← Retour vers "Extrait de l'arrêt n° 27/2019 du 14 février 2019 Numéro du rôle : 6811 En cause :
la question préjudicielle relative aux articles 13 et 14 de la loi du 10 avril 1971 sur les accidents
du travail, posée par la Cour du travail de Liège, divisio La Cour constitutionnelle, composée
des présidents F. Daoût et A. Alen, et des juges J.-P. Snapp(...)"
Extrait de l'arrêt n° 27/2019 du 14 février 2019 Numéro du rôle : 6811 En cause : la question préjudicielle relative aux articles 13 et 14 de la loi du 10 avril 1971 sur les accidents du travail, posée par la Cour du travail de Liège, divisio La Cour constitutionnelle, composée des présidents F. Daoût et A. Alen, et des juges J.-P. Snapp(...) | Uittreksel uit arrest nr. 27/2019 van 14 februari 2019 Rolnummer 6811 In zake : de prejudiciële vraag betreffende de artikelen 13 en 14 van de arbeidsongevallenwet van 10 april 1971, gesteld door het Arbeidshof te Luik, afdeling Luik. Het samengesteld uit de voorzitters F. Daoût en A. Alen, en de rechters J.-P. Snappe, T. Merckx-Van Goe(...) |
---|---|
COUR CONSTITUTIONNELLE | GRONDWETTELIJK HOF |
Extrait de l'arrêt n° 27/2019 du 14 février 2019 | Uittreksel uit arrest nr. 27/2019 van 14 februari 2019 |
Numéro du rôle : 6811 | Rolnummer 6811 |
En cause : la question préjudicielle relative aux articles 13 et 14 de | In zake : de prejudiciële vraag betreffende de artikelen 13 en 14 van |
la loi du 10 avril 1971 sur les accidents du travail, posée par la | de arbeidsongevallenwet van 10 april 1971, gesteld door het Arbeidshof |
Cour du travail de Liège, division Liège. | te Luik, afdeling Luik. |
La Cour constitutionnelle, | Het Grondwettelijk Hof, |
composée des présidents F. Daoût et A. Alen, et des juges J.-P. | samengesteld uit de voorzitters F. Daoût en A. Alen, en de rechters |
Snappe, T. Merckx-Van Goey, T. Giet, R. Leysen et M. Pâques, assistée | J.-P. Snappe, T. Merckx-Van Goey, T. Giet, R. Leysen en M. Pâques, |
du greffier F. Meersschaut, présidée par le président F. Daoût, | bijgestaan door de griffier F. Meersschaut, onder voorzitterschap van voorzitter F. Daoût, |
après en avoir délibéré, rend l'arrêt suivant : | wijst na beraad het volgende arrest : |
I. Objet de la question préjudicielle et procédure | I. Onderwerp van de prejudiciële vraag en rechtspleging |
Par arrêt du 22 décembre 2017 en cause de la « Caisse commune | Bij arrest van 22 december 2017 in zake de « Gemeenschappelijke |
d'assurance accidents du travail SECUREX » contre M.M., dont | Verzekeringskas tegen Arbeidsongevallen SECUREX » tegen M.M., waarvan |
l'expédition est parvenue au greffe de la Cour le 9 janvier 2018, la | de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 9 januari 2018, |
Cour du travail de Liège, division Liège, a posé la question | heeft het Arbeidshof te Luik, afdeling Luik, de volgende prejudiciële |
préjudicielle suivante : | vraag gesteld : |
« Les articles 13 et 14 de la loi du 10 avril 1971 sur les accidents | « Schenden de artikelen 13 en 14 van de arbeidsongevallenwet van 10 |
du travail violent-ils les articles 10 et 11 de la Constitution, lus | april 1971 de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in samenhang gelezen |
conjointement avec les articles 2, 3 et 26.1 de la Convention relative | met de artikelen 2, 3 en 26, lid 1, van het Verdrag inzake de rechten |
van het kind, in zoverre zij het kind dat van jongs af aan ten laste | |
aux droits de l'enfant, en ce qu'ils excluent du bénéfice de la rente | is genomen door de getroffene en ten aanzien van hetwelk de getroffene |
l'enfant qui a été pris en charge par la victime dès son plus jeune | vervangend voogd was en in dat opzicht de rechten waarvan de |
