← Retour vers "Extrait de l'arrêt n° 164/2021 du 18 novembre 2021 Numéro du rôle : 7437 En cause
: la question préjudicielle relative à l'article 111 de la loi du 28 décembre 2011 « portant des dispositions
diverses » La Cour constitutionnelle, composée des présidents P. Nihoul et
L. Lavrysen, des juges T. Giet, (...)"
Extrait de l'arrêt n° 164/2021 du 18 novembre 2021 Numéro du rôle : 7437 En cause : la question préjudicielle relative à l'article 111 de la loi du 28 décembre 2011 « portant des dispositions diverses » La Cour constitutionnelle, composée des présidents P. Nihoul et L. Lavrysen, des juges T. Giet, (...) | Uittreksel uit arrest nr. 164/2021 van 18 november 2021 Rolnummer 7437 In zake : de prejudiciële vraag betreffende artikel 111 van de wet van 28 december 2011 « houdende diverse bepalingen » Het Grondwettelijk Hof, samengesteld uit de voorzitters P. Nihoul en L. Lavrysen, de rechters T.(...) |
---|---|
COUR CONSTITUTIONNELLE | GRONDWETTELIJK HOF |
Extrait de l'arrêt n° 164/2021 du 18 novembre 2021 | Uittreksel uit arrest nr. 164/2021 van 18 november 2021 |
Numéro du rôle : 7437 | Rolnummer 7437 |
En cause : la question préjudicielle relative à l'article 111 de la | In zake : de prejudiciële vraag betreffende artikel 111 van de wet van |
loi du 28 décembre 2011 « portant des dispositions diverses » | 28 december 2011 « houdende diverse bepalingen » (opheffing van het |
(abrogation du régime spécial de pension des mineurs), posée par la | bijzondere pensioenstelsel van de mijnwerkers), gesteld door het |
Cour du travail de Liège, division de Namur. | Arbeidshof te Luik, afdeling Namen. |
La Cour constitutionnelle, | Het Grondwettelijk Hof, |
composée des présidents P. Nihoul et L. Lavrysen, des juges T. Giet, | samengesteld uit de voorzitters P. Nihoul en L. Lavrysen, de rechters |
J. Moerman, D. Pieters et S. de Bethune, et, conformément à l'article | T. Giet, J. Moerman, D. Pieters en S. de Bethune, en, overeenkomstig |
60bis de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur la Cour | artikel 60bis van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het |
constitutionnelle, du président émérite F. Daoût, assistée du greffier | Grondwettelijk Hof, emeritus voorzitter F. Daoût, bijgestaan door de |
P.-Y. Dutilleux, présidée par le président émérite F. Daoût, | griffier P.-Y. Dutilleux, onder voorzitterschap van emeritus voorzitter F. Daoût, |
après en avoir délibéré, rend l'arrêt suivant : | wijst na beraad het volgende arrest : |
I. Objet de la question préjudicielle et procédure | I. Onderwerp van de prejudiciële vraag en rechtspleging |
Par arrêt du 10 septembre 2020, dont l'expédition est parvenue au | Bij arrest van 10 september 2020, waarvan de expeditie ter griffie van |
greffe de la Cour le 24 septembre 2020, la Cour du travail de Liège, | het Hof is ingekomen op 24 september 2020, heeft het Arbeidshof te |
division de Namur, a posé la question préjudicielle suivante : | Luik, afdeling Namen, de volgende prejudiciële vraag gesteld : |
« L'article 111 de la loi du 28 décembre 2011 portant des dispositions | « Schendt artikel 111 van de wet van 28 december 2011 houdende diverse |
diverses viole-t-il l'article 23 de la Constitution - interprété à la | bepalingen artikel 23 van de Grondwet - geïnterpreteerd in het licht |
lumière des articles 2 et 9 du Pacte international relatif aux droits | van de artikelen 2 en 9 van het Internationaal Verdrag inzake |
économiques, sociaux et culturels et de l'article 12 de la charte | economische, sociale en culturele rechten en van artikel 12 van het |
sociale européenne - pris isolément ou combiné avec les articles 10 et | Europees Sociaal Handvest -, al dan niet in samenhang gelezen met de |
11 de la Constitution, en ce qu'il abroge le régime spécial de pension | artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in zoverre het het bijzondere |
pensioenstelsel van de mijnwerkers, bedoeld in artikel 2, § 2, van het | |
des mineurs, visé à l'article 2 § 2 de l'arrêté royal du 23 décembre | koninklijk besluit van 23 december 1996 tot uitvoering van de |
1996 portant exécution des articles 15, 16 et 17 de la loi du 26 | artikelen 15, 16 en 17 van de wet van 26 juli 1996 tot modernisering |
juillet 1996 portant modernisation de la sécurité sociale et assurant | van de sociale zekerheid en tot vrijwaring van de leefbaarheid van de |
la viabilité des régimes de pension, en ce qui concerne les | wettelijke pensioenstelsels, opheft voor de ondergrondse mijnwerkers |
die, op 31 december 2011, niet de leeftijd van 55 jaar hebben bereikt, | |
waardoor een verschil in behandeling wordt ingevoerd dat uitsluitend | |
travailleurs mineurs de fond qui, au 31 décembre 2011, n'ont pas | op de leeftijd is gebaseerd, naargelang de werknemers op 31 december |
atteint l'âge de 55 ans, créant ainsi une différence de traitement | 2011 al dan niet de leeftijd van 55 jaar hebben bereikt, waarbij die |
basée uniquement sur l'âge, selon que les travailleurs ont ou n'ont | |
pas atteint l'âge de 55 ans au 31 décembre 2011, en empêchant ces | |
derniers notamment de prendre leur pension bien qu'ils justifieraient | laatstgenoemden met name wordt belet met pensioen te gaan terwijl zij |
à la date de prise de cours de celle-ci, d'une carrière de 25 ans | op de ingangsdatum ervan zouden doen blijken van een loopbaan van 25 |
comme mineur de fond ? ». | jaar als ondergrondse mijnwerker ? ». |
(...) | (...) |
III. En droit | III. In rechte |
(...) | (...) |
Quant à la disposition en cause et à son contexte | Ten aanzien van de in het geding zijnde bepaling en de context ervan |
B.1. La question préjudicielle porte sur l'article 111 de la loi du 28 | B.1. De prejudiciële vraag heeft betrekking op artikel 111 van de wet |
décembre 2011 « portant des dispositions diverses » (ci-après : la loi | van 28 december 2011 « houdende diverse bepalingen » (hierna : de wet |
du 28 décembre 2011), en ce qu'il abroge l'article 2, § 2, de l'arrêté | van 28 december 2011), in zoverre het artikel 2, § 2, van het |
royal du 23 décembre 1996 « portant exécution des articles 15, 16 et | koninklijk besluit van 23 december 1996 « tot uitvoering van de |
17 de la loi du 26 juillet 1996 portant modernisation de la sécurité | artikelen 15, 16 en 17 van de wet van 26 juli 1996 tot modernisering |
sociale et assurant la viabilité des régimes légaux des pensions » | van de sociale zekerheid en tot vrijwaring van de leefbaarheid van de |
(ci-après : l'arrêté royal du 23 décembre 1996) à partir du 31 | wettelijke pensioenstelsels » (hierna : het koninklijk besluit van 23 |
décembre 2011. | december 1996) opheft vanaf 31 december 2011. |
L'article 111 de la loi du 28 décembre 2011 dispose : | Artikel 111 van de wet van 28 december 2011 bepaalt : |
« Dans l'article 2 de l'arrêté royal du 23 décembre 1996 portant | « In artikel 2 van het koninklijk besluit van 23 december 1996 tot |
exécution des articles 15, 16 et 17 de la loi du 26 juillet 1996 | uitvoering van de artikelen 15, 16 en 17 van de wet van 26 juli 1996 |
