| Arrêté du Gouvernement fixant la répartition des compétences entre les ministres | Besluit van de Regering houdende verdeling van de bevoegdheden onder de ministers |
|---|---|
| MINISTERE DE LA COMMUNAUTE GERMANOPHONE | MINISTERIE VAN DE DUITSTALIGE GEMEENSCHAP |
| 14 JUILLET 1999. - Arrêté du Gouvernement fixant la répartition des | 14 JULI 1999. - Besluit van de Regering houdende verdeling van de |
| compétences entre les ministres | bevoegdheden onder de ministers |
| Le Gouvernement de la Communauté germanophone, | De Regering van de Duitstalige Gemeenschap, |
| Vu les articles 121, 130, 132 et 139 de la Constitution; | Gelet op de artikelen 121, 130, 132 en 139 van de Grondwet; |
| Vu la loi du 31 décembre 1983 de réformes institutionnelles pour la | Gelet op de wet van 31 december 1983 tot hervorming der instellingen |
| Communauté germanophone, modifiée par les lois des 6 juillet 1990, 18 | voor de Duitstalige Gemeenschap, gewijzigd bij de wetten van 6 juli |
| juillet 1990, 5 mai 1993, 16 juillet 1993, 30 décembre 1993, 16 | 1990, 18 juli 1990, 5 mei 1993, 16 juli 1993, 30 december 1993, 16 |
| décembre 1996 et 6 mai 1999; | december 1996 en 6 mei 1999; |
| Sur la proposition du Ministre-Président; | Op de voordracht van de Minister-President; |
| Après délibération, | Na beraadslaging, |
| Arrête : | Besluit : |
Article 1er.Pour l'application du présent arrêté, on entend par « loi |
Artikel 1.Voor de toepassing van dit besluit verstaat men onder « |
| spéciale » la loi spéciale du 8 août 1980 de réformes | bijzondere wet » de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming |
| institutionnelles, telle que modifiée. | der instellingen, zoals gewijzigd. |
Art. 2.Le présent arrêté répartit les tâches au sein du Gouvernement |
Art. 2.Dit besluit verdeelt de taken onder de leden van de Regering |
| en vue de la préparation et de l'exécution de ses décisions. | met het oog op de voorbereiding en de uitvoering van haar |
Art. 3.§ 1. M. Karl-Heinz Lambertz, Ministre-Président, est compétent |
beslissingen. Art. 3.§ 1. De heer Karl-Heinz Lambertz, Minister-President, is |
| pour : | bevoegd voor : |
| 1° la coordination de la politique du Gouvernement; | 1° de coördinatie van het beleid van de Regering; |
| 2° les finances et le budget; | 2° de financiën en de begroting; |
| 3° l'organisation administrative, y compris la tutelle administrative | 3° de administratieve organisatie, met inbegrip van het administratief |
| et le personnel; | toezicht en het personeel; |
| 4° les relations avec le Conseil de la Communauté germanophone; | 4° de betrekkingen met de Raad van de Duitstalige Gemeenschap; |
| 5° les relations internationales et intercommunautaires avec les | 5° de internationale betrekkingen en de betrekkingen tussen de |
| institutions nationales et régionales, à l'exception des relations | Gemeenschappen met de nationale en gewestelijke instellingen, met |
| extérieures dans les domaines particuliers relevant de la compétence | uitzondering van de buitenlandse betrekkingen in de afzonderlijke |
| d'un autre membre du Gouvernement; | aangelegenheden die tot de bevoegdheid van een ander lid van de |
| 6° les bibliothèques, discothèques et services similaires, tels que | Regering behoren; 6° de bibliotheken, discotheken en soortgelijke diensten, zoals |
| repris à l'article 4, 5° de la loi spéciale; | bedoeld in artikel 4, 5° van de bijzondere wet; |
| 7° la radiodiffusion et la télévision ainsi que le soutien à la presse | 7° de radio-omroep en de televisie alsmede de hulp aan de geschreven |
