Etaamb.openjustice.be
Vue multilingue de Arrêt du --
← Retour vers "Extrait de l'arrêt n° 161/2016 du 14 décembre 2016 Numéro du rôle : 6335 En cause : la question préjudicielle relative à l'article 330, § 1 er , alinéa 4, du Code civil, posée par le Tribunal de première instance de Liège, divis La Cour constitutionnelle, composée des présidents J. Spreutels et E. De Groot, et des juges J.-(...)"
Extrait de l'arrêt n° 161/2016 du 14 décembre 2016 Numéro du rôle : 6335 En cause : la question préjudicielle relative à l'article 330, § 1 er , alinéa 4, du Code civil, posée par le Tribunal de première instance de Liège, divis La Cour constitutionnelle, composée des présidents J. Spreutels et E. De Groot, et des juges J.-(...) Uittreksel uit arrest nr. 161/2016 van 14 december 2016 Rolnummer 6335 In zake : de prejudiciële vraag betreffende artikel 330, § 1, vierde lid, van het Burgerlijk Wetboek, gesteld door de Rechtbank van eerste aanleg Luik, afdeling Vervi Het Grondwettelijk Hof, samengesteld uit de voorzitters J. Spreutels en E. De Groot, en de recht(...)
COUR CONSTITUTIONNELLE GRONDWETTELIJK HOF
Extrait de l'arrêt n° 161/2016 du 14 décembre 2016 Uittreksel uit arrest nr. 161/2016 van 14 december 2016
Numéro du rôle : 6335 Rolnummer 6335
En cause : la question préjudicielle relative à l'article 330, § 1er, In zake : de prejudiciële vraag betreffende artikel 330, § 1, vierde
alinéa 4, du Code civil, posée par le Tribunal de première instance de lid, van het Burgerlijk Wetboek, gesteld door de Rechtbank van eerste
Liège, division Verviers. aanleg Luik, afdeling Verviers.
La Cour constitutionnelle, Het Grondwettelijk Hof,
composée des présidents J. Spreutels et E. De Groot, et des juges samengesteld uit de voorzitters J. Spreutels en E. De Groot, en de
J.-P. Snappe, J.-P. Moerman, E. Derycke, P. Nihoul et R. Leysen, rechters J.-P. Snappe, J.-P. Moerman, E. Derycke, P. Nihoul en R.
assistée du greffier F. Meersschaut, présidée par le président J. Leysen, bijgestaan door de griffier F. Meersschaut, onder
Spreutels, voorzitterschap van voorzitter J. Spreutels,
après en avoir délibéré, rend l'arrêt suivant : wijst na beraad het volgende arrest :
I. Objet de la question préjudicielle et procédure I. Onderwerp van de prejudiciële vraag en rechtspleging
Par jugement du 23 novembre 2015 en cause de J.D. contre P.D. et R.C., Bij vonnis van 23 november 2015 in zake J.D. tegen P.D. en R.C.,
dont l'expédition est parvenue au greffe de la Cour le 18 janvier waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 18
2016, le Tribunal de première instance de Liège, division Verviers, a januari 2016, heeft de Rechtbank van eerste aanleg Luik, afdeling
posé la question préjudicielle suivante : Verviers, de volgende prejudiciële vraag gesteld :
« L'article 330, § 1er, alinéa 4, du Code civil viole-t-il les « Schendt artikel 330, § 1, vierde lid, van het Burgerlijk Wetboek de
articles 10, 11 et 22 de la Constitution, combinés avec les articles 8 artikelen 10, 11 en 22 van de Grondwet, in samenhang gelezen met de
et 14 de la Convention européenne des droits de l'homme, en ce qu'il artikelen 8 en 14 van het Europees Verdrag voor de rechten van de
mens, in zoverre het bepaalt dat de vordering tot betwisting van een
prévoit que l'action en contestation d'une reconnaissance paternelle vaderlijke erkenning niet meer kan worden ingesteld door het kind na
ne peut plus être intentée par l'enfant après l'âge de 22 ans ou après de leeftijd van 22 jaar of na één jaar indien het steeds geweten heeft
un an s'il a toujours su que la personne qui l'a reconnu n'est pas son dat de persoon die het heeft erkend niet zijn vader is, en dit in het
père et ceci dans l'hypothèse où la reconnaissance paternelle ne geval waarin de vaderlijke erkenning niet overeenstemt met de
correspond pas à la vérité biologique, et repose sur une possession biologische waarheid en op een bezit van staat berust dat niet
d'état qui n'est pas continue ? ». voortdurend is ? ».
(...) (...)
III. En droit III. In rechte
(...) (...)
Quant au « mémoire » du Conseil des ministres Ten aanzien van de « memorie » van de Ministerraad
B.1.1. Le Conseil des ministres a fait parvenir à la Cour un « mémoire B.1.1. De Ministerraad heeft het Hof een « memorie » toegestuurd
» dans lequel il se limite à renvoyer à la position qu'il a défendue, waarin hij zich ertoe beperkt te verwijzen naar het standpunt dat hij
« notamment », dans cinq affaires, identifiées par leur numéro de « onder meer » heeft verdedigd in vijf zaken, geïdentificeerd door het
rôle, affaires dans lesquelles la partie demanderesse devant la rolnummer ervan, waarin de eisende partij voor het verwijzende
juridiction a quo n'était pas partie. rechtscollege geen partij was.
B.1.2. En application de l'article 89, § 1er, de la loi spéciale du 6 B.1.2. Met toepassing van artikel 89, § 1, van de bijzondere wet van 6
janvier 1989 sur la Cour constitutionnelle, le greffier transmet une januari 1989 op het Grondwettelijk Hof zendt de griffier een afschrift
copie des mémoires déposés aux autres parties ayant déposé un mémoire, van de ingediende memories aan de andere partijen die een memorie
ces dernières disposant d'un délai de trente jours pour faire parvenir hebben ingediend, waarbij die laatstgenoemden over een termijn van 30
un mémoire en réponse. dagen beschikken om een memorie van antwoord toe te sturen.
B.1.3. Un « mémoire » qui ne contient aucune argumentation mais se B.1.3. Een « memorie » die geen argumentatie bevat maar zich beperkt
limite à renvoyer à d'autres mémoires déposés dans une autre affaire tot het verwijzen naar andere memories die in een andere zaak, met
impliquant d'autres parties ne permet pas au destinataire de la andere partijen, zijn ingediend, maakt het de geadresseerde van de in
notification prévue par l'article 89, § 1er, précité, d'y répondre de het voormelde artikel 89, § 1, bedoelde kennisgeving niet mogelijk
manière utile, de sorte que les droits de la défense de cette partie dienstig erop te antwoorden, zodat de rechten van de verdediging van
et le principe de la contradiction des débats ne sont pas garantis. die partij en het beginsel van het contradictoire karakter van de
debatten niet zijn gewaarborgd.