portant modernisation de la sécurité sociale et assurant la viabilité | tot modernisering van de sociale zekerheid en tot vrijwaring van de |
des régimes légaux des pensions, le paragraphe 2 est abrogé au 31 | |
décembre 2011. Le paragraphe 2 reste d'application aux travailleurs, | leefbaarheid van de wettelijke pensioenstelsels wordt paragraaf 2 |
opgeheven op 31 december 2011. Paragraaf 2 blijft wel van toepassing | |
qui, au 31 décembre 2011, ont atteint l'âge de 55 ans ». | op de werknemers die, op 31 december 2011, de leeftijd van 55 jaar |
bereikt hebben ». | |
B.2. L'article 2, § 2, de l'arrêté royal du 23 décembre 1996, abrogé | B.2. Artikel 2, § 2, van het koninklijk besluit van 23 december 1996, |
par la disposition en cause, « confirm [ait] les âges de pension | opgeheven bij de in het geding zijnde bepaling, bevestigde « de |
particuliers pour les ouvriers mineurs du fond et de la surface » | bijzondere pensioenleeftijden voor de ondergrondse en bovengrondse |
(rapport au Roi, Moniteur belge, 17 janvier 1997, p. 908). | mijnwerkers » (verslag aan de Koning, Belgisch Staatsblad, 17 januari 1997, p. 908). |
Il disposait : | Het bepaalde : |
« Par dérogation au § 1er, l'âge de la pension est : | « In afwijking van § 1 wordt de pensioenleeftijd : |
1° fixé à 55 ou 60 ans, selon qu'il s'agit d'une pension de retraite | 1° op 55 of 60 jaar vastgesteld naar gelang het een rustpensioen |
en raison d'une occupation respectivement comme ouvrier mineur du fond | betreft om reden van een tewerkstelling respectievelijk als |
ou comme ouvrier mineur de la surface; | ondergronds of bovengronds mijnwerker; |
2° atteint lorsque l'intéressé justifie avoir été occupé | 2° bereikt wanneer de belanghebbende doet blijken van een gewoonlijke |
habituellement et en ordre principal comme ouvrier mineur au fond des | en hoofdzakelijk tewerkstelling als mijnwerker in de ondergrond of |
mines ou des carrières avec exploitation souterraine pendant | steengroeven met ondergrondse winning gedurende 25 jaren; |
vingt-cinq années; | |
[...] | [...] |
Dans ces cas, la pension de retraite prend cours le premier jour du | Het rustpensioen gaat in die gevallen in op de eerste dag van de maand |
mois qui suit celui au cours duquel l'intéressé en fait la demande et | volgend op deze tijdens dewelke de belanghebbende het aanvraagt en ten |
au plus tôt le premier jour du mois qui suit celui au cours duquel il | vroegste op de eerste dag van de maand die volgt op deze waarin hij, |
atteint, selon le cas, l'un des âges cités à l'alinéa 1er ». | naar gelang het geval, één van de in het lid 1 vermelde leeftijden |
L'arrêté royal du 23 décembre 1996 a été confirmé par l'article 5, § 1er, | bereikt ». Het koninklijk besluit van 23 december 1996 is bekrachtigd bij artikel |
de la loi du 13 juin 1997 « portant confirmation des arrêtés royaux | 5, § 1, van de wet van 13 juni 1997 « tot bekrachtiging van de |
koninklijke besluiten genomen met toepassing van de wet van 26 juli | |
pris en application de la loi du 26 juillet 1996 visant à réaliser les | 1996 strekkende tot realisatie van de budgettaire voorwaarden tot |
conditions budgétaires de la participation de la Belgique à l'Union | deelname van België aan de Europese Economische en Monetaire Unie, en |
économique et monétaire européenne, et la loi du 26 juillet 1996 | de wet van 26 juli 1996 tot modernisering van de sociale zekerheid en |
portant modernisation de la sécurité sociale et assurant la viabilité | tot vrijwaring van de leefbaarheid van de wettelijke pensioenstelsels |
des régimes légaux des pensions », de sorte qu'il a force de loi. | », zodat het kracht van wet heeft. |
B.3.1. Cette disposition trouvait son origine dans l'article 2, § 2, | B.3.1. Die bepaling vond haar oorsprong in artikel 2, § 2, de wet van |
de la loi du 20 juillet 1990 « instaurant un âge flexible de la | 20 juli 1990 « tot instelling van een flexibele pensioenleeftijd voor |
retraite pour les travailleurs salariés et adaptant les pensions des | werknemers en tot aanpassing van de werknemerspensioenen aan de |
travailleurs salariés à l'évolution du bien-être général », aux termes | evolutie van het algemeen welzijn », luidens hetwelk : |
duquel : « Par dérogation au § 1er [qui fixait l'âge légal de la retraite à 60 | « In afwijking van § 1 [dat de wettelijke pensioenleeftijd op 60 jaar |
ans], la pension de retraite prend cependant cours au plus tôt le | vaststelde] gaat het rustpensioen evenwel ten vroegste in de eerste |
premier jour du mois qui suit celui au cours duquel : | dag van de maand volgend op deze waarin : |
[...] | [...] |
2° l'intéressé atteint l'âge de 55 ans, lorsqu'il s'agit d'une pension | 2° de belanghebbende de leeftijd van 55 jaar bereikt wanneer het een |
de retraite en raison d'une occupation comme ouvrier mineur du fond; | rustpensioen om reden van een tewerkstelling als ondergrondse |
3° l'intéressé justifie avoir été occupé habituellement et en ordre | mijnwerker betreft; 3° de belanghebbende doet blijken van een gewoonlijke en |
principal comme ouvrier mineur au fond des mines ou des carrières avec | hoofdzakelijke tewerkstelling als mijnwerker in de ondergrond van de |
exploitation souterraine pendant vingt-cinq années ». | mijnen of de steengroeven met ondergrondse winning gedurende vijfentwintig jaren ». |
B.3.2. Le commentaire de cette disposition indique que « la pension de | B.3.2. In de commentaar bij die bepaling wordt aangegeven dat « het |
retraite peut prendre cours [...] à l'égard de l'ouvrier mineur du | rustpensioen voor [...] een tewerkstelling als ondergronds mijnwerker |
ten vroegste de maand volgend op de 55ste verjaardag kan ingaan [of] | |
fond, au plus tôt le mois suivant le 55e anniversaire [ou] à n'importe | een tewerkstelling als ondergronds mijnwerker op om het even welke |
quel âge, en ce qui concerne l'occupation comme ouvrier mineur de | leeftijd kan ingaan wanneer de belanghebbende een gewoonlijke en |
fond, lorsque l'intéressé justifie avoir été occupé habituellement et | hoofdzakelijke tewerkstelling in die hoedanigheid gedurende tenminste |
en ordre principal en cette qualité pendant 25 années au moins » (Doc. | 25 jaar bewijst » (Parl. St., Kamer, 1989-1990, nr. 1175/1, p. 14). |
parl., Chambre, 1989-1990, n° 1175/1, p. 14). Les deux possibilités | Beide voormelde mogelijkheden waren dus alternatieven. |
précitées étaient donc alternatives. | |
B.4. L'article 113 de la loi du 28 décembre 2011 impose au Roi de | B.4. Artikel 113 van de wet van 28 december 2011 verplicht de Koning |
ertoe om, bij een in de Ministerraad overlegd besluit, | |
prendre, par arrêté délibéré en Conseil des ministres, des mesures | overgangsmaatregelen te nemen voor de werknemers die worden beoogd in |
transitoires pour les travailleurs visés à l'article 2, § 2, 1° à 3°, | artikel 2, § 2, 1° tot 3°, van het koninklijk besluit van 23 december |
de l'arrêté royal du 23 décembre 1996 qui n'auraient pas atteint l'âge | 1996 die niet de leeftijd van 55 jaar zouden hebben bereikt op 31 |
de 55 ans au 31 décembre 2011. | december 2011. |