| écrite, tels que repris à l'article 4, 6° et 6°bis de la loi spéciale, | pers, zoals bedoeld in artikel 4, 6° en 6°bis van de bijzondere wet, |
| y compris la tutelle du Centre belge pour la Radiodiffusion-Télévision | met inbegrip van het toezicht op het Belgisch Radio- en |
| de la Communauté germanophone (BRF); | Televisiecentrum van de Duitstalige Gemeenschap (BRF); |
| 8° l'éducation physique, les sports et la vie en plein air, tels que | 8° de lichamelijke opvoeding, de sport en het openluchtleven, zoals |
| repris à l'article 4, 9° de la loi spéciale, y compris l'encadrement | bedoeld in artikel 4, 9° van de bijzondere wet, met inbegrip van de |
| médico-sportif du sport à l'école; | begeleiding op het vlak van de sportgeneeskunde wat de sport op school |
| 9° les loisirs, tels que repris à l'article 4, 10° de la loi spéciale; | betreft; 9° de vrijetijdsbesteding, zoals bedoeld in artikel 4, 10° van de bijzondere wet; |
| 10° la reconversion et le recyclage professionnels, tels que repris à | 10° de beroepsomscholing en -bijscholing, zoals bedoeld in artikel 4, |
| l'article 4, 16° de la loi spéciale, y compris les relations avec | 16° van de bijzondere wet, met inbegrip van de betrekkingen met de |
| l'Office communautaire et régional pour la formation professionnelle | Gemeenschappelijke en Gewestelijke Dienst voor beroepsopleiding en |
| et l'emploi (Forem); | arbeidsbemiddeling (GRABA - FOREM); |
| 11° la mise au point et la concrétisation d'un concept de coordination | 11° het tot stand brengen en de verwezenlijking van een |
| dans le domaine de la formation professionnelle, de la formation | coördinatieconcept op het gebied van de beroepsopleiding, van de |
| continue, de la reconversion et du placement ainsi que dans le domaine | voortgezette vorming, van de omscholing en van de arbeidsvoorziening, |
| de l'infrastructure y afférente, en ce compris l'information et | alsmede op het gebied van de betrokken infrastructuur, met inbegrip |
| l'orientation en matière de formation continue; | van de informatie en keurzevoorlichting inzake voortgezette opleiding; |
| 12° la politique des handicapés, en ce compris la formation, la | 12° het gehandicaptenbeleid (beleid inzake minder-validen), met |
| reconversion et le recyclage professionnels des handicapés, telle que | inbegrip van de beroepsopleiding, de omscholing en de herscholing van |
| reprise à l'article 5, § 1, II, 4° de la loi spéciale, y compris la | minder-validen, zoals bedoeld in artikel 5, § 1, II, 4° van de |
| tutelle du « Dienststelle der Deutschsprachigen Gemeinschaft für | bijzondere wet, met inbegrip van het toezicht op de « Dienststelle der |
| Personen mit einer Behinderung » (« Office de la Communauté | Deutschsprachigen Gemeinschaft für Personen mit einer Behinderung » |
| germanophone pour les personnes handicapées »); | (Dienst van de Duitstalige Gemeenschap voor de personen met een |
| 13° la matière régionale « emploi », telle que l'exercice de cette | handicap); 13° de gewestelijke aangelegenheid « werkgelegenheid », zoals de |
| compétence a été transféré par le décret de la Région wallonne du 6 | uitoefening ervan bij het decreet van het Waalse Gewest van 6 mei 1999 |
| mai 1999 et le décret de la Communauté germanophone du 10 mai 1999, en | en bij het decreet van de Duitstalige Gemeenschap van 10 mei 1999 is |
| ce compris les initiatives dans les domaines de la promotion | overgedragen, met inbegrip van de initiatieven op de gebieden « |
| économique et du développement régional; | economische bevordering » en « gewestelijke ontwikkeling »; |
