← Retour vers "Extrait de l'arrêt n° 111/2022 du 22 septembre 2022 Numéro du rôle : 7561 En cause
: le recours en annulation de l'article 34, § 3, du décret de la Région wallonne du 1(...)"
| Extrait de l'arrêt n° 111/2022 du 22 septembre 2022 Numéro du rôle : 7561 En cause : le recours en annulation de l'article 34, § 3, du décret de la Région wallonne du 1(...) | Uittreksel uit arrest nr. 111/2022 van 22 september 2022 Rolnummer 7561 In zake : het beroep tot vernietiging van artikel 34, § 3, van het decreet van het Waalse Gewest van 12 april 2001 « betreffende de organisatie van de gewestelijke e Het Grondwettelijk Hof, samengesteld uit de voorzitters P. Nihoul en L. Lavrysen, de rechters T.(...) |
|---|---|
| COUR CONSTITUTIONNELLE | GRONDWETTELIJK HOF |
| Extrait de l'arrêt n° 111/2022 du 22 septembre 2022 | Uittreksel uit arrest nr. 111/2022 van 22 september 2022 |
| Numéro du rôle : 7561 | Rolnummer 7561 |
| En cause : le recours en annulation de l'article 34, § 3, du décret de | In zake : het beroep tot vernietiging van artikel 34, § 3, van het |
| la Région wallonne du 12 avril 2001 « relatif à l'organisation du | decreet van het Waalse Gewest van 12 april 2001 « betreffende de |
| marché régional de l'électricité », tel que cet article a été complété | organisatie van de gewestelijke elektriciteitsmarkt », zoals dat |
| par l'article 4 du décret de la Région wallonne du 1er octobre 2020 « | artikel aangevuld werd bij artikel 4 van het decreet van het Waalse |
| relatif à la fin de la compensation entre les quantités d'électricité | Gewest van 1 oktober 2020 « tot beëindiging van de compensatie tussen |
| prélevées et injectées sur le réseau et à l'octroi de primes pour | de hoeveelheden elektriciteit opgenomen en geïnjecteerd op het net en |
| promouvoir l'utilisation rationnelle de l'énergie et la production | tot toekenning van premies ter bevordering van het rationeel |
| d'électricité au moyen de sources d'énergie renouvelable », et des | energiegebruik en de elektriciteitsproductie uit hernieuwbare |
| articles 5 et 6 du décret du 1er octobre 2020 précité, introduit par | energiebronnen », en van de artikelen 5 en 6 van het voormelde decreet |
| Antoine Thoreau. | van 1 oktober 2020, ingesteld door Antoine Thoreau. |
| La Cour constitutionnelle, | Het Grondwettelijk Hof, |
| composée des présidents P. Nihoul et L. Lavrysen, des juges T. Giet, | samengesteld uit de voorzitters P. Nihoul en L. Lavrysen, de rechters |
| J. Moerman, M. Pâques, Y. Kherbache, T. Detienne, D. Pieters, S. de | T. Giet, J. Moerman, M. Pâques, Y. Kherbache, T. Detienne, D. Pieters, |
| Bethune, E. Bribosia et W. Verrijdt, et, conformément à l'article | S. de Bethune, E. Bribosia en W. Verrijdt, en, overeenkomstig artikel |
| 60bis de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur la Cour | 60bis van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Grondwettelijk |
| constitutionnelle, du juge émérite J.-P. Moerman, assistée du greffier | Hof, emeritus rechter J.-P. Moerman, bijgestaan door de griffier P.-Y. |
| P.-Y. Dutilleux, présidée par le président P. Nihoul, | Dutilleux, onder voorzitterschap van voorzitter P. Nihoul, |
| après en avoir délibéré, rend l'arrêt suivant : | wijst na beraad het volgende arrest : |
| I. Objet du recours et procédure | I. Onderwerp van het beroep en rechtspleging |
| Par requête adressée à la Cour par lettre recommandée à la poste le 15 | Bij verzoekschrift dat aan het Hof is toegezonden bij op 15 april 2021 |
| ter post aangetekende brief en ter griffie is ingekomen op 19 april | |
| avril 2021 et parvenue au greffe le 19 avril 2021, Antoine Thoreau a | 2021, heeft Antoine Thoreau beroep tot vernietiging ingesteld van |
| introduit un recours en annulation de l'article 34, § 3, du décret de | artikel 34, § 3, van het decreet van het Waalse Gewest van 12 april |
