← Retour vers "Extrait de l'arrêt n° 140/2016 du 10 novembre 2016 Numéro du rôle : 6254 En cause
: les questions préjudicielles relatives aux articles 2.6.1, § 3, 4°, et 2.6.2, § 2, alinéa
1 er , du Code flamand de l'aménagement du territ La Cour constitutionnelle, composée des présidents
E. De Groot et J. Spreutels, et des juges L. (...)"
Extrait de l'arrêt n° 140/2016 du 10 novembre 2016 Numéro du rôle : 6254 En cause : les questions préjudicielles relatives aux articles 2.6.1, § 3, 4°, et 2.6.2, § 2, alinéa 1 er , du Code flamand de l'aménagement du territ La Cour constitutionnelle, composée des présidents E. De Groot et J. Spreutels, et des juges L. (...) | Uittreksel uit arrest nr. 140/2016 van 10 november 2016 Rolnummer 6254 In zake : de prejudiciële vragen betreffende de artikelen 2.6.1, § 3, 4°, en 2.6.2, § 2, eerste lid, van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, gesteld door de N Het Grondwettelijk Hof, samengesteld uit de voorzitters E. De Groot en J. Spreutels, en de recht(...) |
---|---|
COUR CONSTITUTIONNELLE | GRONDWETTELIJK HOF |
Extrait de l'arrêt n° 140/2016 du 10 novembre 2016 | Uittreksel uit arrest nr. 140/2016 van 10 november 2016 |
Numéro du rôle : 6254 | Rolnummer 6254 |
En cause : les questions préjudicielles relatives aux articles 2.6.1, | In zake : de prejudiciële vragen betreffende de artikelen 2.6.1, § 3, |
§ 3, 4°, et 2.6.2, § 2, alinéa 1er, du Code flamand de l'aménagement | 4°, en 2.6.2, § 2, eerste lid, van de Vlaamse Codex Ruimtelijke |
du territoire, posées par le Tribunal de première instance | Ordening, gesteld door de Nederlandstalige Rechtbank van eerste aanleg |
néerlandophone de Bruxelles. | te Brussel. |
La Cour constitutionnelle, | Het Grondwettelijk Hof, |
composée des présidents E. De Groot et J. Spreutels, et des juges L. | samengesteld uit de voorzitters E. De Groot en J. Spreutels, en de |
Lavrysen, A. Alen, J.-P. Snappe, J.-P. Moerman, E. Derycke, T. | rechters L. Lavrysen, A. Alen, J.-P. Snappe, J.-P. Moerman, E. |
Merckx-Van Goey, P. Nihoul, F. Daoût, T. Giet et R. Leysen, assistée | Derycke, T. Merckx-Van Goey, P. Nihoul, F. Daoût, T. Giet en R. |
du greffier P.-Y. Dutilleux, présidée par le président E. De Groot, | Leysen, bijgestaan door de griffier P.-Y. Dutilleux, onder voorzitterschap van voorzitter E. De Groot, |
après en avoir délibéré, rend l'arrêt suivant : | wijst na beraad het volgende arrest : |
I. Objet des questions préjudicielles et procédure | I. Onderwerp van de prejudiciële vragen en rechtspleging |
Par jugement du 27 juillet 2015, en cause de la SPRL « P. Van De Riet | Bij vonnis van 27 juli 2015 in zake de bvba « P. Van De Riet » tegen |
» contre la Région flamande, dont l'expédition est parvenue au greffe | het Vlaamse Gewest, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is |
de la Cour le 5 août 2015, le Tribunal de première instance | ingekomen op 5 augustus 2015, heeft de Nederlandstalige Rechtbank van |
néerlandophone de Bruxelles a posé les questions préjudicielles | eerste aanleg te Brussel de volgende prejudiciële vragen gesteld : |
suivantes : « 1. L'article 2.6.1, § 3, 4°, du Code flamand de l'aménagement du | « 1. Schendt artikel 2.6.1, § 3, 4°, van de Vlaamse Codex Ruimtelijke |
territoire viole-t-il les articles 10 et 11 de la Constitution, | Ordening de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, artikel 16 van de |
l'article 16 de la Constitution et/ou l'article 1 du Premier Protocole | Grondwet en/of artikel 1 van het Eerste Aanvullend Protocol bij het |
additionnel à la Convention européenne des droits de l'homme en ce | Europese Verdrag voor de rechten van de mens doordat het bepaalt dat |
qu'il dispose que seuls les 50 premiers mètres à partir de | enkel de eerste 50 meter vanaf de rooilijn in aanmerking komt voor |
l'alignement sont pris en considération pour les dommages résultant de | planschade, terwijl de dieper liggende stukken van hetzelfde geheel - |
la planification spatiale, alors que les terrains du même ensemble | |
situés plus en profondeur - lesquels ont généralement été négociés | die doorgaans in hun geheel als bouwgrond of als verkavelbare grond |
dans leur ensemble comme terrain à bâtir ou terrain lotissable - ne | werden verhandeld - niet per definitie niet voor bebouwing in |
peuvent pas, par définition, ne pas entrer en ligne de compte pour | |
recevoir une construction ? | aanmerking kunnen komen ? |
2. L'article 2.6.2, § 2, alinéa 1er, du Code flamand de l'aménagement | 2. Schendt artikel 2.6.2, § 2, eerste lid, van de Vlaamse Codex |
du territoire viole-t-il les articles 10 et 11 de la Constitution, | Ruimtelijke Ordening de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, artikel 16 |
l'article 16 de la Constitution et/ou l'article 1 du Premier Protocole | van de Grondwet en/of artikel 1 van het Eerste Aanvullend Protocol bij |
additionnel à la Convention européenne des droits de l'homme en ce | |
qu'il dispose que l'indemnité accordée pour des dommages résultant de | het Europese Verdrag voor de rechten van de mens doordat het bepaalt |
la planification spatiale ne s'élève qu'à 80 % de la moins-value, ce | dat de planschadevergoeding slechts 80 % bedraagt van de |
