← Retour vers "Extrait de l'arrêt n° 182/2021 du 16 décembre 2021 Numéro du rôle : 7375 En cause
: les questions préjudicielles relatives à l'article 257, alinéa 1 er , 4°, du Code des
impôts sur les revenus 1992, tel qu'il a été remplacé par l'art La
Cour constitutionnelle, composée des présidents P. Nihoul et L. Lavrysen, et des juges J.-P. (...)"
Extrait de l'arrêt n° 182/2021 du 16 décembre 2021 Numéro du rôle : 7375 En cause : les questions préjudicielles relatives à l'article 257, alinéa 1 er , 4°, du Code des impôts sur les revenus 1992, tel qu'il a été remplacé par l'art La Cour constitutionnelle, composée des présidents P. Nihoul et L. Lavrysen, et des juges J.-P. (...) | Uittreksel uit arrest nr. 182/2021 van 16 december 2021 Rolnummer 7375 In zake : de prejudiciële vragen betreffende artikel 257, eerste lid, 4°, van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, zoals vervangen bij artikel 2, 2°, van het decr Het Grondwettelijk Hof, samengesteld uit de voorzitters P. Nihoul en L. Lavrysen, en de rechters(...) |
---|---|
COUR CONSTITUTIONNELLE | GRONDWETTELIJK HOF |
Extrait de l'arrêt n° 182/2021 du 16 décembre 2021 | Uittreksel uit arrest nr. 182/2021 van 16 december 2021 |
Numéro du rôle : 7375 | Rolnummer 7375 |
En cause : les questions préjudicielles relatives à l'article 257, | In zake : de prejudiciële vragen betreffende artikel 257, eerste lid, |
alinéa 1er, 4°, du Code des impôts sur les revenus 1992, tel qu'il a | 4°, van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, zoals vervangen |
été remplacé par l'article 2, 2°, du décret de la Région wallonne du | bij artikel 2, 2°, van het decreet van het Waalse Gewest van 10 |
10 décembre 2009 « d'équité fiscale et d'efficacité environnementale | december 2009 « houdende fiscale billijkheid en milieuefficiëntie voor |
pour le parc automobile et les maisons passives », posées par le | het wagenpark en de passiefhuizen », gesteld door de Rechtbank van |
Tribunal de première instance de Liège, division de Liège. | eerste aanleg Luik, afdeling Luik. |
La Cour constitutionnelle, | Het Grondwettelijk Hof, |
composée des présidents P. Nihoul et L. Lavrysen, et des juges J.-P. | samengesteld uit de voorzitters P. Nihoul en L. Lavrysen, en de |
Moerman, T. Giet, R. Leysen, J. Moerman, M. Pâques, Y. Kherbache, T. | rechters J.-P. Moerman, T. Giet, R. Leysen, J. Moerman, M. Pâques, Y. |
Detienne et D. Pieters, assistée du greffier F. Meersschaut, présidée | Kherbache, T. Detienne en D. Pieters, bijgestaan door de griffier F. |
par le président P. Nihoul, | Meersschaut, onder voorzitterschap van voorzitter P. Nihoul, |
après en avoir délibéré, rend l'arrêt suivant : | wijst na beraad het volgende arrest : |
I. Objet des questions préjudicielles et procédure | I. Onderwerp van de prejudiciële vragen en rechtspleging |
Par jugement du 20 février 2020, dont l'expédition est parvenue au | Bij vonnis van 20 februari 2020, waarvan de expeditie ter griffie van |
greffe de la Cour le 10 mars 2020, le Tribunal de première instance de | het Hof is ingekomen op 10 maart 2020, heeft de Rechtbank van eerste |
Liège, division de Liège, a posé les questions préjudicielles suivantes : | aanleg Luik, afdeling Luik, de volgende prejudiciële vragen gesteld : |
« 1. L'article 257, alinéa 1er, 4°, du CIR/92 tel que modifié par le | « 1. Schendt artikel 257, eerste lid, 4°, van het WIB 1992, zoals |
gewijzigd bij artikel 2, 2°, van het decreet van het Waalse Gewest van | |
Décret du 10 décembre 2009 d'équité fiscale et d'efficacité | 10 december 2009 houdende fiscale billijkheid en milieuefficiëntie |
environnementale pour le parc automobile et les maisons passives de la | voor het wagenpark en de passiefhuizen, indien het feit dat sinds meer |
Région wallonne, en son article 2, 2°, viole-t-il les articles 10 et | dan twaalf maanden geen gebruik wordt gemaakt van een onroerend goed |
11 de la Constitution s'il fallait interpréter l'absence d'usage | zou moeten worden geïnterpreteerd als een objectieve voorwaarde met |
depuis plus de douze mois comme une condition objective relative à | betrekking tot dat goed, zonder enige verwijzing naar de |
l'immeuble, sans la moindre référence au redevable du précompte | belastingplichtige van de onroerende voorheffing gedurende die |
immobilier durant cette période et que seraient sans incidence les | periode, en indien de eigendomsoverdrachten alsook het feit dat dat |
mutations de propriété ainsi que le fait que ce non usage soit pour | niet-gebruik gedeeltelijk voorafging aan de verwerving van het |
partie antérieur à l'acquisition de l'immeuble, en ce qu'il exclurait | onroerend goed geen invloed zouden hebben, de artikelen 10 en 11 van |
le nouveau propriétaire dès la première année d'inoccupation dans son | de Grondwet in zoverre het de nieuwe eigenaar, vanaf het eerste jaar |
chef du bénéfice d'une remise ou la réduction du précompte immobilier | van leegstand te zijnen aanzien, zou uitsluiten van het voordeel van |
ou le placerait, pour bénéficier de l'exonération pour inoccupation et | een kwijtschelding of vermindering van de onroerende voorheffing of |
improductivité, dès la première année de son acquisition, dans la | hem, vanaf het eerste jaar van de verwerving van het onroerend goed, |
situation probatoire de devoir rapporter la preuve qu'il ne pouvait | in een situatie zou plaatsen waarin hij, om de vrijstelling wegens |
exercer ses droits réels que pour cause de calamité, de force majeure, | leegstand en improductiviteit te kunnen genieten, het bewijs moet |
leveren dat hij zijn zakelijke rechten niet kon uitoefenen enkel | |
d'une procédure ou d'une enquête administrative ou judiciaire | wegens ramp, overmacht, een procedure of een administratief of |
empêchant la jouissance libre de l'immeuble, dans une telle hypothèse, | gerechtelijk onderzoek waardoor het vrije genot van het onroerend goed |
le caractère simplement involontaire de l'improductivité étant | belet wordt, aangezien in een dergelijke hypothese het gewone |
insuffisant ? »; | onvrijwillig karakter van de improductiviteit niet volstaat ? »; |
« 2. Ce même article 257, alinéa 1er, 4°, du CIR/92 tel que modifié | « 2. Brengt datzelfde artikel 257, eerste lid, 4°, van het WIB 1992, |
zoals gewijzigd bij artikel 2, 2°, van het decreet van het Waalse | |