| 14° le service de prêt de matériel; | 14° de dienst voor de verhuring van materieel; |
| 15° l'infrastructure dans les matières pour lesquelles il est | 15° de infrastructuur in de aangelegenheden waarvoor hij krachtens dit |
| compétent en vertu du présent arrêté, en ce compris l'infrastructure | besluit is bevoegd alsmede de infrastructuur waarvan de Duitstalige |
| dont la Communauté germanophone est propriétaire, copropriétaire ou | Gemeenschap eigenaar, medeëigenaar of beheerder is. |
| administrateur. § 2. M. Karl-Heinz Lambertz porte le titre de « Ministre-Président, | § 2. De heer Karl-Heinz Lambertz draagt de titel « Minister-President, |
| Ministre de l'Emploi, de la Politique des Handicapés, des Médias et | Minister van Werkgelegenheid, Gehandicaptenbeleid, Media en Sport » (« |
| des Sports » (« Minister-Präsident, Minister für Beschäftigung, | Minister-Präsident, Minister für Beschäftigung, Behindertenpolitik, |
| Behindertenpolitik, Medien und Sport »). | Medien und Sport »). |
Art. 4.§ 1. M. Bernd Gentges, Ministre, est compétent pour : |
Art. 4.§ 1. De heer Bernd Gentges, Minister, is bevoegd voor : |
| 1° l'enseignement, tel que repris à l'article 130, § 1, alinéa 1, 3° | 1° het onderwijs, zoals bedoeld in artikel 130, § 1, eerste lid, 3° |
| de la Constitution; | van de Grondwet; |
| 2° l'enseignement de promotion sociale (cours du soir) et enseignement | 2° het onderwijs voor sociale promotie (avondonderwijs) en het |
| à distance; | schriftelijk onderwijs; |
| 3° la défense et l'illustration de la langue, telles que reprises à | 3° de bescherming en de luister van de taal, zoals bedoeld in artikel |
| l'article 4, 1° de la loi spéciale; | 4, 1° van de bijzondere wet; |
| 4° l'encouragement à la formation des chercheurs, tel que repris à | 4° de aanmoediging van de vorming van navorsers, zoals bedoeld in |
| l'article 4, 2° de la loi spéciale; | artikel 4, 2° van de bijzondere wet; |
| 5° les beaux-arts, tels que repris à l'article 4, 3° de la loi | 5° de schone kunsten, zoals bedoeld in artikel 4, 3° van de bijzondere |
| spéciale; | wet; |
| 6° le patrimoine culturel, les musées et les autres institutions | 6° het cultureel patrimonium, de musea en de andere |
| scientifiques culturelles, tels que repris à l'article 4, 4° de la loi | wetenschappelijk-culturele instellingen, zoals bedoeld in artikel 4, |
| spéciale; | 4° van de bijzondere wet; |
| 7° l'animation culturelle, telle que reprise à l'article 4, 8° de la | 7° de culturele animatie, zoals bedoeld in artikel 4, 8° van de |
| loi spéciale; | bijzondere wet; |
| 8° le tourisme, tel que repris à l'article 4, 10° de la loi spéciale; | 8° het toerisme, zoals bedoeld in artikel 4, 10° van de bijzondere |
| 9° la formation préscolaire dans les prégardiennats, la formation | wet; 9° de voorschoolse vorming in de peutertuinen, de post- en |
| postscolaire et parascolaire ainsi que la formation artistique, telles | parascolaire vorming alsmede de artistieke vorming, zoals bedoeld in |
| que reprises à l'article 4, 11°, 12° et 13° de la loi spéciale; | artikel 4, 11°, 12° en 13° van de bijzondere wet; |
| 10° la formation intellectuelle, morale et sociale, telle que reprise | 10° de intellectuele, morele en sociale vorming, zoals bedoeld in |
| à l'article 4, 14° de la loi spéciale; | artikel 4, 14° van de bijzondere wet; |
| 11° la recherche scientifique, telle que reprise à l'article 6bis de | 11° het wetenschappelijk onderzoek, zoals bedoeld in artikel 6bis van |
| la loi spéciale; | de bijzondere wet; |