B.1.4. Il résulte de ce qui précède que le « mémoire » déposé par le B.1.4. Uit het voorgaande vloeit voort dat de door de Ministerraad
Conseil des ministres doit être écarté des débats. ingediende « memorie » uit de debatten moet worden geweerd.
Quant au fond Ten gronde
B.2. L'article 330, § 1er, alinéa 4, du Code civil dispose : B.2. Artikel 330, § 1, vierde lid, van het Burgerlijk Wetboek bepaalt :
« L'action du père, de la mère ou de la personne qui a reconnu « De vordering van de vader, de moeder of de persoon die het kind
l'enfant doit être intentée dans l'année de la découverte du fait que erkend heeft, moet worden ingesteld binnen een jaar na de ontdekking
la personne qui a reconnu l'enfant n'est pas le père ou la mère; celle van het feit dat de persoon die het kind erkend heeft, niet de vader
de la personne qui revendique la paternité ou la maternité doit être of de moeder is; die van de persoon die het vaderschap of moederschap
intentée dans l'année de la découverte qu'elle est le père ou la mère opeist moet worden ingesteld binnen een jaar na de ontdekking van het
de l'enfant; celle de l'enfant doit être intentée au plus tôt le jour feit dat hij of zij de vader of de moeder van het kind is; die van het
où il a atteint l'âge de douze ans et au plus tard le jour où il a kind moet op zijn vroegst worden ingesteld op de dag waarop het de
leeftijd van twaalf jaar heeft bereikt en moet uiterlijk worden
atteint l'âge de vingt-deux ans ou dans l'année de la découverte du ingesteld op de dag waarop het de leeftijd van tweeëntwintig jaar
fait que la personne qui l'a reconnu n'est pas son père ou sa mère. heeft bereikt of binnen een jaar na het ontdekken van het feit dat de
persoon die het erkend heeft noch zijn vader, noch zijn moeder is. De
L'action de la femme qui revendique la comaternité doit être intentée vordering van de vrouw die het meemoederschap van het kind opeist,
dans l'année de la découverte du fait qu'elle a consenti à la moet worden ingesteld binnen een jaar na de ontdekking van het feit
conception, conformément à l'article 7 de la loi du 6 juillet 2007 dat zij overeenkomstig artikel 7 van de wet van 6 juli 2007
relative à la procréation médicalement assistée et à la destination betreffende de medisch begeleide voortplanting en de bestemming van de
des embryons surnuméraires et des gamètes, et que la conception peut overtallige embryo's en de gameten heeft toegestemd in de verwekking
en être la conséquence ». en de verwekking hiervan het gevolg kan zijn ».
B.3. La Cour est interrogée sur la compatibilité de cette disposition B.3. Aan het Hof wordt een vraag gesteld over de bestaanbaarheid van
avec les articles 10, 11 et 22 de la Constitution, lus en combinaison die bepaling met de artikelen 10, 11 en 22 van de Grondwet, in
avec les articles 8 et 14 de la Convention européenne des droits de samenhang gelezen met de artikelen 8 en 14 van het Europees Verdrag
l'homme, en ce qu'elle ne permet pas à l'enfant âgé de plus de 22 ans voor de rechten van de mens, in zoverre zij aan het kind ouder dan 22
d'agir en contestation de la reconnaissance de paternité au-delà du jaar niet de mogelijkheid biedt de erkenning van het vaderschap te
délai d'un an à compter de la découverte du fait que l'homme qui l'a betwisten na de termijn van één jaar vanaf de ontdekking van het feit
reconnu n'est pas son père, dans l'hypothèse où la filiation établie dat de man die het heeft erkend, niet zijn vader is, in het geval
par cette reconnaissance ne correspond pas à la vérité biologique et waarin de door die erkenning vastgestelde afstamming niet overeenstemt
qu'elle ne repose pas sur une possession d'état continue. met de biologische waarheid en niet op een voortdurend bezit van staat
B.4.1. L'article 22 de la Constitution dispose : berust. B.4.1. Artikel 22 van de Grondwet bepaalt :
« Chacun a droit au respect de sa vie privée et familiale, sauf dans « Ieder heeft recht op eerbiediging van zijn privéleven en zijn
les cas et conditions fixés par la loi. gezinsleven, behoudens in de gevallen en onder de voorwaarden door de wet bepaald.
La loi, le décret ou la règle visée à l'article 134 garantissent la De wet, het decreet of de in artikel 134 bedoelde regel waarborgen de
protection de ce droit ». bescherming van dat recht ».
L'article 8 de la Convention européenne des droits de l'homme dispose Artikel 8 van het Europees Verdrag voor de rechten van de mens bepaalt
: :
« 1. Toute personne a droit au respect de sa vie privée et familiale, « 1. Eenieder heeft recht op eerbiediging van zijn privéleven, zijn
de son domicile et de sa correspondance. gezinsleven, zijn huis en zijn briefwisseling.
2. Il ne peut y avoir ingérence d'une autorité publique dans 2. Geen inmenging van enig openbaar gezag is toegestaan met betrekking
l'exercice de ce droit que pour autant que cette ingérence est prévue tot de uitoefening van dit recht dan voor zover bij de wet is voorzien
par la loi et qu'elle constitue une mesure qui, dans une société en in een democratische samenleving nodig is in het belang van 's
démocratique, est nécessaire à la sécurité nationale, à la sûreté lands veiligheid, de openbare veiligheid, of het economisch welzijn
publique, au bien-être économique du pays, à la défense de l'ordre et van het land, de bescherming van de openbare orde en het voorkomen van
à la prévention des infractions pénales, à la protection de la santé strafbare feiten, de bescherming van de gezondheid of de goede zeden,
ou de la morale, ou à la protection des droits et libertés d'autrui ». of voor de bescherming van de rechten en vrijheden van anderen ».
L'article 14 de la Convention européenne des droits de l'homme dispose Artikel 14 van het Europees Verdrag voor de rechten van de mens
: bepaalt :
« La jouissance des droits et libertés reconnus dans la présente « Het genot van de rechten en vrijheden, welke in dit Verdrag zijn
Convention doit être assurée, sans distinction aucune, fondée vermeld, is verzekerd zonder enig onderscheid op welke grond ook,
notamment sur le sexe, la race, la couleur, la langue, la religion, zoals geslacht, ras, kleur, taal, godsdienst, politieke of andere
les opinions politiques ou toutes autres opinions, l'origine nationale overtuiging, nationale of maatschappelijke afkomst, het behoren tot
ou sociale, l'appartenance à une minorité nationale, la fortune, la naissance ou toute autre situation ». een nationale minderheid, vermogen, geboorte of andere status ».
B.4.2. Le Constituant a recherché la plus grande concordance possible B.4.2. De Grondwetgever heeft gestreefd naar een zo groot mogelijke
entre l'article 22 de la Constitution et l'article 8 de la Convention concordantie tussen artikel 22 van de Grondwet en artikel 8 van het
européenne précitée (Doc. parl., Chambre, 1992-1993, n° 997/5, p. 2). voormelde Europees Verdrag (Parl. St., Kamer, 1992-1993, nr. 997/5, p.
