de vluchtzin naar buiten toe open en moeten steeds van binnen uit kunnen worden geopend (antipanieksysteem). Deuren die toegang geven tot het gebouw, moeten automatisch opnieuw sluiten. De deuren moeten een brandvertragende constructie hebben die minimaal |
une durée de 30 minutes au moins. Il ne doit pas y avoir d'ouvertures permettant le passage involontaire de fluides frigorigènes, de vapeurs, d'odeurs et de tous autres gaz s'échappant vers les autres parties du bâtiment. Toutes les séparations et cloisons de la salle des machines doivent avoir une construction coupe-feu résistant pendant une heure au moins et être étanches. Un interrupteur à distance pour arrêter l'installation de réfrigération doit être installé à l'extérieur et à proximité de la porte de la salle des machines. Les tuyauteries et conduites traversant les murs, plafonds et planchers ne doivent comporter ni raccords, ni soudures. Des extincteurs portables doivent être disponibles dans chaque salle des machines en nombre adéquat, en fonction de la taille de la salle des machines et du type de fluide frigorigène, de fluide caloporteur et de l'isolation. Les chaudières, chaufferies, moteurs à explosion ou à combustion interne, générateurs de chaleur, compresseurs d'air ou autres appareils produisant des flammes nues ou présentant des surfaces brûlantes ne peuvent se trouver dans la même salle des machines. Une exception à la condition précédente peut être temporairement prévue en cas de réparation et si le titulaire du permis d'environnement ou son préposé a été averti. Les compresseurs de l'installation sont placés à une distance suffisante des murs mitoyens et munis de systèmes anti-vibratoires. | 30 minuten weerstand biedt. Er mogen geen openingen zijn waarlangs onbedoeld koelvloeistoffen, damp, geuren of gassen naar andere delen van het gebouw kunnen ontsnappen. Alle scheidingen en tussenschotten van de machinekamer moeten een brandvertragende constructie hebben die gedurende minimaal één uur weerstand biedt en moeten lekdicht zijn. Aan de buitenzijde en dicht bij de deur van de machinekamer moet een afstandsschakelaar worden geïnstalleerd om de koelinstallatie uit te schakelen. Leidingen en kanalen die doorheen de muren, plafonds en vloeren worden geleid, mogen geen koppelingen of lasverbindingen vertonen. In elke machinekamer dienen voldoende brandblusapparaten beschikbaar te zijn, afhankelijk van de grootte van de machinekamer en het type van koelvloeistof, warmtegeleider en isolatie. Stookketels, stookruimten, ontploffings- en verbrandingsmotoren, warmtegeneratoren, luchtcompressoren en andere apparaten met open vuur of vlammen of met brandhete oppervlakten mogen niet in dezelfde machinekamers staan. Tijdelijk kan in een uitzondering op de bovengenoemde voorwaarde worden voorzien in het geval van een herstelling en indien de houder van de milieuvergunning of zijn aangestelde verwittigd is. De compressoren van de installatie zijn op een voldoende afstand van de gemene muur geplaatst en van antitrilsystemen voorzien. |
La salle des machines doit être munie d'une aération haute et basse. | De machinekamer moet voorzien zijn van een hoge en lage verluchting. |
Cette aération doit se faire directement vers l'extérieur ou via une | Deze verluchting moet rechtstreeks naar buiten gebeuren of via een |
conduite débouchant directement à l'extérieur et résistante au feu | leiding die rechtstreeks in de buitenlucht uitmondt en minimaal één |
d'une durée minimale d'une heure lors de la traversée d'une paroi coupe feu. La ventilation doit être suffisante à la fois en fonctionnement normal et dans les cas d'urgence. Pour les fluides frigorigènes qui sont plus lourds que l'air, l'évacuation du volume d'échappement est repris au point le plus bas de la salle des machines et l'entrée d'air extérieur doit être près du point le plus haut. Pour les fluides frigorigènes plus légers que l'air, le volume d'échappement doit être repris au point le plus haut et l'entrée d'air extérieur doit être près du point le plus bas. Dans les salles des machines de construction entièrement ou partiellement en sous-sol, une ventilation mécanique doit être en service lorsque le personnel est présent. En l'absence du personnel, une ventilation d'urgence doit être commandée automatiquement par un détecteur de fluide frigorigène. | uur brandwerend is ter