par le Décret du 10 décembre 2009 d'équité fiscale et d'efficacité | Gewest van 10 december 2009 houdende fiscale billijkheid en |
environnementale pour le parc automobile et les maisons passives de la | milieuefficiëntie voor het wagenpark en de passiefhuizen, geen |
Région wallonne, en son article 2, 2°, ne crée-t-il pas une | onverantwoorde discriminatie teweeg door op bewijsvlak en op het vlak |
discrimination injustifiée en traitant différemment sur le plan | van de vrijstelling twee categorieën van belastingplichtigen die zich |
probatoire et sur le plan de l'exonération deux catégories de | in een identieke situatie bevinden, verschillend te behandelen |
contribuables se trouvant dans des situations identiques selon que | naargelang het onroerend goed recent is komen leeg te staan of reeds |
l'inoccupation du bien est nouvelle ou antérieure à la mutation de | leegstond vóór de eigendomsoverdracht; enerzijds, een eerste categorie |
propriété; d'une part, une première catégorie de redevables du | van belastingplichtigen van de onroerende voorheffing die, voor het |
précompte immobilier, qui ne pourrait bénéficier de l'exonération du | eerste jaar van onvrijwillige leegstand sinds de datum van aankoop, |
précompte immobilier, pour la première année d'inoccupation | alleen de vrijstelling van de onroerende voorheffing zou kunnen |
involontaire depuis la date d'achat, que s'ils prouvent se trouver | genieten indien zij bewijzen dat zij zich in de onmogelijkheid |
dans l'impossibilité de percevoir des revenus, de louer ou de vendre | bevinden om inkomsten te verkrijgen, te verhuren of te verkopen wegens |
pour cause de calamité, de force majeure, d'une procédure ou d'une | ramp, overmacht, een procedure of een administratief of gerechtelijk |
enquête administrative ou judiciaire empêchant la jouissance libre de | onderzoek waardoor het vrije genot van het onroerend goed belet wordt, |
l'immeuble uniquement en considération du seul fait de l'ancien | louter door het feit dat de vroegere eigenaar het onroerend goed vóór |
propriétaire qui aurait laissé le bien inoccupé avant de le vendre, | de verkoop ervan zou hebben laten leegstaan, en, anderzijds, een |
et, d'autre part, une autre catégorie de redevables, qui pourrait | andere categorie van belastingplichtigen die, voor het eerste jaar van |
bénéficier de l'exonération du précompte immobilier, pour la première | leegstand, de vrijstelling van de onroerende voorheffing zou kunnen |
année d'inoccupation, en se contentant d'établir le caractère | genieten door enkel het gewone onvrijwillig karakter van de |
simplement involontaire de l'improductivité, uniquement en | improductiviteit aan te tonen, louter door het feit dat zij een |
considération du fait qu'ils acquièrent un immeuble précédemment | onroerend goed verwerven dat voordien bewoond was door zijn vroegere |
occupé par son ancien propriétaire et qui devient inoccupé pour des | eigenaar en dat komt leeg te staan om redenen die onafhankelijk zijn |
raisons indépendantes de la volonté de son nouveau propriétaire ? »; | van de wil van zijn nieuwe eigenaar ? »; |
« 3. L'article 257, alinéa 1er, 4°, du CIR/92 relatif aux conditions | « 3. Schendt artikel 257, eerste lid, 4°, van het WIB 1992, dat |
de réduction du précompte immobilier pour improductivité, tel que | betrekking heeft op de voorwaarden voor vermindering van de onroerende |
modifié par l'article 2, 2°, du décret de la Région wallonne du 10 | voorheffing wegens improductiviteit, zoals gewijzigd bij artikel 2, |
décembre 2009 d'équité fiscale et d'efficacité environnementale pour | |
le parc automobile et les maisons passives du 10 décembre 2009 (M.B., | 2°, van het decreet van het Waalse Gewest van 10 december 2009 |
houdende fiscale billijkheid en milieuefficiëntie voor het wagenpark | |
23 décembre 2009), s'il fallait interpréter l'absence d'usage depuis | en de passiefhuizen (B.S., 23 december 2009), indien het feit dat |
plus de douze mois comme une condition objective relative à | sinds meer dan twaalf maanden geen gebruik wordt gemaakt van een |
l'immeuble, sans la moindre référence au redevable du précompte | onroerend goed zou moeten worden geïnterpreteerd als een objectieve |
immobilier durant cette période et que seraient sans incidence les | voorwaarde met betrekking tot dat goed, zonder enige verwijzing naar |
mutations de propriétés ainsi que le fait que ce non usage soit pour | de belastingplichtige van de onroerende voorheffing gedurende die |
periode, en indien de eigendomsoverdrachten alsook het feit dat dat | |
partie antérieur à l'acquisition de l'immeuble, viole-t-il les | niet-gebruik gedeeltelijk voorafging aan de verwerving van het |
articles 10, 11 et 172 de la Constitution en ce qu'il exclut la remise | onroerend goed geen invloed zouden hebben, de artikelen 10, 11 en 172 |
ou la réduction proportionnelle du précompte immobilier lorsque | van de Grondwet in zoverre het een kwijtschelding of proportionele |
l'immeuble est resté inoccupé pendant plus de douze mois, du seul fait | vermindering van de onroerende voorheffing uitsluit, wanneer het |
onroerend goed gedurende meer dan twaalf maanden is blijven leegstaan | |
louter wegens de leegstand ervan onder de vorige eigenaar, voor de | |
de son inoccupation par le précédent propriétaire, aux propriétaires | eigenaars die vanaf de verwerving ervan werkzaamheden verrichten om de |
réalisant des travaux pour changer l'affectation de l'immeuble dès son | bestemming van het onroerend goed te wijzigen, terwijl de eigenaars |
acquisition tandis que les propriétaires construisant un immeuble sur | die een gebouw optrekken op onbebouwde gronden aan de betaling van de |
des terrains non bâtis échappent au paiement du précompte immobilier ? ». | onroerende voorheffing ontsnappen ? ». |
(...) | (...) |
III. En droit | III. In rechte |
(...) | (...) |
Quant à la disposition en cause | Ten aanzien van de in het geding zijnde bepaling |
B.1.1. L'article 257 du Code des impôts sur les revenus 1992 (ci-après | B.1.1. Artikel 257 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 |
: le CIR 1992) fait partie de la section II (« Précompte immobilier ») | (hierna : WIB 1992) maakt deel uit van afdeling II (« Onroerende |
du chapitre premier (« Versement de l'impôt par voie de précomptes ») | voorheffing ») van hoofdstuk I (« Storting van de belasting door |