La portée de cet article 8 est analogue à celle de la disposition 2). De draagwijdte ervan is analoog aan die van de voormelde
constitutionnelle précitée, de sorte que les garanties que fournissent grondwetsbepaling, zodat de waarborgen die beide bepalingen bieden,
ces deux dispositions forment un ensemble indissociable. een onlosmakelijk geheel vormen.
B.5. La question préjudicielle est similaire à celle qui était posée B.5. De prejudiciële vraag is soortgelijk aan de vraag die was gesteld
in de zaak die aanleiding heeft gegeven tot het arrest nr. 77/2016 van
dans l'affaire qui a donné lieu à l'arrêt n° 77/2016 du 25 mai 2016, 25 mei 2016, waarbij het Hof heeft geoordeeld :
par lequel la Cour a jugé :
« B.4.1. Le droit au respect de la vie privée et familiale, tel qu'il « B.4.1. Het recht op de eerbiediging van het privéleven en het
est garanti par les dispositions précitées, a pour but essentiel de gezinsleven, zoals het door de voormelde bepalingen wordt gewaarborgd,
protéger les personnes contre des ingérences dans leur vie privée et beoogt in wezen de personen te beschermen tegen inmengingen in hun
leur vie familiale. privéleven en hun gezinsleven.
L'article 22, alinéa 1er, de la Constitution et l'article 8 de la Artikel 22, eerste lid, van de Grondwet en artikel 8 van het Europees
Convention européenne des droits de l'homme n'excluent pas une Verdrag voor de rechten van de mens sluiten een overheidsinmenging in
ingérence d'une autorité publique dans le droit au respect de la vie het recht op eerbiediging van het privé- en gezinsleven niet uit, maar
privée et familiale mais ils exigent que cette ingérence soit vereisen dat die inmenging wordt toegestaan door een voldoende
autorisée par une disposition législative suffisamment précise, precieze wettelijke bepaling, dat zij een wettig doel nastreeft en dat
qu'elle poursuive un but légitime et qu'elle soit nécessaire dans une zij noodzakelijk is in een democratische samenleving. Die bepalingen
société démocratique. Ces dispositions engendrent de surcroît houden voor de overheid bovendien de positieve verplichting in om
l'obligation positive pour l'autorité publique de prendre des mesures maatregelen te nemen die een daadwerkelijke eerbiediging van het
qui assurent le respect effectif de la vie privée et familiale, même privéleven en het gezinsleven verzekeren, zelfs in de sfeer van de
dans la sphère des relations entre les individus (CEDH, 27 octobre onderlinge verhoudingen tussen individuen (EHRM, 27 oktober 1994,
1994, Kroon et autres c. Pays-Bas, § 31; grande chambre, 12 novembre Kroon e.a. t. Nederland, § 31; grote kamer, 12 november 2013, Söderman
2013, Söderman c. Suède, § 78; 3 avril 2014, Konstantinidis c. Grèce, t. Zweden, § 78; 3 april 2014, Konstantinidis t. Griekenland, § 42).
§ 42). B.4.2. Les procédures relatives à l'établissement ou à la contestation B.4.2. De procedures met betrekking tot het vaststellen of betwisten
de la paternité concernent la vie privée, parce que la matière de la van de vaderlijke afstamming raken het privéleven omdat de materie van
filiation englobe d'importants aspects de l'identité personnelle d'un de afstamming belangrijke aspecten van iemands persoonlijke identiteit
individu (CEDH, 28 novembre 1984, Rasmussen c. Danemark, § 33; 24 omvat (EHRM, 28 november 1984, Rasmussen t. Denemarken, § 33; 24
novembre 2005, Shofman c. Russie, § 30; 12 janvier 2006, Mizzi c. november 2005, Shofman t. Rusland, § 30; 12 januari 2006, Mizzi t.
Malte, § 102; 16 juin 2011, Pascaud c. France, §§ 48-49; 21 juin 2011, Malta, § 102; 16 juni 2011, Pascaud t. Frankrijk, §§ 48-49; 21 juni
Kruskovic c. Croatie, § 20; 22 mars 2012, Ahrens c. Allemagne, § 60; 2011, Kruskovic t. Kroatië, § 20; 22 maart 2012, Ahrens t. Duitsland,
12 février 2013, Krisztissn Barnabsss Tóth c. Hongrie, § 28). § 60; 12 februari 2013, Krisztissn Barnabsss Tóth t. Hongarije, § 28).
Le régime de contestation de la reconnaissance de paternité en cause De in het geding zijnde regeling voor het betwisten van de erkenning
relève donc de l'application de l'article 22 de la Constitution et de van het vaderschap valt derhalve onder de toepassing van artikel 22
l'article 8 de la Convention européenne des droits de l'homme. van de Grondwet en van artikel 8 van het Europees Verdrag voor de
rechten van de mens.
B.5. Le législateur, lorsqu'il élabore un régime qui entraîne une B.5. De wetgever beschikt bij de uitwerking van een regeling die een
ingérence de l'autorité publique dans la vie privée, jouit d'une marge overheidsinmenging in het privéleven inhoudt, over een
d'appréciation pour tenir compte du juste équilibre à ménager entre appreciatiemarge om rekening te houden met een billijk evenwicht
les intérêts concurrents de l'individu et de la société dans son tussen de tegenstrijdige belangen van het individu en de samenleving
ensemble (CEDH, 26 mai 1994, Keegan c. Irlande, § 49; 27 octobre 1994, in haar geheel (EHRM, 26 mei 1994, Keegan t. Ierland, § 49; 27 oktober
Kroon et autres c. Pays-Bas, § 31; 2 juin 2005, Znamenskaya c. Russie, 1994, Kroon e.a. t. Nederland, § 31; 2 juni 2005, Znamenskaya t.
§ 28; 24 novembre 2005, Shofman c. Russie, § 34; 20 décembre 2007, Rusland, § 28; 24 november 2005, Shofman t. Rusland, § 34; 20 december
Phinikaridou c. Chypre, §§ 51 à 53; 25 février 2014, Ostace c. 2007, Phinikaridou t. Cyprus, §§ 51 tot 53; 25 februari 2014, Ostace
Roumanie, § 33). t. Roemenië, § 33).