âge et vis-à-vis duquel la victime était protuteur et exerçait à ce | biologische ouders vervallen waren verklaard en de daarmee verband |
titre les droits dont les parents biologiques étaient déchus ainsi que | houdende verplichtingen uitoefende, uitsluiten van het voordeel van de |
les obligations corrélatives, alors que ces mêmes dispositions | rente, terwijl diezelfde bepalingen de rente toekennen aan de |
octroient la rente aux enfants biologiques et aux enfants adoptés ? ». | biologische kinderen en aan de geadopteerde kinderen ? ». |
(...) | (...) |
III. En droit | III. In rechte |
(...) | (...) |
B.1. La question préjudicielle porte sur les articles 13 et 14 de la | B.1. De prejudiciële vraag heeft betrekking op de artikelen 13 en 14 |
loi du 10 avril 1971 sur les accidents du travail, qui disposent : | van de arbeidsongevallenwet van 10 april 1971, die bepalen : |
« Art. 13.§ 1er. Les enfants de la victime, orphelins de père ou de |
« Art. 13.§ 1. De kinderen van de getroffene, die wees zijn van vader |
mère, reçoivent chacun une rente égale à 15 % de la rémunération de | of moeder, ontvangen elk een rente die gelijk is aan 15 % van het |
base, sans que l'ensemble ne puisse dépasser 45 % de ladite rémunération. | basisloon zonder dat het totaal 45 % van dit loon mag overschrijden. |
§ 2. Les enfants du conjoint ou du cohabitant légal de la victime, | § 2. De kinderen van de echtgenoot of van de wettelijk samenwonende |
partner van de getroffene, die wees zijn van vader of moeder, | |
orphelins de père ou de mère, reçoivent chacun une rente égale à 15 % | ontvangen elk een rente die gelijk is aan 15 % van het basisloon |
de la rémunération de base, sans que l'ensemble ne puisse dépasser 45 | zonder dat het totaal 45 % van dit loon mag overschrijden indien ze |
% de ladite rémunération, s'ils sont nés ou conçus au moment du décès | geboren of verwekt zijn op het ogenblik van het overlijden van de |
de la victime. | getroffene. |
§ 3. Les enfants visés au § 1 et au § 2, orphelins de père et de mère | § 3. De bij § 1 en § 2 bedoelde kinderen, die wees zijn van vader en |
reçoivent chacun une rente égale à 20 % de la rémunération de base | moeder, ontvangen elk een rente die gelijk is aan 20 % van het |
sans que l'ensemble ne puisse dépasser 60 % de ladite rémunération. | basisloon zonder dat het totaal 60 % van dit loon mag overschrijden. |
§ 4. Les enfants dont la filiation n'est établie qu'à l'égard d'un | § 4. Kinderen van wie de afstamming slechts ten aanzien van één van |
seul de leurs parents sont assimilés à des orphelins pour | hun ouders vaststaat, worden voor de toepassing van dit artikel met |
l'application du présent article. | wezen gelijkgesteld. |
§ 5. [abrogé] | § 5. [opgeheven] |
§ 6. La rente accordée en application du § 2 et du § 3 aux enfants du | § 6. De rente die bij toepassing van § 2 en § 3 wordt toegekend aan de |
conjoint ou du cohabitant légal de la victime est diminuée du montant | kinderen van de echtgenoot of van de wettelijk samenwonende partner |
de la rente accordée à ces enfants du chef d'un autre accident mortel | van de getroffene, wordt verminderd met het bedrag van de rente die |
aan voornoemde kinderen wegens een ander dodelijk arbeidsongeval wordt | |
du travail. Le montant total de la rente ainsi diminuée et de l'autre | toegekend. Het totaal bedrag van de aldus verminderde rente en van de |
rente ne peut toutefois être inférieur au montant de la rente accordée | andere rente mag evenwel niet lager zijn dan het bedrag van de rente |
aux enfants de la victime. | toegekend aan de kinderen van de getroffene. |
Art. 14.§ 1er. Les enfants adoptés par une seule personne reçoivent |