hoogte van de doorvoer in een brandwerende wand. Zowel bij normale werking als in noodsituaties dient er voldoende ventilatie te zijn. Voor koelvloeistoffen zwaarder dan lucht moet het uitlaatvolume op het laagste punt van de machinekamer naar buiten worden afgevoerd, terwijl de toevoer van buitenlucht zich op het hoogste punt dient te bevinden. Voor koelvloeistoffen lichter dan lucht moet het uitlaatvolume op het hoogste punt naar buiten worden afgevoerd, terwijl de toevoer van buitenlucht zich op het laagste punt dient te bevinden. In machinekamers die volledig of gedeeltelijk ondergronds gebouwd zijn, moet een mechanische ventilatie in werking zijn wanneer het personeel aanwezig is. In afwezigheid van personeel moet een noodventilatiesysteem automatisch worden aangestuurd door een koelvloeistofdetector. |
Le système de ventilation ne peut pas effectuer plus de 15 | Het ventilatiesysteem mag in normale omstandigheden niet meer dan 15 |
renouvellements horaires d'air, en situation normale. | luchtverversingen per uur uitvoeren. |
5.2. Prescriptions particulières. | 5.2. Bijzondere voorschriften. |
5.2.1. Installations contenant plus de 300 kg de fluide frigorigène. La salle des machines est munie d'un système fixe de détection des fuites. Dans le cas ou le système fixe de détection des fuites utilisé consiste en des détecteurs de gaz, ceux-ci doivent être installés aux points d'accumulation potentielle du fluide frigorigène. Les détecteurs de gaz doivent être pourvus d'un niveau de détection bas et élevé. Les niveaux de détection bas et élevé doivent respectivement pouvoir observer une concentration d'au moins 10 ppm et 500 ppm. Ces systèmes de détection sont contrôlés au moins une fois tous les douze mois pour s'assurer qu'ils fonctionnent correctement. Le permis d'environnement peut adapter ces prescriptions. 5.2.2. Installations fonctionnant à l'ammoniac. En plus des conditions décrites ci-après, la salle des machines doit répondre aux conditions reprises au point 5.1. et doit être construite conformément à la réglementation en vigueur s'appliquant aux espaces présentant un risque d'explosion. Une salle des machines est obligatoire pour les installations fonctionnant à l'ammoniac. La salle des machines, les condenseurs, compresseurs, récipients sous pression, pompes et échangeurs sont placés dans des locaux à l'écart du bâtiment ou dans des parties situées aux étages supérieurs des immeubles qui les abritent. Les salles des machines doivent comporter au moins une bouche d'aération débouchant directement à l'extérieur du bâtiment. La salle des machines est munie d'un détecteur de gaz. Ce détecteur est pourvu d'un niveau de détection bas et élevé. Les niveaux de détection bas et élevé doivent respectivement pouvoir observer une concentration minimum de 10 ppm et de 500 ppm. Dans les salles des machines, un système de protection supplémentaire est prévu. Ce système est constitué d'un absorbeur d'ammoniac et d'un système d'extraction mécanique débouchant immédiatement à l'extérieur, activés tous deux par le détecteur. Le détecteur doit se déclencher | 5.2.1. Installaties die meer dan 300 kg koelvloeistof bevatten. De machinekamer is uitgerust met een vast lekdetectiesysteem. Indien het vast lekdetectiesysteem met gasdetectoren werkt, moeten deze op de punten geïnstalleerd zijn van de potentiële accumulatie van koelvloeistof. De gasdetectoren moeten uitgerust zijn met een laag en een hoog detectieniveau. Het lage detectieniveau moet ten minste een concentratie van 10 ppm kunnen waarnemen en het hoge detectieniveau minstens een concentratie van 500 ppm. Deze detectiesystemen worden minimaal één keer elke twaalf maanden gecontroleerd om na te gaan of ze correct functioneren. De milieuvergunning kan deze voorschriften aanpassen. 