| la Région wallonne du 12 avril 2001 « relatif à l'organisation du | 2001 « betreffende de organisatie van de gewestelijke |
| marché régional de l'électricité », tel que cet article a été complété | elektriciteitsmarkt », zoals dat artikel aangevuld werd bij artikel 4 |
| par l'article 4 du décret de la Région wallonne du 1er octobre 2020 « | van het decreet van het Waalse Gewest van 1 oktober 2020 « tot |
| relatif à la fin de la compensation entre les quantités d'électricité | beëindiging van de compensatie tussen de hoeveelheden elektriciteit |
| prélevées et injectées sur le réseau et à l'octroi de primes pour | opgenomen en geïnjecteerd op het net en tot toekenning van premies ter |
| promouvoir l'utilisation rationnelle de l'énergie et la production | bevordering van het rationeel energiegebruik en de |
| d'électricité au moyen de sources d'énergie renouvelable », et des | elektriciteitsproductie uit hernieuwbare energiebronnen », en van de |
| articles 5 et 6 du décret du 1er octobre 2020 précité (publié au | artikelen 5 en 6 van het voormelde decreet van 1 oktober 2020 |
| Moniteur belge du 19 octobre 2020). | (bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad van 19 oktober 2020). |
| (...) | (...) |
| II. En droit | II. In rechte |
| (...) | (...) |
| Quant aux dispositions attaquées | Ten aanzien van de bestreden bepalingen |
| B.1.1. Le recours en annulation vise les articles 4 (partiellement), 5 | B.1.1. Het beroep tot vernietiging beoogt de artikelen 4 |
| et 6 du décret de la Région wallonne du 1er octobre 2020 « relatif à | (gedeeltelijk), 5 en 6 van het decreet van het Waalse Gewest van 1 |
| la fin de la compensation entre les quantités d'électricité prélevées | oktober 2020 « tot beëindiging van de compensatie tussen de |
| et injectées sur le réseau et à l'octroi de primes pour promouvoir | hoeveelheden elektriciteit opgenomen en geïnjecteerd op het net en tot |
| l'utilisation rationnelle de l'énergie et la production d'électricité | toekenning van premies ter bevordering van het rationeel |
| au moyen de sources d'énergie renouvelable » (ci-après : le décret du | energiegebruik en de elektriciteitsproductie uit hernieuwbare |
| 1er octobre 2020). | energiebronnen » (hierna : het decreet van 1 oktober 2020). |
| B.1.2. L'article 4 du décret du 1er octobre 2020 insère de nouveaux | B.1.2. Artikel 4 van het decreet van 1 oktober 2020 voegt in artikel |
| paragraphes 2 et 3 dans l'article 34 du décret de la Région wallonne | 34 van het decreet van het Waalse Gewest van 12 april 2001 « |
| du 12 avril 2001 « relatif à l'organisation du marché régional de | betreffende de organisatie van de gewestelijke elektriciteitsmarkt » |
| l'électricité » (ci-après : le décret du 12 avril 2001). Le recours | (hierna : het decreet van 12 april 2001) nieuwe paragrafen 2 en 3 in. |
| vise le nouveau paragraphe 3 inséré, qui dispose : | Het beroep beoogt de ingevoegde nieuwe paragraaf 3, die bepaalt : |
| « Du 1er octobre 2020 au 31 décembre 2023, à titre d'obligation de | « Vanaf 1 oktober 2020 tot 31 december 2023 kennen de |
| service public, les gestionnaires de réseau de distribution octroient | distributienetbeheerders als openbare dienstverplichting jaarlijks, |
| annuellement, pour le compte de la Région wallonne, une prime au | voor rekening van het Waals Gewest, een premie toe aan de residentiële |
| client résidentiel auto-producteur qui dispose d'une installation de | autoproducerende afnemers die een installatie voor de productie van |
| production d'électricité renouvelable d'une puissance nette | elektriciteit uit hernieuwbare energiebronnen hebben met een |
| développable inférieure ou égale à 10 kW, qui ne bénéficie pas du | netto-ontwikkelbaar vermogen van minder dan of gelijk aan 10 kW en die |
| tarif social. | niet genieten van het sociaal tarief. |
| Du 1er octobre 2020 au 31 décembre 2021, le montant de la prime pour | Vanaf 1 oktober 2020 tot en met 31 december 2021 bedraagt het bedrag |