Art. 14.§ 1. De kinderen die door één persoon zijn geadopteerd |
une rente qui, pour chaque enfant, est égale à 20 p.c. de la | ontvangen een rente die voor ieder kind gelijk is aan 20 pct. van het |
rémunération de base de l'adoptant décédé, sans que l'ensemble puisse dépasser 60 p.c. de ladite rémunération. | basisloon van de overleden adoptant, zonder dat het totaal 60 pct. van dit loon mag overschrijden. |
§ 2. Les enfants adoptés par deux personnes reçoivent, pour chaque | § 2. De kinderen die door twee personen zijn geadopteerd ontvangen |
enfant, une rente égale à : | voor ieder kind, een rente gelijk aan : |
a) 15 p.c. de la rémunération de base si l'un des adoptants survit à | a) 15 pct. van het basisloon zo één van de adoptanten de andere |
l'autre, sans que l'ensemble puisse dépasser 45 p.c. de ladite | overleeft, zonder dat het totaal 45 pct. van dit loon mag |
rémunération; | overschrijden; |
b) 20 p.c. de la rémunération de base si l'un des adoptants est | b) 20 pct. van het basisloon zo één van de adoptanten vóór-overleden |
prédécédé, sans que l'ensemble puisse dépasser 60 p.c. de ladite | is, zonder dat het totaal 60 pct. van dit loon mag overschrijden. |
rémunération. § 3. Les adoptés qui, conformément aux dispositions de l'article | § 3. De geadopteerden die overeenkomstig de bepalingen van artikel |
353-15 du Code civil, peuvent faire valoir leurs droits dans leur | 353-15 van het Burgerlijk Wetboek rechten kunnen doen gelden in hun |
famille d'origine et dans leur famille adoptive, ne peuvent pas | oorspronkelijke familie en in hun adoptieve familie, mogen de rechten, |
cumuler les droits auxquels ils pourraient prétendre dans chacune de | waarop zij in elke van deze families aanspraak kunnen maken, niet |
ces familles. Ils peuvent toutefois opter entre la rente à laquelle | samenvoegen. Zij mogen echter kiezen tussen de rente, waarop zij recht |
ils ont droit dans leur famille d'origine et celle à laquelle ils ont | hebben in hun oorspronkelijke of in hun adoptieve familie. De |
droit dans leur famille adoptive. Les adoptés peuvent toujours revenir | geadopteerden kunnen steeds op hun keuze terugkomen wanneer zich in |
sur leur choix si un nouvel accident mortel survient dans leur famille | hun oorspronkelijke of in hun adoptieve familie een nieuw ongeval met |
d'origine ou adoptive. | dodelijke afloop voordoet. |
4. En cas de concours des intérêts des enfants adoptés et de ceux des | § 4. Ingeval van samenloop van de belangen van de geadopteerde |
autres enfants, la rente accordée aux enfants adoptés ne peut être | kinderen met die van de andere kinderen mag de rente toegekend aan de |
supérieure à celle accordée aux autres enfants. | geadopteerde kinderen niet hoger zijn dan deze toegekend aan de andere kinderen. |
§ 5. Les dispositions du présent article s'appliquent uniquement à | § 5. De bepalingen van dit artikel zijn uitsluitend van toepassing op |
l'adoption simple ». | de gewone adoptie ». |
B.2. La Cour est interrogée sur la compatibilité avec les articles 10 | B.2. Aan het Hof wordt een vraag gesteld over de bestaanbaarheid, met |
et 11 de la Constitution, lus en combinaison avec les articles 2, 3 et | de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in samenhang gelezen met de |
26, paragraphe 1, de la Convention relative aux droits de l'enfant, | artikelen 2, 3 en 26, lid 1, van het Verdrag inzake de rechten van het |
kind, van de in het geding zijnde bepalingen, in zoverre zij het kind | |
des dispositions en cause, en ce qu'elles excluent du bénéfice de la | dat van jongs af aan ten laste is genomen door de getroffene en ten |
rente l'enfant qui a été pris en charge par la victime dès son plus | aanzien van hetwelk de getroffene vervangend voogd was en in dat |