Cette marge d'appréciation du législateur n'est toutefois pas Die appreciatiemarge van de wetgever is evenwel niet onbegrensd : om
illimitée : pour apprécier si une règle législative est compatible te oordelen of een wettelijke regeling verenigbaar is met het recht op
avec le droit au respect de la vie privée, il convient de vérifier si de eerbiediging van het privéleven, moet worden nagegaan of de
le législateur a trouvé un juste équilibre entre tous les droits et wetgever een billijk evenwicht heeft gevonden tussen alle rechten en
intérêts en cause. Pour cela, il ne suffit pas que le législateur belangen die in het geding zijn. Zulks vereist dat de wetgever niet
ménage un équilibre entre les intérêts concurrents de l'individu et de alleen een afweging maakt tussen de belangen van het individu
la société dans son ensemble mais il doit également ménager un tegenover die van de samenleving in haar geheel, maar tevens tussen de
équilibre entre les intérêts contradictoires des personnes concernées tegenstrijdige belangen van de betrokken personen (EHRM, 6 juli 2010,
(CEDH, 6 juillet 2010, Backlund c. Finlande, § 46; 15 janvier 2013, Backlund t. Finland, § 46; 15 januari 2013, Laakso t. Finland, § 46;
Laakso c. Finlande, § 46; 29 janvier 2013, Röman c. Finlande, § 51). 29 januari 2013, Röman t. Finland, § 51).
Lorsqu'il élabore un régime légal en matière de filiation, le Bij het uitwerken van een wettelijke regeling inzake afstamming dient
législateur doit en principe permettre aux autorités compétentes de de wetgever de bevoegde overheden in beginsel de mogelijkheid te
procéder in concreto à la mise en balance des intérêts des différentes bieden om in concreto een afweging te maken tussen de belangen van de
personnes concernées, sous peine de prendre une mesure qui ne serait verschillende betrokken personen, op gevaar af anders een maatregel te
pas proportionnée aux objectifs légitimes poursuivis. nemen die niet evenredig zou zijn met de nagestreefde wettige
doelstellingen.
Tant l'article 22bis, alinéa 4, de la Constitution que l'article 3, Zowel artikel 22bis, vierde lid, van de Grondwet als artikel 3, lid 1,
paragraphe 1, de la Convention relative aux droits de l'enfant van het Verdrag inzake de rechten van het kind verplichten de
imposent aux juridictions de prendre en compte, de manière rechtscolleges om in de eerste plaats het belang van het kind in
primordiale, l'intérêt de l'enfant dans les procédures le concernant. aanmerking te nemen in de procedures die op het kind betrekking
La Cour européenne des droits de l'homme a précisé que, dans la hebben. Het Europees Hof voor de Rechten van de Mens heeft
balance des intérêts en jeu, il y a lieu de faire prévaloir les verduidelijkt dat, bij het afwegen van de in het geding zijnde
intérêts de l'enfant (CEDH, 5 novembre 2002, Yousef c. Pays-Bas, § 73; belangen, de belangen van het kind dienen te primeren (EHRM, 5
26 juin 2003, Maire c. Portugal, §§ 71 et 77; 8 juillet 2003, november 2002, Yousef t. Nederland, § 73; 26 juni 2003, Maire t.
Sommerfeld c. Allemagne, §§ 64 et 66; 28 juin 2007, Wagner et J.M.W.L. Portugal, §§ 71 en 77; 8 juli 2003, Sommerfeld t. Duitsland, §§ 64 en
c. Luxembourg, § 119; 6 juillet 2010, Neulinger et Shuruk c. Suisse, § 66; 28 juni 2007, Wagner en J.M.W.L. t. Luxemburg, § 119; 6 juli 2010,
135; 22 mars 2012, Ahrens c. Allemagne, § 63). Neulinger en Shuruk t. Zwitserland, § 135; 22 maart 2012, Ahrens t.
Duitsland, § 63).
B.6. Le législateur a, lors de la réforme du droit de la filiation, et B.6. De wetgever heeft bij het hervormen van het afstammingsrecht, en
en particulier en ce qui concerne le droit en matière de in het bijzonder betreffende het recht inzake erkenning, er steeds
reconnaissance, toujours voulu cerner le plus près possible la vérité naar gestreefd de waarheid zoveel mogelijk te benaderen (Parl. St.,
(Doc. parl., Sénat, 1977-1978, n° 305/1, p. 3) et a pour cette raison Senaat, 1977-1978, nr. 305/1, p. 3) en het daarom mogelijk te maken de
voulu permettre de contester la filiation légale (Doc. parl., Sénat, wettelijke afstamming te betwisten (Parl. St., Senaat, 1977-1978, nr.
1977-1978, n° 305/1, p. 12). 305/1, p. 12).
Toutefois, le législateur a en même temps aussi tenté de respecter la Tegelijkertijd heeft de wetgever echter ook getracht de ' rust der
' paix des familles ', au besoin au détriment de la vérité (Doc. families ' te respecteren, indien nodig ten koste van de waarheid
parl., Sénat, 1977-1978, n° 305/1, p. 15), et de créer la même (Parl. St., Senaat, 1977-1978, nr. 305/1, p. 15), en eenzelfde
stabilité en matière de reconnaissance que celle qui existe à l'égard stabiliteit inzake erkenning als die welke bestaat ten aanzien van een
d'un enfant né dans le mariage (Doc. parl., Sénat, 1984-1985, n° kind dat binnen het huwelijk wordt geboren, te creëren (Parl. St.,
904/2, pp. 101 et 115). Pour cette raison, le législateur a considéré Senaat, 1984-1985, nr. 904/2, pp. 101 en 115). De wetgever heeft het
l'intérêt de l'enfant comme prioritaire (Doc. parl., Sénat, 1984-1985, belang van het kind daarom als een prioriteit beschouwd (Parl. St.,
n° 904/2, p. 115). Senaat, 1984-1985, nr. 904/2, p. 115).
Le souci principal du législateur lorsqu'il a instauré l'article 330 De hoofdbekommernis van de wetgever bij het invoeren van artikel 330
du Code civil était par conséquent de garantir la sécurité juridique van het Burgerlijk Wetboek was bijgevolg het waarborgen van de
pour l'enfant (Doc. parl., Sénat, 1984-1985, n° 904/2, p. 102). rechtszekerheid voor het kind (Parl. St., Senaat, 1984-1985, nr. 904/2, p. 102).
B.7.1. Le délai d'un an dans lequel doit être introduite l'action du B.7.1. De termijn van een jaar binnen welke de vordering van de vader,
père, de la mère ou de la personne qui a reconnu l'enfant et de la de moeder of de persoon die het kind heeft erkend en van de persoon
personne qui revendique la filiation a été instauré par la loi du 1er die de afstamming opeist, dient te worden ingesteld, werd ingevoerd
juillet 2006 modifiant des dispositions du Code civil relatives à bij de wet van 1 juli 2006 tot wijziging van de bepalingen van het
l'établissement de la filiation et aux effets de celle-ci et a été Burgerlijk Wetboek met betrekking tot het vaststellen van de
justifié par le législateur par le fait qu'il serait indispensable de afstamming en de gevolgen ervan, en werd door de wetgever verantwoord
limiter dans le temps la possibilité de contester la paternité, en vue door het feit dat het onontbeerlijk zou zijn de mogelijkheid tot
de sécuriser le lien de filiation. De cette manière, le législateur betwisting van het vaderschap te beperken in de tijd, teneinde de
afstammingsband veilig te stellen. Op die manier streefde de wetgever
entendait éviter l'insécurité juridique et les troubles au sein du ernaar rechtsonzekerheid en onrust in het gezin tegen te gaan (Parl.
ménage (Doc. parl., Chambre, 2003-2004, DOC 51-0597/014, p. 5) et St., Kamer, 2003-2004, DOC 51-0597/014, p. 5) en de gezinscel van het
protéger autant que possible la cellule familiale de l'enfant (Doc. kind zoveel mogelijk te beschermen (Parl. St., Kamer, 2004-2005, DOC
parl., Chambre, 2004-2005, DOC 51-0597/032, p. 14, et DOC 51-0597/026, p. 6). 51-0597/032, p. 14, en DOC 51-0597/026, p. 6).