du titre VI (« Dispositions communes aux quatre impôts ») de ce Code. | voorheffing ») van titel VI (« Aan de vier belastingen gemene bepalingen ») van dat Wetboek. |
Tel qu'il a été remplacé par l'article 2, 2°, du décret de la Région | Zoals vervangen bij artikel 2, 2°, van het decreet van het Waalse |
wallonne du 10 décembre 2009 « d'équité fiscale et d'efficacité | Gewest van 10 december 2009 « houdende fiscale billijkheid en |
environnementale pour le parc automobile et les maisons passives », | milieuefficiëntie voor het wagenpark en de passiefhuizen », bepaalt |
l'article 257, alinéa 1er, 4°, du CIR 1992 dispose : | artikel 257, eerste lid, 4°, van het WIB 1992 : |
« Sur la demande de l'intéressé, il est accordé : | « Op aanvraag van de belanghebbende wordt verleend : |
[...] | [...] |
4° remise ou modération du précompte immobilier dans une mesure | 4° kwijtschelding of verlaging van de onroerende voorheffing in |
proportionnelle à la durée et à l'importance de l'inoccupation, de | verhouding tot de duur en de omvang van de leegstand, inactiviteit of |
l'inactivité ou de l'improductivité du bien immeuble : | improductiviteit van het onroerend goed : |
a) dans le cas où un bien immobilier bâti, non meublé, est resté | |
inoccupé et improductif pendant au moins 180 jours dans le courant de | a) indien een niet ingericht bebouwd onroerend goed minstens 180 dagen |
l'année; | in de loop van het jaar onbezet en improductief is gebleven; |
b) dans le cas où la totalité du matériel et de l'outillage, ou une | b) indien het geheel van het materieel en de outillage, of een deel |
partie de ceux-ci représentant au moins 25 p.c. de leur revenu | hiervan dat minstens 25 % van het kadastraal inkomen ervan |
cadastral, est restée inactive pendant 90 jours dans le courant de | vertegenwoordigt, gedurende 90 dagen in de loop van het jaar inactief |
l'année; | is gebleven; |
c) dans le cas où la totalité soit d'un bien immobilier bâti, soit du | c) indien het geheel van hetzij een bebouwd onroerend goed, hetzij van |
matériel et de l'outillage, ou une partie de ceux-ci représentant au moins 25 p.c. de leur revenu cadastral respectif, est détruite. Les conditions de réduction doivent s'apprécier par parcelle cadastrale ou par partie de parcelle cadastrale lorsqu'une telle partie forme, soit une habitation séparée, soit un département ou une division de production ou d'activité susceptibles de fonctionner ou d'être considérés séparément, soit une entité dissociable des autres biens ou parties formant la parcelle et susceptible d'être cadastrée séparément. L'improductivité doit revêtir un caractère involontaire. La seule mise simultanée en location et en vente du bien par le contribuable n'établit pas suffisamment l'improductivité. A partir du moment où il n'a plus été fait usage du bien depuis plus de douze mois, compte tenu de l'année d'imposition précédente, la remise ou la réduction proportionnelle du a) ci-avant ne peut plus être accordée dans la mesure où la période d'inoccupation dépasse douze mois, sauf dans le cas d'un immeuble dont le contribuable ne peut exercer les droits réels pour cause de calamité, de force majeure, d'une procédure ou d'une enquête administrative ou judiciaire empêchant la jouissance libre de l'immeuble, jusqu'au jour où disparaissent ces circonstances entravant la jouissance libre de l'immeuble. Est notamment considéré comme tel, l'immeuble qui constitue un logement non améliorable, au sens de l'article 1er, 14°, du Code wallon du Logement, reconnu comme tel par un délégué du | het materieel en de outillage, of een deel hiervan dat minstens 25 % van het respectieve kadastraal inkomen ervan vertegenwoordigt, vernietigd is. De verminderingsvoorwaarden worden per kadastraal perceel of per gedeelte van kadastraal perceel vastgelegd wanneer een dergelijk gedeelte hetzij een aparte woning, hetzij een productie- of activiteitsdepartement of -afdeling vormt die apart kunnen werken of apart in aanmerking genomen kunnen worden, hetzij een entiteit die gescheiden kan worden van de overige goederen of gedeelten waaruit het perceel bestaat en die apart gekadastreerd kan worden. De improductiviteit moet van onvrijwillige aard zijn. Alleen het feit dat het goed tegelijkertijd te huur en te koop aangeboden wordt door de belastingplichtige stelt de improductiviteit niet voldoende vast. Vanaf het tijdstip waarop het goed sinds meer dan twaalf maanden niet meer in gebruik is, kan, rekening houdend met het vorige aanslagjaar, de evenredige vermindering of verlaging [lees : kwijtschelding of verlaging] bedoeld in a) hierboven niet meer toegekend worden voor zover de leegstandperiode twaalf maanden overschrijdt, behalve in het geval van een onroerend goed waarop de belastingplichtige de zakelijke rechten niet kan uitoefenen wegens ramp, overmacht, een procedure of een administratief of gerechtelijk onderzoek waardoor het vrije genot van het onroerend goed belet wordt, tot de dag waarop die omstandigheden die het vrije genot van het onroerend goed belemmeren verdwijnen. Als dusdanig wordt beschouwd een onroerend goed dat onverbeterbaar is in de zin van artikel 1, 14°, van de Waalse huisvestingscode, als dusdanig erkend door een afgevaardigde van de |
Ministre du Logement ou par un arrêté du bourgmestre. ». | Minister van Huisvesting of bij een besluit van de burgemeester ». |
B.1.2. Entré en vigueur le 23 décembre 2009, l'article 2, 2°, du | B.1.2. Artikel 2, 2°, van het decreet van 10 december 2009, dat op 23 |
décret du 10 décembre 2009 est applicable depuis l'exercice | december 2009 in werking is getreden, is van toepassing sedert het |
d'imposition 2009 (article 4 du décret du 10 décembre 2009). | aanslagjaar 2009 (artikel 4 van het decreet van 10 december 2009). |
B.2. Tel qu'il s'applique en Région wallonne, l'article 257, alinéa 1er, | B.2. Zoals het van toepassing is in het Waalse Gewest, maakt artikel |
4°, a), du CIR 1992 permet aux contribuables de bénéficier d'une | 257, eerste lid, 4°, a), van het WIB 1992 het voor belastingplichtigen |
remise ou d'une réduction du précompte immobilier dans l'hypothèse | mogelijk een kwijtschelding of verlaging van de onroerende voorheffing |
d'un immeuble bâti et non meublé resté inoccupé et improductif pendant | te genieten in het geval van een niet-ingericht bebouwd onroerend goed |
