← Retour vers "Arrêté du Collège réuni de la Commission communautaire commune portant exécution de l'article 32, de l'ordonnance du 25 avril 2019 réglant l'octroi des prestations familiales "
| Arrêté du Collège réuni de la Commission communautaire commune portant exécution de l'article 32, de l'ordonnance du 25 avril 2019 réglant l'octroi des prestations familiales | Besluit van het Verenigd College van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie tot uitvoering van artikel 32, van de ordonnantie van 25 april 2019 tot regeling van de toekenning van gezinsbijslag |
|---|---|
| COMMISSION COMMUNAUTAIRE COMMUNE DE BRUXELLES-CAPITALE | GEMEENSCHAPPELIJKE GEMEENSCHAPSCOMMISSIE VAN BRUSSEL-HOOFDSTAD |
| 24 OCTOBRE 2019. - Arrêté du Collège réuni de la Commission | 24 OKTOBER 2019. - Besluit van het Verenigd College van de |
| communautaire commune portant exécution de l'article 32, de | Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie tot uitvoering van artikel |
| l'ordonnance du 25 avril 2019 réglant l'octroi des prestations | 32, van de ordonnantie van 25 april 2019 tot regeling van de |
| familiales | toekenning van gezinsbijslag |
| Le Collège réuni de la Commission communautaire commune, | Het Verenigd College van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie, |
| Vu l'ordonnance du 25 avril 2019 réglant l'octroi des prestations | Gelet op de ordonnantie van 25 april 2019 tot regeling van de |
| familiales, l'article 32; | toekenning van gezinsbijslag, artikel 32; |
| Vu l'ordonnance du 4 avril 2019 établissant le circuit de paiement des | Gelet op de ordonnantie van 4 april 2019 tot vaststelling van het |
| prestations familiales, l'article 20, 2° ; | betaalcircuit voor de gezinsbijslag, artikel 20, 2° ; |
| Vu l'avis de l'Inspecteur des Finances, donné le 6 mai 2019; | Gelet op het advies van de inspecteur van Financiën, gegeven op 6 mei |
| Vu l'avis du Conseil de gestion des prestations familiales, donné le 9 | 2019; Gelet op het advies van de Beheerraad voor Gezinsbijslag, gegeven op 9 |
| mai 2019; | mei 2019; |
| Vu l'accord des Membres du Collège réuni, compétents pour les Finances | Gelet op het akkoord van de Leden van het Verenigd College, bevoegd |
| et le Budget, donné le 17 juillet 2019; | voor Financiën en Begroting, gegeven op 17 juli 2019; |
| Vu l'avis 66.433/1 du Conseil d'Etat, donné le 30 juillet 2019 en | Gelet op het advies 66.433/1 van de Raad van State, gegeven op 30 juli |
| application de l'article 84, § 1er, alinéa 1er, 2°, des lois sur le | 2019 met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten |
| Conseil d'Etat, coordonnées le 12 janvier 1973; | op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973; |
| Sur la proposition des Membres du Collège réuni en charge des | Op voordracht van de Leden van het Verenigd College bevoegd voor de |
| Prestations familiales ; | Gezinsbijlagen; |
| Après délibération, | Na beraadslaging, |
| Arrête : | Besluit : |
Article 1er.Les organismes d'allocations familiales peuvent renoncer |
Artikel 1.De kinderbijslaginstellingen kunnen afzien van het |
| à toute poursuite par voie judiciaire en vue de la perception des | navorderen van de hun verschuldigde sommen wegens hoofdelijke |
| sommes qui leur sont dues à titre de cotisations capitatives ou de | bijdragen of onverschuldigde betaalde uitkeringen, van inschulden |
| prestations indûment payées, de créances en frais de justice et de | wegens gerechtskosten en van inschulden wegens hoofdelijke |
| créances en majorations de cotisations capitatives et/ou intérêts de | bijdrageopslagen en/of nalatigheidsintresten, door middel van een |
| retard, lorsque leur créance est inférieure à 796 euros. | gerechtelijke procedure wanneer hun inschuld minder bedraagt dan 796 |
Art. 2.Les organismes d'allocations familiales peuvent renoncer à |
euro. Art. 2.De kinderbijslaginstellingen kunnen afzien van de invordering |