qui représenterait une charge excessive que doivent supporter les | waardevermindering, hetgeen een onevenredig zware last zou zijn die |
propriétaires dans l'intérêt général, lorsque leur bien est frappé | eigenaars in het algemeen belang moeten dragen wanneer hun goed |
d'une interdiction de bâtir qui résulte d'un plan d'exécution spatial | getroffen wordt door een bouwverbod dat uit een ruimtelijk |
? ». | uitvoeringsplan volgt ? ». |
(...) | (...) |
III. Sur le fond | III. Ten gronde |
(...) | (...) |
B.1.1. Le Gouvernement flamand a introduit un mémoire le 23 octobre | B.1.1. De Vlaamse Regering heeft op 23 oktober 2015 een memorie en op |
2015 et un mémoire en réponse le 14 décembre 2015. Dans ce dernier, il | 14 december 2015 een memorie van antwoord ingediend. In haar memorie |
s'est réservé le droit « de répliquer, si nécessaire, aux observations | van antwoord heeft zij zich het recht voorbehouden « om, indien nodig, |
qui seraient formulées dans l'éventuel mémoire en réponse des parties | nog te repliceren op de opmerkingen die in de eventuele memorie van |
antwoord van de [tussenkomende] partijen nog zouden worden | |
[intervenantes] ». Le 18 février 2016, le Gouvernement flamand a | geformuleerd ». Op 18 februari 2016 heeft de Vlaamse Regering een |
introduit un mémoire complémentaire, dans lequel il répond aux moyens | aanvullende memorie ingediend, waar zij antwoordt op de middelen die |
exposés dans le mémoire en réponse de la première partie intervenante. | in de memorie van antwoord van de eerste tussenkomende partij zijn uiteengezet. |
B.1.2. L'article 89, § 1er, de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur | B.1.2. Artikel 89, § 1, van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op |
la Cour constitutionnelle dispose : | het Grondwettelijk Hof bepaalt : |
« Lorsque la Cour statue, à titre préjudiciel, sur les questions | « Wanneer het Hof, bij wijze van prejudiciële beslissing, uitspraak |
visées à l'article 26, le greffier transmet une copie des mémoires | doet op vragen als bedoeld in artikel 26, zendt de griffier een |
déposés aux autres parties ayant déposé un mémoire. Elles disposent | afschrift van de ingediende memories aan de andere partijen die een |
memorie hebben ingediend. Deze beschikken dan over dertig dagen vanaf | |
alors de trente jours à dater du jour de la réception pour faire | de dag van ontvangst om aan de griffie een memorie van antwoord te |
parvenir au greffe un mémoire en réponse. A l'expiration de ce délai, | doen geworden. Bij het verstrijken van die termijn zendt de griffier |
le greffier transmet aux parties ayant introduit [un mémoire], une | een afschrift van de ingediende memories van antwoord aan de partijen |
copie des mémoires [en] réponse déposés ». | die een memorie hebben ingediend ». |
Il résulte de cette disposition qu'un mémoire complémentaire du | Uit die bepaling volgt dat in een aanvullende memorie van de Vlaamse |
Gouvernement flamand n'est pas prévu et n'est dès lors pas recevable. | Regering niet is voorzien en zij derhalve niet ontvankelijk is. |
Quant aux dispositions en cause | Wat betreft de in het geding zijnde bepalingen |
B.2.1. Le juge a quo demande à la Cour si les articles 2.6.1, § 3, 4°, | B.2.1. De verwijzende rechter wenst van het Hof te vernemen of de |
et 2.6.2, § 2, alinéa 1er, du Code flamand de l'aménagement du | artikelen 2.6.1, § 3, 4°, en 2.6.2, § 2, eerste lid, van de Vlaamse |
territoire violent les articles 10, 11 et 16 de la Constitution, | Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) de artikelen 10, 11 en 16 van de |
combinés ou non avec l'article 1 du Premier Protocole additionnel à la | Grondwet, al dan niet in samenhang gelezen met artikel 1 van het |
Convention européenne des droits de l'homme, en ce qu'ils disposent | Eerste Aanvullend Protocol bij het Europees Verdrag voor de rechten |
que seuls les cinquante premiers mètres à partir de l'alignement sont | |
pris en considération pour l'indemnisation des dommages résultant de | van de mens, schenden, doordat ze bepalen dat enkel de eerste vijftig |
la planification spatiale (première question préjudicielle) et que | |
l'indemnisation des dommages résultant de la planification spatiale ne | meter vanaf de rooilijn in aanmerking komen voor planschadevergoeding |
s'élève qu'à 80 % de la moins-value (seconde question préjudicielle). B.2.2. Les deux questions préjudicielles sont examinées conjointement, étant donné qu'elles portent toutes deux sur l'éventuelle inconstitutionnalité d'une limitation de l'indemnité due par l'autorité pour les dommages résultant de la planification spatiale. B.3.1. L'aménagement du territoire de la Région flamande, des provinces et des communes est déterminé dans des schémas de structure d'aménagement, des plans d'exécution spatiaux et des règlements (article 1.1.3 du Code flamand de l'aménagement du territoire). L'aménagement du territoire est axé sur un développement spatial durable, gérant l'espace disponible au profit de la présente génération, sans pour autant compromettre les besoins des générations futures. A cet effet, les besoins spatiaux des différentes activités sociales sont simultanément comparés. La portée spatiale, l'impact environnemental et les conséquences