B.5. L'amendement qui est à l'origine des articles 111 et 113 de la | B.5. Het amendement dat aan de oorsprong ligt van de artikelen 111 en |
loi du 28 décembre 2011 a été justifié comme suit : | 113 van de wet van 28 december 2011 is als volgt verantwoord : |
« Eu égard à l'augmentation de l'espérance de vie et aux | « Gezien de stijgende levensverwachting en de aanbevelingen van Europa |
recommandations de l'Europe, le gouvernement vise à prolonger la durée | beoogt de regering de verlenging van sommige loopbanen door de |
de certaines carrières en harmonisant les régimes particuliers | bestaande bijzondere stelsels op het algemeen stelsel van het pensioen |
existants sur le régime général de pension des travailleurs salariés. | van werknemers af te stemmen. |
Les régimes particuliers du secteur privé seront harmonisés avec le | De bijzondere stelsels van de privésector zullen op het algemene |
régime général étant entendu que les ouvriers mineurs ou marins, qui | stelsel worden afgestemd met dien verstande dat de mijnwerkers of |
ont atteint l'âge de 55 ans au 31 décembre 2011 continueront à | zeevarenden, die de leeftijd van 55 jaar hebben bereikt op 31 december |
bénéficier des règles de calcul actuellement en vigueur pour leur | 2011, nog de bestaande berekeningsmethode voor hun volledige |
carrière de pension complète. Pour les travailleurs qui, à cette date, | pensioenloopbaan zullen genieten. Voor de werknemers die, op deze |
n'ont pas atteint l'âge de 55 ans, les règles de calcul actuellement | datum, de leeftijd van 55 jaar niet hebben bereikt, zal de bestaande |
en vigueur régiront uniquement la pension afférente aux périodes | berekeningsmethode uitsluitend het pensioen regelen dat zal betrekking |
prestées avant le 1er janvier 2012. | hebben op de periodes gepresteerd voor 1 januari 2012. |
Par ailleurs, le Roi prendra, par un arrêté délibéré en Conseil des | Bovendien, zal de Koning, door een in Ministerraad overlegd besluit, |
ministres, des mesures transitoires pour les ouvriers mineurs, qui | overgangsmaatregelen voorzien voor de mijnwerkers die de leeftijd van |
n'ont pas atteint l'âge de 55 ans au 31 décembre 2011 » (Doc. parl., | 55 jaar niet hebben bereikt op 31 december 2011 » (Parl. St., Kamer, |
Chambre, 2011-2012, DOC n° 53-1952/008, p. 14). | 2011-2012, DOC 53-1952/008, p. 14). |
B.6.1. Un régime transitoire a été instauré par l'arrêté royal du 26 | |
avril 2012 « portant exécution, en matière de pension des travailleurs | B.6.1. Bij het koninklijk besluit van 26 april 2012 « tot uitvoering, |
salariés, de la loi du 28 décembre 2011 portant des dispositions | inzake het pensioen van de werknemers, van de wet van 28 december 2011 |
diverses » (ci-après : l'arrêté royal du 26 avril 2012). L'article 121 | houdende diverse bepalingen » (hierna : het koninklijk besluit van 26 |
april 2012) is een overgangsregeling ingevoerd. Artikel 121 van de | |
de la loi-programme du 22 juin 2012 confirme cet arrêté royal, à | programmawet van 22 juni 2012 bekrachtigt dat koninklijk besluit, met |
l'exception de ses articles 2 à 4. Les dispositions confirmées ont | uitzondering van de artikelen 2 tot 4 ervan. De bekrachtigde |
force de loi. | bepalingen hebben kracht van wet. |
B.6.2. L'article 5 de l'arrêté royal du 26 avril 2012 dispose : | B.6.2. Artikel 5 van het koninklijk besluit van 26 april 2012 bepaalt : |
« Pour le travailleur salarié qui n'a pas atteint l'âge de 55 ans au | « Voor de werknemer die de leeftijd van 55 jaar niet heeft bereikt op |
31 décembre 2011, mais qui, à cette date, justifie avoir été occupé | 31 december 2011 maar die, op deze datum, bewijst dat hij ten minste |
habituellement et en ordre principal pendant au moins vingt ans comme | twintig jaar gewoonlijk en hoofdzakelijk als mijnwerker tewerkgesteld |
ouvrier mineur, l'âge de la pension est : | is geweest, wordt de pensioenleeftijd : |
1° fixé à 55 ans lorsqu'il s'agit d'une pension de retraite en raison | 1° op 55 jaar vastgesteld wanneer het een rustpensioen betreft wegens |
d'une occupation comme ouvrier mineur de fond; | een tewerkstelling als ondergronds mijnwerker; |
2° atteint lorsque l'intéressé justifie avoir été occupé | 2° bereikt wanneer de belanghebbende doet blijken van een gewoonlijke |
habituellement et en ordre principal comme ouvrier mineur au fond des | en hoofdzakelijke tewerkstelling als mijnwerker in de ondergrond of |
mines ou des carrières avec exploitation souterraine pendant au moins | steengroeven met ondergrondse winning gedurende ten minste |
vingt-cinq années. | vijfentwintig jaren. |
Dans ces cas, la pension de retraite prend cours le premier jour du | Het rustpensioen gaat in die gevallen in op de eerste dag van de maand |
mois qui suit celui au cours duquel l'intéressé en fait la demande et | volgend op deze tijdens dewelke de belanghebbende het aanvraagt en ten |
au plus tôt le premier jour du mois qui suit celui au cours duquel il | vroegste op de eerste dag van de maand die volgt op deze waarin hij, |
atteint, selon le cas, l'un des âges mentionnés à l'alinéa 1er ». | naar gelang het geval, één van de in het eerste lid vermelde leeftijden bereikt ». |
Le rapport au Roi expose : | In het verslag aan de Koning wordt uiteengezet : |
« L'article 5 du projet traite de l'âge de la pension. Les ouvriers | « Artikel 5 van het ontwerp handelt over de pensioenleeftijd. De |
mineurs de fond et y assimilés qui apportent la preuve d'une | ondergrondse en daarmee gelijkgestelde mijnwerkers die het bewijs |
occupation au fond ou d'une activité y assimilée atteignant au minimum | leveren van een tewerkstelling in de ondergrond of van een daarmee |
20 ans au 31 décembre 2011, quel que soit leur âge à cette date, | gelijkgestelde activiteit die minimum 20 jaar bereikt op 31 december |
peuvent encore faire valoir leur droit à la pension d'ouvrier mineur à | 2011, kunnen, ongeacht hun leeftijd op deze datum, verder hun recht op |
l'âge de 55 ans. Ceux qui peuvent justifier d'une occupation d'au | het mijnwerkerspensioen laten gelden op de leeftijd van 55 jaar. |
moins 25 ans dans le fond des mines ou d'une activité y assimilée | Diegenen die ten minste een tewerkstelling van 25 jaar in de |
ondergrond of van een daarmee gelijkgestelde activiteit kunnen | |
peuvent prendre leur pension d'ouvrier mineur, quel que soit leur âge | bewijzen, kunnen hun mijnwerkerspensioen opnemen ongeacht hun leeftijd |
» (rapport au Roi, Moniteur belge, 30 avril 2012, p. 26.029). | » (verslag aan de Koning, Belgisch Staatsblad, 30 april 2012, p. |
B.6.3. Le libellé de cette disposition se rapproche de ceux de | 26.029). B.6.3. De bewoordingen van die bepaling vertonen gelijkenissen met die |
l'article 2, § 2, de la loi du 20 juillet 1990 et de l'article 2, § 2, | van artikel 2, § 2, van de wet van 20 juli 1990 en van artikel 2, § 2, |
de l'arrêté royal du 23 décembre 1996. Les travailleurs salariés qui | van het koninklijk besluit van 23 december 1996. De werknemers die |
peuvent justifier d'une occupation de vingt années comme ouvrier | kunnen doen blijken van een tewerkstelling van twintig jaar als |