| les clients visés à l'alinéa 1er ne disposant pas d'un compteur double | van de premie voor de in lid 1 bedoelde afnemers die niet over een |
| flux, est de 100 pourcents du terme capacitaire et de 54,27 pourcents | dubbele stroommeter beschikken, 100 procent van de capaciteitstermijn |
| de celui-ci pour les années 2022 et 2023. | en 54,27 procent van de capaciteitstermijn voor de jaren 2022 en 2023. |
| Du 1er octobre 2020 au 31 décembre 2021, le montant de la prime pour | Vanaf 1 oktober 2020 tot en met 31 december 2021 bedraagt het bedrag |
| les clients visés à l'alinéa 1er équipés d'un compteur double flux, | van de premie voor de in lid 1 bedoelde afnemers die zijn uitgerust |
| est de 100 pourcents de la différence entre la facture des coûts de | met een dubbele stroommeter 100 procent van het verschil tussen de |
| réseaux et le montant total des coûts de réseaux qui aurait été | factuur voor de netkosten en het totale bedrag van de netkosten die |
| facturé en prélèvement net sans le terme capacitaire et de 54,27 | zonder de capaciteitstermijn als netto-afname in rekening zouden zijn |
| pourcents de celle-ci pour les années 2022 et 2023. | gebracht, en 54,27 procent van dit bedrag voor de jaren 2022 en 2023. |
| Chaque gestionnaire de réseau de distribution est tenu d'octroyer la | Elke distributienetbeheerder is verplicht de premie binnen een maand |
| prime dans le mois de l'envoi de la facture de décompte au | na verzending van de afrekeningsfactuur aan de leverancier toe te |
| fournisseur. | kennen. |
| L'administration met à disposition du gestionnaire de réseau de | De administratie verstrekt de distributienetbeheerder een |
| distribution une avance budgétaire permettant de financer le versement | begrotingsvoorschot om de betaling van de in lid 1 bedoelde premies te |
| des primes visées à l'alinéa 1er. | financieren. |
| Chaque gestionnaire de réseau est tenu de communiquer à | Elke netbeheerder bezorgt de administratie tegen de tiende dag van |
| l'administration, pour le dixième jour de chaque mois, un fichier | elke maand een elektronisch bestand dat per [e-mail] met bericht van |
| électronique transmis par courriel avec demande d'accusé de réception. | ontvangst wordt overgemaakt. Dat bestand bevat de lijst van de premies |
| Ce fichier comporte, la liste des primes liquidées le mois précédent | die de vorige maand zijn uitgekeerd, alsook de uitvoerige gegevens die |
| ainsi que leurs données détaillées. | daarop betrekking hebben. |
| Trimestriellement, le gestionnaire de réseau adresse à | De netbeheerder bezorgt de administratie elk kwartaal in 3 exemplaren |
| l'administration, en trois exemplaires, une déclaration de créance accompagnée d'un relevé des dépenses ainsi que des pièces justificatives relatives aux primes effectivement payées. A la réception du relevé des dépenses, l'administration vérifie celui-ci et les pièces justificatives qui l'accompagnent. Après avoir déterminé le montant des dépenses admissibles, l'administration approuve la dépense en déduction de l'avance visée à l'alinéa 1er ou, le cas échéant, met ce montant en liquidation. Le gestionnaire de réseau mentionne sur sa déclaration de créance le numéro du compte financier dont il est titulaire et insère la mention ' montant certifié sincère et véritable '. Le Gouvernement ou son délégué peut préciser les modalités | een schuldvorderingsverklaring, samen met een lijst van de uitgaven en de bewijsstukken betreffende de daadwerkelijk betaalde premies. Zodra de uitgavenlijst door de administratie in ontvangst genomen wordt, wordt ze samen met de bijgevoegde bewijsstukken door haar nagekeken. Na bepaling van het bedrag van de in aanmerking komende uitgaven keurt de administratie de uitgaven goed in mindering op het in lid 1 bedoelde voorschot of brengt zij dit bedrag in voorkomend geval in vereffening. De netbeheerder vermeldt op zijn schuldvorderingsverklaring het nummer van de financiële rekening waarvan hij houder is en neemt er de melding ' bedrag voor waar en oprecht verklaard ' in op. De Regering of haar afgevaardigde kan de modaliteiten tot toepassing |