culturelles, économiques, esthétiques et sociales sont pris en compte. C'est ainsi que l'on cherche à optimiser la qualité spatiale (article 1.1.4 du Code flamand | (eerste prejudiciële vraag) en dat de planschadevergoeding slechts 80 pct. bedraagt van de waardevermindering (tweede prejudiciële vraag). B.2.2. Daar beide prejudiciële vragen betrekking hebben op de mogelijke ongrondwettigheid van een beperking van de door de overheid verschuldigde planschadevergoeding, worden beide vragen gezamenlijk behandeld. B.3.1. De ruimtelijke ordening van het Vlaamse Gewest, de provincies en de gemeenten wordt vastgelegd in ruimtelijke structuurplannen, ruimtelijke uitvoeringsplannen en verordeningen (artikel 1.1.3 van de VCRO). De ruimtelijke ordening is gericht op een duurzame ruimtelijke ontwikkeling waarbij de ruimte wordt beheerd ten behoeve van de huidige generatie, zonder dat de behoeften van de toekomstige generaties in het gedrang worden gebracht. Daarbij worden de ruimtelijke behoeften van de verschillende maatschappelijke activiteiten gelijktijdig tegen elkaar afgewogen. Er wordt rekening gehouden met de ruimtelijke draagkracht, de gevolgen voor het leefmilieu en de culturele, economische, esthetische en sociale gevolgen. Op die manier wordt gestreefd naar ruimtelijke kwaliteit |
de l'aménagement du territoire). | (artikel 1.1.4 van de VCRO). |
B.3.2. « Par schéma de structure d'aménagement », il convient | B.3.2. Onder ruimtelijk structuurplan wordt verstaan een |
d'entendre « un document politique traçant le cadre de la structure | beleidsdocument dat het kader aangeeft voor de gewenste ruimtelijke |
spatiale voulue. Il présente une vision à long terme du développement | |
spatial de la zone concernée. Il vise la cohérence dans la | structuur. Het geeft een langetermijnvisie op de ruimtelijke |
préparation, l'établissement et l'exécution des décisions ayant trait | ontwikkeling van het gebied in kwestie. Het is erop gericht samenhang |
à l'aménagement du territoire » (article 2.1.1, alinéa 1er, du Code | te brengen in de voorbereiding, de vaststelling en de uitvoering van |
flamand de l'aménagement du territoire). Les schémas de structure | beslissingen die de ruimtelijke ordening aanbelangen (artikel 2.1.1, |
d'aménagement sont établis à trois niveaux : au niveau de la Région | eerste lid, van de VCRO). Ruimtelijke structuurplannen bestaan op drie |
flamande, au niveau provincial et au niveau communal (article 2.1.1, | niveaus : het niveau van het Vlaamse Gewest, het provinciale niveau en |
alinéa 2, du Code flamand de l'aménagement du territoire). Les schémas | het gemeentelijke niveau (artikel 2.1.1, tweede lid, van de VCRO). De |
de structure d'aménagement ne sont contraignants que pour l'autorité | ruimtelijke structuurplannen zijn enkel bindend voor de overheid die |
qui a établi le schéma de structure et pour les instances subordonnées | het structuurplan heeft opgesteld en voor de daaraan ondergeschikte |
à celle-ci. Ils ne constituent pas un fondement pour l'examen des | overheden. Zij vormen geen beoordelingsgrond voor vergunningsaanvragen |
demandes de permis (article 2.1.2, § 7, du Code flamand de | (artikel 2.1.2, § 7, van de VCRO). |
l'aménagement du territoire). | |
Les plans d'exécution spatiaux sont établis aux mêmes niveaux (article | De ruimtelijke uitvoeringsplannen worden op dezelfde niveaus opgemaakt |
2.2.1, § 1er, du Code flamand de l'aménagement du territoire). Ils | (artikel 2.2.1, § 1, van de VCRO). Zij bevatten concrete |
contiennent des prescriptions urbanistiques concrètes en matière de | stedenbouwkundige voorschriften inzake bestemming, inrichting en |
destination, d'aménagement et de gestion du territoire concerné, qui | |
constituent un fondement pour l'examen des permis (article 4.3.1, § 1er, | beheer van het betrokken grondgebied, die een beoordelingsgrond vormen |
1°, du Code flamand de l'aménagement du territoire). Les plans | voor vergunningen (artikel 4.3.1, § 1, 1°, van de VCRO). Ruimtelijke |
d'exécution spatiaux peuvent à tous moments être remplacés, en tout ou | uitvoeringsplannen kunnen te allen tijde geheel of gedeeltelijk worden |
en partie (article 2.2.2, § 2, alinéa 1er, du Code flamand de | vervangen (artikel 2.2.2, § 2, eerste lid, van de VCRO), zodat de |
l'aménagement du territoire), de sorte que les justiciables ne peuvent | rechtsonderhorigen er niet wettig op kunnen vertrouwen dat de erin |
pas légitimement tabler sur le maintien sans modification, dans le | |
futur, des prescriptions urbanistiques qu'ils contiennent (voir, entre | vervatte stedenbouwkundige voorschriften in de toekomst ongewijzigd |
autres, CE, 17 mars 2010, n° 202.011). | behouden blijven (zie o.a. RvS, 17 maart 2010, nr. 202.011). |
B.3.3. Les plans d'exécution spatiaux peuvent faire naître des | B.3.3. De ruimtelijke uitvoeringsplannen kunnen erfdienstbaarheden van |
servitudes d'utilité publique et comporter des restrictions du droit | openbaar nut doen ontstaan en eigendomsbeperkingen inhouden, met |
de propriété, y compris des interdictions de bâtir. Dans certains cas, | inbegrip van een bouwverbod. In bepaalde gevallen kan een bouw- of |
une interdiction de bâtir ou de lotir peut donner lieu à une | |