5.2.2. Installaties die met ammoniak werken. Naast de hieronder beschreven voorwaarden dient de machinekamer te beantwoorden aan de voorwaarden onder punt 5.1 en gebouwd te worden in navolging van de geldende reglementering voor de ruimten die een ontploffingsgevaar inhouden. Een machinekamer is verplicht voor installaties die met ammoniak werken. De machinekamers, de condensatoren, compressoren, vaten onder druk, pompen en wisselaars worden in van het gebouw afgescheiden lokalen geplaatst of in lokalen gelegen op de hoogste verdiepingen van het gebouw waarin ze staan. In de machinekamers moet er minstens een rechtstreeks naar buiten uitgevende verluchtingsopening zijn. De machinekamers zijn uitgerust met een gasdetector. Deze detector moet voorzien zijn van een laag en een hoog detectieniveau. Het lage detectieniveau moet ten minste een concentratie van 10 ppm kunnen waarnemen en het hoge detectieniveau minstens een concentratie van 500 ppm. In de machinekamers is een bijkomend beschermingssysteem voorzien. Dit systeem moet bestaan uit een ammoniakabsorbeerder en een mechanisch afzuigsysteem dat rechtstreeks naar buiten uitgeeft, beide in gang gezet door een detector. Deze detector moet reageren zodra de |
dès que la concentration en ammoniac atteint 10 ppm. | ammoniakconcentratie 10 ppm bereikt. |
L'absorbeur d'ammoniac est constitué d'un laveur de gaz à bulles | De ammoniakabsorbeerder bestaat uit een gasbellenwasser die water en |
comprenant de l'eau et un acide ou tout autre système équivalent. Un | zuur bevat, of eender welk ander gelijkwaardig systeem. Voor |
système de récupération des eaux contaminées doit être installé pour | koelinstallaties die voor de inwerkingtreding van dit besluit in |
les installations de réfrigération mises en service après l'entrée en | gebruik werden genomen, moet een terugwinningssysteem voor het |
vigueur du présent arrêté. | vervuild water worden geïnstalleerd. |
L'eau contaminée doit être récupérée dans des récipients appropriés et | Het vervuild water moet in geschikte houders opgevangen en afgevoerd |
évacuée conformément à la législation en vigueur en matière de déchets | kunnen worden overeenkomstig de vigerende wetgeving inzake gevaarlijke |
dangereux. | afvalstoffen. |
Dans la salle des machines et à proximité de la salle des machines | In de machinekamer en in de nabijheid ervan moet zich een |
doit se trouver un arrêt d'urgence de l'installation, ainsi qu'une | noodstopvoorziening voor de installatie bevinden, alsook een zichtbare |
affiche visible reprenant les mesures à prendre en cas de fuite | affiche met de maatregelen die moeten worden genomen bij lekkage van |
d'ammoniac et les premiers soins à apporter aux personnes ayant été en | ammoniak en een beschrijving van de eerste zorgen die moeten worden |
contact avec de l'ammoniac. | toegediend aan personen die in contact gekomen zijn met ammoniak. |
Des détecteurs de gaz sont installés aux points d'accumulation | Op punten waar koelvloeistof zich potentieel kan ophopen, worden |
potentielle du fluide frigorigène. Ces détecteurs doivent réagir à une | gasdetectoren geïnstalleerd. Deze detectoren moeten reageren op een |
concentration de 10 ppm en enclenchant une alarme sous surveillance | concentratie van 10 ppm door het inschakelen van een alarm onder |
ainsi que la ventilation mécanique. | toezicht en van de mechanische ventilatie. |
Le permis d'environnement peut adapter ces prescriptions. | De milieuvergunning kan deze voorschriften aanpassen. |
5.2.3. Installations utilisant un fluide frigorigène inflammable. | 5.2.3. Installaties die met ontvlambaar koelvloeistof werken |
La salle des machines doit répondre aux conditions reprises au point | De machinekamer moet voldoen aan de voorwaarden, opgenomen in punt |
5.1. et doit être construite conformément à la réglementation en | 5.1. en dient gebouwd te worden overeenkomstig de geldende |
vigueur s'appliquant aux espaces présentant un risque d'explosion. | |
Des extincteurs doivent être disponibles à proximité des entrées des | reglementering voor ruimten met ontploffingsgevaar. |
chambres froides et des espaces de travail dans lesquels sont situés | Er moeten brandblusapparaten beschikbaar zijn bij de ingangen van de |
les installations de réfrigération. | koelkamers en van de werkruimten waarin de koelinstallaties zich |
De plus, tous les équipements électriques de sécurité (extracteurs, | bevinden. Bovendien moeten de volledige elektrische veiligheidsuitrustingen |
détecteurs, alarmes, éclairage de sécurité) situés dans les locaux | (extractoren, detectoren, alarmsystemen, noodverlichting) van de hoger |
précités doivent posséder une protection de type Exe conformément à | vermelde lokalen over een bescherming van het type Exe beschikken, |
l'article 105 du RGIE. | conform artikel 105 van het AREI. |
Le permis d'environnement peut adapter ces prescriptions. | De milieuvergunning kan deze voorschriften aanpassen. |
