Arrêté du Gouvernement portant création d'un Conseil du sport de la Communauté germanophone | Besluit van de Regering houdende oprichting van een Sportraad van de Duitstalige Gemeenschap |
---|---|
MINISTERE DE LA COMMUNAUTE GERMANOPHONE | MINISTERIE VAN DE DUITSTALIGE GEMEENSCHAP |
1er FEVRIER 2002. - Arrêté du Gouvernement portant création d'un | 1 FEBRUARI 2002. - Besluit van de Regering houdende oprichting van een |
Conseil du sport de la Communauté germanophone | Sportraad van de Duitstalige Gemeenschap |
Le Gouvernement de la Communauté germanophone, | De Regering van de Duitstalige Gemeenschap, |
Vu la loi du 31 décembre 1983 de réformes institutionnelles pour la | Gelet op de wet van 31 december 1983 tot hervorming der instellingen |
Communauté germanophone, notamment l'article 4, § 1er; | voor de Duitstalige Gemeenschap, inzonderheid op artikel 4, § 1; |
Vu l'avis de l'Inspection des Finances, donné le 1er février 2002; | Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 1 |
Vu l'accord du Ministre-Président, compétent en matière de Budget, | februari 2002; Gelet op het akkoord van de Minister-President, bevoegd inzake |
donné le 1er février 2002; | Begroting, gegeven op 1 februari 2002; |
Vu les lois sur le Conseil d'Etat, coordonnées le 12 janvier 1973, | Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari |
notamment l'article 3, § 1, remplacé par la loi du 4 juillet 1989 et modifié par la loi du 4 août 1996; Vu l'urgence; Considérant que le Conseil du sport de la Communauté germanophone doit au plus vite entamer ses travaux, que sa création ne souffre dès lors aucun délai car elle est entre autres une condition pour la nomination de ses membres; Sur la proposition du Ministre-Président, Ministre de l'Emploi, de la Politique des Handicapés, des Médias et des Sports; Après délibération, Arrête : Création Article 1er.Il est créé un Conseil du Sport de la Communauté germanophone, ci-après dénommé le Conseil. Le siège du Conseil se trouve auprès du Ministère de la Communauté germanophone. Moyennant approbation préalable du Gouvernement, il peut être transféré dans un autre lieu en région de langue allemande. Missions Art. 2.Le Conseil a pour mission : 1° de rendre des avis sur tous les projets de décret et d'arrêté de la Communauté germanophone relatifs au sport; 2° de rendre, à la demande du Gouvernement ou d'initiative, des avis sur toute question relative au sport en Communauté germanophone; 3° de promouvoir la coopération et l'échange d'expériences entre les différentes disciplines sportives; 4° de prendre des initiatives visant la promotion du sport dans tous les domaines et la promotion de son rôle comme instrument du développement personnel et de l'intégration sociale; 5° de prendre et d'entretenir des contacts avec les organisations tant nationales qu'internationales actives dans le domaine du sport. Composition Art. 3.Le Conseil se compose de la manière suivante : - un représentant par conseil sportif local reconnu, union sportive locale reconnue et communauté sportive locale reconnue ou, à défaut, un représentant de tous les clubs sportifs de cette commune; - un représentant par fédération sportive reconnue; - un représentant des associations sportives reconnues pour personnes handicapées; - un représentant des associations sportives reconnues pour personnes âgées; - au plus neuf représentants de tous les clubs sportifs pour lesquels il n'existe pas de fédération sportive en Communauté germanophone. Ont voix consultative au sein du Conseil du sport : - un représentant désigné par le Ministre compétent; - un représentant du COIB (Comité olympique et interfédéral belge) de la Communauté germanophone; - un collaborateur de chacune des divisions « Enseignement », « Affaires culturelles » et « Famille, Santé et Affaires sociales » du Ministère