jeune âge et vis-à-vis duquel la victime était protuteur et exerçait à | opzicht de rechten waarvan de biologische ouders vervallen waren |
ce titre les droits dont les parents biologiques étaient déchus ainsi | verklaard en de daarmee verband houdende verplichtingen uitoefende, |
que les obligations corrélatives, alors que ces mêmes dispositions | uitsluiten van het voordeel van de rente, terwijl diezelfde bepalingen |
octroient la rente aux enfants biologiques et aux enfants adoptés. | de rente toekennen aan de biologische kinderen en geadopteerde kinderen. |
B.3. Le litige porté devant le juge a quo concerne le refus d'une | B.3. Het voor de verwijzende rechter gebrachte geschil heeft |
rente, à la suite d'un accident du travail mortel, au bénéfice d'une | betrekking op de weigering van een rente, ingevolge een dodelijk |
arbeidsongeval, ten voordele van een kind wiens ouders uit het | |
enfant dont les parents ont été déchus de l'autorité parentale. Cette | ouderlijk gezag zijn ontzet. Dat kind werd vanaf de leeftijd van |
enfant a été, dès l'âge de quelques mois, prise en charge par la | enkele maanden ten laste genomen door de getroffene, opvangouder, die |
victime, parent d'accueil, qui a également été désignée en qualité de | eveneens als vervangend voogd was aangewezen om de rechten en |
protuteur pour exercer les droits et obligations dont les parents | verplichtingen uit te oefenen waarvan de biologische ouders vervallen |
biologiques ont été déchus. | zijn verklaard. |
B.4.1. La partie intimée devant le juge a quo, qui agit notamment au | B.4.1. De geïntimeerde partij voor de verwijzende rechter, die onder |
nom de l'enfant, sollicite à titre principal que l'affaire soit | meer namens het kind optreedt, verzoekt in hoofdorde om de zaak terug |
renvoyée au juge a quo. | te zenden naar de verwijzende rechter. |
Elle constate en effet que le juge a quo n'a examiné la situation qui | Zij stelt immers vast dat de verwijzende rechter de situatie die hem |
lui était soumise que sous l'angle des articles 13 et 14 de la loi du | was voorgelegd, enkel vanuit de invalshoek van de artikelen 13 en 14 |
10 avril 1971, mais estime que l'article 16, alinéa 6, de la même loi, | van de wet van 10 april 1971 heeft onderzocht, maar is van mening dat |
qui n'a pas été invoqué en l'espèce et que le juge a quo n'a pas | artikel 16, zesde lid, van dezelfde wet, dat te dezen niet is |
soulevé d'office, s'applique en l'espèce. | aangevoerd en dat de verwijzende rechter niet ambtshalve heeft |
opgeworpen, te dezen van toepassing is. | |
Elle demande dès lors à la Cour, avant de statuer sur la question | Zij verzoekt het Hof dan ook om, alvorens uitspraak te doen over de |
préjudicielle, de renvoyer l'affaire au juge a quo afin qu'il | prejudiciële vraag, de zaak naar de verwijzende rechter terug te |
zenden opdat hij het dossier opnieuw onderzoekt vanuit die invalshoek | |
réexamine le dossier sous cet angle et permette aux parties de | en aan de partijen de mogelijkheid biedt te debatteren over de |
débattre de l'applicabilité éventuelle de l'article 16 de la loi du 10 avril 1971. | eventuele toepasbaarheid van artikel 16 van de wet van 10 april 1971. |
B.4.2. Le Conseil des ministres estime également que l'article 16, | B.4.2. De Ministerraad is eveneens van mening dat artikel 16, zesde |
alinéa 6, de la loi du 10 avril 1971 s'applique en l'espèce, et | lid, van de wet van 10 april 1971 te dezen van toepassing is, en |
soutient la demande de la partie intimée de renvoyer l'affaire devant | steunt de vraag van de geïntimeerde partij om de zaak naar de |
le juge a quo. | verwijzende rechter terug te zenden. |