| d'application du présent paragraphe ». | van deze paragraaf bepalen ». |
| B.1.3. L'article 5 du décret du 1er octobre 2020 insère dans l'article | B.1.3. Artikel 5 van het decreet van 1 oktober 2020 voegt in artikel |
| 34bis du décret du 12 avril 2001 un nouveau paragraphe 2 qui dispose : | 34bis van het decreet van 12 april 2001 een nieuwe paragraaf 2 in, die |
| « Le fournisseur mentionne dans la facture de régularisation des | bepaalt : « De leverancier vermeldt op de regularisatiefactuur van de |
| bénéficiaires de la prime visée à l'article 34, § 3, alinéa 1er, tout | begunstigden van de in artikel 34, § 3, eerste lid, bedoelde premie |
| à la fois, le montant de la prime octroyée et sa prise en charge | zowel het bedrag van de toegekende premie als de uiteindelijke |
| finale par le Gouvernement ». | betaling ervan door de Regering ». |
| B.1.4. L'article 6 du décret du 1er octobre 2020 dispose : | B.1.4. Artikel 6 van het decreet van 1 oktober 2020 bepaalt : |
| « Le Gouvernement verse aux gestionnaires de réseau de distribution le | « De Regering betaalt de distributienetbeheerders het bedrag dat |
| montant qui correspond au tarif pour l'utilisation du réseau de | overeenkomt met het tarief voor het gebruik van het distributienet dat |
| distribution applicable à l'auto-producteur qui dispose d'une | van toepassing is op een autoproducent die een installatie voor de |
| installation de production d'électricité renouvelable d'une puissance | productie van elektriciteit uit hernieuwbare energiebronnen heeft met |
| nette développable inférieure ou égale à 10 kW qui n'a pas été perçue | een netto ontwikkelbaar vermogen van minder dan of gelijk aan 10 kW, |
| entre le 1er janvier 2020 et le 30 septembre 2020 ». | dat niet is opgehaald tussen 1 januari 2020 en 30 september 2020 ». |
| B.2.1. Les développements de la proposition à l'origine de l'article 4 | B.2.1. In de uiteenzetting van het voorstel dat aan de oorsprong ligt |
| du décret du 1er octobre 2020 indiquent : | van artikel 4 van het decreet van 1 oktober 2020 wordt vermeld : |
| « Le nouveau paragraphe 3 de l'article 34 du décret dit ' électricité | « De nieuwe paragraaf 3 van artikel 34 van het zogenaamde ' |
| ' instaure un soutien aux clients résidentiels auto-producteurs qui | elektriciteitsdecreet ' stelt een ondersteuning in voor de |
| disposent d'une installation de production d'électricité renouvelable | residentiële autoproducerende afnemers die een installatie voor de |
| productie van elektriciteit uit hernieuwbare energiebronnen hebben met | |
| d'une puissance nette développable inférieure ou égale à 10 kW. Le | een netto ontwikkelbaar vermogen van minder dan of gelijk aan 10 kW. |
| montant du soutien correspond au tarif pour l'utilisation du réseau de | Het bedrag van de ondersteuning stemt, van 1 oktober 2020 tot 31 |
| december 2021, overeen met het tarief voor het gebruik van het | |
| distribution applicable à l'auto-producteur qui dispose d'une | distributienet dat van toepassing is op de autoproducent die een |
| installation de production d'électricité renouvelable d'une puissance | installatie voor de productie van elektriciteit uit hernieuwbare |
| nette inférieure ou égale à 10 kW, du 1er octobre 2020 au 31 décembre | energiebronnen heeft met een netto vermogen van minder dan of gelijk |
| 2021. Ensuite, du 1er janvier 2022 au 31 décembre 2023, le montant du | aan 10 kW. Vervolgens, van 1 januari 2022 tot 31 december 2023, stemt |
| soutien correspond à 54,2 % de ce tarif. | het bedrag van de ondersteuning overeen met 54,2 % van dat tarief. |
| Le Gouvernement rembourse les gestionnaires de réseau sur la base de | De Regering betaalt de netbeheerders terug op grond van aangiften van |