indemnisation limitée, appelée indemnisation des dommages résultant de | verkavelingsverbod aanleiding geven tot een beperkte schadevergoeding, |
la planification spatiale (article 2.6.1, § 1er, du Code flamand de | planschadevergoeding genaamd (artikel 2.6.1, § 1, van de VCRO). |
l'aménagement du territoire). | |
La moins-value entrant en ligne de compte pour une indemnisation des | De waardevermindering die voor de planschadevergoeding in aanmerking |
dommages résultant de la planification spatiale doit être estimée en | komt, dient te worden geraamd als het verschil tussen de waarde van |
calculant la différence entre la valeur du bien au moment de | dat goed op het ogenblik van de verwerving, geactualiseerd tot op de |
l'acquisition, actualisée jusqu'au jour de la naissance du droit à | dag van het ontstaan van het recht op schadevergoeding, verhoogd met |
l'indemnisation, majorée des charges et frais, avant l'entrée en | de lasten en kosten, vóór de inwerkingtreding van het ruimtelijk |
vigueur du plan d'exécution spatial, et la valeur de ce bien au moment | uitvoeringsplan en de waarde van dat goed op het ogenblik van het |
de la naissance du droit à l'indemnisation, après l'entrée en vigueur | ontstaan van het recht op schadevergoeding na de inwerkingtreding van |
de ce plan d'exécution spatial (article 2.6.2, § 1er, alinéa 1er, du | dat ruimtelijk uitvoeringsplan (artikel 2.6.2, § 1, eerste lid, van de |
Code flamand de l'aménagement du territoire). | VCRO). |
B.3.4. Une indemnisation des dommages résultant de la planification | B.3.4. Planschadevergoeding wordt toegekend wanneer, op basis van een |
spatiale est accordée lorsque, en vertu d'un plan d'exécution spatial | in werking getreden ruimtelijk uitvoeringsplan, een perceel niet meer |
entré en vigueur, une parcelle ne peut plus faire l'objet d'un permis | in aanmerking komt voor een vergunning om te bouwen of te verkavelen, |
de bâtir ou de lotir, alors que c'était encore le cas la veille de | terwijl het de dag voorafgaand aan de inwerkingtreding van dat |
l'entrée en vigueur de ce plan définitif (article 2.6.1, § 2, du Code | definitieve plan wel in aanmerking kwam voor een vergunning om te |
flamand de l'aménagement du territoire). | bouwen of te verkavelen (artikel 2.6.1, § 2, van de VCRO). |
B.4.1. L'article 2.6.1, § 3, du Code flamand de l'aménagement du | B.4.1. Artikel 2.6.1, § 3, van de VCRO bepaalt : |
territoire dispose : | |
« Pour l'application de l'indemnisation des dommages résultant de la | « Voor de toepassing van planschadevergoeding moet bovendien aan |
planification spatiale, les critères cumulatifs suivants doivent de | volgende criteria samen worden voldaan op de dag voorafgaand aan de |
surcroît être remplis la veille de l'entrée en vigueur du plan | inwerkingtreding van het definitieve plan : |
définitif : 1° la parcelle doit être située le long d'une route suffisamment | 1° het perceel moet gelegen zijn aan een voldoende uitgeruste weg |
équipée, conformément à l'article 4.3.5, § 1er; | overeenkomstig artikel 4.3.5, § 1; |
2° la parcelle doit entrer en ligne de compte pour l'édification d'une | 2° het perceel moet stedenbouwkundig en bouwtechnisch voor bebouwing |
construction sur le plan de l'urbanisme et de la technique de | |
construction; | in aanmerking komen; |
3° la parcelle doit être située dans une zone constructible, comme | 3° het perceel moet gelegen zijn binnen een bebouwbare zone zoals |
définie dans un plan d'aménagement ou dans un plan d'exécution | bepaald in een plan van aanleg of ruimtelijk uitvoeringsplan; |
spatial; 4° seuls les 50 premiers mètres à partir de l'alignement entrent en | 4° enkel de eerste 50 meter vanaf de rooilijn komt in aanmerking voor |
ligne de compte pour les dommages résultant de la planification | |
spatiale. | planschade. |
Le critère visé au premier alinéa, 1°, ne s'applique toutefois pas aux | Het criterium, vermeld in het eerste lid, 1°, geldt evenwel niet voor |
parcelles sur lesquelles sont situés les bâtiments d'entreprise et | |
l'habitation des exploitants d'une entreprise agricole ou horticole | de percelen waarop de bedrijfsgebouwen en de exploitantenwoning van |
existante ». | een bestaand land- of tuinbouwbedrijf gelegen zijn ». |
B.4.2. L'article 2.6.2, § 2, du Code flamand de l'aménagement du | B.4.2. Artikel 2.6.2, § 2, van de VCRO bepaalt : |
territoire dispose : | |
« § 2. L'indemnisation des dommages résultant de la planification | « § 2. De planschadevergoeding bedraagt tachtig percent van de |
spatiale s'élève à quatre-vingts pour cent de [la] moins-value. | waardevermindering. |
[...] ». | [...] ». |
B.5.1. Le Code flamand de l'aménagement du territoire a été élaboré en | |
2009 et résulte de la coordination des dispositions du décret du 18 | B.5.1. De VCRO is in 2009 tot stand gekomen als een coördinatie van de |
mai 1999 portant organisation de l'aménagement du territoire (ci-après | bepalingen van het decreet van 18 mei 1999 houdende de organisatie van |
: décret du 18 mai 1999) et de l'article 90bis du décret forestier du | de ruimtelijke ordening (hierna : DRO) en van artikel 90bis van het |
13 juin 1990 (article 1er de l'arrêté du Gouvernement flamand du 15 | bosdecreet van 13 juni 1990 (artikel 1 van het besluit van de Vlaamse |