B.5.1. L'article 16 de la loi du 10 avril 1971 sur les accidents du | B.5.1. Artikel 16 van de arbeidsongevallenwet van 10 april 1971, zoals |
travail, tel qu'il a été modifié par la loi du 29 avril 1996 et par la | gewijzigd bij de wet van 29 april 1996 en bij de wet van 11 mei 2007, |
loi du 11 mai 2007, dispose : | bepaalt : |
« Les petits-enfants de la victime qui ne laisse pas d'enfants | « De kleinkinderen van de getroffene die geen rechthebbende kinderen |
bénéficiaires reçoivent, si leur père ou leur mère est décédé, une | nalaat, ontvangen, zo hun vader of hun moeder overleden is, een rente |
rente égale à 15 p.c. de la rémunération de base sans que l'ensemble | voor ieder van hen gelijk aan 15 pct. van het basisloon, zonder dat |
puisse dépasser 45 p.c. de ladite rémunération. | het totaal 45 pct. van dit loon mag overschrijden. |
Si leur père et leur mère sont décédés, ils reçoivent une rente égale | Zo hun vader en moeder overleden zijn ontvangen zij een rente voor |
à 20 p.c. de la rémunération de base pour chacun d'eux, sans que | ieder van hen gelijk aan 20 pct. van het basisloon, zonder dat het |
l'ensemble puisse dépasser 60 p.c. de ladite rémunération. | totaal 60 pct. van dit loon mag overtreffen. |
Toutefois, s'il existe des enfants bénéficiaires, les petits-enfants | Indien er rechthebbende kinderen zijn, hebben de kleinkinderen, die |
orphelins de père ou de mère ont, par souche, des droits égaux à ceux | wees van vader of moeder zijn, bij staken, gelijke rechten als de |
des enfants; la rente accordée à chaque souche de petits-enfants est | kinderen; de rente toegekend aan elke staak van kleinkinderen wordt op |
fixée à 15 p.c. et partagée par tête. | 15 pct. bepaald en bij hoofden verdeeld. |
Si les petits-enfants visés à l'alinéa précédent sont orphelins de | Zo de kleinkinderen bedoeld in voorgaand lid wees van vader en moeder |
père et de mère, la rente par souche est portée à 20 p.c. | zijn, wordt de rente per staak gebracht op 20 pct. |
La rente octroyée aux petits-enfants est diminuée du montant de la | De rente toegekend aan de kleinkinderen wordt verminderd met het |
rente octroyée aux petits-enfants précités en raison d'un autre | bedrag van de rente die aan voornoemde kleinkinderen wegens een ander |
accident du travail. | arbeidsongeval werd toegekend. |
Sont assimilés aux petits-enfants, pour autant qu'ils n'aient pas | Met kleinkinderen worden gelijkgesteld, voor zover zij nog niet |
encore droit à une rente suite au même accident mortel du travail, les | gerechtigd zijn op rente wegens hetzelfde dodelijk arbeidsongeval, de |
enfants pour lesquels des allocations familiales sont accordées du | kinderen waarvoor uit hoofde van de prestaties van de getroffene of |
chef des prestations de la victime ou du conjoint ou du cohabitant | van de echtgenoot of van de wettelijk samenwonende partner |
légal, même si leurs père et mère sont encore en vie. Si la victime ne | kinderbijslag werd genoten, zelfs zo hun vader en moeder nog in leven |
laisse pas d'enfants bénéficiaires chacun d'eux reçoit une rente égale | zijn. Laat de getroffene geen rechthebbende kinderen na, dan ontvangt |
à 15 % de la rémunération de base, sans que l'ensemble ne puisse | ieder van hen een rente gelijk aan 15 % van het basisloon, zonder dat |
dépasser 45 % de ladite rémunération. Si la victime laisse des enfants | het totaal 45 % van het basisloon mag overschrijden. Indien de |
ou petits-enfants bénéficiaires, les enfants assimilés aux | getroffene rechthebbende kinderen of kleinkinderen nalaat, worden de |
petits-enfants sont réputés former une souche. La rente accordée à | met kleinkinderen gelijkgestelde kinderen geacht een staak te vormen. |