| déclarations de créance. [...] » (Doc. parl., Parlement wallon, | schuldvordering [...] » (Parl. St., Waals Parlement, 2020-2021, nr. |
| 2020-2021, n° 260/1, p. 4). | 260/1, p. 4). |
| B.2.2. En commission du Parlement wallon, l'un des auteurs de la | B.2.2. In de commissie van het Waals Parlement heeft een van de |
| proposition de décret a expliqué : | indieners van het voorstel van decreet uitgelegd : |
| « Il est instauré, par cette proposition, différents mécanismes qui, | « Er worden, bij dit voorstel, verschillende mechanismen ingesteld |
| soyons très clairs, permettent à la Région de respecter ses | die, laten we zeer duidelijk zijn, het Gewest de mogelijkheid bieden |
| engagements et de compenser l'entrée en vigueur de ce tarif telle que | zijn engagementen na te komen en de inwerkingtreding te compenseren |
| van dat tarief zoals gewild door de ' Commission wallonne pour | |
| voulue par la CWaPE. | l'énergie '. |
| [...] | [...] |
| Il y a ensuite la mise en oeuvre d'un soutien financier aux prosumers | Er is vervolgens de inwerkingstelling van een financiële ondersteuning |
| voor de prosumenten teneinde voor de jaren 2020 tot 2023 een | |
| en vue d'accorder un soutien dégressif pour la quantité d'électricité | degressieve ondersteuning te verlenen voor de door een prosument niet |
| non autoconsommée par un prosumer pour une installation de production | zelf verbruikte hoeveelheid elektriciteit voor een installatie voor de |
| productie van hernieuwbare zonne-energie met een vermogen van minder | |
| ESR d'une puissance de moins de 10 kilowatts pour les années 2020 à | dan 10 kW. Dat ondersteuningsmechanisme dat door de |
| 2023. Ce mécanisme de soutien qui sera mis en oeuvre par les GRD avec | distributienetbeheerders in werking zal worden gesteld met |
| remboursement de la Région entrera en vigueur de manière concomitante | terugbetaling door het Gewest zal gelijktijdig met de toepassing van |
| à l'application du tarif prosumer. Ce soutien correspond à 100 % de la | het prosumententarief in werking treden. Die ondersteuning stemt |
| redevance prosumer pour les années 2020 et 2021, à 54,27 % de cette | overeen met 100 % van de prosumentenheffing voor de jaren 2020 en |
| redevance en 2022 et à 54,27 % de la redevance en 2023. Il s'agit d'un | 2021, met 54,27 % van die heffing in 2022 en met 54,27 % van de |
| budget estimé à 224 000 000 euros. | heffing in 2023. Het gaat om een budget dat geraamd wordt op 224 000 |
| En d'autres mots, il s'agit d'un remboursement automatique du tarif | 000 euro. Het gaat met andere woorden om een automatische terugbetaling van het |
| prosumer. Ce remboursement s'effectuera dans les 30 jours de la | prosumententarief. Die terugbetaling zal gebeuren binnen de 30 dagen |
| réception par le citoyen de sa facture » (Doc. parl., Parlement | na de ontvangst door de burger van zijn factuur » (Parl. St., Waals |
| wallon, 2020-2021, 28 septembre 2020, C.R.I.C, n° 15, p. 56). B.2.3. Le texte de la proposition de décret initial comportait d'autres dispositions prévoyant la mise en oeuvre d'un soutien financier au bénéfice de tous les consommateurs, y compris les clients ne disposant pas de panneaux photovoltaïques, pour le placement de compteurs à double flux ou pour le placement d'équipements de mesures et de pilotage destinés à permettre à chaque citoyen de mieux analyser, et donc maîtriser, sa consommation d'énergie. Ces dispositions ont été retirées de la proposition d'origine pour des raisons de procédure et ont été inscrites dans le décret du 17 décembre 2020 de la Région wallonne « relatif à l'octroi d'une prime pour l'installation d'équipements de mesurage et de pilotage ». Quant à la recevabilité du recours B.3.1. Le Gouvernement wallon fait valoir que le recours est irrecevable, à défaut pour la partie requérante de justifier d'un