Art. 6.Entretien, surveillance, contrôles et réparations. |
Art. 6.Onderhoud, toezicht, controles en herstellingen. |
6.1. Perte relative en fluide frigorigène pour des installations | 6.1. Relatief koelvloeistofverlies voor installaties die werken met |
utilisant des substances appauvrissant l'ozone et/ou des gaz à effet | ozonlaag afbrekende stoffen en/of gefluoreerde broeikasgassen. |
de serre fluorés. | |
Toute émission volontaire de fluide frigorigène dans l'atmosphère est | Elke vrijwillige emissie van koelvloeistof in de atmosfeer is |
interdite. | verboden. |
Toutes les mesures possibles doivent être prises pour limiter les | Alle mogelijke maatregelen moeten worden genomen om de relatieve |
pertes relatives autant que possible, et de toute façon à 5 % maximum. | verliezen te beperken. Ze mogen in ieder geval niet meer dan 5 % bedragen. |
Als de relatieve verliezen tijdens twee opeenvolgende berekeningen | |
Si les pertes relatives sont supérieures à 5 % lors de deux calculs | meer dan 5 % bedragen, moet de installatie binnen twaalf maanden |
consécutifs, l'installation doit être mise hors service dans les douze | buiten bedrijf worden gesteld, behoudens een afwijking, toegestaan |
mois, sauf dérogation accordée par l'IBGE. Dans ce cas, un rapport du | door het BIM. In dat geval moet een rapport van de bevoegde |
technicien frigoriste qualifié prouvant que l'origine des fuites n'est | koeltechnicus worden afgeleverd waaruit blijkt dat de lekkage niet te |
due ni à la vétusté de l'installation, ni à un mauvais fonctionnement | wijten is aan de ouderdom of aan een verkeerde werking van de installatie. |
de l'installation doit être fourni. | De berekening van de relatieve verliezen geeft als resultaat een |
Le calcul des pertes relatives détermine un pourcentage exprimant la | percentage dat overeenstemt met de verhouding tussen de hoeveelheid in |
quantité de fluide perdue dans l'atmosphère par rapport à la quantité | de atmosfeer uitgestoten koelvloeistof en de nominale hoeveelheid in |
nominale de l'installation, sur une période déterminée. | de installatie over een bepaalde periode. |
Un calcul est réalisé après chaque ajout ou appoint de fluide | Na elke toevoeging of bijvulling van koelvloeistof wordt een |
frigorigène. | berekening uitgevoerd. |
La période est le nombre de jours écoulés entre deux appoints ou | De periode is het aantal verstreken dagen tussen twee bijvullingen of |
ajouts de fluide frigorigène. | toevoegingen van koelvloeistof. |
La période maximale pour le calcul des pertes relatives est limitée à | De maximale periode voor de berekening van het relatieve verlies is |
deux ans. | twee jaar. |
La quantité perdue correspond à la masse de fluide frigorigène ajoutée | De verloren hoeveelheid stemt overeen met de massa koelvloeistof die |
à l'installation depuis le début de la période. La quantité ajoutée | sinds het begin van de periode aan de installatie werd toegevoegd. De |
lors de la réparation induisant la détermination de la perte relative | in overweging te nemen hoeveelheid is de hoeveelheid die werd |
de fluide frigorigène est la quantité à prendre en considération. | toegevoegd tijdens de herstelling die aanleiding gaf tot de bepaling |
van het relatieve koelvloeistofverlies. | |
La quantité nominale du circuit frigorifique correspond à la quantité | De nominale hoeveelheid in het koelcircuit stemt overeen met de |
de fluide présente dans l'ensemble du circuit frigorifique en | hoeveelheid koelvloeistof die zich bij normale werking in het |
fonctionnement normal. | volledige koelcircuit bevindt. |
6.2. Contrôle. | 6.2. Controle. |
6.2.1. Contrôle des installations de réfrigération. | 6.2.1. Controle van de koelinstallaties |
Toute installation de réfrigération requiert : | Voor elke koelinstallatie is vereist : |
- un contrôle mensuel visuel; | - een maandelijkse visuele controle |
- un entretien annuel. | - een jaarlijks onderhoud |
Le permis d'environnement peut définir plus précisément les modalités | In de milieuvergunning kunnen de wijze en de frequentie van die |
et la fréquence de ce contrôle et de cet entretien. | controle en dat onderhoud nader worden bepaald. |
Les opérations suivantes doivent au minimum être exécutées après | De volgende handelingen moeten minstens na elke herstelling en tijdens |