mineur à la veille de l'entrée en vigueur de l'article 111 de la loi | mijnwerker de dag vóór de inwerkingtreding van artikel 111 van de wet |
du 28 décembre 2011 peuvent prendre leur retraite en raison d'une | van 28 december 2011, kunnen met pensioen gaan om reden van een |
occupation comme ouvrier mineur de fond dès qu'ils ont atteint l'âge | tewerkstelling als ondergrondse mijnwerker zodra zij de leeftijd van |
de 55 ans ou dès qu'ils justifient d'une occupation habituelle et en | 55 jaar hebben bereikt of zodra zij doen blijken dat zij gewoonlijk en |
ordre principal comme ouvrier mineur au fond des mines ou des | hoofdzakelijk zijn tewerkgesteld als mijnwerker in de ondergrond van |
carrières avec exploitation souterraine pendant au moins vingt-cinq | de mijnen of de steengroeven met ondergrondse winning gedurende ten |
années. | minste 25 jaar. |
Quant au fond | Ten gronde |
B.7.1. La question préjudicielle porte sur la compatibilité de | B.7.1. De prejudiciële vraag heeft betrekking op de bestaanbaarheid |
l'article 111 de la loi du 28 décembre 2011 avec l'article 23 de la | van artikel 111 van de wet van 28 december 2011 met artikel 23 van de |
Constitution, lu isolément ou en combinaison avec ses articles 10 et | Grondwet, al dan niet in samenhang gelezen met de artikelen 10 en 11 |
11, en ce qu'il a abrogé le régime spécial de pension des ouvriers | ervan, in zoverre het het bijzondere pensioenstelsel van de |
mineurs, visé à l'article 2, § 2, de l'arrêté royal du 23 décembre | mijnwerkers, bedoeld in artikel 2, § 2, van het koninklijk besluit van |
1996 pour les ouvriers mineurs de fond qui n'auraient pas atteint | 23 december 1996, opheft voor de ondergrondse mijnwerkers die op 31 |
l'âge de 55 ans au 31 décembre 2011, créant ainsi une différence de | december 2011 niet de leeftijd van 55 jaar zouden hebben bereikt, |
traitement, basée exclusivement sur l'âge, entre ces ouvriers mineurs | waardoor een verschil in behandeling wordt ingevoerd, dat uitsluitend |
op de leeftijd is gebaseerd, tussen die mijnwerkers en diegenen die op | |
et ceux qui auraient atteint l'âge de 55 ans au 31 décembre 2011. | 31 december 2011 de leeftijd van 55 jaar zouden hebben bereikt. |
B.7.2. Il ressort de la motivation de l'arrêt de renvoi que la | B.7.2. Uit de motivering van het verwijzingsarrest blijkt dat het |
juridiction a quo interroge également la Cour sur la compatibilité de | verwijzende rechtscollege aan het Hof eveneens een vraag stelt over de |
la disposition en cause avec l'article 23 de la Constitution, en ce | bestaanbaarheid van de in het geding zijnde bepaling met artikel 23 |
qu'elle entraînerait un recul significatif du degré de protection du | van de Grondwet, in zoverre het een aanzienlijke achteruitgang met |
zich zou meebrengen van het beschermingsniveau van het recht op | |
droit à la sécurité sociale pour le demandeur devant la juridiction a | sociale zekerheid voor de eiser voor het verwijzende rechtscollege. |
quo. B.8. Le principe d'égalité et de non-discrimination n'exclut pas | B.8. Het beginsel van gelijkheid en niet-discriminatie sluit niet uit |
qu'une différence de traitement soit établie entre des catégories de | dat een verschil in behandeling tussen categorieën van personen wordt |
personnes, pour autant qu'elle repose sur un critère objectif et | ingesteld, voor zover dat verschil op een objectief criterium berust |
qu'elle soit raisonnablement justifiée. | en het redelijk verantwoord is. |
L'existence d'une telle justification doit s'apprécier en tenant | Het bestaan van een dergelijke verantwoording moet worden beoordeeld |
compte du but et des effets de la mesure critiquée ainsi que de la | rekening houdend met het doel en de gevolgen van de betwiste maatregel |
nature des principes en cause; le principe d'égalité et de | en met de aard van de ter zake geldende beginselen; het beginsel van |
non-discrimination est violé lorsqu'il est établi qu'il n'existe pas | gelijkheid en niet-discriminatie is geschonden wanneer vaststaat dat |
de rapport raisonnable de proportionnalité entre les moyens employés | er geen redelijk verband van evenredigheid bestaat tussen de |
et le but visé. | aangewende middelen en het beoogde doel. |
B.9. L'article 23 de la Constitution contient une obligation de | B.9. Artikel 23 van de Grondwet bevat een standstill-verplichting die |
standstill qui interdit au législateur compétent de réduire | eraan in de weg staat dat de bevoegde wetgever het beschermingsniveau |
significativement le degré de protection offert par la législation | dat wordt geboden door de van toepassing zijnde wetgeving, in |
applicable, sans qu'existent pour ce faire des motifs d'intérêt | aanzienlijke mate vermindert zonder dat daarvoor redenen zijn die |
général. | verband houden met het algemeen belang. |
B.10. Afin d'évaluer si la disposition en cause crée une différence de | B.10. Om te beoordelen of de in het geding zijnde bepaling een |
verschil in behandeling invoert of een aanzienlijke achteruitgang van | |
traitement ou entraîne un recul significatif du degré de protection | het beschermingsniveau van de rechten van de eiser voor de verwijzende |
des droits du demandeur devant le juge a quo, il faut avoir égard au | rechter met zich meebrengt, dient rekening te worden gehouden met de |
régime transitoire instauré par l'arrêté royal du 26 avril 2012. | overgangsregeling die is ingevoerd bij het koninklijk besluit van 26 april 2012. |
B.11. L'article 5 de l'arrêté royal du 26 avril 2012 prévoit que les | B.11. Artikel 5 van het koninklijk besluit van 26 april 2012 bepaalt |
travailleurs salariés qui n'avaient pas atteint l'âge de 55 ans au 31 | dat de werknemers die niet de leeftijd van 55 jaar hebben bereikt op |
décembre 2011, mais qui, à cette date, justifiaient d'une occupation | 31 december 2011, maar die op die datum bewijzen dat zij gewoonlijk en |
habituelle et en ordre principal comme ouvrier mineur pendant au moins | |
vingt années peuvent prendre leur pension lorsqu'ils atteignent l'âge | hoofdzakelijk zijn tewerkgesteld gedurende ten minste twintig jaar als |
de 55 ans ou lorsqu'ils justifient d'une occupation habituelle et en | mijnwerker, met pensioen kunnen gaan wanneer zij de leeftijd van 55 |
ordre principal comme ouvrier mineur au fond des mines ou des | jaar bereiken of wanneer zij doen blijken van een gewoonlijke en |
carrières avec exploitation souterraine pendant au moins 25 années. | hoofdzakelijke tewerkstelling als mijnwerker in de ondergrond of |
steengroeven met ondergrondse winning gedurende ten minste | |
vijfentwintig jaar. | |
B.12. Il s'ensuit que les ouvriers mineurs de fond qui entrent dans le | B.12. Hieruit vloeit voort dat de ondergrondse mijnwerkers die vallen |
champ d'application ratione personae de cette disposition transitoire | onder het toepassingsgebied ratione personae van die |
peuvent prendre leur retraite après 25 années d'occupation habituelle | overgangsbepaling, met pensioen kunnen gaan na vijfentwintig jaar |