| 12° la formation et la formation continue dans les Classes moyennes et | 12° de opleiding en de voortgezette opleiding in de Middenstand en de |
| dans l'agriculture, y compris la tutelle de l'Institut pour la | landbouw, met inbegrip van het toezicht op het Instituut voor de |
| formation et la formation continue dans les Classes moyennes et les | opleiding en de voortgezette opleiding in de Middenstand en de KMO's; |
| PME; 13° l'infrastructure dans les matières pour lesquelles il est | 13° de infrastructuur in de aangelegenheden waarvoor hij krachtens dit |
| compétent en vertu du présent arrêté, à l'exception de | besluit is bevoegd, met uitzondering van de infrastructuur waarvan de |
| l'infrastructure dont la Communauté germanophone est propriétaire, | Duitstalige Gemeenschap eigenaar, medeëigenaar of beheerder is. |
| copropriétaire ou administrateur. | |
| § 2. M. Bernd Gentges porte le titre de « Ministre de l'Enseignement | § 2. De heer Bernd Gentges draagt de titel « Minister van Onderwijs en |
| et de la Formation, de la Culture et du Tourisme » (« Minister für | Vorming, Cultuur en Toerisme » (« Minister für Unterricht und |
| Unterricht und Ausbildung, Kultur und Tourismus »). | Ausbildung, Kultur und Tourismus »). |
Art. 5.§ 1. M. Hans Niessen, Ministre, est compétent pour : |
Art. 5.§ 1. De heer Hans Niessen, Minister, is bevoegd voor : |
| 1° la politique de la jeunesse, telle que reprise à l'article 4, 7° de | 1° het jeugdbeleid, zoals bedoeld in artikel 4, 7° van de bijzondere |
| la loi spéciale; | wet; |
| 2° l'éducation permanente, telle que reprise à l'article 4, 8° de la | 2° de permanente opvoeding, zoals bedoeld in artikel 4, 8° van de |
| loi spéciale, y compris la protection de la nature et la création | bijzondere wet, met inbegrip van de milieubescherming en de oprichting |
| d'une Agence pour le développement durable; | van een Agentschap voor duurzame ontwikkeling; |
| 3° la promotion sociale, telle que reprise à l'article 4, 15° de la | 3° de sociale promotie, zoals bedoeld in artikel 4, 15° van de |
| loi spéciale; | bijzondere wet; |
| 4° la politique de santé, telle que reprise à l'article 5, § 1, I de | 4° het gezondheidsbeleid, zoals bedoeld in artikel 5, § 1, I van de |
| la loi spéciale, en ce compris de la prévention de la toxicomanie; | bijzondere wet, met inbegrip van de voorkoming van de toxicomanie; |
| 5° la politique familiale, telle que reprise à l'article 5, § 1, II, | 5° het gezinsbeleid, zoals bedoeld in artikel 5, § 1, II, 1° van de |
| 1° de la loi spéciale; | bijzondere wet; |
| 6° la politique d'aide sociale, telle que reprise à l'article 5, § 1, | 6° het beleid inzake maatschappelijk welzijn, zoals bedoeld in artikel |
| II, 2° de la loi spéciale, en ce compris les initiatives dans le | 5, § 1, II, 2° van de bijzondere wet; |
| domaine du logement; | |
| 7° la politique d'accueil et d'intégration des immigrés, telle que | 7° het beleid inzake onthaal en integratie van inwijkelingen, zoals |
| reprise à l'article 5, § 1, II, 3° de la loi spéciale; | bedoeld in artikel 5, § 1, II, 3° van de bijzondere wet; |
| 8° la politique du troisième âge, telle que reprise à l'article 5, § | 8° het bejaardenbeleid, zoals bedoeld in artikel 5, § 1, II, 5° van de |
| 1, II, 5° de la loi spéciale; | bijzondere wet; |
| 9° l'aide à la jeunesse, telle que reprise à l'article 5, § 1, II, 6° | 9° de hulp aan de jeugd, zoals bedoeld in artikel 5, § 1, II, 6° van |
| de la loi spéciale; | de bijzondere wet; |