au moins 180 jours dans le courant de l'année, pour autant que l'improductivité revête un caractère involontaire, étant entendu que la seule mise simultanée en location et en vente du bien par le contribuable n'établit pas suffisamment l'improductivité. L'avantage fiscal est toutefois limité dans le temps. Ainsi, lorsque la durée d'inoccupation du bien excède douze mois, compte tenu de l'année d'imposition précédente, la remise ou réduction ne peut plus, en règle, être accordée pour la période d'inoccupation qui excède les douze mois. Seuls peuvent continuer à bénéficier de la remise ou de la réduction les contribuables qui ne peuvent pas exercer leurs droits réels sur l'immeuble concerné, dans des hypothèses limitativement énumérées, à savoir une calamité, une force majeure, une procédure ou une enquête administrative ou judiciaire empêchant la jouissance libre de l'immeuble. L'avantage fiscal cesse le jour où ces circonstances disparaissent. B.3. Par la disposition en cause, le législateur décrétal vise plusieurs objectifs. Ainsi, les travaux préparatoires indiquent que la disposition en cause répond à la nécessité de rapporter l'avantage fiscal de la remise ou de la réduction du précompte immobilier pour les biens inoccupés ou improductifs « aux objectifs réels de ne pas taxer le possesseur d'un bien immobilier qui vient d'être mis temporairement dans | dat minstens 180 dagen in de loop van het jaar leegstaand en improductief is gebleven, voor zover de improductiviteit van onvrijwillige aard is, met dien verstande dat alleen het feit dat het goed tegelijkertijd te huur en te koop wordt aangeboden door de belastingplichtige, de improductiviteit niet voldoende aantoont. Het fiscale voordeel is evenwel beperkt in de tijd. Zo kan de kwijtschelding of verlaging, wanneer het goed meer dan twaalf maanden leegstaat, rekening houdend met het vorige aanslagjaar, in de regel niet meer worden toegekend voor de periode van leegstand die langer dan twaalf maanden duurt. Alleen de belastingplichtigen die hun zakelijke rechten op het betrokken onroerend goed niet kunnen uitoefenen in limitatief opgesomde gevallen, namelijk een ramp, overmacht, een procedure of een onderzoek van administratieve of gerechtelijke aard waardoor het vrije genot van het onroerend goed belemmerd wordt, kunnen de kwijtschelding of verlaging blijven genieten. Het fiscale voordeel valt weg op de dag waarop die omstandigheden verdwijnen. B.3. Met de in het geding zijnde bepaling streeft de decreetgever verschillende doelstellingen na. Zo wordt in de parlementaire voorbereiding aangegeven dat de in het geding zijnde bepaling beantwoordt aan de noodzaak om het fiscale voordeel van de kwijtschelding of verlaging van de onroerende voorheffing voor leegstaande of improductieve onroerende goederen in verband te brengen « met de werkelijke doelstellingen die erin bestaan geen belasting te heffen ten aanzien van de bezitter van een onroerend goed die pas in een situatie is terechtgekomen waarbij hij tijdelijk |
l'impossibilité de percevoir des revenus de son immeuble, pour des | in de onmogelijkheid verkeert om inkomsten uit zijn onroerend goed te |
causes indépendantes de sa volonté » (Doc. parl., Parlement wallon, | innen, en zulks om redenen die onafhankelijk zijn van zijn wil » |
2009-2010, n° 118/1, p. 3). | (Parl. St., Waals Parlement, 2009-2010, nr. 118/1, p. 3). |
Le législateur poursuit également un « objectif d'équité fiscale de ne | De decreetgever streeft ook een « doel inzake fiscale billijkheid na |
dat erin bestaat geen voor het Gewest duur fiscaal voordeel toe te | |
pas octroyer d'avantage fiscal onéreux pour la Région en contrariété | kennen dat indruist tegen andere gewestelijke beleidslijnen, zoals de |
avec d'autres politiques régionales, telle la lutte contre la | strijd tegen de verkrotting », en streeft, in die context, ernaar een |
taudisation » et, dans ce contexte, tend à supprimer l'effet pervers | einde te maken aan het averechtse effect waartoe het toegekende |
que pouvait provoquer l'avantage octroyé précédemment « de finalement | voordeel voordien kon leiden, « waarbij de eigenaar die het betrokken |
désavantager le propriétaire qui répare et améliore l'immeuble en | onroerend goed herstelt en verbetert, met de bewoning van het |
cause, avec à la clé occupation de l'immeuble et, partant, débition du | onroerend goed en bijgevolg het verschuldigd zijn van de onroerende |
précompte immobilier (avec même peut-être une augmentation du revenu | voorheffing tot gevolg (en met misschien zelfs een verhoging van het |
kadastraal inkomen van het onroerend goed ingevolge zijn | |
cadastral de l'immeuble à la suite de ses travaux), par rapport au | werkzaamheden), uiteindelijk wordt benadeeld ten opzichte van de |
propriétaire spéculant sur la valeur du terrain en laissant se | eigenaar die op de waarde van de grond speculeert door het onroerend |
dégrader l'immeuble qui ne doit pas payer le précompte immobilier | goed te laten vervallen en die de onroerende voorheffing gedurende die |
durant cette période de spéculation » (ibid., pp. 3-4). Ainsi que le | periode van speculatie niet moet betalen » (ibid., pp. 3-4). Zoals de |
ministre du Budget, des Finances, de l'Emploi, de la Formation et des | minister van Begroting, Financiën, Tewerkstelling, Vorming en Sport in |
Sports l'a souligné en commission, la disposition en cause vise à | de commissie onderstreepte, strekt de in het geding zijnde bepaling |
encourager l'accès au logement et, corrélativement, à décourager la | ertoe de toegang tot huisvesting te bevorderen en, tegelijkertijd, |
spéculation immobilière (Doc. parl., Parlement wallon, 2009-2010, n° | speculatie op de vastgoedmarkt te ontmoedigen (Parl. St., Waals |
117/2 et n° 118/2; S.E. 2009, n° 17/3, p. 3). | Parlement, 2009-2010, nr. 117/2 en nr. 118/2, B.Z. 2009, nr. 17/3, p. |
De manière plus générale, la modification s'inscrit dans le contexte | 3). Meer algemeen past de wijziging in de context van een ruimere strijd |
d'une lutte plus large contre les logements abandonnés (Doc. parl., | tegen leegstaande woningen (Parl. St., Waals Parlement, 2009-2010, nr. |
Parlement wallon, 2009-2010, n° 118/1, p. 4). | 118/1, p. 4). Ten slotte wordt de beperking in de tijd van het voordeel van de |