et en ordre principal, comme c'était le cas en application de | gewoonlijke en hoofdzakelijke tewerkstelling, zoals dat het geval was |
l'article 2, § 2, de l'arrêté royal du 23 décembre 1996. | met toepassing van artikel 2, § 2, van het koninklijk besluit van 23 |
december 1996. | |
Pour les personnes concernées, il n'y a donc ni recul du degré de | Voor de betrokken personen is er dus geen achteruitgang van het |
protection ni différence de traitement liée à l'âge, de sorte que les | beschermingsniveau, noch een verschil in behandeling verbonden aan de |
normes de référence visées dans la question préjudicielle ne sont pas | leeftijd, zodat de referentienormen die in de prejudiciële vraag |
violées. | worden beoogd, niet zijn geschonden. |
Il convient par conséquent de déterminer si le régime transitoire | Derhalve dient te worden nagegaan of de voormelde overgangsregeling |
précité est applicable au demandeur devant le juge a quo. | van toepassing is op de eiser voor de verwijzende rechter. |
B.13. L'arrêt de renvoi constate qu'au 31 décembre 2011, le demandeur | B.13. In het verwijzingsarrest wordt vastgesteld dat, op 31 december |
devant la juridiction a quo justifiait d'une occupation habituelle et | 2011, de eiser voor het verwijzende rechtscollege aantoont dat hij |
en ordre principal comme ouvrier mineur pendant au moins vingt années. | gewoonlijk en hoofdzakelijk is tewerkgesteld gedurende minstens |
Il constate également que le demandeur travaille comme ouvrier mineur | twintig jaar als mijnwerker. Daarin wordt eveneens vastgesteld dat de eiser als ondergronds |
de fond auprès de la même entreprise depuis le 13 mai 1992 et qu'il a | mijnwerker bij dezelfde onderneming werkt sinds 13 mei 1992 en dat hij |
demandé sa retraite le 31 mai 2017, à savoir après plus de 25 années | zijn pensioen heeft aangevraagd op 31 mei 2017, namelijk na meer dan |
d'activité en tant qu'ouvrier mineur. | vijfentwintig jaar activiteit als mijnwerker. |
La juridiction a quo ne semble toutefois pas remettre en cause | Het verwijzende rechtscollege lijkt de verklaring van de Federale |
l'affirmation du Service fédéral des Pensions selon laquelle le | Pensioendienst volgens welke de eiser voor het verwijzende |
demandeur devant la juridiction a quo devrait attendre d'avoir atteint | |
l'âge de 55 ans avant de pouvoir prendre sa retraite. Elle s'interroge | rechtscollege zou moeten wachten tot hij de leeftijd van 55 jaar |
bereikt alvorens met pensioen te kunnen gaan, niet in het geding te | |
par conséquent sur la constitutionnalité de la réforme des pensions | brengen. Het heeft bijgevolg vragen bij de grondwettigheid van de |
des ouvriers mineurs et fait porter la question préjudicielle | hervorming van de pensioenen van de mijnwerkers en formuleert de |
exclusivement sur l'article 111 de la loi du 28 décembre 2011. | prejudiciële vraag zo dat zij uitsluitend betrekking heeft op artikel 111 van de wet van 28 december 2011. |
B.14. Il ressort de la requête d'appel et de l'avis déposé par | B.14. Uit het verzoekschrift in hoger beroep en het advies neergelegd |
l'avocat général près la Cour du travail de Liège que les parties | door de advocaat-generaal bij het Arbeidshof te Luik blijkt dat de |
estiment qu'en application de l'article 7 de l'arrêté royal du 26 | partijen van mening zijn dat, met toepassing van artikel 7 van het |
avril 2012, les périodes de travail accomplies par le demandeur devant | koninklijk besluit van 26 april 2012, de door de eiser voor het |
la juridiction a quo à partir du 1er janvier 2012 ne peuvent être | verwijzende rechtscollege vanaf 1 januari 2012 verrichte |
comptabilisées pour la fixation de ses droits à la retraite, de sorte | arbeidsperioden niet kunnen worden meegeteld voor de vaststelling van |
qu'il ne pourrait justifier de 25 années d'occupation en tant | zijn pensioenrechten, zodat hij geen vijfentwintig jaar tewerkstelling |
qu'ouvrier mineur au fond des mines ou des carrières avec exploitation | zou kunnen aantonen als mijnwerker in de ondergrond van de mijnen of |
souterraine. | de steengroeven met ondergrondse winning. |
B.15. L'article 7 de l'arrêté royal du 26 avril 2012 prévoit : | B.15. Artikel 7 van het koninklijk besluit van 26 april 2012 bepaalt : |
« Les dispositions de l'article 3, 3°, de l'article 35 et du chapitre | « De bepalingen van artikel 3, 3°, van artikel 35 en van hoofdstuk IX, |
IX, de l'arrêté royal du 21 décembre 1967, restent applicables | van het koninklijk besluit van 21 december 1967, blijven onverkort van |
intégralement pour la fixation des droits à pension des travailleurs | toepassing voor de vaststelling van de pensioenrechten van de in |
visés aux articles 5 et 6, pour autant qu'il s'agisse de périodes | artikelen 5 en 6 bedoelde werknemers, voor zover het gaat om |
d'occupation situées avant le 1er janvier 2012 ». | tijdvakken van tewerkstelling gelegen vóór 1 januari 2012 ». |
B.16. L'article 3, 3°, de l'arrêté royal du 21 décembre 1967 « portant | B.16. Artikel 3, 3°, van het koninklijk besluit van 21 december 1967 « |
règlement général du régime de pension de retraite et de survie des | tot vaststelling van het algemeen reglement betreffende het rust- en |
travailleurs salariés » énumère l'ensemble des périodes de travail | overlevingspensioen voor werknemers » somt alle arbeidsperioden op die |
considérées comme accomplies en qualité d'ouvrier mineur de fond ou de | worden geacht te zijn verricht als ondergronds of bovengronds |
surface et d'ouvrier mineur assimilé. | mijnwerker en daarmee gelijkgesteld mijnwerker. |
Il dispose : | Het bepaalt : |
« En application de l'article 15, 2°, de l'arrêté royal n° 50, on | « Met toepassing van artikel 15, 2° van het koninklijk besluit nr. 50, |
entend par : | wordt verstaan onder : |
[...] | [...] |
3° périodes de travail en qualité d'ouvrier mineur, les périodes | 3° arbeidsperioden als mijnwerker, de perioden waarin de werknemer de |
pendant lesquelles le travailleur avait les qualités suivantes: | volgende hoedanigheden had : |
a) ouvriers houilleurs, c'est-à-dire: les ouvriers mineurs occupés | a) steenkolenmijnwerkers, dit wil zeggen : de mijnwerkers die in de |
dans les mines de houille, les délégués ouvriers à l'inspection des | steenkolenmijnen tewerkgesteld zijn, de afgevaardigden-arbeiders bij |
mines de houille et les ouvriers d'entrepreneurs particuliers occupés | het mijntoezicht en de arbeiders van particuliere ondernemers die |