cette souche est fixée à 15 % et est partagée par tête ». | De rente toegekend aan deze staak wordt bepaald op 15 % en wordt |
verdeeld per hoofd ». | |
B.5.2. Les travaux préparatoires de l'article 5 de la loi du 29 avril | B.5.2. In de parlementaire voorbereiding van artikel 5 van de wet van |
1996 portant des dispositions sociales, qui a inséré l'alinéa 6 dans | 29 april 1996 houdende sociale bepalingen, waarbij het zesde lid in |
l'article 16 de la loi du 10 avril 1971, exposent : « Le libellé actuel de l'article 16, alinéa 6, semble toutefois exclure du droit à la rente certaines personnes qui profitent bel et bien de la rémunération de la victime et pour qui des allocations familiales sont versées du chef des prestations de la victime ou de son conjoint. Il ressort des travaux préparatoires de la loi que l'intention du législateur a été d'accorder quand même une rente à certains enfants sans aucun lien de parenté avec la victime, La doctrine semble estimer dans sa majorité qu'il n'est pas requis que les enfants concernés soient orphelins de père et/ou de mère pour avoir droit à une rente. Ainsi, pourraient, par exemple, avoir droit eux aussi à une rente, les | artikel 16 van de wet van 10 april 1971 is ingevoegd, wordt uiteengezet : « De huidige bewoordingen van artikel 16, zesde lid, lijken echter sommige personen die wel voordeel halen uit het loon van de getroffene en waarvoor uit hoofde van de prestaties van het slachtoffer of zijn echtgenoot kinderbijslag werd genoten, uit te sluiten van het recht op rente. Uit de voorbereidende werken van de wet blijkt dat het de bedoeling van de wetgever was bepaalde kinderen die op geen enkele manier verwant zijn met het slachtoffer toch een rente toe te kennen. De meerderheid van de rechtsleer lijkt van mening dat het niet vereist is dat de betrokken kinderen wees zijn van vader en/of moeder om recht te hebben op een rente. Op deze wijze zouden bijvoorbeeld de volgende kinderen wel recht |
enfants suivants : | kunnen krijgen op een rente : |
- les enfants dont les parents ont été déchus de l'autorité parentale; | - kinderen van wie de ouders ontzet werden uit de ouderlijke macht; |
- les enfants dont les parents ont été déclarés aliénés ou ont été | - kinderen van wie de ouders krankzinnig werden verklaard of |
colloqués; | gecolloceerd; |
- les enfants dont les parents purgent une peine de prison » (Doc. | - kinderen van wie de ouders een gevangenisstraf uitzitten » (Parl. |
parl., Chambre, 1995-1996, n° 352/1, p. 2). | St., Kamer, 1995-1996, nr. 352/1, p. 2). |
La ministre a également expliqué : | De minister heeft eveneens uitgelegd : |
« Le texte proposé supprime en fait, pour mettre fin à une controverse jurisprudentielle en la matière, explicitement la condition requise de prédécès des parents biologiques pour ouvrir le droit à la rente dans le chef des enfants assimilés aux petits-enfants. Du fait de cet assouplissement, ce sont pour ainsi dire tous les enfants séjournant dans une famille d'accueil et dépendant économiquement de la victime d'un accident du travail ou de son conjoint qui entrent en ligne de compte pour une rente accordée en vertu de la loi sur les accidents du travail. La législation relative aux allocations familiales pour travailleurs salariés prévoit en effet d'innombrables hypothèses dans lesquelles les enfants qui n'ont pas de lien biologique avec la famille d'accueil continuent malgré tout à donner droit aux allocations familiales. C'est ainsi, par exemple, que les enfants qui font partie de la famille de la victime de l'accident mortel du travail et qui sont confiés à elle ou à son conjoint en application d'une