Enfin, la limitation dans le temps du bénéfice de la réduction du | vermindering van de onroerende voorheffing verantwoord met verwijzing |
précompte immobilier est justifiée par référence à « l'objectif de la | naar « het doel van de gewestelijke belasting op de afgedankte |
taxe régionale sur les sites d'activité économique désaffectés, | bedrijfsruimten, die ertoe strekt de percelen grond bestemd voor |
destinée à redynamiser les parcelles immobilières affectées aux | economische activiteiten nieuw leven in te blazen en ze opnieuw in het |
activités économiques et à les remettre dans le circuit économique », | economische circuit te brengen », waarbij evenwel wordt gepreciseerd |
avec toutefois cette précision que « compte tenu de la jurisprudence | dat, « rekening houdend met de huidige rechtspraak van het |
actuelle de la Cour constitutionnelle en cette matière, il est | Grondwettelijk Hof ter zake, ook wordt voorgesteld dat die beperking |
également proposé que cette limitation dans le temps de l'avantage de | in de tijd van het voordeel van de vermindering niet zou gelden in het |
la réduction, ne joue pas dans le cas où le propriétaire ne peut de | geval waarin de eigenaar hoe dan ook niet over het vrije genot van |
toute façon pas jouir librement de son immeuble, et ce de manière | zijn onroerend goed kan beschikken, en zulks onvrijwillig, zoals |
involontaire, tel que d'ailleurs la législation de la Région flamande | trouwens in de wetgeving van het Vlaamse Gewest wordt bepaald » |
le prévoit » (ibid.). | (ibid.). |
Quant au fond | Ten gronde |
En ce qui concerne les deux premières questions préjudicielles | Ten aanzien van de eerste twee prejudiciële vragen |
B.4. Les questions préjudicielles posées par le juge a quo portent | B.4. De prejudiciële vragen die de verwijzende rechter stelt, hebben |
spécifiquement sur la condition temporelle de l'article 257, alinéa 1er, | specifiek betrekking op de tijdsvoorwaarde van artikel 257, eerste |
4°, du CIR 1992, qui dispose : | lid, 4°, van het WIB 1992, dat bepaalt : |
« A partir du moment où il n'a plus été fait usage du bien depuis plus | « Vanaf het tijdstip waarop het goed sinds meer dan twaalf maanden |
niet meer in gebruik is, kan, rekening houdend met het vorige | |
de douze mois, compte tenu de l'année d'imposition précédente, la | aanslagjaar, de evenredige vermindering of verlaging [lees : |
remise ou la réduction proportionnelle du a) ci-avant ne peut plus | kwijtschelding of verlaging] bedoeld in a) hierboven niet meer |
être accordée dans la mesure où la période d'inoccupation dépasse | toegekend worden voor zover de leegstandperiode twaalf maanden |
douze mois ». | overschrijdt ». |
Le motif de l'inoccupation à démontrer pour bénéficier de la remise ou | Het motief van de leegstand dat moet worden aangetoond om de |
de la réduction du précompte immobilier est différent selon que l'on | kwijtschelding of de verlaging van de onroerende voorheffing te |
se situe dans les douze premiers mois d'inoccupation ou au-delà de ce | genieten, verschilt naargelang men zich bevindt in de eerste twaalf |
délai. En-deçà de douze mois d'inoccupation de l'immeuble, l'avantage | maanden leegstand of na die termijn. In de eerste twaalf maanden |
leegstand van het onroerend goed kan het belastingvoordeel worden | |
fiscal peut être demandé par le redevable du précompte immobilier aux | aangevraagd door de schuldenaar van de onroerende voorheffing onder de |
conditions visées à l'article 257, alinéa 1er, 4°, a) à c) du CIR | voorwaarden bedoeld in artikel 257, eerste lid, 4°, a) tot c), van het |
1992, à savoir en faisant valoir seulement le caractère involontaire | WIB 1992, namelijk door enkel het onvrijwillige karakter van de |
de l'improductivité. Au-delà des douze mois, seules une cause de | improductiviteit aan te voeren. Na de twaalf maanden kunnen alleen een |
calamité, une cause de force majeure, une procédure ou une enquête | ramp, overmacht, een procedure of een administratief of gerechtelijk |
administrative ou judiciaire empêchant la jouissance libre de | onderzoek waardoor het vrije genot van het onroerend goed wordt |
l'immeuble peuvent fonder une demande de remise ou de réduction du | belemmerd, een verzoek tot kwijtschelding of verlaging van de |
précompte immobilier. Il n'est pas contesté que la preuve est plus | onroerende voorheffing gronden. Er wordt niet betwist dat het bewijs |
aisée à apporter en ce qui concerne la première période ni que les cas | gemakkelijker aan te brengen is voor de eerste periode en dat de |
d'application sont plus nombreux. | toepassingen talrijker zijn. |
B.5. Selon la position adoptée par l'administration fiscale dans le | B.5. Volgens het standpunt dat de belastingadministratie heeft |
cadre du litige devant le juge a quo, il convient, pour calculer la | ingenomen in het kader van het geschil voor de verwijzende rechter, |
période d'inoccupation du bien, de prendre également en compte la | dient, teneinde de periode van leegstand van het goed te berekenen, |
période qui précède l'acquisition de l'immeuble par le propriétaire | eveneens rekening te worden gehouden met de periode die voorafgaat aan |
qui effectue la demande de remise ou de réduction du précompte | de verwerving van het onroerend goed door de eigenaar die om de |
immobilier, de sorte que cette condition peut être considérée comme | kwijtschelding of de verlaging van de onroerende voorheffing verzoekt, |
zodat die voorwaarde kan worden beschouwd als een objectieve | |
une condition objective relative à l'immeuble. | voorwaarde betreffende het onroerend goed. |
B.6.1. Le juge a quo interroge la Cour sur la compatibilité de la | B.6.1. De verwijzende rechter stelt aan het Hof vragen over de |
disposition en cause, dans l'interprétation mentionnée en B.5, avec | bestaanbaarheid van de in het geding zijnde bepaling, in de in B.5 |
les articles 10 et 11 de la Constitution, en ce qu'elle exclurait le | vermelde interpretatie, met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in |
nouveau propriétaire redevable du précompte immobilier du bénéfice | zoverre zij de nieuwe eigenaar die de onroerende voorheffing |
d'une remise ou d'une réduction du précompte immobilier à la condition | verschuldigd is, zou uitsluiten van het voordeel van een |
probatoire de simple improductivité involontaire, dès la première | kwijtschelding of een verlaging van de onroerende voorheffing onder de |