intérêt direct et personnel à l'annulation des dispositions qu'elle attaque. B.3.2. La Constitution et la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur la Cour constitutionnelle imposent à toute personne physique ou morale qui introduit un recours en annulation de justifier d'un intérêt. Ne justifient de l'intérêt requis que les personnes dont la situation pourrait être affectée directement et défavorablement par la norme attaquée; il s'ensuit que l'action populaire n'est pas admissible. B.3.3. La partie requérante établit son intérêt à agir en annulation sous deux angles. Premièrement, en tant que consommateur d'électricité en Région wallonne ne disposant pas d'une installation de production d'électricité, cette partie s'estime discriminée par rapport aux consommateurs qui disposent d'une installation de production d'électricité en ce qu'elle doit, contrairement à ces derniers, contribuer aux coûts du réseau de distribution d'électricité. Deuxièmement, en tant que contribuable domicilié en Région wallonne, cette partie considère avoir un intérêt à contester la prime qui est financée par le budget wallon. B.4.1. Dès lors qu'elle ne dispose pas d'une installation de production d'électricité, la partie requérante n'est pas concernée par les dispositions qu'elle attaque puisqu'elles ne s'appliquent pas à elle. Leur annulation ne saurait dès lors avoir de conséquence directe sur sa situation. Pour que la partie requérante justifie de l'intérêt requis, il est vrai cependant qu'il n'est pas nécessaire qu'une éventuelle annulation lui procure un avantage direct. La circonstance que la partie requérante obtienne à nouveau une chance que sa situation soit réglée plus favorablement à la suite de l'annulation de la disposition litigieuse suffit à justifier son intérêt à attaquer cette disposition. B.4.2. Toutefois, en l'espèce, il convient de relever que le soutien financier institué par les dispositions attaquées sous forme d'une prime s'inscrit dans le contexte de la politique régionale en matière de développement des énergies renouvelables et qu'il est conçu pour « rétablir la confiance avec les prosumers qui ont joué le jeu de la transition, qui ont contribué à remplir les obligations de la Région en énergies renouvelables » (Doc. parl., Parlement wallon, 2020-2021, 28 septembre 2020, C.R.I.C, n° 15, p. 58). Comme il est dit en B.2.3, d'autres mesures de soutien visant à favoriser les économies d'énergie ont été concomitamment adoptées au bénéfice de l'ensemble des consommateurs. Il en résulte que l'éventuelle annulation des dispositions attaquées ne saurait avoir pour effet que le législateur décrétal adopte de nouvelles dispositions octroyant la même prime aux consommateurs non « prosumers » qui ne participent pas à la production d'électricité au moyen de sources d'énergie renouvelable. Dès lors, l'avantage que la partie requérante espère pouvoir retirer d'une annulation éventuelle des dispositions attaquées est à ce point hypothétique qu'il ne saurait fonder à son égard un intérêt à agir en annulation. B.5. L'annulation éventuelle des dispositions attaquées n'est pas non plus susceptible d'avoir une incidence directe sur la situation de la partie requérante en tant que contribuable domicilié en Région wallonne. S'il est exact que la prime visée par les dispositions attaquées est financée par le budget wallon, son octroi par le législateur décrétal aux « prosumers » résidentiels n'a eu aucun effet sur la façon dont la partie requérante est imposée et son annulation ne modifierait en rien sa situation fiscale. B.6. La circonstance qu'en neutralisant l'incitant tarifaire mis en place par le régulateur wallon pour que les « prosumers » consomment davantage leur propre production, les dispositions attaquées entraîneraient la nécessité de renforcer le réseau de distribution, ce qui causerait une hausse des tarifs de distribution pour l'ensemble des