de la Communauté germanophone, désigné par le Gouvernement. Nomination des membres Art. 4.Le Ministre compétent en matière de Sport nomme les membres du Conseil du sport sur proposition des organisations représentées au sein de ce conseil. Pour chaque membre, il est désigné un membre suppléant. Pour les clubs pour lesquels il n'existe pas de fédération reconnue en Communauté germanophone, la nomination a lieu par discipline ou par groupe de disciplines, déterminés par le ministre compétent. Lorsque plusieurs organisations sont compétentes pour proposer un candidat, c'est le candidat qui a été proposé le plus souvent qui est nommé. Durée du mandat Art. 5.Les membres du Conseil du sport sont nommés pour 5 ans. Le mandat peut être renouvelé. Le mandat des membres du Conseil du sport prend fin par décès, démission volontaire ou retrait du mandat par l'organisation qui a proposé le membre ou par la majorité des organisations pouvant proposer des membres. Dans ce cas, le candidat suppléant achève le mandat de son prédécesseur, à moins que le ministre compétent ne désigne, sur la proposition de l' (des) organisation(s) concernée(s) un nouveau membre conformément à l'article 4 pour achever le mandat. Présidence Art. 6.Le Conseil du sport élit en son sein un président et un vice-président. Fonctionnement Art. 7.Le Conseil du sport se dote d'un règlement intérieur soumis à l'approbation du Gouvernement. Ce règlement peut entre autres prévoir des conditions et modalités relatives à : - l'élection du président et du vice-président; - la création d'un bureau; - la création de groupes de travail; - l'invitation d'experts extérieurs. Un agent du Ministère de la Communauté germanophone est chargé du secrétariat par le ministre compétent. Il dresse les procès-verbaux des réunions. Indemnités de séjour et de déplacement Art. 8.Les membres du Conseil du sport ont droit à des jetons de présence et à des indemnités pour frais de déplacement conformément à l'arrêté du Gouvernement du 12 juillet 2001 portant harmonisation des jetons de présence et des indemnités de déplacement au sein d'organismes et de conseils d'administration de la communauté germanophone. Entrée en vigueur Art. 9.Le présent arrêté entre en vigueur le jour de son adoption. Exécution Art. 10.Le Ministre compétent en matière de Sport est chargé de l'exécution du présent arrêté. Eupen, le 1er février 2002. Pour le Gouvernement de la Communauté germanophone : Le Ministre-Président, Ministre de l'Emploi, de la Politique des Handicapés, des Médias et des Sports, |
1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, vervangen bij de wet van 4 juli 1989 en gewijzigd bij de wet van 4 augustus 1996; Gelet op de dringende noodzakelijkheid; Overwegende dat de Sportraad van de Duitstalige Gemeenschap zijn werkzaamheden zo snel mogelijk moet beginnen, dat de installatie ervan geen uitstel meer lijdt, daar zij onder andere een voorwaarde is voor de benoeming van de leden; Op de voordracht van de Minister-President, Minister van Werkgelegenheid, Gehandicaptenbeleid, Media en Sport; Na beraadslaging, Besluit : Oprichting Artikel 1.Er wordt een Sportraad van de Duitstalige Gemeenschap opgericht, hierna de Raad genoemd. De zetel van de Raad is gevestigd bij het Ministerie van de Duitstalige Gemeenschap. Mits voorafgaande toestemming van de Regering kan hij in een ander oord in het Duitse taalgebied overgebracht worden. Opdrachten Art. 2.De Raad is belast met : 1° het opstellen van adviezen over alle ontwerpen van decreten en besluiten van de Duitstalige Gemeenschap die de sport betreffen; 2° het opstellen van adviezen, op initiatief of op verzoek van de Regering, over alle vraagstukken die de sport in de Duitstalige Gemeenschap betreffen; 3° de bevordering van de samenwerking en van de uitwisseling van ervaringen tussen de