année d'inoccupation dans son chef, lorsque l'immeuble était déjà | probatievoorwaarde van gewone onvrijwillige improductiviteit, vanaf |
inoccupé préalablement à la vente (première question préjudicielle), | het eerste jaar leegstand te zijnen aanzien, wanneer het onroerend |
et en ce qu'elle créerait une discrimination entre la catégorie de propriétaires redevables du précompte immobilier précitée et la catégorie des propriétaires redevables dont l'immeuble nouvellement acquis était précédemment occupé par son ancien propriétaire, en ce que la preuve de l'improductivité est plus aisée pour cette seconde catégorie (deuxième question préjudicielle). Comme le résume le juge a quo : « Cette première catégorie de contribuables devrait supporter un précompte immobilier malgré le fait qu'ils entament sans retard des | goed reeds vóór de verkoop leegstond (eerste prejudiciële vraag), en in zoverre zij een discriminatie zou creëren tussen de voormelde categorie van eigenaars-heffingsplichtigen en de categorie van eigenaars-heffingsplichtigen wier nieuw verworven onroerend goed vooraf werd bezet door de vroegere eigenaar ervan, in zoverre het bewijs van de improductiviteit gemakkelijker is voor die tweede categorie (tweede prejudiciële vraag). Zoals de verwijzende rechter samenvat : « Die eerste categorie van belastingplichtigen zou een onroerende voorheffing moeten betalen ondanks het feit dat zij onverwijld demarches doen en werkzaamheden uitvoeren om de bestemming van hun |
démarches et exécutent des travaux pour modifier l'affectation de leur | nieuw goed te wijzigen, goed dat voordien leegstond vóór de overgang |
nouveau bien, précédemment laissé vide d'occupants avant la mutation | van eigendom, zonder echter op speculatieve wijze te handelen, en |
de propriété, sans agir pour autant de manière spéculative, et malgré | ondanks het feit dat zij aldus tegemoetkomen aan het doel dat de |
le fait qu'ils rencontrent ainsi l'objectif poursuivi par le | decreetgever nastreeft en erin bestaat de leegstand van onroerende |
législateur décrétal de lutter contre des immeubles désaffectés ». | goederen te bestrijden ». |
B.6.2. Les deux questions préjudicielles étant liées et fondées sur la | B.6.2. Daar de twee prejudiciële vragen met elkaar verbonden zijn en |
même interprétation de l'article 257, alinéa 1er, 4°, du CIR 1992, la | steunen op dezelfde interpretatie van artikel 257, eerste lid, 4°, van |
Cour les examine conjointement. | het WIB 1992, onderzoekt het Hof die gezamenlijk. |
B.7. Le principe d'égalité et de non-discrimination n'exclut pas | B.7. Het beginsel van gelijkheid en niet discriminatie sluit niet uit |
qu'une différence de traitement soit établie entre des catégories de | dat een verschil in behandeling tussen categorieën van personen wordt |
personnes, pour autant qu'elle repose sur un critère objectif et | ingesteld, voor zover dat verschil op een objectief criterium berust |
qu'elle soit raisonnablement justifiée. | en het redelijk verantwoord is. |
L'existence d'une telle justification doit s'apprécier en tenant | Het bestaan van een dergelijke verantwoording moet worden beoordeeld |
compte du but et des effets de la mesure critiquée ainsi que de la | rekening houdend met het doel en de gevolgen van de betwiste maatregel |
nature des principes en cause; le principe d'égalité et de non-discrimination est violé lorsqu'il est établi qu'il n'existe pas de rapport raisonnable de proportionnalité entre les moyens employés et le but visé. B.8. Dans l'interprétation du juge a quo, le redevable du précompte immobilier ne peut obtenir une remise ou une réduction du précompte immobilier au cours du premier exercice fiscal qui suit l'acquisition d'un immeuble en démontrant une inoccupation improductive non liée à une situation de force majeure au sens large que si l'immeuble était occupé par ses possesseurs antérieurs au moment de l'acquisition. De la sorte, la disposition en cause, dans cette interprétation, introduit une distinction fondée sur l'état d'occupation de l'immeuble | en met de aard van de ter zake geldende beginselen; het beginsel van gelijkheid en niet discriminatie is geschonden wanneer vaststaat dat er geen redelijk verband van evenredigheid bestaat tussen de aangewende middelen en het beoogde doel. B.8. In de interpretatie van de verwijzende rechter kan de schuldenaar van de onroerende voorheffing slechts een kwijtschelding of verlaging van de onroerende voorheffing wegens improductieve leegstand die geen overmacht in de ruime zin uitmaakt, verkrijgen in de loop van het eerste aanslagjaar dat volgt op het verwerven van een onroerend goed, indien het onroerend goed werd bezet door de vorige eigenaars ervan op het ogenblik van de verwerving. Aldus voert de in het geding zijnde bepaling, in die interpretatie, een verschil in behandeling in dat steunt op de toestand van bezetting van het onroerend goed bij de |
à l'acquisition. | verwerving. |
B.9.1. Comme il est mentionné dans les travaux préparatoires cités en | B.9.1. Zoals is vermeld in de parlementaire voorbereiding die in B.3 |
B.3, le législateur décrétal visait des « objectifs réels de ne pas taxer le possesseur d'un bien immobilier qui vient d'être mis temporairement dans l'impossibilité de percevoir des revenus de son immeuble, pour des causes indépendantes de sa volonté ». La disposition en cause vise à encourager l'accès au logement et à décourager la spéculation. B.9.2. En disposant que le bénéfice de la remise ou de la réduction du précompte immobilier est soumis à une condition plus stricte en cas d'inoccupation d'un immeuble bâti pendant longtemps, le législateur | wordt aangehaald, beoogde de decreetgever « de werkelijke doelstellingen die erin bestaan geen belasting te heffen ten aanzien van de bezitter van een onroerend goed die pas in een situatie is terechtgekomen waarbij hij tijdelijk in de onmogelijkheid verkeert om inkomsten uit zijn onroerend goed te innen, en zulks om redenen die onafhankelijk zijn van zijn wil ». De in het geding zijnde bepaling strekt ertoe de toegang tot huisvesting aan te moedigen en speculatie te ontmoedigen. B.9.2. Door te bepalen dat het voordeel van de kwijtschelding of verlaging van de onroerende voorheffing is onderworpen aan een striktere voorwaarde wanneer een gebouwd onroerend goed lange tijd |