consommateurs, outre qu'elle est hypothétique, ne suffit pas non plus pour démontrer un lien suffisamment individualisé entre la situation de la partie requérante et les dispositions qu'elle attaque. B.7. Enfin, contrairement à ce qu'elle soutient, la partie requérante ne démontre pas que le décret attaqué risque de porter atteinte à un aspect de l'Etat de droit démocratique qui est à ce point essentiel que sa protection intéresse tous les citoyens. L'intérêt, invoqué par la partie requérante, à ce que l'indépendance décisionnelle et les compétences exclusives de l'autorité de régulation du marché wallon de l'électricité soient respectées ne se distingue pas de l'intérêt qu'a toute personne au respect de la légalité en toute matière. Admettre un tel intérêt pour agir devant la Cour reviendrait à admettre l'action populaire, ce que le Constituant n'a pas voulu. B.8. L'exception d'irrecevabilité est fondée. Le recours en annulation est irrecevable à défaut de l'intérêt requis. Par ces motifs, la Cour rejette le recours. Ainsi rendu en langue française, en langue néerlandaise et en langue allemande, conformément à l'article 65 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur la Cour constitutionnelle, le 22 septembre 2022. Le greffier, P.-Y. Dutilleux Le président, | Parlement, 2020-2021, 28 september 2020, C.R.I.C., nr. 15, p. 56). B.2.3. De tekst van het oorspronkelijke voorstel van decreet omvatte andere bepalingen waarbij werd voorzien in de inwerkingstelling van een financiële ondersteuning ten voordele van alle consumenten, met inbegrip van de afnemers die niet over zonnepanelen beschikken, voor de installatie van dubbele stroommeters of voor de installatie van meet- en stuurapparaten bedoeld om elke burger de mogelijkheid te bieden zijn energieverbruik beter te analyseren en dus te beheersen. Die bepalingen zijn om procedurele redenen uit het oorspronkelijke voorstel gehaald en zijn opgenomen in het decreet van het Waalse Gewest van 17 december 2020 « betreffende de toekenning van een premie voor de installatie van meet- en stuurapparaten ». Ten aanzien van de ontvankelijkheid van het beroep B.3.1. De Waalse Regering doet gelden dat het beroep niet-ontvankelijk is, aangezien de verzoekende partij niet doet blijken van een rechtstreeks en persoonlijk belang bij de vernietiging van de bepalingen die zij aanvecht. B.3.2. De Grondwet en de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Grondwettelijk Hof vereisen dat elke natuurlijke persoon of rechtspersoon die een beroep tot vernietiging instelt, doet blijken van een belang. Van het vereiste belang doen slechts blijken de personen wier situatie door de bestreden norm rechtstreeks en ongunstig zou kunnen worden geraakt; bijgevolg is de actio popularis niet toelaatbaar. B.3.3. De verzoekende partij toont vanuit twee invalshoeken haar belang om de vernietiging te vorderen aan. Ten eerste acht die partij zich, als verbruiker van elektriciteit in het Waalse Gewest die niet over een installatie voor de productie van elektriciteit beschikt, gediscrimineerd ten opzichte van de verbruikers die over een installatie voor de productie van elektriciteit beschikken, in zoverre zij, in tegenstelling tot die laatsten, dient bij te dragen aan de kosten van het elektriciteitsdistributienet. Ten tweede gaat die partij, als belastingplichtige die in het Waalse Gewest gedomicilieerd is, ervan uit dat zij een belang heeft om de premie, die door de Waalse begroting wordt gefinancierd, te betwisten. B.4.1. Vermits zij niet over een installatie voor de productie van elektriciteit beschikt, wordt de verzoekende partij niet geraakt door de door haar aangevochten bepalingen, aangezien zij niet op haar van toepassing zijn. De vernietiging ervan kan voor haar situatie dan ook geen enkel rechtstreeks gevolg hebben. Opdat de verzoekende partij doet blijken van het vereiste belang, is het echter waar dat het niet noodzakelijk