B.7.2. Le délai d'un an dans lequel doit être introduite l'action de B.7.2. De termijn van een jaar binnen welke de vordering van het kind
l'enfant, après la découverte du fait que la personne qui l'a reconnu na het ontdekken van het feit dat de persoon die het heeft erkend noch
zijn vader, noch zijn moeder is, dient te worden ingesteld, werd
n'est pas son père ou sa mère, a été instauré par l'article 370 de la ingevoerd bij artikel 370 van de wet van 27 december 2006 houdende
loi du 27 décembre 2006 portant des dispositions diverses (I). diverse bepalingen (I).
B.8. En ce qui concerne en particulier les délais dans le droit de la B.8. In het bijzonder voor wat de termijnen in het afstammingsrecht
filiation, la Cour européenne des droits de l'homme n'a pas estimé que betreft, wordt door het Europees Hof voor de Rechten van de Mens het
l'instauration de délais était en soi contraire à l'article 8 de la invoeren van termijnen op zich niet strijdig geacht met artikel 8 van
Convention européenne des droits de l'homme; seule la nature d'un tel het Europees Verdrag voor de rechten van de mens; enkel de aard van
délai peut être considérée comme contraire au droit au respect de la een dergelijke termijn kan als strijdig worden beschouwd met het recht
vie privée (CEDH, 6 juillet 2010, Backlund c. Finlande, § 45; 15 op eerbiediging van het privéleven (EHRM, 6 juli 2010, Backlund t.
janvier 2013, Laakso c. Finlande, § 45; 29 janvier 2013, Röman c. Finland, § 45; 15 januari 2013, Laakso t. Finland, § 45; 29 januari
Finlande, § 50; 3 avril 2014, Konstantinidis c. Grèce, § 46). 2013, Röman t. Finland, § 50; 3 april 2014, Konstantinidis t.
Griekenland, § 46).
La Cour européenne des droits de l'homme admet en outre que la marge Bovendien wordt door het Europees Hof voor de Rechten van de Mens
d'appréciation du législateur national est plus grande lorsqu'il aanvaard dat de appreciatiemarge van de nationale wetgever groter is
n'existe pas de consensus au sein des Etats membres du Conseil de wanneer er bij de lidstaten van de Raad van Europa geen consensus
l'Europe concernant l'intérêt en cause ou la manière dont cet intérêt bestaat omtrent het belang dat in het geding is, noch omtrent de
doit être protégé (CEDH, 22 mars 2012, Ahrens c. Allemagne, § 68). De manier waarop dat belang dient te worden beschermd (EHRM, 22 maart
2012, Ahrens t. Duitsland, § 68). Daarnaast benadrukt het Europees Hof
plus, la Cour européenne souligne qu'il ne lui incombe pas de prendre dat het niet zijn taak is om, in de plaats van de nationale overheden,
des décisions à la place des autorités nationales (CEDH, 15 janvier beslissingen te nemen (EHRM, 15 januari 2013, Laakso t. Finland, §
2013, Laakso c. Finlande, § 41). 41).
B.9.1. La Cour a déjà examiné à plusieurs reprises la B.9.1. Het Hof heeft reeds meermaals de grondwettigheid onderzocht van
constitutionnalité du délai d'un an prévu par l'article 330, § 1er, de termijn van één jaar waarin artikel 330, § 1, vierde lid, van het
alinéa 4, du Code civil. Burgerlijk Wetboek voorziet.
B.9.2. Par son arrêt n° 139/2013, du 17 octobre 2013, la Cour a dit B.9.2. Bij zijn arrest nr. 139/2013 van 17 oktober 2013 heeft het Hof
pour droit que l'article 330, § 1er, alinéa 4, du Code civil ne voor recht gezegd dat artikel 330, § 1, vierde lid, van het Burgerlijk
violait pas les articles 22 et 22bis de la Constitution, lus en Wetboek geen schending inhoudt van de artikelen 22 en 22bis van de
combinaison avec l'article 8 de la Convention européenne des droits de Grondwet, in samenhang gelezen met artikel 8 van het Europees Verdrag
l'homme, en ce qu'il prescrit que l'action en contestation d'une voor de rechten van de mens, in zoverre het bepaalt dat de vordering
reconnaissance de paternité introduite par la personne qui revendique tot betwisting van een vaderlijke erkenning ingesteld door de persoon
la filiation doit être intentée dans l'année de la découverte qu'elle die de afstamming opeist, moet worden ingesteld binnen één jaar na de
est le père de l'enfant. ontdekking van het feit dat hij de vader van het kind is.
B.9.3. Par son arrêt n° 165/2013, du 5 décembre 2013, la Cour a dit B.9.3. Bij zijn arrest nr. 165/2013 van 5 december 2013 heeft het Hof
pour droit que l'article 330, § 1er, alinéa 4, du Code civil ne voor recht gezegd dat artikel 330, § 1, vierde lid, van het Burgerlijk
violait pas les articles 10 et 11 de la Constitution, combinés avec Wetboek geen schending inhoudt van de artikelen 10 en 11 van de
les articles 8 et 14 de la Convention européenne des droits de l'homme Grondwet, in samenhang gelezen met de artikelen 8 en 14 van het
et avec la Convention relative aux droits de l'enfant, en ce qu'il Europees Verdrag voor de rechten van de mens en met het Verdrag inzake
dispose que l'action de celui qui revendique la filiation doit être de rechten van het kind, in zoverre het bepaalt dat de vordering van
intentée dans l'année qui suit la découverte du fait qu'il est le père de persoon die de afstamming opeist, moet worden ingesteld binnen een
de l'enfant. jaar na de ontdekking van het feit dat hij de vader van het kind is.