chaque réparation, ainsi que lors de chaque contrôle d'étanchéité : | elke dichtheidscontrole worden uitgevoerd : |
a. vérification du bon état et du fonctionnement correct de tout | a. nazicht van de goede staat en van de juiste werking van de hele |
l'appareillage de protection, de réglage et de commande ainsi que des | beschermings-, afstellings- en bedieningsapparatuur en van de |
systèmes d'alarme; | alarmsystemen; |
b. contrôle d'étanchéité de l'ensemble de l'installation; | b. dichtheidscontrole van de volledige installatie. |
c. présence de corrosion. Les contrôles d'étanchéité périodiques, les travaux d'entretien complets et les éventuelles réparations touchant à des parties de l'installation dans lesquelles peuvent se trouver des fluides frigorifiques, qui font partie des substances appauvrissant la couche d'ozone et/ou des gaz à effet de serre fluorés, doivent être effectués par un technicien frigoriste qualifié. 6.2.2. Contrôle des installations de réfrigération contenant des HFC ou des HCFC. Les installations utilisant des substances qui appauvrissent l'ozone et/ou des gaz à effet de serre fluorés, requièrent un contrôle | c. controle op de aanwezigheid van corrosie. De periodieke lekdichtheidscontroles, de volledige onderhoudswerkzaamheden en de eventuele herstellingen aan delen van de installatie met koelvloeistoffen die tot de ozonlaag afbrekende stoffen en/of gefluoreerde broeikasgassen behoren, moeten door een bevoegd koeltechnicus worden uitgevoerd. 6.2.2. Controle van de koelinstallaties die HFKs of HCFK's bevatten Installaties die gebruik maken van ozonlaag afbrekende stoffen en/of gefluoreerde broeikasgassen vereisen een periodieke |
d'étanchéité périodique. La procédure de contrôle telle que définie | lekdichtheidscontrole. De controleprocedure zoals omschreven in |
dans le Règlement 1516/2007 de la Commission du 19 décembre 2007 est | Verordening 1516/2007 van de Commissie van 19 december 2007 is van |
d'application aussi bien pour les substances appauvrissant la couche | toepassing, zowel voor ozonlaag afbrekende stoffen als voor |
d'ozone que pour les gaz à effet de serre fluorés. | gefluoreerde broeikasgassen. |
Conformément aux Règlements européens (CE) n° 842/2006 et n° | Overeenkomstig Verordeningen (EG) nr. 842/2006 en 1005/2009 voor |
1005/2009, pour les installations de réfrigération avec une capacité | |
nominale de fluide frigorigène de 3 kilogrammes ou plus, cette | koelinstallaties met een nominale koelvloeistofinhoud van 3 kilogram |
fréquence est d'une fois tous les douze mois; la présente disposition | of meer, is die frequentie één keer elke twaalf maanden; deze bepaling |
ne s'applique pas aux installations comportant des systèmes | |
hermétiquement scellés étiquetés comme tels et qui contiennent moins | is niet van toepassing op installaties met hermetisch afgesloten |
de 6 kg de gaz à effet de serre fluorés; | systemen die als dusdanig geëtiketteerd zijn en die minder dan 6 kg |
Pour les installations de réfrigération avec une capacité nominale de | gefluoreerde broeikasgassen bevatten. |
fluide frigorigène de 30 kilogrammes ou plus, cette fréquence est | Voor koelinstallaties met een nominale koelvloeistofinhoud van 30 |
d'une fois tous les six mois. | |
Pour les installations de réfrigération avec une capacité nominale de | kilogram of meer bedraagt die frequentie eenmaal per zes maanden. |
fluide frigorigène de 300 kilogrammes ou plus, cette fréquence est | Voor koelinstallaties met een nominale koelvloeistofinhoud van 300 |
d'une fois tous les trois mois. | |
Si lors des contrôles mentionnés, il y a une présomption de fuite, ce | kilogram of meer bedraagt die frequentie eenmaal per drie maanden. |
contrôle doit être effectué en légère surpression par rapport à la | Als er tijdens de vermelde controles lekkage wordt vermoed, moet die |
pression normale de fonctionnement avec un appareil de détection | controle plaatsvinden met lekdetectieapparatuur die geschikt is voor |
approprié au liquide frigorigène en question et avec une limite de | het betreffende koelvloeistof en met een detectiegrens van ten minste |
détection d'au moins 5 g/an ou à l'aide d'une méthode équivalente. | 5 g/jaar, onder een lichte overdruk ten opzichte van de normale |
Lorsqu'un système de détection des fuites approprié et en état de | bedrijfsdruk of met een gelijkwaardige methode. Wanneer een geschikt |