dans les travaux du fond ou de la surface des mines de houille, si ces travaux présentent un caractère permanent et intéressent l'exploitation proprement dite; b) ouvriers occupés dans les autres mines; c) ouvriers occupés dans les carrières généralement quelconques, si l'exploitation est souterraine ou dans les travaux du fond ou de la surface de l'exploitation souterraine des carrières qui comportent à la fois une exploitation à ciel couvert et une exploitation souterraine. Sont considérées comme exploitations souterraines, les carrières où l'exploitation se fait par puits droits ou par puits bouteille, si la profondeur de ceux-ci atteint ou dépasse vingt mètres, ainsi que les carrières où l'exploitation se fait par galeries souterraines ou par | ondergronds of bovengronds in de steenkolenmijnen werken, indien deze werkzaamheden van blijvende aard zijn en de eigenlijke uitbating aanbelangen; b) arbeiders in de andere mijnen tewerkgesteld; c) arbeiders in om het even welke groeven tewerkgesteld, zo de ontginning ondergronds geschiedt of aan ondergrondse of bovengrondse werkzaamheden in de ondergrondse ontginning van de groeven welke tegelijk een openlucht- en een ondergrondse ontginning omvatten. Worden beschouwd als ondergrondse ontginningen, de groeven waar de ontginning langs rechte putten of langs flesvormige putten geschiedt, zo deze twintig meter of meer diep zijn, alsmede de groeven waar de ontginning geschiedt langs ondergrondse galerijen of langs |
excavations souterraines, s'il est nécessaire de recourir à la lumière | ondergrondse uitgravingen, zo men zijn toevlucht moet nemen tot |
artificielle pour y travailler; | kunstlicht om er te kunnen werken; |
d) ouvriers dans les usines de sous-produits de la houille, qui sont | d) arbeiders tewerkgesteld in de fabrieken van bijprodukten van |
annexées aux mines de houille en activité ainsi que les ouvriers | steenkolen, welke aan steenkolenmijnen verbonden zijn, evenals de |
occupés dans les cokeries au moment de l'arrêt de l'extraction de la | arbeiders in de cokesfabrieken te werk gesteld op het ogenblik van het |
houille dans la mine à laquelle elles sont annexées et qui après cet | opdelven van steenkolen in de mijn waaraan zij verbonden zijn en die, |
arrêt continuent à être occupés dans ces cokeries et les ouvriers des | na deze stopzetting, verder tewerkgesteld blijven in die |
mines de houille auxquelles sont annexées les cokeries et qui, en | cokesfabrieken en de arbeiders van de steenkolenmijnen waaraan de |
raison de l'arrêt de l'extraction de la houille dans ces mines sont | cokesfabrieken verbonden zijn en die wegens het stopzetten van het |
opdelven van steenkolen in deze mijnen rechtstreeks worden | |
transférés directement de ces mines dans lesdites cokeries; | overgeplaatst van deze mijnen naar genoemde cokesfabrieken; |
e) ouvriers occupés dans des carrières qui ne sont pas considérées | e) arbeiders tewerkgesteld in steengroeven, welke niet beschouwd |
comme exploitation souterraines et dont l'occupation a donné lieu au | worden als ondergrondse ontginningen en wier tewerkstelling aanleiding |
versement des cotisations d'assurance en application des lois du 30 | heeft gegeven tot het storten van verzekeringsbijdragen bij toepassing |
décembre 1924 ou du 1er août 1930; | van de wetten van 30 december 1924 of 1 augustus 1930; |
f) arbeiders van de steengroeven die, bij toepassing van de besluitwet | |
f) ouvriers des carrières qui, en application de l'arrêté-loi du 25 | van 25 februari 1947, onderworpen waren aan de speciale |
février 1947 étaient assujettis au régime spécial de retraite des | pensioenregeling voor de mijnwerkers, voor de periode gedurende welke |
ouvriers mineurs pour la période durant laquelle ils ont été occupés dans lesdites entreprises, antérieurement au 1er mars 1947; g) ouvriers occupés dans une mine de houille au moment de l'arrêt de l'extraction de la houille et qui, après cet arrêt continuent à y être occupés exclusivement aux travaux relatifs à la mise hors d'usage des installations ainsi qu'aux travaux relatifs au traitement et à l'écoulement des produits de cette mine; h) apprentis ouvriers mineurs et élèves d'établissements d'enseignement occupés dans les entreprises visées ci-dessus à des travaux d'apprentissage indispensables à leur formation d'ouvrier mineur. Pour l'application du présent article, la mine de houille est l'unité technique d'exploitation dont l'activité principale et permanente est l'extraction de la houille. L'occupation comme ouvrier mineur du fond est celle qui est exercée habituellement et en ordre principal dans les travaux souterrains des entreprises visées ci-dessus. Tout travailleur engagé en vertu d'un contrat de travail au service d'une de ces entreprises et qui n'est pas occupé habituellement et en ordre principal dans des travaux souterrains est censé être occupé | zij, vóór 1 maart 1947, in deze ondernemingen werkzaam waren; g) arbeiders op het ogenblik van het stopzetten van het opdelven van steenkolen tewerkgesteld in een steenkolenmijn en die, na deze stopzetting er verder uitsluitend tewerkgesteld blijven aan werkzaamheden betreffende het buiten gebruik stellen van de installaties, alsmede aan werkzaamheden betreffende de bewerking en de afzet van de produkten van deze mijn; h) leerlingen-mijnwerkers en leerlingen van onderwijsinstellingen tewerkgesteld aan voor hun opleiding tot mijnwerker noodzakelijke leeropdrachten in de hiervoor bedoelde ondernemingen. Voor de toepassing van dit artikel is de steenkolenmijn de technische eenheid van ontginning waarvan de noodzakelijke en blijvende werkzaamheid het opdelven van steenkolen is. De tewerkstelling als ondergrondse mijnwerker is deze welke gewoonlijk en hoofdzakelijk uitgeoefend wordt in de ondergrond van de hierboven bedoelde ondernemingen. Elke werknemer, aangeworven krachtens een arbeidsovereenkomst, in dienst van één van die ondernemingen en die niet gewoonlijk en hoofdzakelijk ondergrondse arbeid verricht, wordt geacht als |
comme ouvrier mineur de la surface. | bovengronds mijnwerker tewerkgesteld te zijn. |
[...] ». | [...] ». |
B.17. Le rapport au Roi relatif à l'arrêté royal du 26 avril 2012 | B.17. Het verslag aan de Koning betreffende het koninklijk besluit van |
expose que l'objet de l'article 7 de l'arrêté royal du 26 avril 2012 | 26 april 2012 zet uiteen dat het doel van artikel 7 van het koninklijk |
est : | besluit van 26 april 2012 erin bestaat : |
« [d']assure[r] expressément, pour les périodes antérieures au 1er | « uitdrukkelijk [te verzekeren], voor de perioden voorafgaand aan 1 |
janvier 2012, les droits résultant notamment de : | januari 2012, de rechten voortvloeiend met name uit : |
- l'assimilation de certaines activités d'exploitation minière avec | - de gelijkstelling van sommige activiteiten in de mijnbouw met de |
l'occupation comme ouvrier mineur de fond; | tewerkstelling als ondergronds mijnwerker; |
- l'assimilation de périodes d'occupation qui précèdent et suivent la | - de gelijkstelling van tijdvakken van tewerkstelling voorafgaand en |
fermeture des Charbonnages de Campine (accords de 1989); | volgend op de sluiting van de Kempische Steenkoolmijnen (akkoorden van 1989); |
- l'octroi d'une allocation de chauffage » (rapport au Roi, Moniteur | - de toekenning van een verwarmingstoelage » (verslag aan de Koning, |
belge, 30 avril 2012, p. 26.029). | Belgisch Staatsblad, 30 april 2012, p. 26.029). |
B.18. En d'autres termes, l'article 7 de l'arrêté royal du 26 avril | B.18. Artikel 7 van het koninklijk besluit van 26 april 2012 bevestigt |
met andere woorden uitdrukkelijk, voor zover nodig, dat de | |