| poursuivre par voie d'exécution forcée le recouvrement des sommes dues | door gedwongen tenuitvoerlegging van de hun verschuldigde sommen |
| pour des cotisations capitatives ou des prestations indûment payées, | wegens hoofdelijke bijdragen of onverschuldigd betaalde uitkeringen, |
| des créances en frais de justice et des créances en majorations de | van inschulden wegens gerechtskosten en van inschulden wegens |
| cotisations capitatives et/ou intérêts de retard, lorsque leur créance | hoofdelijke bijdrageopslagen en/of nalatigheidsintrest, wanneer hun |
| est inférieure à 860 euros. | inschuld minder dan 860 euro bedraagt. |
| Lorsque leur créance est inférieure à 860 euros, les organismes | Wanneer hun inschuld minder dan 860 euro bedraagt, kunnen de |
| d'allocations familiales peuvent également renoncer à assigner en | kinderbijslaginstellingen eveneens verzaken de curator over het |
| admission le curateur de la faillite de leur débiteur. | faillissement van hun schuldenaar in toelating te dagvaarden. |
Art. 3.Les organismes d'allocations familiales peuvent renoncer à |
Art. 3.De kinderbijslaginstellingen kunnen afzien van de gedwongen |
| poursuivre l'exécution forcée par la voie de la saisie-arrêt sur | tenuitvoerlegging door derdenbeslag op lonen, wanneer het maandelijks |
| salaires lorsque la rémunération mensuelle de leur débiteur ne dépasse | loon van hun schuldenaar het in artikel 1409, derde lid, van het |
| pas le montant visé à l'article 1409, alinéa 3, du Code judiciaire ou | Gerechtelijk Wetboek bedoelde bedrag niet overschrijdt, of indien hun |
| lorsque leur créance est constituée uniquement de majorations de | inschuld enkel bestaat uit hoofdelijke bijdrageopslagen en |
| cotisations capitatives et d'intérêts de retard. | nalatigheidsintrest. |
Art. 4.Les organismes d'allocations familiales peuvent renoncer à |
Art. 4.De kinderbijslaginstellingen kunnen afzien van gerechtelijke |
| toute poursuite judiciaire ainsi qu'à poursuivre l'exécution forcée à | vervolging en van gedwongen tenuitvoerlegging ten laste van een in het |
| charge du débiteur établi à l'étranger et qui ne possède aucun bien | buitenland gevestigde schuldenaar die in België geen enkel voor beslag |
| saisissable en Belgique. | vatbaar goed bezit. |
Art. 5.Les organismes d'allocations familiales peuvent renoncer à |
Art. 5.De kinderbijslaginstellingen kunnen afzien van de gedwongen |
| poursuivre l'exécution forcée lorsque la valeur des biens saisis | tenuitvoerlegging, wanneer de waarde van de goederen waarop beslag is |
| apparaît insuffisante pour couvrir les frais inhérents à la poursuite | gelegd, onvoldoende blijkt tot het dekken van de kosten welke |
| de la procédure. | verbonden zijn aan het voortzetten van de procedure. |
Art. 6.A condition que la récupération par retenues sur les |
Art. 6.Op voorwaarde dat de terugvordering door inhouding op later |
| allocations familiales ultérieurement dues ne soit pas possible et | verschuldigde bijslag niet mogelijk is en voor zover hun inschuld |
| pour autant que leur créance soit inférieure à 32 euros, les | minder bedraagt dan 32 euro, kunnen de kinderbijslaginstellingen |
| organismes d'allocations familiales peuvent renoncer à récupérer les | afzien van de terugvordering van de hun verschuldigde sommen, bedoeld |
| sommes qui leur sont dues, visées à l'article 1er. | in artikel 1. |
Art. 7.Le présent arrêté entre en vigueur le 1er janvier 2020. |
Art. 7.Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2020. |
Art. 8.Les Membres du Collège réuni, en charge des Prestations |
Art. 8.De Leden van het Verenigd College, bevoegd voor de |
| familiales, sont chargés de l'exécution du présent arrêté. | Gezinsbijlagen, zijn belast met de uitvoering van dit besluit. |
| Bruxelles, le 24 octobre 2019. | Brussel, 24 oktober 2019. |
| Pour le Collège réuni : | Voor het Verenigd College : |
| Les Membres du Collège réuni en charge des Prestations familiales, | De Leden van het Verenigd College bevoegd voor de Gezinsbijlagen, |
| B. CLERFAYT | S. GATZ |