B.9.4. Par son arrêt n° 139/2014, du 25 septembre 2014, la Cour a dit B.9.4. Bij zijn arrest nr. 139/2014 van 25 september 2014 heeft het
pour droit que l'article 330, § 1er, alinéa 4, du Code civil ne Hof voor recht gezegd dat artikel 330, § 1, vierde lid, van het
violait pas les articles 10, 11 et 22 de la Constitution, combinés ou Burgerlijk Wetboek geen schending inhoudt van de artikelen 10, 11 en
22 van de Grondwet, al dan niet in samenhang gelezen met artikel 8 van
non avec l'article 8 de la Convention européenne des droits de het Europees Verdrag voor de rechten van de mens, in zoverre het
l'homme, en ce qu'il dispose que l'action de celui qui a reconnu bepaalt dat de vordering van de persoon die het kind heeft erkend,
l'enfant doit être intentée dans l'année qui suit la découverte du dient te worden ingesteld binnen een jaar na de ontdekking van het
fait qu'il n'est pas le père de l'enfant. feit dat hij niet de vader van het kind is.
B.9.5. Les arrêts précités portent sur le délai d'un an imposé lorsque l'action en contestation d'une reconnaissance paternelle est introduite par la personne qui revendique la filiation ou par la personne qui a reconnu l'enfant, mais ne porte pas sur le délai d'un an imposé lorsqu'une telle action est introduite par l'enfant. B.10.1. Toutefois, la Cour s'est déjà prononcée sur le délai d'un an dont l'enfant dispose pour introduire une action en contestation de paternité, délai prévu par l'article 318, § 2, du Code civil. B.10.2. Par son arrêt n° 96/2011, du 31 mai 2011, la Cour a jugé à B.9.5. De voormelde arresten hebben betrekking op de termijn van één jaar wanneer de vordering tot betwisting van een vaderlijke erkenning wordt ingesteld door de persoon die de afstamming opeist of door de persoon die het kind heeft erkend, maar niet wanneer zulk een vordering door het kind wordt ingesteld. B.10.1. Over de termijn van één jaar waarover het kind beschikt om een vordering tot betwisting van het vaderschap in te stellen, waarin artikel 318, § 2, van het Burgerlijk Wetboek voorziet, heeft het Hof zich wel al uitgesproken. B.10.2. Bij zijn arrest nr. 96/2011 van 31 mei 2011 heeft het Hof, met betrekking tot een vordering tot betwisting van het vermoeden van
propos d'une action en contestation de présomption de paternité vaderschap die door een meerderjarig kind tegen de echtgenoot van zijn
introduite par un enfant majeur contre le mari de sa mère alors que moeder was ingesteld terwijl dat vermoeden noch met de biologische
cette présomption ne correspondait ni à la vérité biologique ni, en waarheid, noch, bij ontstentenis van een bezit van staat, met de
l'absence de possession d'état, à la vérité socio-affective : socioaffectieve waarheid overeenstemde, geoordeeld :
' B.7. Il ressort des motifs du jugement rendu par le juge a quo que, ' B.7. Uit de motivering van het vonnis van de verwijzende rechter
d'après les éléments du dossier, la présomption de paternité du mari blijkt dat, volgens de elementen van het dossier, het vermoeden van
de la mère établie en l'espèce à l'égard du demandeur devant le juge a vaderschap van de echtgenoot van de moeder dat te dezen was
quo ne correspond ni à la vérité biologique, ni à la vérité
socio-affective. La Cour limitera à cette hypothèse l'examen du délai vastgesteld ten aanzien van de eiser voor de verwijzende rechter, niet
relatif à l'action en contestation de paternité prescrit par l'article overeenstemt met de biologische waarheid, noch met de socio-affectieve
318, § 2, du Code civil. waarheid. Het Hof zal het onderzoek van de bij artikel 318, § 2, van
het Burgerlijk Wetboek voorgeschreven termijn betreffende de vordering
tot betwisting van vaderschap tot die hypothese beperken.
La Cour doit donc contrôler si l'article 318, § 2, précité, porte Het Hof moet dus nagaan of het voormelde artikel 318, § 2, niet op
atteinte de manière discriminatoire au droit au respect de la vie discriminerende wijze afbreuk doet aan het recht op de eerbiediging
privée, tel qu'il est consacré par l'article 22 de la Constitution et van het privéleven, zoals het is verankerd in artikel 22 van de
l'article 8 de la Convention européenne des droits de l'homme, de Grondwet en in artikel 8 van het Europees Verdrag voor de rechten van
l'enfant qui, en l'absence de possession d'état, entend contester la de mens, van het kind dat, bij ontstentenis van bezit van staat, het
vermoeden van vaderschap wil betwisten dat is vastgesteld ten aanzien
présomption de paternité établie à l'égard du mari de sa mère, compte van de echtgenoot van zijn moeder, door de termijnen die dat artikel
tenu des délais que cet article 318, § 2, prescrit pour ce faire. 318, § 2, daartoe voorschrijft.
[...] [...]
B.13. La paix des familles et la sécurité juridique des liens B.13. De rust der families en de rechtszekerheid van de familiale
familiaux, d'une part, et l'intérêt de l'enfant, d'autre part, banden, enerzijds, en het belang van het kind, anderzijds, zijn
constituent des buts légitimes dont le législateur peut tenir compte legitieme doelstellingen waarvan de wetgever kan uitgaan om een
pour empêcher que la contestation de paternité puisse être exercée onbeperkte mogelijkheid tot betwisting van het vaderschap te
sans limitation. verhinderen.
B.14. Toutefois, en prévoyant qu'un enfant ne peut plus contester la B.14. Door te bepalen dat een kind het vermoeden van vaderschap dat is
présomption de paternité établie à l'égard du mari de sa mère au-delà vastgesteld ten aanzien van de echtgenoot van zijn moeder niet meer
de l'âge de vingt-deux ans ou de l'année à dater de la découverte du kan betwisten na de leeftijd van tweeëntwintig jaar of na het jaar te
fait que celui qui était le mari de sa mère n'est pas son père, alors rekenen vanaf de ontdekking van het feit dat diegene die de echtgenoot
que cette présomption ne correspond à aucune réalité ni biologique, ni van zijn moeder was, niet zijn vader is, terwijl dat vermoeden met
socio-affective, il est porté atteinte de manière discriminatoire au geen enkele biologische, noch socio-affectieve realiteit overeenstemt,
droit au respect de la vie privée de cet enfant. En raison du court wordt evenwel op discriminerende wijze afbreuk gedaan aan het recht op
délai de prescription, celui-ci pourrait ne plus disposer de la de eerbiediging van het privéleven van dat kind. Door de korte
possibilité de saisir un juge susceptible de tenir compte des faits verjaringstermijn zou het kunnen dat dat kind niet meer beschikt over
établis ainsi que de l'intérêt de toutes les parties concernées, sans de mogelijkheid om zich tot een rechter te wenden die rekening kan
que cela puisse se justifier par le souci de préserver la paix des houden met de vaststaande feiten, alsook met het belang van alle
familles alors que les liens familiaux sont en l'occurrence betrokken partijen, zonder dat een en ander kan worden verantwoord
door de zorg om de rust der families te bewaren terwijl de familiale
inexistants '. banden te dezen onbestaande zijn '.