fonctionnement a été installé dans les installations contenant des | en bedrijfsklaar lekdetectiesysteem in de HFK-houdende installaties |
HFC, la fréquence est réduite de moitié, mais ne sera jamais | werd geplaatst, wordt de frequentie gehalveerd maar kan ze nooit meer |
supérieure à 12 mois. | dan 12 maanden bedragen. |
6.3. Réparation de fuites. Les fuites éventuelles détectées doivent être réparées dans les meilleurs délais et, en tout état de cause, dans les quatorze jours. Dans le cas de travaux à effectuer à un circuit frigorifique, le fluide frigorigène doit être récupéré ou confiné dans une partie du circuit sans risque de fuite. Avant de pouvoir réintroduire le fluide frigorigène dans l'installation, il est impératif que la fuite soit réparée et qu'un test de pression avec de l'azote libre d'oxygène ou d'un gaz de séchage approprié pour tester la pression soit effectué. Un premier contrôle d'étanchéité est réalisé directement après la réparation. La cause de la fuite est déterminée dans la mesure du possible pour éviter sa récurrence. L'installation ou le circuit frigorifique fait l'objet d'un contrôle d'étanchéité complémentaire dans le mois qui suit la réparation d'une fuite afin de vérifier l'efficacité de la réparation en accordant une attention particulière aux parties de l'installation ou du système qui sont le plus susceptibles de fuir. Ce contrôle complémentaire ne peut s'effectuer le jour de la réparation. | 6.3. Herstelling van lekken. Eventueel vastgestelde lekken moeten zo snel mogelijk worden hersteld, en in ieder geval binnen veertien dagen. Indien aan een koelcircuit dient te worden gewerkt, moet het koelvloeistof worden opgevangen of in een deel van het circuit worden geïsoleerd zonder risico van lekkage. Alvorens het koelvloeistof opnieuw in de installatie te brengen, moet het lek hersteld zijn en moet een druktest met zuurstofvrije stikstof of een geschikt drooggas worden uitgevoerd om na te gaan of de druk wordt opgebouwd. Meteen na de herstelling wordt een eerste dichtheidscontrole uitgevoerd. In de mate van het mogelijke wordt de oorzaak van het lek opgespoord om te vermijden dat het zich later opnieuw voordoet. Binnen een maand volgend op de herstelling van een lek wordt de koelinstallatie of het koelcircuit aan een aanvullende dichtheidscontrole onderworpen om na te gaan of het probleem doeltreffend hersteld is. Hierbij wordt bijzondere aandacht besteed aan de delen van de installatie of van het systeem die het gevoeligst zijn voor lekkage. Deze aanvullende controle mag niet op de dag van de herstelling worden uitgevoerd. |
6.4. Registre. | 6.4. Register. |
Les exploitants des installations de réfrigération veillent à ce que | De exploitanten van de koelinstallaties zorgen ervoor dat het register |
le registre soit tenu à jour. | bijgewerkt blijft. |
Le registre doit être rempli par le technicien frigoriste chargé de | Het register moet worden ingevuld door de koeltechnicus die het |
l'entretien de l'installation de réfrigération et doit mentionner en | onderhoud van de koelinstallatie uitvoert en de volgende gegevens |
détail les indications suivantes : | moeten er omstandig in vermeld worden : |
1) les nom, adresse et numéro de téléphone de l'exploitant; | 1) de naam, het adres en het telefoonnummer van de exploitant; |
2) la date de mise en service de l'installation de réfrigération, avec | 2) de datum van ingebruikname van de koelinstallatie, met vermelding |
indication du type de fluide frigorigène, de la capacité nominale de | van het type van koelvloeistof, de nominale koelvloeistofinhoud en het |
fluide frigorigène ainsi que de la puissance électrique du ou des | elektrisch vermogen van de compressor(en); |
compresseur(s); 3) le type et la date des interventions : entretien, réparation, | 3) het type en de datum van de interventies : onderhoud, herstelling, |
contrôle et élimination finale de l'installation ou du circuit | controle en definitieve verwijdering van de koelinstallatie of het |
frigorifique; | koelcircuit; |
4) toutes les pannes et alarmes relatives à l'installation de | 4) alle defecten en alarmen met betrekking tot de koelinstallatie, die |