verschillende sporttakken; 4° het nemen van initiatieven met het oog op de bevordering van de sport op alle gebieden en van zijn rol als instrument van de persoonlijke ontwikkeling en van de sociale integratie; 5° het nemen en de onderhoud van contacten met zowel nationale als internationale organisaties werkzaam op het gebied « sport ». Samenstelling Art. 3.De Raad is samengesteld als volgt : - één vertegenwoordiger per erkende lokale sportraad, -verband of -gemeenschap of, bij gebrek ervan, één vertegenwoordiger van alle sportclubs van deze gemeente; - één vertegenwoordiger per erkende sportfederatie; - één vertegenwoordiger van de erkende sportverenigingen voor personen met een handicap; - één vertegenwoordiger van de erkende sportverenigingen voor bejaarden; - ten hoogste negen vertegenwoordigers van alle sportclubs waarvoor er in de Duitstalige Gemeenschap geen sportfederatie is. Hebben raadgevende stem binnen de sportraad : - een vertegenwoordiger aangewezen door de bevoegde minister; - een vertegenwoordiger van het B.O.I.C. (Belgisch Olympisch en Interfederaal Comité) van de Duitstalige Gemeenschap; - een medewerker van elke der afdelingen « Onderwijs », « Culturele Aangelegenheden » en « Gezin, Gezondheid en Sociale Aangelegenheden » van het Ministerie van de Duitstalige Gemeenschap, aangewezen door de Regering. Benoeming van de leden Art. 4.De minister bevoegd inzake Sport benoemt de leden van de sportraad op de voordracht van de organisaties die in de Raad vertegenwoordigd zijn. Voor elk lid wordt een plaatsvervangend lid aangewezen. Voor de clubs waarvoor er in de Duitstalige Gemeenschap geen erkende sportfederatie is, gebeurt de benoeming per sporttak of per groep van sporttakken, bepaald door de bevoegde minister. Als meerdere organisaties bevoegd zijn om één kandidaat voor te dragen, dan wordt de kandidaat benoemd wie het meest voorgedragen werd. Duur van het mandaat Art. 5.De leden van de Raad worden voor 5 jaar benoemd. Het mandaat is hernieuwbaar. Het mandaat als lid van de Raad eindigt met de dood, het vrijwillig ontslag of met de intrekking van het mandaat zijdens de tot voordracht gerechtigde organisatie of zijdens de meerderheid van de tot voordracht gerechtigde organisaties. In dat geval eindigt de plaatsvervangende kandidaat het mandaat van zijn voorganger, behoudens de bevoegde minister, op de voordracht van de betrokken organisatie(s), overeenkomstig artikel 4, een nieuw lid benoemt dat het mandaat eindigt. Voorzitterschap Art. 6.Onder zijn leden kiest de Raad een voorzitter en een vice-voorzitter. Werkwijze Art. 7.De Raad neemt een huishoudelijk reglement aan dat de Regering ter goedkeuring wordt voorgelegd. Dat huishoudelijk reglement kan onder andere in bepalingen voorzien met betrekking tot : - de verkiezing van de voorzitter en van de vice-voorzitter; - de oprichting van een bureau; - de oprichting van werkgroepen; - de uitnodiging van buitenstaande experten. De bevoegde minister belast een beambte van het Ministerie van de Duitstalige Gemeenschap met de uitvoering van het secretariaatswerk. Deze maakt de notulen van de zittingen op. Vergoedingen voor verblijf- en reiskosten Art. 8.De leden van de Raad hebben recht op presentiegeld en op reiskostenvergoeding overeenkomstig het besluit van de Regering van 12 juli 2001 tot harmonisatie van het presentiegeld en van de reisvergoedingen in instellingen en raden van beheer van de Duitstalige Gemeenschap. Inwerkingtreding Art. 9.Voorliggend besluit treedt in werking op de dag waarop het wordt aangenomen. Uitvoering Art. 10.De Minister bevoegd inzake Sport is belast met de uitvoering van dit besluit. Eupen, 1 februari 2002. Voor de Regering van de Duitstalige Gemeenschap : De Minister-President, Minister van Werkgelegenheid, Gehandicaptenbeleid, Media en Sport, |
K.-H. LAMBERTZ | K.-H. LAMBERTZ |