mai 2009 portant coordination de la législation décrétale relative à | Regering van 15 mei 2009 houdende coördinatie van de decreetgeving op |
l'aménagement du territoire). | de ruimtelijke ordening). |
B.5.2.1. L'article 2.6.1, § 3, du Code flamand de l'aménagement du | B.5.2.1. Artikel 2.6.1, § 3, van de VCRO verschilt niet van artikel |
territoire ne diffère pas de l'article 84, § 3, du décret du 18 mai | 84, § 3, van het DRO. |
1999. Les travaux préparatoires de l'article 84, § 3, du décret du 18 mai | De parlementaire voorbereiding van artikel 84, § 3, van het DRO |
1999 mentionnent ce qui suit : | vermeldt : |
« § 3. Le présent paragraphe précise un certain nombre de critères | « § 3. In deze paragraaf worden een aantal bijkomende criteria bepaald |
supplémentaires auxquels il doit être satisfait de manière cumulative | |
pour qu'une parcelle puisse entrer en ligne de compte en vue d'une | waaraan cumulatief dient te zijn voldaan opdat een perceel in |
indemnité de réparation des dommages résultant de la planification | aanmerking kan komen voor planschadevergoeding. Deze voorwaarden |
spatiale. Ces conditions sont fixées parce que l'indemnité de dommages | worden gesteld omdat de planschadevergoeding enkel wordt verleend voor |
résultant de la planification spatiale n'est accordée que pour des | |
parcelles ayant le caractère de terrain à bâtir. | percelen die het karakter van bouwgrond hebben. |
Le point 2 pose la condition que la parcelle soit constructible, du | Onder punt 2 wordt de voorwaarde gesteld dat het perceel |
point de vue urbanistique et technique. Il est évidemment possible de | stedenbouwkundig en technisch voor bebouwing in aanmerking moet komen. |
bâtir sur tous les terrains, mais ceux-ci n'acquièrent pas pour autant | Het is natuurlijk mogelijk op elke grond te bouwen, maar daarom |
le statut de terrain à bâtir. La jurisprudence et la doctrine | verkrijgt de grond nog niet het karakter van bouwgrond. In de |
dominantes confèrent d'ores et déjà à ce critère un contenu | heersende rechtspraak en rechtsleer is reeds op bevredigende wijze |
satisfaisant. Sont exclus les terrains qui, par nature, ne conviennent | invulling gegeven aan dit criterium. Gronden die van nature niet |
pas à la construction, à moins d'en changer le caractère de manière | geschikt zijn om erop te bouwen, tenzij door er op kunstmatige wijze |
artificielle afin de rendre le terrain constructible. | het karakter ervan te veranderen om de grond bouwrijp te maken, worden |
Le point 3 exige explicitement que la parcelle soit située dans une zone constructible, fixée dans un plan d'aménagement ou dans un plan d'exécution spatial. Sont exclues les parcelles qui ont déjà été réservées, dans un plan d'aménagement ou un plan d'exécution spatial, à d'autres fins que la construction, par exemple les espaces verts. La condition mentionnée au point 2, à savoir que la parcelle soit adjacente à une voie suffisamment équipée, ne s'applique pas à l'obtention d'une indemnité de réparation de dommages résultant de la planification spatiale pour les entreprises agricoles existantes et leur siège d'exploitation, étant donné que, par nature, ces bâtiments ne remplissent pas toujours cette condition. Seuls les cinquante premiers mètres à partir de l'alignement entrent en ligne de compte pour une indemnité de réparation des dommages résultant de la planification spatiale (point 4). Cette limitation découle d'une part déjà de l'exigence de situation le long d'une voie | uitgesloten. Onder punt 3 wordt uitdrukkelijk de voorwaarde gesteld dat het perceel moet gelegen zijn binnen een bebouwbare zone zoals bepaald in een plan van aanleg of ruimtelijk uitvoeringsplan. Percelen die in een plan van aanleg of uitvoeringsplan reeds gereserveerd werden voor andere doeleinden dan bebouwing, bijvoorbeeld groene ruimten, worden uitgesloten. De voorwaarden vermeld onder punt 2, met name de vereiste van ligging aan een voldoende uitgeruste weg, is niet van toepassing op het bekomen van een planschadevergoeding voor bestaande landbouwbedrijven en hun exploitantenwoning, gezien deze gebouwen wegens hun aard niet altijd voldoen aan die voorwaarde. Alleen de eerste vijftig meter vanaf de rooilijn komt in aanmerking voor een planschadevergoeding (punt 4). Deze beperking vloeit enerzijds reeds voort uit de vereiste van ligging aan een voldoende |
suffisamment équipée et est tirée de l'analyse de la jurisprudence | uitgeruste weg, en is overgenomen uit de analyse van de heersende |
dominante qui en a déduit la règle des 50 mètres. La profondeur de 50 | rechtspraak die hieruit de 50 meter-regel ontwikkelde. De diepte van |
mètres à partir de l'alignement est la profondeur de construction | 50 meter vanaf de rooilijn is de algemeen gangbare bouwdiepte. De |
habituelle. Les terrains de fond qui sont situés au-delà de la | |
première bande de 50 mètres n'entrent pas en ligne de compte pour une | achterliggende gronden die zich verder dan de eerste strook van 50 |
indemnité de réparation des dommages résultant de la planification | meter situeren komen niet voor planschadevergoeding in aanmerking (zie |
spatiale (voyez, entre autres, Cour de cassation, n° 7008, 30 novembre | onder meer Hof van Cassatie, nr. 7028, 30 november 1990) » (Parl. St., |