| 10° l'aide sociale aux détenus, en vue de leur réinsertion sociale, | 10° de sociale hulpverlening aan gedetineerden met het oog op hun |
| telle que reprise à l'article 5, § 1, II, 7° de la loi spéciale; | sociale reïntegratie, zoals bedoeld in artikel 5, § 1, II, 7° van de |
| bijzondere wet; | |
| 11° le soutien d'initiatives dans le tiers-monde; | 11° de ondersteuning van initiatieven in de derde wereld; |
| 12° la matière régionale « monuments et sites », en ce compris les | 12° de gewestelijke aangelegenheid « monumenten en landschappen » met |
| fouilles, telle que l'exercice de cette compétence a été transféré par | inbegrip van de uitgravingen, zoals de uitoefening ervan bij de |
| les décrets de la Région wallonne des 17 décembre 1993 et 6 mai 1999 | decreten van het Waalse Gewest van 17 december 1993 en 6 mei 1999 |
| ainsi que par les décrets de la Communauté germanophone des 17 janvier | alsmede bij de decreten van de Duitstalige Gemeenschap van 17 januari |
| 1994 et 10 mai 1999; | 1994 en 10 mei 1999 is overgedragen; |
| 13° l'infrastructure dans les matières pour lesquelles il est | 13° de infrastructuur in de aangelegenheden waarvoor hij krachtens dit |
| compétent en vertu du présent arrêté, à l'exception de | besluit is bevoegd, met uitzondering van de infrastructuur waarvan de |
| l'infrastructure dont la Communauté germanophone est propriétaire, | Duitstalige Gemeenschap eigenaar, medeëigenaar of beheerder is. |
| copropriétaire ou administrateur. | |
| § 2. M. Hans Niessen porte le titre de « Ministre de la Jeunesse et de | § 2. De heer Hans Niessen draagt de titel « Minister van Jeugd en |
| la Famille, de la Protection des Monuments, de la Santé et des | Gezin, Monumentenzorg, Gezondheid en Sociale Aangelegenheden » (« |
| Affaires sociales » (« Minister für Jugend und Familie, Denkmalschutz, | Minister für Jugend und Familie, Denkmalschutz, Gesundheit und |
| Gesundheit und Soziales »). | Soziales »). |
Art. 6.Chaque Ministre est compétent pour élaborer tout projet de |
Art. 6.Elke Minister is bevoegd voor het uitwerken van alle ontwerpen |
| création, d'organisation et de contrôle des institutions ou | betreffende de oprichting, de organisatie en de controle van de |
| établissements qui relèvent de ses attributions. | instellingen en inrichtingen die tot zijn bevoegdheid behoren. |
Art. 7.L'arrêté du Gouvernement du 28 juin 1995 fixant la répartition |
Art. 7.Het besluit van de Regering van 28 juni 1995 houdende |
| des compétences entre les Ministres est abrogé. | verdeling van de bevoegdheden onder de Ministers wordt opgeheven. |
Art. 8.Le présent arrêté entre en vigueur au 14 juillet 1999. |
Art. 8.Dit besluit treedt in werking op 14 juli 1999. |
Art. 9.Les Ministres sont chargés, chacun en ce qui le concerne, de |
Art. 9.De Ministers zijn, ieder wat hem betreft, belast met de |
| l'exécution du présent arrêté. | uitvoering van dit besluit. |
| Eupen, le 14 juillet 1999. | Eupen, 14 juli 1999. |
| Le Ministre-Président, Ministre de l'Emploi, de la Politique des | De Minister-President, Minister van Werkgelegenheid, |
| Handicapés, des Médias et des Sports, | Gehandicaptenbeleid, Media en Sport, |
| K.-H. LAMBERTZ | K.-H. LAMBERTZ |
| Le Ministre de l'Enseignement et de la Formation, de la Culture et du Tourisme, | De Minister van Onderwijs en Vorming, Cultuur en Toerisme, |
| B. GENTGES | B. GENTGES |
| Le Ministre de la Jeunesse et de la Famille, de la Protection des | De Minister van Jeugd en Gezin, Monumentenzorg, Gezondheid en Sociale |
| Monuments, de la Santé et des Affaires sociales, | Aangelegenheden, |
| H. NIESSEN | H. NIESSEN |