réfrigération, pouvant donner lieu à des pertes par fuite et les causes des fuites si elles sont établies; 5) la nature (gaz vierge, réutilisé, recyclé ou régénéré), le type et les quantités de fluide frigorigène récupérés ou ajoutés lors de chaque intervention; 6) les modifications et remplacements des composants du circuit frigorifique; 7) une description et les résultats des contrôles d'étanchéité et les méthodes utilisées; 8) le nom du technicien frigoriste ayant travaillé sur l'installation et, pour les installations contenant des substances qui appauvrissent l'ozone et/ou des gaz à effet de serre fluorés, le numéro du certificat du technicien frigoriste qualifié ainsi que le nom et le numéro d'enregistrement de l'entreprise enregistrée à laquelle il appartient; 9) les périodes importantes de mise hors service; | lekkage kunnen veroorzaken en de oorzaken van de lekken indien die zijn vastgesteld; 5) de aard (ongebruikt, opnieuw gebruikt, gerecycleerd of geregenereerd gas), het type en de hoeveelheden van de koelvloeistoffen die bij elke ingreep werden afgetapt of toegevoegd; 6) de wijzigingen en vervangingen van onderdelen van het koelcircuit; 7) de beschrijving en de resultaten van de dichtheidscontroles en de aangewende methodes; 8) de naam van de koeltechnicus die aan de installatie heeft gewerkt en, voor installaties die ozonlaag afbrekende stoffen en/of gefluoreerde broeikasgassen bevatten, het certificaatnummer van de bevoegde koeltechnicus alsook de naam en het registratienummer van het bedrijf waartoe hij behoort; 9) significante periodes van buitenbedrijfstelling; |
10) les résultats du contrôle des détecteurs de fuites, si ces | 10) de resultaten van de controle van de lekdetectoren, indien deze |
derniers doivent être présents. | aanwezig moeten zijn. |
Les différents tests et essais doivent accompagner le registre, ainsi | De diverse tests en proeven moeten bij het register gevoegd worden, |
que les calculs des pertes relatives. | alsook de berekeningen van de relatieve verliezen. |
Pour permettre le contrôle des quantités de fluide frigorigène | Om controle over de toegevoegde en afgetapte koelvloeistoffen mogelijk |
ajoutées ou enlevées, l'exploitant doit garder les factures relatives | te maken, moet de exploitant de facturen met betrekking tot de |
aux quantités de fluide frigorigène achetées pendant 5 ans au minimum. | aangekochte hoeveelheden koelvloeistoffen bewaren gedurende minimaal 5 jaar. |
Ces registres sont mis à la disposition de l'IBGE sur demande de | Deze registers worden op verzoek van het instituut ter beschikking |
celui-ci. | gesteld van het BIM. |
6.5. Etiquetage. | 6.5. Etikettering. |
Conformément à l'article 11, point 6 du Règlement (CE) n° 1005/2009 du | Overeenkomstig artikel 11, punt 6 van Verordening (EG) nr. 1005/2009 |
Parlement européen et du Conseil du 16 septembre 2009 relatif à des | van het Europees Parlement en de Raad van 16 september 2009 |
substances qui appauvrissent la couche d'ozone, lorsque des HCFC | betreffende de ozonlaag afbrekende stoffen, wanneer geregenereerde of |
régénérés ou recyclés sont utilisés pour la maintenance ou | gerecycleerde HCFK's worden gebruikt voor onderhoudsdoeleinden, worden |
l'entretien, les installations de réfrigération concernées sont munies | de betrokken koelinstallaties voorzien van een etiket dat minimaal het |
d'une étiquette qui précise au minimum, le type et la quantité de | type en de hoeveelheid van de substantie in de apparatuur vermeldt, |
substance contenue dans l'équipement, ainsi que les éléments | alsook de etiketgegevens die in bijlage I van Verordening (EG) nr. |
d'étiquetage qui figurent à l'annexe Ire du Règlement (CE) n° | 1272/2008 worden ingedeeld bij de stoffen of mengsels die als |
1272/2008 pour les substances ou mélanges classés comme dangereux pour | gevaarlijk voor de ozonlaag geclassificeerd zijn. |
la couche d'ozone. Art. 7.Fluides frigorigènes usés. 7.1. Récupération de fluides frigorigènes contenant des substances qui appauvrissent la couche d'ozone et/ou des gaz à effet de serre fluorés. En cas de mise hors service définitive, le fluide frigorigène doit être vidangé dans le mois. En cas de mise hors service provisoire ou de réparation nécessitant une vidange du fluide frigorigène, celui-ci doit être récolté par un technicien frigoriste qualifié au moyen d'un appareil approprié, et transvasé dans des récipients spécialement prévus à cet effet et étiquetés comme tels. S'il est déclaré bon, le fluide frigorigène peut être recyclé dans la même installation. Un fluide recyclé ne peut être utilisé que dans l'installation de réfrigération d'où il provient, ou sur le même site d'exploitation de l'installation d'origine. |