décrétal entendait lutter contre l'inoccupation et la taudisation. La | leegstaat, wilde de decreetgever de strijd aanbinden tegen leegstand |
condition de douze mois est en rapport avec l'objectif du législateur | en verkrotting. De voorwaarde van twaalf maanden houdt verband met de |
d'inciter le propriétaire à exécuter des travaux d'entretien ou de | doelstelling van de decreetgever om de eigenaar ertoe aan te zetten |
réparation dans les délais ou à rechercher un locataire ou un | tijdig onderhouds- of herstellingswerken uit te voeren of een huurder |
acheteur. | of koper te zoeken. |
B.10. Eu égard aux objectifs poursuivis, il n'apparaît pas en quoi un | B.10. Gelet op de nagestreefde doelstellingen blijkt niet waarom een |
propriétaire d'un immeuble devrait être exclu du bénéfice de la remise | eigenaar van een onroerend goed zou moeten worden uitgesloten van het |
ou de la réduction du précompte immobilier s'il ne peut démontrer une | voordeel van de kwijtschelding of verlaging van de onroerende |
cause de force majeure au sens large, pour la seule circonstance que les possesseurs antérieurs ont laissé le bien inoccupé, alors que son intérêt d'effectuer des travaux d'entretien et de réparation qui rendent le bien temporairement improductif est tout aussi légitime que celui des autres redevables du précompte immobilier. B.11. Par conséquent, dans l'interprétation du juge a quo, la disposition en cause, en privant du bénéfice de la remise ou de la réduction du précompte immobilier la catégorie des redevables du précompte immobilier qui ont acquis un bien immeuble qui avait été antérieurement laissé inoccupé et qui ne peuvent démontrer une cause | voorheffing indien hij geen overmacht in de ruime zin kan aantonen, om het loutere gegeven dat de vroegere eigenaars het goed lieten leegstaan, terwijl zijn belang om de onderhouds- en herstellingswerken uit te voeren die het goed tijdelijk improductief maken, evenzeer gewettigd is als dat van de andere schuldenaars van de onroerende voorheffing. B.11. In de interpretatie van de verwijzende rechter veroorzaakt de in het geding zijnde bepaling, door de categorie van heffingsplichtigen die een onroerend goed hebben verworven dat voordien leegstond en die geen overmacht in de ruime zin kunnen aantonen, uit te sluiten van het voordeel van de kwijtschelding of de verlaging van de onroerende |
de force majeure au sens large, produit des effets disproportionnés | voorheffing, aldus onevenredige gevolgen gelet op de door de |
compte tenu des objectifs poursuivis par le législateur. Elle fait en | decreetgever nagestreefde doelstellingen. Bovendien doet zij een niet |
outre naître une différence de traitement non raisonnablement | redelijk verantwoord verschil in behandeling ontstaan tussen die |
justifiée entre cette catégorie de redevables et la catégorie de | categorie van heffingsplichtigen en de categorie van |
redevables visée dans la deuxième question préjudicielle. Dans cette | heffingsplichtigen die in de tweede prejudiciële vraag wordt beoogd. |
interprétation, la disposition en cause n'est pas compatible avec les | In die interpretatie is de in het geding zijnde bepaling niet |
articles 10 et 11 de la Constitution. | bestaanbaar met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet. |
B.12. La disposition en cause peut toutefois aussi recevoir une autre | B.12. De in het geding zijnde bepaling kan evenwel anders worden |
interprétation. | geïnterpreteerd. |
B.13.1. Compte tenu de l'objectif poursuivi par le législateur | B.13.1. Gelet op het doel van de decreetgever is de kwijtschelding of |
décrétal, la remise ou réduction du précompte immobilier est un | verlaging van de onroerende voorheffing een voordeel dat wordt |
avantage octroyé au propriétaire d'un bien immobilier qui vient d'être | toegekend aan de eigenaar van een onroerend goed die tijdelijk in de |
mis temporairement dans l'impossibilité de percevoir des revenus de | onmogelijkheid verkeert om inkomsten uit zijn onroerend goed te |
son immeuble, pour des causes indépendantes de sa volonté. L'article | ontvangen, om redenen die onafhankelijk zijn van zijn wil. Artikel |
257, alinéa 1er, 4°, du CIR 1992 ne précise pas que la condition | 257, eerste lid, 4°, van het WIB 1992 preciseert niet dat de |
d'inoccupation durant douze mois maximum est dépendante de la seule | voorwaarde inzake de leegstand gedurende ten hoogste twaalf maanden |
situation du bien, nonobstant l'identité de son propriétaire. | alleen afhangt van de situatie van het goed, ongeacht de identiteit |
van de eigenaar ervan. | |
Cette interprétation résulte par ailleurs du texte de l'article 257, | Die interpretatie vloeit overigens voort uit de tekst van artikel 257, |
alinéas 1er, 4°, et 3, du CIR 1992, qui renvoie, en ce qui concerne | leden 1, 4°, en 3, van het WIB 1992, dat voor de uitzondering op de |
duurtijd van twaalf maanden verwijst naar « het geval van een | |
l'exception à la durée de douze mois, au « cas d'un immeuble dont le | onroerend goed waarop de belastingplichtige de zakelijke rechten niet |
contribuable ne peut exercer les droits réels ». Il ressort du libellé | kan uitoefenen ». Uit de bewoordingen van dat artikel blijkt dat de |
de cet article que la durée de douze mois porte sur le contribuable, | duurtijd van twaalf maanden slaat op de belastingplichtige veeleer dan |
plutôt que sur l'immeuble en soi, et que ce délai n'est en cause qu'en | op het onroerend goed zelf, en dat die termijn slechts in het geding |
ce que le contribuable dispose de droits réels sur l'immeuble. Aussi | is in zoverre de belastingplichtige over zakelijke rechten op het |
longtemps que le nouveau propriétaire n'avait pas encore acquis la | onroerend goed beschikt. Zolang de nieuwe eigenaar de eigendom nog |
propriété, le délai de douze mois ne pouvait donc pas débuter en ce | niet had verworven, kon de termijn van twaalf maanden wat hem betreft |
qui le concerne. | dus geen aanvang nemen. |
B.13.2. Partant, la disposition en cause peut être interprétée en ce | B.13.2. De in het geding zijnde bepaling kan bijgevolg zo worden |
sens que la condition de douze mois d'inoccupation est liée au | geïnterpreteerd dat de voorwaarde van twaalf maanden leegstand is |
redevable du précompte immobilier et ne prend donc cours qu'à dater de | verbonden aan de schuldenaar van de onroerende voorheffing en ten |