1999) » (Doc. parl., Parlement flamand, 1998-1999, n° 1332/1, p. 46). | Vlaams Parlement, 1998-1999, nr. 1332/1, p. 46). |
B.5.2.2. En ce qui concerne l'article 85, § 2, du décret du 18 mai | B.5.2.2. Voor wat artikel 85, § 2, van het DRO betreft, wordt in de |
1999, les travaux préparatoires soulignent le maintien de la déduction | parlementaire voorbereiding opgemerkt dat daarin de in de vroegere |
de vingt pour cent de la moins-value existant dans l'ancien système, | regeling bestaande aftrek van twintig procent van de |
qui reste en tout état de cause à charge de la personne lésée (Doc. | waardevermindering, welke in elk geval ten laste blijft van de |
Parl., Parlement flamand, 1998-1999, n° 1332/1, p. 47). B.5.3. L'article 84, § 3, du décret du 18 mai 1999 découle lui-même de | schadelijder, wordt bevestigd (Parl. St., Vlaams Parlement, 1998-1999, nr. 1332/1, p. 47). |
l'article 35 du décret relatif à l'aménagement du territoire, | B.5.3. Artikel 84, § 3, van het DRO vloeit zelf voort uit artikel 35 |
coordonné le 22 octobre 1996 (ci-après : décret de coordination du 22 | van het decreet betreffende de ruimtelijke ordening gecoördineerd op |
octobre 1996), lequel ne prévoyait toutefois pas expressément la règle | 22 oktober 1996 (hierna : Coördinatiedecreet), dat echter niet |
précitée des cinquante mètres. L'article 35 du décret de coordination | uitdrukkelijk voorzag in de voormelde vijftigmeterregel. Artikel 35 |
du 22 octobre 1996 a repris en grande partie l'article 37 de la loi du | van het Coördinatiedecreet heeft in grote mate artikel 37 van de wet |
29 mars 1962 organique de l'aménagement du territoire et de | van 29 maart 1962 houdende organisatie van de ruimtelijke ordening en |
l'urbanisme (ci-après : loi du 29 mars 1962), tel qu'il avait été | van de stedebouw (hierna : Stedenbouwwet), zoals vervangen bij artikel |
remplacé par l'article 2 de la loi du 22 décembre 1970 et modifié par | 2 van de wet van 22 december 1970 en gewijzigd bij de wetten van 12 |
les lois des 12 juillet 1976 et 22 décembre 1977. | juli 1976 en 22 december 1977, overgenomen. |
Dans l'exposé des motifs du projet de loi devenu la loi du 29 mars | In de memorie van toelichting bij het ontwerp van Stedenbouwwet wordt |
1962 il est dit : | vermeld : |
« Il fut précisé que dans l'intention de leurs auteurs, ces | « De nadruk werd erop gelegd dat deze bepalingen in de tekst van de |
dispositions visaient à concilier l'intérêt général avec les droits | indieners het algemeen belang willen doen samenvallen met de rechten |
van de particulieren, door dezen zo weinig mogelijk nadeel te | |
des particuliers, en lésant ces derniers le moins possible, le droit à | berokkenen, met dien verstande dat de aanspraak op vergoeding in ieder |
indemnité étant en tout cas limité au cas de dommage certain, actuel | geval beperkt zou blijven tot het geval van een zekere, actuele en |
et objectivement déterminable. | objectief vaststelbare schade. |
Afin d'éviter des réclamations trop nombreuses et pour des dommages | Om een te grote toevloed van eisen te voorkomen voor |
relativement peu importants, il est prévu qu'aucune indemnité ne sera | verhoudingsgewijze geringe schadegevallen zal er geen vergoeding |
allouée pour les dommages inférieurs à 20 % de la valeur totale du bien. Enfin, les seules prescriptions urbanistiques pouvant donner lieu à indemnité étaient les interdictions de bâtir ou de lotir; toutes autres prescriptions étant considérées comme des servitudes d'utilité publique, que les particuliers doivent subir dans l'intérêt général. Vos Commissions ont tenu à souligner que, pour donner lieu à indemnité, l'interdiction de bâtir ou de lotir doit être totale. Ne peut donc donner lieu à indemnité l'interdiction de bâtir à tel endroit tel immeuble déterminé, parce que, par exemple, il dépasse la hauteur autorisée ou que l'on utilise dans sa construction des matériaux dont l'usage serait interdit par les prescriptions du plan. | worden uitgekeerd beneden 20 t.h. van de totale waarde. Ten slotte kunnen van alle stedebouwkundige voorschriften alleen het bouw- en het verkavelingsverbod aanleiding geven tot vergoeding, aangezien de andere voorschriften beschouwd worden als erfdienstbaarheden ten algemenen nutte, die de particulieren in het algemeen belang dienen te gedogen. Uw Commissies hebben willen onderstrepen dat het bouw- of verkavelingsverbod alleen grond tot vergoeding zal opleveren als het volledig is. Er is dus geen vergoeding verschuldigd voor het verbod om op een bepaalde plaats een bepaald gebouw op te trekken omdat het bijvoorbeeld de toegelaten hoogte te boven gaat of omdat men materialen verwerkt die volgens de voorschriften van het plan niet gebruikt mogen worden. |
[...] | [...] |
Certains cas furent expressément prévus dans lesquels l'interdiction | Er is uitdrukkelijk voorzien in enkele gevallen waarin voor het bouw- |
de bâtir ou de lotir ou des restrictions à ces droits, ne seraient pas | of verkavelingsverbod of de beperking van het recht tot bouwen of |
verkavelen geen schadeloosstelling wordt verleend omdat er in die | |