Par conséquent, la Cour a dit pour droit : Bijgevolg heeft het Hof voor recht gezegd :
' Dans l'hypothèse décrite en B.7, l'article 318, § 2, du Code civil ' In de in B.7 beschreven hypothese schendt artikel 318, § 2, van het
viole les articles 10, 11 et 22 de la Constitution, lus en combinaison Burgerlijk Wetboek de artikelen 10, 11 en 22 van de Grondwet, in
avec les articles 8 et 14 de la Convention européenne des droits de samenhang gelezen met de artikelen 8 en 14 van het Europees Verdrag
l'homme '. voor de rechten van de mens '.
B.10.3. Par son arrêt n° 18/2016, du 3 février 2016, la Cour a dit B.10.3. Bij zijn arrest nr. 18/2016 van 3 februari 2016 heeft het Hof
voor recht gezegd dat artikel 318, § 2, van het Burgerlijk Wetboek een
pour droit que l'article 318, § 2, du Code civil violait l'article 22 schending inhoudt van artikel 22 van de Grondwet, in samenhang gelezen
de la Constitution, combiné avec l'article 8 de la Convention met artikel 8 van het Europees Verdrag voor de rechten van de mens, in
européenne des droits de l'homme, en ce qu'il impose à l'enfant âgé de
plus de 22 ans un délai d'un an à compter de la découverte du fait que zoverre daarin aan het kind ouder dan 22 jaar een termijn wordt
le mari de sa mère n'est pas son père pour intenter une action en opgelegd van één jaar vanaf de ontdekking van het feit dat de
contestation de paternité. echtgenoot van zijn moeder niet zijn vader is om een vordering tot
Par cet arrêt, la Cour a jugé : betwisting van het vaderschap in te stellen.
' B.13. Lorsqu'un enfant découvre plusieurs années avant d'avoir Bij dat arrest heeft het Hof geoordeeld :
atteint l'âge de 22 ans que le mari de sa mère n'est pas son père, ' B.13. Wanneer een kind meerdere jaren vóór het de leeftijd van 22
jaar heeft bereikt, ontdekt dat de echtgenoot van zijn moeder niet
l'article 318, § 2, du Code civil ne lui permet plus de contester la zijn vader is, biedt artikel 318, § 2, van het Burgerlijk Wetboek het
kind niet langer de mogelijkheid om het vermoeden van vaderschap te
présomption de paternité dès qu'il a atteint l'âge de 22 ans. Empêché betwisten zodra het de leeftijd van 22 jaar heeft bereikt. Dat kind,
de contester cette présomption de paternité, cet enfant est également dat wordt verhinderd om dat vermoeden van vaderschap te betwisten,
empêché d'encore intenter, passé cet âge, une action en recherche de wordt eveneens verhinderd om na die leeftijd nog een vordering tot
paternité. onderzoek naar het vaderschap in te stellen.
B.14.1. Les procédures relatives à l'établissement ou à la B.14.1. De procedures met betrekking tot het vaststellen of betwisten
contestation de paternité concernent la vie privée, parce que la van de vaderlijke afstamming raken het privéleven, omdat de materie
matière de la filiation englobe d'importants aspects de l'identité van de afstamming belangrijke aspecten van iemands persoonlijke
personnelle d'un individu, dont l'identité de ses géniteurs fait identiteit omvat, waartoe ook de identiteit van zijn verwekkers
également partie (CEDH, 7 février 2002, Mikulic c. Croatie, §§ 53 et behoort (EHRM, 7 februari 2002, Mikulic t. Kroatië, §§ 53 en 54; 13
54; 13 juillet 2006, Jäggi c. Suisse, § 25; 16 juin 2011, Pascaud c. juli 2006, Jäggi t. Zwitserland, § 25; 16 juni 2011, Pascaud t.
France, §§ 48-49). Frankrijk, §§ 48-49).
B.14.2. Selon la Cour européenne des droits de l'homme, lorsque le B.14.2. Volgens het Europees Hof voor de Rechten van de Mens moet de
législateur fixe les règles en matière de filiation, il doit non wetgever, wanneer hij de regels inzake afstamming vaststelt, niet
seulement tenir compte des droits des intéressés, mais aussi de la alleen rekening houden met de rechten van de betrokkenen, maar ook met
nature de ces droits. Lorsqu'est en cause le droit à une identité, de aard van die rechten. Wanneer het gaat om het recht op een
dont relève le droit de connaître son ascendance, un examen approfondi identiteit, waartoe het recht behoort om zijn afstamming te kennen, is
est nécessaire pour peser les intérêts en présence (CEDH, 13 juillet een diepgaande belangenafweging noodzakelijk (EHRM, 13 juli 2006,
2006, Jäggi c. Suisse, § 37; 3 avril 2014, Konstantinidis c. Grèce, § Jäggi t. Zwitserland, § 37; 3 april 2014, Konstantinidis t.
47). Même si une personne a pu développer sa personnalité sans avoir Griekenland, § 47). Zelfs indien een persoon zijn persoonlijkheid
de certitude quant à l'identité de son père biologique, il faut heeft kunnen uitbouwen zonder zekerheid te hebben over de identiteit
van zijn biologische vader, moet worden aangenomen dat het belang dat
admettre que l'intérêt qu'un individu peut avoir à connaître son een individu kan hebben om zijn afstamming te kennen niet afneemt met
ascendance ne décroît pas avec les années, bien au contraire (CEDH, 13 de jaren, wel integendeel (EHRM, 13 juli 2006, Jäggi t. Zwitserland, §
juillet 2006, Jäggi c. Suisse, § 40; 16 juin 2011, Pascaud c. France, 40; 16 juni 2011, Pascaud t. Frankrijk, § 65). Het Europees Hof stelt
§ 65). La Cour européenne constate également qu'il ressort d'une étude eveneens vast dat uit vergelijkend onderzoek blijkt dat in een
comparée que dans un nombre important d'Etats, l'action de l'enfant en belangrijk aantal Staten de vordering van het kind om het vaderschap
recherche de paternité n'est pas soumise à un délai, et que l'on te doen vaststellen niet aan een termijn is gebonden en dat een
constate une tendance à accorder à l'enfant une plus grande protection tendens waarneembaar is om een grotere bescherming toe te kennen aan
(CEDH, 20 décembre 2007, Phinikaridou c. Chypre, § 58). het kind (EHRM, 20 december 2007, Phinikaridou t. Cyprus, § 58).