Art. 7.Gebruikte koelvloeistoffen. 7.1. Terugwinning van koelvloeistoffen die ozonlaag afbrekende stoffen bevatten en/of van de gefluoreerde broeikasgassen. Bij definitieve buitenbedrijfstelling moet het koelvloeistof binnen een maand worden afgetapt. Bij buitenbedrijfstelling of bij herstellingen waarbij het koelvloeistof moet worden afgetapt, moet het koelvloeistof met doelmatige apparatuur door de bevoegde koeltechnicus worden opgevangen in speciaal daarvoor bestemde en gemarkeerde recipiënten. Dat koelvloeistof mag, nadat het goed bevonden is, in dezelfde installatie worden gerecycleerd. Een gerecycleerd koelvloeistof mag alleen worden gebruikt in de koelinstallatie waar het vandaan komt, of op de site waar de originele installatie geëxploiteerd wordt. |
7.2. Fluides usés. | 7.2. Gebruikte koelvloeistoffen. |
Les fluides usés provenant de circuit frigorifique et repris sur la | De gebruikte koelvloeistoffen, afkomstig uit koelcircuits, die op de |
liste des déchets dangereux devront être traités comme tels. | lijst van gevaarlijke afvalstoffen voorkomen, moeten als zodanig |
worden behandeld. | |
Tout détenteur de déchets dangereux est tenu de les traiter | Iedere houder van gevaarlijke afvalstoffen moet deze stoffen verwerken |
conformément à la législation en vigueur. | overeenkomstig de vigerende wetgeving. |
7.3. Installations usagées. | 7.3. Afgedankte installaties. |
Les installations mises hors service définitivement doivent être | Installaties die definitief buiten dienst werden gesteld, moeten |
démantelées dans un délai de deux ans. | ontmanteld worden binnen een termijn van twee jaar. |
Art. 8.La rubrique 132 de la liste des installations classées |
Art. 8.Rubriek 132 van de lijst van ingedeelde inrichtingen opgenomen |
figurant à l'annexe de l'arrêté du Gouvernement de la Région de | in de bijlage van het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke |
Bruxelles Capitale du 4 mars 1999 fixant la liste des installations de | Regering van 4 maart 1999 tot vaststelling van de ingedeelde |
classe IB, II et III en exécution de l'article 4 de l'ordonnance du 5 | inrichtingen van klasse I B, II, III met toepassing van artikel 4 van |
juin 1997 relative aux permis d'environnement est remplacée par la | de ordonnantie van 5 juni 1997 betreffende de milieuvergunningen wordt |
rubrique telle que décrite en annexe 1 du présent arrêté. | vervangen door de rubriek zoals beschreven in bijlage 1 van dit |
Art. 9.Le ministre peut adapter les annexes du présent arrêté aux |
besluit. Art. 9.De minister mag de bijlagen van dit besluit aanpassen aan de |
progrès techniques ou aux modifications de la réglementation | technische vooruitgang of aan de wijzigingen van de Europese |
européenne. | regelgeving. |
Art. 10.Disposition abrogatoire et transitoire. |
Art. 10.Opheffingsbepaling. |
L'arrêté du Gouvernement de la Région de Bruxelles-Capitale du 20 | Het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 20 november |
novembre 2003 relatif aux installations de réfrigération est abrogé. | 2003 betreffende koelinstallaties wordt opgeheven. |
Les permis d'environnement octroyés en application de cet arrêté | De milieuvergunningen die toegekend werden in toepassing van dit |
restent valides et gardent leurs effets jusqu'à leur terme. | besluit, blijven geldig en van kracht tot hun vervaldatum. |
Art. 11.Le Ministre qui a l'Environnement dans ses attributions est |
Art. 11.De Minister die Leefmilieu als bevoegdheid heeft, is belast |
chargé de l'exécution du présent arrêté. | met de uitvoering van dit besluit. |
Bruxelles, le 22 mars 2012. | Brussel, 22 maart 2012. |
Pour le Gouvernement de la Région de Bruxelles- Capitale : | Voor de Brusselse Hoofdstedelijke Regering : |
Le Ministre-Président | De Minister-Voorzitter |
du Gouvernement de la Région de Bruxelles-Capitale, | van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, |
Ch. PICQUE | Ch. PICQUE |
La Ministre à la Région de Bruxelles-Capitale | De Minister van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest |
chargée de l'Environnement et de l'Energie, | belast met Leefmilieu en Energie, |
Mme E. HUYTEBROECK | Mevr. E. HUYTEBROECK |