is dat een eventuele vernietiging haar een onmiddellijk voordeel oplevert. De omstandigheid dat de verzoekende partij opnieuw een kans verkrijgt dat haar situatie gunstiger wordt geregeld na de vernietiging van de betwiste bepaling volstaat om haar belang om die bepaling aan te vechten, te verantwoorden. B.4.2. Evenwel dient te dezen te worden opgemerkt dat de financiële ondersteuning die bij de bestreden bepalingen is ingesteld in de vorm van een premie past in de context van het gewestelijk beleid inzake ontwikkeling van hernieuwbare energie en dat zij is bedacht om « het vertrouwen te herstellen bij de prosumenten die de kaart van de transitie hebben getrokken, die ertoe hebben bijgedragen de verplichtingen van het Gewest op het stuk van hernieuwbare energie na te komen » (Parl. St., Waals Parlement, 2020-2021, 28 september 2020, C.R.I.C., nr. 15, p. 58). Zoals in B.2.3 is vermeld, zijn ten voordele van alle consumenten tegelijkertijd andere ondersteuningsmaatregelen aangenomen die ertoe strekken energiebesparingen te bevorderen. Daaruit volgt dat de eventuele vernietiging van de bestreden bepalingen niet tot gevolg kan hebben dat de decreetgever nieuwe bepalingen aanneemt waarbij dezelfde premie wordt verleend aan consumenten die geen « prosumenten » zijn en die niet bijdragen aan de productie van elektriciteit uit hernieuwbare energiebronnen. Bijgevolg is het voordeel dat de verzoekende partij hoopt te kunnen halen uit een eventuele vernietiging van de bestreden bepalingen dermate hypothetisch dat het te zijnen aanzien geen belang om de vernietiging te vorderen zou kunnen gronden. B.5. De eventuele vernietiging van de bestreden bepalingen kan evenmin een rechtstreekse weerslag hebben op de situatie van de verzoekende partij als belastingplichtige die in het Waalse Gewest gedomicilieerd is. Hoewel het juist is dat de bij de bestreden bepalingen beoogde premie door de Waalse begroting wordt gefinancierd, heeft de toekenning ervan door de decreetgever aan de residentiële « prosumenten » geen enkel gevolg gehad voor de wijze waarop de verzoekende partij wordt belast en zou de vernietiging ervan haar fiscale situatie geenszins wijzigen. B.6. De omstandigheid dat door de tariefstimulans die door de Waalse regulator is ingevoerd opdat de « prosumenten » meer hun eigen productie zouden verbruiken, de bestreden bepalingen de noodzaak met zich zouden meebrengen het distributienet te versterken, hetgeen voor alle consumenten een verhoging van de distributietarieven zou veroorzaken, volstaat, naast het feit dat zij hypothetisch is, evenmin om een voldoende geïndividualiseerde band aan te tonen tussen de situatie van de verzoekende partij en de bepalingen die zij aanvecht. B.7. Ten slotte toont de verzoekende partij, in tegenstelling tot hetgeen zij betoogt, niet aan dat het bestreden decreet afbreuk dreigt te doen aan een aspect van de democratische rechtsstaat dat dermate essentieel is dat de bescherming ervan alle burgers aangaat. Het door de verzoekende partij aangevoerde belang dat de onafhankelijkheid bij het nemen van beslissingen en de exclusieve bevoegdheden van de overheid die de Waalse elektriciteitsmarkt reguleert, worden nageleefd, onderscheidt zich niet van het belang dat elke persoon heeft bij de inachtneming van de wettigheid in elke aangelegenheid. Een dergelijk belang om voor het Hof in rechte te treden toestaan, zou erop neerkomen de actio popularis toe te staan, hetgeen de Grondwetgever niet heeft gewild. B.8. De exceptie van niet-ontvankelijkheid is gegrond. Het beroep tot vernietiging is niet-ontvankelijk bij gebrek aan het vereiste belang. Om die redenen, het Hof verwerpt het beroep. Aldus gewezen in het Frans, het Nederlands en het Duits, overeenkomstig artikel 65 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Grondwettelijk Hof, op 22 september 2022. De griffier, P.-Y. Dutilleux De voorzitter, |
| P. Nihoul | P. Nihoul |