indemnisées parce qu'elles ne tendaient qu'à empêcher un usage anormal | gevallen naar gestreefd wordt een abnormaal en ondoelmatig gebruik van |
et irrationnel de la propriété. | de eigendom tegen te gaan. |
Afin d'éviter que l'affectation et surtout la destination, dont il est | Om te voorkomen dat het gebruik en vooral de bestemming waarvan sprake |
question à l'alinéa 1er [lire : de l'article 37] de la loi, - ne | is in het eerste lid van artikel 37 door de rechtbanken in ruime zin |
soient interprétées par les tribunaux d'une façon extensive et qui ne | zouden worden uitgelegd, in strijd met de bedoeling van de wetgever, |
serait pas conforme aux intentions du législateur, vos Commissions ont | hebben uw Commissies de wens uitgesproken dat deze bedoeling duidelijk |
désiré que celles-ci soient précisées clairement dans le rapport. La | in het verslag zal worden aangegeven. Het begrip ' bouwgrond ' is niet |
notion ' terrain à bâtir ' n'est pas inconnue de notre doctrine et de | onbekend in onze rechtsleer en onze rechtspraak, die de bestanddelen |
notre jurisprudence qui furent amenées, à plusieurs reprises, à en | ervan herhaaldelijk hebben moeten bepalen naar aanleiding van |
définir les éléments à l'occasion de contestations sur les indemnités | betwistingen omtrent de onteigeningsvergoeding. |
d'expropriation. | |
[...] | [...] |
Il résulte de ces décisions que pour être considéré comme terrain à | Uit deze beslissingen blijkt dat aan verscheidene voorwaarden voldaan |
bâtir, plusieurs conditions doivent être réunies : | moet zijn om een grond als bouwgrond te kunnen beschouwen : |
1° il doit être riverain d'une voie de communication; | 1° hij moet aan een verkeersweg liggen; |
2° il doit être voisin d'autres terrains à bâtir; | 2° hij moet in de nabijheid van andere bouwgronden liggen; |
3° il doit être apte à recevoir des constructions. | 3° hij moet geschikt zijn om bebouwd te worden. |
Si une ou deux seulement de ces conditions sont remplies, le terrain | Wordt slechts aan een of twee van die voorwaarden voldaan, dan is die |
ne sera pas du terrain à bâtir » (Doc. parl., Sénat, 1959-1960, n° | grond geen bouwgrond » (Parl. St., Senaat, 1959-1960, nr. 275, pp. |
275, pp. 57-59). | 57-59). |
B.5.4. Il ressort des travaux préparatoires précités que le | B.5.4. Uit de voormelde parlementaire voorbereiding blijkt dat de |
législateur a voulu éviter un afflux trop important de demandes | wetgever een te grote toevloed van vorderingen tot schadevergoeding |
d'indemnisation relatives à des moins-values de moindre importance et | met betrekking tot kleinere waardeverminderingen heeft willen |
que, s'inspirant de la jurisprudence, il a voulu faire dépendre la | voorkomen en dat hij, geïnspireerd door de rechtspraak, het karakter |
qualité de « terrain à bâtir » des caractéristiques intrinsèques du | van « bouwgrond » in grote mate afhankelijk heeft willen stellen van |
terrain en cause en matière de construction et d'environnement. | de inherente bouw- en omgevingskwaliteiten van de betrokken grond zelf. |
Quant à la recevabilité des interventions | Wat betreft de ontvankelijkheid van de tussenkomsten |
B.6. Le gouvernement flamand fait valoir que la première demande | B.6. De Vlaamse Regering voert aan dat het eerste verzoek tot |
d'intervention est irrecevable parce que les parties n'apporteraient | tussenkomst onontvankelijk is, omdat de partijen geen afdoende bewijs |
pas une preuve suffisante de l'effet direct que l'arrêt de la Cour | zouden leveren van het rechtstreekse gevolg dat het arrest van het Hof |
aurait sur leur situation personnelle, et parce que, dans leur premier | op hun persoonlijke situatie zou hebben en zij geen inhoudelijk |
mémoire, elles ne prennent pas position sur le fond, de sorte qu'il y | standpunt innemen in hun eerste memorie waardoor de rechten van |
aurait violation des droits de la défense et du principe de l'égalité | verdediging en het principe van de wapengelijkheid zouden zijn |
des armes. | geschonden. |
B.7.1. L'article 87, § 1er, de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur | B.7.1. Artikel 87, § 1, van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op |
la Cour constitutionnelle dispose : | het Grondwettelijk Hof bepaalt : |
« Lorsque la Cour constitutionnelle statue, à titre préjudiciel, sur | « Wanneer het Grondwettelijk Hof, bij wijze van prejudiciële |
les questions visées à l'article 26, toute personne justifiant d'un | beslissing, uitspraak doet op vragen als bedoeld in artikel 26, kan |
intérêt dans la cause devant la juridiction qui ordonne le renvoi, | ieder die van een belang doet blijken, een memorie aan het Hof richten |
peut adresser un mémoire à la Cour dans les trente jours de la | |
publication prescrite par l'article 74. Elle est, de ce fait, réputée | binnen dertig dagen na de bekendmaking voorgeschreven in artikel 74. |
partie au litige ». | Hij wordt daardoor geacht partij in het geding te zijn ». |
B.7.2. Justifient d'un intérêt à intervenir devant la Cour les | B.7.2. De personen die het afdoende bewijs leveren van het |
personnes qui font la preuve suffisante de l'effet direct que peut | rechtstreekse gevolg dat het antwoord dat het Hof zal geven, op hun |