la mutation du droit de propriété sur le bien immeuble dans le chef de | aanzien van die schuldenaar dus pas begint te lopen vanaf de overgang |
ce redevable. | van het eigendomsrecht betreffende het onroerend goed. |
B.13.3. Cette interprétation ne peut toutefois pas donner lieu à | B.13.3. Die interpretatie mag evenwel geen aanleiding geven tot |
l'abus fiscal visé à l'article 344, § 1er, du CIR 1992. Opérer un | fiscaal misbruik zoals bedoeld in artikel 344, § 1, van het WIB 1992. |
transfert de droits réels dans le seul but d'éviter de payer le | Een overdracht van zakelijke rechten die enkel als doel heeft om op |
précompte immobilier pendant plus de douze mois, sur la base de | grond van artikel 257, eerste lid, 4°, van het WIB 1992 de onroerende |
l'article 257, alinéa 1er, 4°, du CIR 1992, ne saurait, par | voorheffing voor een periode langer dan twaalf maanden te ontlopen, |
conséquent, être opposable à l'administration. Il appartient au juge | kan bijgevolg niet aan de administratie worden tegengeworpen. Het |
fiscal d'apprécier, en usant des moyens de preuve visés à l'article | staat aan de fiscale rechter om, aan de hand van de bewijsmiddelen |
340 du CIR 1992, si un contribuable vise à obtenir un avantage fiscal | bedoeld in artikel 340 van het WIB 1992, te beoordelen of een |
belastingplichtige een belastingvoordeel beoogt te verkrijgen in | |
en violation des objectifs de la disposition en cause, par le biais | strijd met de doelstellingen van de in het geding zijnde bepaling, aan |
d'un transfert de droits réels « dont le but essentiel est l'obtention | de hand van een overdracht van zakelijke rechten die « in wezen het |
de cet avantage ». | verkrijgen van dit voordeel tot doel heeft ». |
B.14. Dans l'interprétation mentionnée en B.13.2 et compte tenu de ce | B.14. In de in B.13.2 vermelde interpretatie en rekening houdend met |
qui est dit en B.13.3, la disposition en cause est compatible avec les | het vermelde in B.13.3, is de in het geding zijnde bepaling |
articles 10 et 11 de la Constitution. | bestaanbaar met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet. |
En ce qui concerne la troisième question préjudicielle | Ten aanzien van de derde prejudiciële vraag |
B.15. Le juge a quo interroge la Cour sur la compatibilité de la | B.15. De verwijzende rechter stelt aan het Hof een vraag over de |
disposition en cause, dans l'interprétation mentionnée en B.5., avec | bestaanbaarheid van de in het geding zijnde bepaling in de in B.5 |
les articles 10, 11 et 172 de la Constitution, en ce qu'elle exclut la | vermelde interpretatie, met de artikelen 10, 11 en 172 van de |
remise ou la réduction proportionnelle du précompte immobilier, | Grondwet, in zoverre zij de kwijtschelding of de proportionele |
lorsque l'immeuble est resté inoccupé pendant plus de douze mois du | verlaging van de onroerende voorheffing uitsluit, wanneer het |
onroerend goed gedurende meer dan twaalf maanden is blijven leegstaan | |
seul fait de son inoccupation par le précédent propriétaire, pour les | enkel vanwege het feit dat de vorige eigenaar het niet bewoonde, voor |
propriétaires qui réalisent des travaux en vue de changer | de eigenaars die vanaf de verwerving ervan werkzaamheden verrichten om |
l'affectation de l'immeuble dès son acquisition, alors que les | de bestemming van het onroerend goed te wijzigen, terwijl de eigenaars |
propriétaires qui construisent un immeuble sur des terrains non bâtis | die een gebouw optrekken op onbebouwde gronden aan de betaling van de |
échappent au paiement du précompte immobilier. | onroerende voorheffing ontsnappen. |
B.16.1. Compte tenu de la réponse aux première et deuxième questions | B.16.1. Gelet op het antwoord op de eerste en de tweede prejudiciële |
préjudicielles, la réponse à la troisième question préjudicielle n'est | vraag is het antwoord op de derde prejudiciële vraag niet nuttig voor |
pas utile à la solution du litige pendant devant le juge a quo. | de oplossing van het voor de verwijzende rechter hangende geschil. |
B.16.2. La troisième question préjudicielle n'appelle pas de réponse. | B.16.2. De derde prejudiciële vraag behoeft geen antwoord. |
Par ces motifs, | Om die redenen, |
la Cour | het Hof |
dit pour droit : | zegt voor recht : |
- L'article 257, alinéa 1er, 4°, du Code des impôts sur les revenus | - Artikel 257, eerste lid, 4°, van het Wetboek van de |
1992, interprété en ce sens que la condition d'inoccupation de douze | inkomstenbelastingen 1992, zo geïnterpreteerd dat de voorwaarde van de |
leegstand van twaalf maanden is verbonden met het bebouwd onroerend | |
mois est liée à l'immeuble bâti et ne tient pas compte de l'identité | goed, zonder rekening te houden met de identiteit van de schuldenaar |
du redevable du précompte immobilier, viole les articles 10 et 11 de | van de onroerende voorheffing, schendt de artikelen 10 en 11 van de |
la Constitution. | Grondwet. |
- L'article 257, alinéa 1er, 4°, du Code des impôts sur les revenus | - Artikel 257, eerste lid, 4°, van het Wetboek van de |
1992, interprété en ce sens que la condition d'inoccupation de douze | inkomstenbelastingen 1992, zo geïnterpreteerd dat de voorwaarde van de |
mois est liée au redevable du précompte immobilier et ne prend donc | leegstand van twaalf maanden is verbonden met de schuldenaar van de |
cours qu'à dater de la mutation du droit de propriété sur l'immeuble | onroerende voorheffing en dus pas begint te lopen vanaf de overgang |
van het eigendomsrecht betreffende het onroerend goed ten aanzien van | |
dans le chef de ce redevable, ne viole pas les articles 10 et 11 de la Constitution. | die schuldenaar, schendt de artikelen 10 en 11 van de Grondwet niet. |
- La troisième question préjudicielle n'appelle pas de réponse. | - De derde prejudiciële vraag behoeft geen antwoord. |
Ainsi rendu en langue française et en langue néerlandaise, | Aldus gewezen in het Frans en het Nederlands, overeenkomstig artikel |
conformément à l'article 65 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur | 65 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Grondwettelijk Hof, |
la Cour constitutionnelle, le 16 décembre 2021. | op 16 december 2021. |
Le greffier, Le président, | De griffier, De voorzitter, |
F. Meersschaut P. Nihoul | F. Meersschaut P. Nihoul |