B.15. Dans une procédure judiciaire d'établissement de la filiation, B.15. In een gerechtelijke procedure tot vaststelling van de
afstamming dient het recht van eenieder op vaststelling van zijn
le droit de chacun à l'établissement de sa filiation doit dès lors afstamming in beginsel dan ook de overhand te krijgen op het belang
l'emporter, en principe, sur l'intérêt de la paix des familles et de van de rust der families en de rechtszekerheid van de familiale banden.
la sécurité juridique des liens familiaux. B.16. Ook al bestaan er familiale banden, geconcretiseerd door het
B.16. Même s'il existe ou s'il a existé des liens familiaux, bezit van staat, of ook al hebben ze bestaan, toch doet de in het
concrétisés par la possession d'état, la disposition en cause porte geding zijnde bepaling op onevenredige wijze afbreuk aan het recht op
une atteinte disproportionnée au droit au respect de la vie privée de eerbiediging van het privéleven van het kind, door de korte
l'enfant, en raison du court délai de prescription qui pourrait le verjaringstermijn die aan het kind de mogelijkheid zou kunnen
priver de la possibilité de saisir un juge susceptible de tenir compte ontzeggen om zich tot een rechter te wenden die rekening kan houden
des faits établis ainsi que de l'intérêt de toutes les parties met de vaststaande feiten, alsook met het belang van alle betrokken
concernées. partijen.
[...] '. [...] '.
B.11. Le fait que les articles 318, § 2, et 330, § 1er, alinéa 4, du B.11. Het feit dat de artikelen 318, § 2, en 330, § 1, vierde lid, van
Code civil se rapportent à des matières différentes n'empêche pas het Burgerlijk Wetboek verschillende aangelegenheden betreffen, neemt
qu'ils sont tous deux étroitement liés au droit à l'identité de niet weg dat zij beide nauw verband houden met het recht op de
l'enfant. identiteit van het kind.
S'agissant de la reconnaissance, la Cour européenne des droits de Wat de erkenning betreft, heeft het Europees Hof voor de Rechten van
l'homme a jugé : de Mens geoordeeld
' la reconnaissance comme l'annulation d'un lien de filiation touche ' dat de erkenning net zoals de nietigverklaring van een
directement à l'identité de l'homme ou de la femme dont la parenté est afstammingsband rechtstreeks de identiteit raakt van de man of vrouw
van wie de verwantschap in het geding is (zie, bijvoorbeeld, Rasmussen
en question (voir, par exemple, Rasmussen c. Danemark, 28 novembre t. Denemarken, 28 november 1984, § 33, reeks A nr. 87, I.L.V. t.
1984, § 33, série A n° 87, I.L.V. c. Roumanie (déc.), n° 4901/04, §
33, 24 août 2010, Kruskovic, précité, § 18, et Canonne c. France Roemenië (besl.), nr. 4901/04, § 33, 24 augustus 2010, Kruskovic,
reeds aangehaald, § 18, en Canonne t. Frankrijk (besl.), nr. 22037/13,
(déc.), n° 22037/13, § 25, 2 juin 2015) ' (CEDH, 14 janvier 2016, § 25, 2 juni 2015) ' (EHRM, 14 januari 2016, Mandet t. Frankrijk, §
Mandet c. France, § 44). 44).
En outre, comme la Cour l'a rappelé dans son arrêt n° 139/2013, Bovendien heeft de wetgever, zoals het Hof in zijn voormeld arrest nr.
précité, le législateur a voulu réaliser un parallélisme maximal entre 139/2013 in herinnering heeft gebracht, een zo groot mogelijk
la procédure de contestation de la présomption de paternité et la parallellisme willen verwezenlijken tussen de procedure van betwisting
procédure de contestation de la reconnaissance de paternité. Les deux van het vaderschapsvermoeden en die van betwisting van de vaderlijke
procédures sont ainsi formulées, dans les dispositions en question, erkenning. Zo zijn beide procedures, in de betreffende bepalingen, in
dans des termes comparables et le législateur a prévu, dans les deux vergelijkbare bewoordingen geformuleerd en wordt, voor beide
procédures, le même délai d'un an pour intenter l'action. procedures, in een zelfde termijn van één jaar voorzien om de
vordering in te stellen.
Pour des motifs similaires à ceux de l'arrêt n° 18/2016, précité, Om soortgelijke redenen als die welke in het voormelde arrest nr.
relatif à l'article 318, § 2, du Code civil, l'article 330, § 1er, 18/2016 met betrekking tot artikel 318, § 2, van het Burgerlijk
alinéa 4, du même Code n'est pas compatible avec les normes de Wetboek zijn vermeld, is artikel 330, § 1, vierde lid, van hetzelfde
référence invoquées ». Wetboek, niet bestaanbaar met de aangevoerde referentienormen ».
B.6. Par l'arrêt n° 77/2016 précité, la Cour a dit pour droit que B.6. Bij het voormelde arrest nr. 77/2016 heeft het Hof voor recht
l'article 330, § 1er, alinéa 4, du Code civil violait les articles 10, gezegd dat artikel 330, § 1, vierde lid, van het Burgerlijk Wetboek de
11 et 22 de la Constitution, combinés avec les articles 8 et 14 de la artikelen 10, 11 en 22 van de Grondwet, in samenhang gelezen met de
Convention européenne des droits de l'homme, en ce qu'il impose à artikelen 8 en 14 van het Europees Verdrag voor de rechten van de
l'enfant âgé de plus de 22 ans un délai d'un an à compter de la mens, schond in zoverre daarin aan het kind ouder dan 22 jaar een
découverte du fait que la personne qui l'a reconnu n'est pas son père termijn wordt opgelegd van één jaar vanaf de ontdekking van het feit
pour intenter une action en contestation de la reconnaissance dat de persoon die het heeft erkend niet zijn vader is om een
paternelle. vordering tot betwisting van de vaderlijke erkenning in te stellen.
B.7. Pour les mêmes motifs, la question préjudicielle appelle une B.7. Om dezelfde redenen dient de prejudiciële vraag bevestigend te
réponse affirmative. worden beantwoord.
Par ces motifs, Om die redenen,
la Cour het Hof
dit pour droit : zegt voor recht :
L'article 330, § 1er, alinéa 4, du Code civil viole les articles 10, Artikel 330, § 1, vierde lid, van het Burgerlijk Wetboek schendt de
11 et 22 de la Constitution, combinés avec les articles 8 et 14 de la artikelen 10, 11 en 22 van de Grondwet, in samenhang gelezen met de
Convention européenne des droits de l'homme, en ce qu'il impose à artikelen 8 en 14 van het Europees Verdrag voor de rechten van de
l'enfant âgé de plus de 22 ans un délai d'un an à compter de la mens, in zoverre daarin aan het kind ouder dan 22 jaar een termijn
wordt opgelegd van één jaar vanaf de ontdekking van het feit dat de
découverte du fait que la personne qui l'a reconnu n'est pas son père persoon die het heeft erkend niet zijn vader is om een vordering tot
pour intenter une action en contestation de la reconnaissance betwisting van de vaderlijke erkenning in te stellen.
paternelle. Ainsi rendu en langue française et en langue néerlandaise, Aldus gewezen in het Frans en het Nederlands, overeenkomstig artikel
conformément à l'article 65 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur 65 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Grondwettelijk Hof,
la Cour constitutionnelle, le 14 décembre 2016. op 14 december 2016.
Le greffier, De griffier,
F. Meersschaut F. Meersschaut
Le président, De voorzitter,
J. Spreutels J. Spreutels
^