décision judiciaire ou à la suite d'une mesure de placement par l'intermédiaire ou à la charge d'une autorité publique, peuvent prétendre au bénéfice des allocations familiales du chef des prestations de la victime ou de | « Om een einde te maken aan een controverse ter zake in de rechtspraak, schaft de voorgestelde tekst in feite expliciet de vereiste voorwaarde van vooroverlijden van de biologische ouders af om de met kleinkinderen gelijkgestelde kinderen een recht op een rente toe te kennen. Door die versoepeling komen als het ware alle kinderen die in een opvanggezin verblijven en financieel afhankelijk zijn van het slachtoffer van een arbeidsongeval of diens echtgenoot in aanmerking voor een rente toegekend overeenkomstig de arbeidsongevallenwet. De wetgeving betreffende de kinderbijslag voor werknemers regelt immers talloze gevallen waarin kinderen die geen biologische band hebben met het opvanggezin desondanks toch recht blijven geven op kinderbijslag. Zo kunnen bijvoorbeeld de kinderen die deel uitmaken van het gezin van het slachtoffer van het dodelijke arbeidsongeval en die aan het slachtoffer of aan diens echtgenoot waren toevertrouwd op grond van een rechterlijke beslissing of ingevolge een plaatsingsmaatregel door bemiddeling van of ten laste van een openbare overheid, krachtens |
son conjoint en vertu de l'article 51, § 3, 7° et 8°, des lois | artikel 51, § 3, 7° en 8°, van de gecoördineerde wetten betreffende de |
coordonnées sur les allocations familiales pour travailleurs salariés. | kinderbijslag voor werknemers aanspraak maken op kinderbijslag uit |
Les enfants dont la victime ou son conjoint exerce la tutelle | hoofde van de prestaties van het slachtoffer of diens echtgenoot. De |
officieuse ont également droit aux allocations familiales en vertu de | kinderen over wie het slachtoffer of diens echtgenoot pleegvoogd is, |
l'article 51, § 3, 2°, des mêmes lois coordonnées » (Doc. parl., | hebben krachtens artikel 51, § 3, 2°, van dezelfde gecoördineerde |
wetten, eveneens recht op kinderbijslag » (Parl. St., Kamer, | |
Chambre, 1995-1996, n° 352/11, p. 15). | 1995-1996, nr. 352/11, p. 15). |
B.6. Pour apprécier si la réponse à la question préjudicielle est | B.6. Om te oordelen of het antwoord op de prejudiciële vraag dienstig |
utile pour trancher le litige au fond, il y a lieu d'établir si | is voor de beslissing in de zaak ten gronde, dient te worden |
l'article 16 de la loi du 10 avril 1971 est applicable en l'espèce, ce qui relève toutefois de la compétence du juge a quo. B.7. Compte tenu de ce qui précède, il y a lieu de renvoyer l'affaire devant le juge a quo afin de lui permettre de décider si la question préjudicielle nécessite encore une réponse. Par ces motifs, la Cour renvoie l'affaire au juge a quo. Ainsi rendu en langue française et en langue néerlandaise, | vastgesteld of artikel 16 van de wet van 10 april 1971 te dezen van toepassing is, hetgeen evenwel tot de bevoegdheid van de verwijzende rechter behoort. B.7. Rekening houdend met hetgeen voorafgaat, dient de zaak naar de verwijzende rechter te worden teruggezonden teneinde het hem mogelijk te maken te oordelen of de prejudiciële vraag nog een antwoord behoeft. Om die redenen, het Hof zendt de zaak terug naar de verwijzende rechter. Aldus gewezen in het Frans en het Nederlands, overeenkomstig artikel |
conformément à l'article 65 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur | 65 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Grondwettelijk Hof, |
la Cour constitutionnelle, le 14 février 2019. | op 14 februari 2019. |
Le greffier, | De griffier, |
F. Meersschaut | F. Meersschaut |
Le président, | De voorzitter, |
F. Daoût | F. Daoût |