2012 confirme explicitement, si besoin en était, que les assimilations | gelijkstellingen bepaald in artikel 3, 3°, van het koninklijk besluit |
prévues à l'article 3, 3°, de l'arrêté royal du 21 décembre 1967 | van 21 december 1967 van toepassing blijven, zodat de betrokken |
restent applicables, de sorte que les ouvriers concernés peuvent faire | |
valoir ces périodes d'occupation antérieures au 1er janvier 2012 aux | arbeiders die arbeidsperioden vóór 1 januari 2012 kunnen aanvoeren |
fins de démontrer qu'ils relèvent du champ d'application ratione | teneinde aan te tonen dat zij onder het toepassingsgebied ratione |
personae du régime transitoire, dès lors qu'ils justifiaient, au 31 | personae van de overgangsregeling vallen, aangezien zij op 31 december |
décembre 2011, d'une occupation habituelle et en ordre principal | 2011 deden blijken van een gewoonlijke en hoofdzakelijke |
pendant vingt années. | |
Par contre, l'objet de cette disposition n'est pas de rendre plus | tewerkstelling gedurende twintig jaar. |
difficile l'accès à la retraite pour les personnes qui justifiaient, | |
au 31 décembre 2011, d'une occupation comme ouvrier mineur pendant | Die bepaling beoogt daarentegen niet voor de personen die op 31 |
december 2011 deden blijken van een tewerkstelling als mijnwerker | |
vingt années en exigeant que ces personnes aient justifié, de | gedurende twintig jaar de toegang tot het pensioen moeilijker te |
surcroît, à la même date, d'une occupation comme ouvrier mineur de | maken, door te eisen dat die personen daarnaast op dezelfde datum |
hebben doen blijken van een tewerkstelling als ondergronds mijnwerker | |
fond pendant 25 années. | gedurende vijfentwintig jaar. |
En effet, s'il fallait considérer que l'article 7 de l'arrêté royal du | Indien ervan moest worden uitgegaan dat artikel 7 van het koninklijk |
26 avril 2012 empêche de prendre en considération les périodes de | besluit van 26 april 2012 belet om de in artikel 3, 3°, van het |
travail visées à l'article 3, 3°, de l'arrêté royal du 21 décembre | koninklijk besluit van 21 december 1967 bedoelde arbeidsperioden in |
1967, lorsqu'elles ont été accomplies à partir du 1er janvier 2012, il | aanmerking te nemen, wanneer zij zijn verricht vanaf 1 januari 2012, |
en résulterait que plus aucun ouvrier mineur de fond des mines ou des | dan zou hieruit immers voortvloeien dat geen enkele ondergrondse |
carrières ne pourrait faire valoir une période de travail accomplie à | mijnwerker in de mijnen of de steengroeven een arbeidsperiode zou |
partir de cette date et que les 25 années d'occupation comme ouvrier | kunnen aanvoeren dat die verricht na die datum en dat de 25 jaar |
mineur de fond des mines ou des carrières avec exploitation | tewerkstelling als ondergronds mijnwerker in de mijnen of de |
souterraine devraient avoir été accomplies avant celle-ci. | steengroeven met ondergrondse winning daarvóór zouden moeten zijn |
B.19. Cette interprétation ne correspond pas à l'intention du Roi et | verricht. B.19. Die interpretatie stemt niet overeen met het voornemen van de |
est contraire à l'article 5 de l'arrêté royal du 26 avril 2012. | Koning en is strijdig met artikel 5 van het koninklijk besluit van 26 |
L'article 5, alinéa 1er, 2°, de l'arrêté royal du 26 avril 2012 fixe | april 2012. Bij artikel 5, eerste lid, 2°, van het koninklijk besluit van 26 april |
deux conditions relatives à la carrière des ouvriers qui peuvent | 2012 worden twee voorwaarden vastgesteld met betrekking tot de |
bénéficier du régime transitoire. Ces conditions ne peuvent être | loopbaan van de arbeiders die de overgangsregeling kunnen genieten. |
assimilées, dès lors que le nombre d'années d'occupation et la qualité | Die voorwaarden kunnen niet worden gelijkgesteld, aangezien het aantal |
jaren van tewerkstelling en de hoedanigheid van de werknemer die | |
du travailleur exigés diffèrent. | worden vereist, verschillen. |
Il résulte de l'article 7 de l'arrêté royal du 26 avril 2012 et du | Uit artikel 7 van het koninklijk besluit van 26 april 2012 en uit het |
rapport au Roi relatif à cet arrêté (Moniteur belge, 30 avril 2012, p. | verslag aan de Koning bij dat besluit (Belgisch Staatsblad, 30 april |
26.029) que la notion d' « ouvrier mineur » vise les ouvriers mineurs | 2012, p. 26.029) vloeit voort dat het begrip « mijnwerker » de |
du fond ou de la surface et les ouvriers mineurs assimilés. Afin de | ondergrondse of bovengrondse mijnwerkers en de daarmee gelijkgestelde |
bénéficier du régime transitoire, l'ouvrier qui n'avait pas atteint | mijnwerkers beoogt. Teneinde de overgangsregeling te genieten, dient |
l'âge de 55 ans au 31 décembre 2011 doit, notamment, justifier, à la | de arbeider die op 31 december 2011 niet de leeftijd van 55 jaar had |
même date, d'une occupation en cette qualité pendant vingt années. | bereikt, met name te bewijzen dat hij op dezelfde datum twintig jaar |
tewerkstelling in die hoedanigheid heeft verricht. | |
La notion d'« ouvrier mineur au fond des mines ou des carrières avec | Het begrip « mijnwerker in de ondergrond of steengroeven met |
exploitation souterraine » est définie à l'article 3, 3°, alinéa 3, de | ondergrondse winning » wordt gedefinieerd in artikel 3, 3°, derde lid, |
l'arrêté royal du 21 décembre 1967. Elle vise les ouvriers qui | van het koninklijk besluit van 21 december 1967. Het beoogt de |
exercent habituellement et en ordre principal des travaux souterrains | arbeiders die gewoonlijk en hoofdzakelijk ondergrondse werken |
pour les entreprises visées dans cette disposition. Il s'agit donc | uitvoeren voor de in die bepaling bedoelde ondernemingen. Het betreft |
d'une catégorie restreinte d'ouvriers mineurs. Afin de pouvoir | dus een beperkte categorie van mijnwerkers. Teneinde de |
bénéficier du régime transitoire en vertu de l'article 5, alinéa 1er, | overgangsregeling krachtens artikel 5, eerste lid, 2°, van het |
2°, de l'arrêté royal du 26 avril 2012, l'ouvrier qui n'avait pas | koninklijk besluit van 26 april 2012 te kunnen genieten, dient de |
atteint l'âge de 55 ans au 31 décembre 2011 doit justifier, au moment | arbeider die op 31 december 2011 niet de leeftijd van 55 jaar had |
bereikt op het ogenblik dat hij met pensioen gaat te doen blijken van | |
de prendre sa retraite, d'une occupation comme ouvrier mineur au fond | een tewerkstelling als mijnwerker in de ondergrond of steengroeven met |
des mines ou des carrières avec exploitation souterraine pendant 25 années. | ondergrondse winning gedurende 25 jaar. |
En effet, l'article 5 de l'arrêté royal du 26 avril 2012 est rédigé de | Artikel 5 van het koninklijk besluit van 26 april 2012 is immers zo |
manière telle que la date du 31 décembre 2011, à savoir la veille de | opgesteld dat de datum van 31 december 2011, namelijk daags vóór de |
l'entrée en vigueur de l'article 111 de la loi du 28 décembre 2011, | inwerkingtreding van artikel 111 van de wet 28 december 2011, |
doit uniquement être prise en considération lorsqu'il s'agit | uitsluitend in aanmerking moet worden genomen wanneer dient te worden |
d'apprécier si le travailleur salarié entre dans le champ | |
d'application ratione personae du régime transitoire. En effet, c'est | beoordeeld of de werknemer onder het toepassingsgebied ratione |
à cette date que le travailleur salarié qui n'avait pas atteint l'âge | personae van de overgangsregeling valt. Het is immers op die datum dat |
de 55 ans devait justifier d'une occupation habituelle et en ordre | de werknemer die niet de leeftijd van 55 jaar heeft bereikt, diende |
principal comme ouvrier mineur pendant au moins vingt années. | aan te tonen dat hij gewoonlijk en hoofdzakelijk als mijnwerker is |
tewerkgesteld gedurende minstens twintig jaar. | |
Si tel était le cas, le travailleur salarié peut prendre sa pension | Indien zulks het geval was, kan de werknemer met pensioen gaan zodra |
dès qu'il a atteint « l'âge de la pension » fixé à l'article 5 de | hij de bij artikel 5 van het koninklijk besluit van 26 april 2012 |
l'arrêté royal du 26 avril 2012. Cet âge est atteint lorsque le | vastgestelde « pensioenleeftijd » heeft bereikt. Die leeftijd wordt |
travailleur salarié a atteint l'âge de 55 ans, s'il s'agit d'une | bereikt wanneer de werknemer de leeftijd van 55 jaar heeft bereikt, |
pension de retraite en raison d'une occupation comme ouvrier mineur de | indien het een rustpensioen wegens een tewerkstelling als ondergronds |
fond (1°), ou lorsqu'il justifie d'une occupation habituelle et en | mijnwerker betreft (1°), of wanneer hij doet blijken van een |
ordre principal comme ouvrier mineur au fond des mines ou des | gewoonlijke en hoofdzakelijke tewerkstelling als mijnwerker in de |
carrières avec exploitation souterraine pendant 25 années (2°). | ondergrond of steengroeven met ondergrondse winning gedurende 25 jaar (2°). |
En revanche, la date du 31 décembre 2011 n'est pas prise en | De datum van 31 december 2011 wordt daarentegen niet in aanmerking |
considération lorsqu'il s'agit de déterminer si le travailleur avait | genomen wanneer moet worden bepaald of de werknemer de in 1° en 2° van |
atteint « l'âge de la pension » visé aux 1° et 2° de cette disposition. | die bepaling beoogde « pensioenleeftijd » had bereikt. |
Si la disposition prévoyait que le travailleur devait avoir atteint | Indien de bepaling erin voorzag dat de werknemer de leeftijd van 55 |
l'âge de 55 ans au 31 décembre 2011, elle n'aurait pas de portée | jaar moest hebben bereikt op 31 december 2011, dan zou zij geen andere |
distincte de celle de l'article 111, seconde phrase, de la loi du 28 décembre 2011. | draagwijdte hebben dan die van artikel 111, tweede zin, van de wet van 28 december 2011. |
De même, si le Roi avait pour intention d'exiger que pour bénéficier | Evenzo, indien de Koning voornemens was te eisen dat, om de |
du régime transitoire les travailleurs salariés devaient justifier, au | overgangsregeling te genieten, de werknemers op 31 december 2011 |
31 décembre 2011, d'une occupation comme ouvrier mineur de fond des | moesten doen blijken van een tewerkstelling als ondergronds mijnwerker |
mines ou des carrières avec exploitation souterraine pendant 25 | in de mijnen of de steengroeven met ondergrondse winning gedurende 25 |
années, Il n'aurait pas exigé que ceux-ci justifient, par ailleurs, au | |
31 décembre 2011, d'une occupation comme ouvrier mineur pendant vingt | jaar, dan zou Hij niet hebben geëist dat zij daarnaast op 31 december |
années, étant donné que les travailleurs salariés qui répondent à la | 2011 een tewerkstelling als mijnwerker gedurende twintig jaar |
première exigence répondent mécaniquement à la seconde. | aantonen, gelet op het feit dat de werknemers die aan de eerste |
B.20. Il convient par conséquent de conclure que les travailleurs | vereiste voldoen, automatisch beantwoorden aan de tweede. |
salariés qui, au 31 décembre 2011, justifient d'une occupation comme | B.20. Bijgevolg dient er besloten te worden dat de werknemers die op |
ouvrier mineur pendant vingt années peuvent prendre leur retraite soit | 31 december 2011 een tewerkstelling als mijnwerker gedurende twintig |
à partir de l'âge de 55 ans, soit à partir du moment où ils justifient | jaar bewijzen met pensioen kunnen gaan, ofwel vanaf de leeftijd van 55 |
jaar, ofwel vanaf het ogenblik dat zij doen blijken van een | |
d'une occupation comme ouvrier mineur de fond pendant 25 années, | tewerkstelling als ondergronds mijnwerker gedurende 25 jaaar, ongeacht |
quelle que soit la date à laquelle l'une ou l'autre de ces conditions | de datum waarop aan de ene of de andere van die voorwaarden is |
est remplie. | voldaan. |
B.21. Les articles 5 et 7 de l'arrêté royal du 26 avril 2012 ne | B.21. De artikelen 5 en 7 van het koninklijk besluit van 26 april 2012 |
peuvent raisonnablement recevoir l'interprétation que leur donnent les | kunnen niet op redelijke wijze de interpretatie krijgen die de |
parties au litige pendant devant la juridiction a quo, de sorte que le | partijen in het geding voor het verwijzende rechtscollege eraan geven, |
régime transitoire prévu par la première de ces dispositions est | zodat de overgangsregeling waarin de eerste van die bepalingen |
applicable au demandeur devant la juridiction a quo, lequel peut, | voorziet, van toepassing is op de eiser voor het verwijzende |
comme c'était le cas avant l'entrée en vigueur de l'article 111 de la | rechtscollege, die, zoals dat het geval was vóór de inwerkingtreding |
loi du 28 décembre 2011, prendre sa retraite après 25 années | van artikel 111 van de wet van 28 december 2011, met pensioen kan gaan |
d'occupation comme ouvrier mineur de fond des carrières avec | na 25 jaar tewerkstelling als ondergronds mijnwerker in steengroeven |
exploitation souterraine. | met ondergrondse winning. |
Il s'ensuit que la différence de traitement et le recul significatif | Hieruit vloeit voort dat het verschil in behandeling en de |
sur lesquels porte la question préjudicielle n'existent pas. | aanzienlijke achteruitgang waarop de prejudiciële vraag betrekking |
heeft, onbestaande zijn. | |
B.22. La question préjudicielle appelle une réponse négative. | B.22. De prejudiciële vraag dient ontkennend te worden beantwoord. |
Par ces motifs, | Om die redenen, |
la Cour | het Hof |
dit pour droit : | zegt voor recht : |
L'article 111 de la loi du 28 décembre 2011 « portant des dispositions | Artikel 111 van de wet van 28 december 2011 « houdende diverse |
diverses » ne viole pas l'article 23, lu isolément ou en combinaison | bepalingen » schendt niet artikel 23, al dan niet in samenhang gelezen |
avec les articles 10 et 11, de la Constitution. | met de artikelen 10 en 11, van de Grondwet. |
Ainsi rendu en langue française et en langue néerlandaise, | Aldus gewezen in het Frans en het Nederlands, overeenkomstig artikel |
conformément à l'article 65 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur | 65 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Grondwettelijk Hof, |
la Cour constitutionnelle, le 18 novembre 2021. | op 18 november 2021. |
Le greffier, | De griffier, |
P.-Y. Dutilleux | P.-Y. Dutilleux |
Le président, | De voorzitter, |
F. Daoût | F. Daoût |