avoir sur leur situation personnelle la réponse que la Cour donnera à | persoonlijke situatie kan hebben, doen blijken van een belang om voor |
une question préjudicielle. | het Hof tussen te komen. |
B.8.1. La première requête en intervention a été introduite par cinq | B.8.1. Het eerste verzoek tot tussenkomst werd ingediend door vijf |
personnes physiques et une personne morale. Elles estiment qu'elles | natuurlijke personen en één rechtspersoon. Zij menen dat zij belang |
ont un intérêt à intervenir « puisqu'elles sont confrontées à la même | hebben om tussen te komen « nu zij in drie hangende procedures voor |
problématique dans trois procédures pendantes devant la Cour d'appel | het Hof van Beroep te Gent [...] met dezelfde problematiek |
de Gand [...] et ont déjà formulé des questions préjudicielles | geconfronteerd worden en reeds in conclusies soortgelijke prejudiciële |
similaires par voie de conclusions ». B.8.2. En l'espèce, les articles en cause du Code flamand de l'aménagement du territoire ne s'appliquent cependant pas aux trois procédures pendantes devant la Cour d'appel de Gand, étant donné que ces procédures se rapportent à des demandes d'indemnisation des dommages résultant de la planification spatiale qui sont le fait d'un plan de secteur, et qu'il y a donc lieu de tenir compte de l'article 7.4.11 du Code flamand de l'aménagement du territoire. Cet article prévoit que les demandes d'indemnisation des dommages résultant de la planification spatiale qui sont le résultat de plans d'aménagement antérieurs, comme en l'espèce le plan de secteur de Termonde, établi | vragen hebben geformuleerd ». B.8.2. Te dezen zijn de in het geding zijnde artikelen van de VCRO evenwel niet van toepassing op de drie hangende procedures voor het Hof van Beroep te Gent, aangezien die procedures betrekking hebben op vorderingen tot planschadevergoeding die zijn ontstaan uit een gewestplan en derhalve rekening dient te worden gehouden met artikel 7.4.11 van de VCRO. Artikel 7.4.11 van de VCRO bepaalt dat vorderingen tot betaling van planschadevergoedingen die zijn ontstaan uit eerdere plannen van aanleg, zoals in casu het gewestplan Dendermonde, |
par l'arrêté royal du 7 novembre 1978, sont réglées conformément aux | vastgesteld bij koninklijk besluit van 7 november 1978, worden |
dispositions du décret de coordination du 22 octobre 1996. | afgehandeld overeenkomstig het Coördinatiedecreet. |
En outre, les parties intervenantes devant la Cour ne peuvent modifier | Daarnaast vermogen de tussenkomende partijen voor het Hof de |
ou étendre la portée d'une question préjudicielle, de sorte que | draagwijdte van een prejudiciële vraag niet te wijzigen of uit te |
l'examen des questions ne peut être étendu à l'article 7.4.11 du Code | breiden, zodat het onderzoek van de vragen niet kan worden uitgebreid |
flamand de l'aménagement du territoire. C'est en effet au juge a quo | tot artikel 7.4.11 van de VCRO. Het komt immers alleen aan de |
qu'il appartient de décider quelles questions préjudicielles doivent | verwijzende rechter toe te oordelen welke prejudiciële vragen hij aan |
être posées à la Cour et de déterminer ainsi l'étendue de la saisine. | het Hof dient te stellen en daarbij de omvang van de saisine te bepalen. |
B.8.3. La première demande en intervention est irrecevable. | B.8.3. Het eerste verzoek tot tussenkomst is onontvankelijk. |
B.9.1. La seconde demande en intervention a été introduite par trois | B.9.1. Het tweede verzoek tot tussenkomst werd ingediend door drie |
personnes morales distinctes qui estiment disposer d'un intérêt | onderscheiden rechtspersonen die menen dat zij over een voldoende |
suffisant pour intervenir, étant donné qu'elles sont toutes | belang beschikken om tussen te komen, aangezien zij alle eigenaar zijn |
propriétaires d'une série de parcelles qui, en conséquence de l'arrêté | van een reeks percelen die, ingevolge het besluit van de Vlaamse |
du gouvernement flamand du 9 juillet 2010 approuvant le plan | Regering van 9 juli 2010 tot goedkeuring van het ruimtelijk |
d'exécution spatial délimitant la zone urbaine de Gand, ne sont plus | uitvoeringsplan tot afbakening van het grootstedelijk gebied Gent, |
situées dans une zone d'habitat, mais dans une zone à laquelle | niet meer zijn gelegen in een woongebied, maar in een |
s'applique aujourd'hui une interdiction de bâtir ou de lotir. | bestemmingsgebied waar thans een bouw- of verkavelingsverbod geldt. |
B.9.2. La seconde demande en intervention est par conséquent | B.9.2. Het tweede verzoek tot tussenkomst is bijgevolg ontvankelijk. |
recevable. | Ten gronde |
Quant au fond B.10. Le juge a quo demande à la Cour si la double limitation | B.10. De verwijzende rechter wenst van het Hof te vernemen of de |
découlant des articles 2.6.1, § 3, 4°, et 2.6.2, § 2, du Code flamand | dubbele beperking die voortvloeit uit de artikelen 2.6.1, § 3, 4°, en |
de l'aménagement du territoire est contraire aux articles 10, 11 et 16 | 2.6.2, § 2, van de VCRO strijdig is met de artikelen 10, 11 en 16 van |
de la Constitution, combinés ou non avec l'article 1 du Premier | de Grondwet, al dan niet in samenhang gelezen met artikel 1 van het |
Protocole additionnel à la Convention européenne des droits de | Eerste Aanvullend Protocol bij het Europees Verdrag voor de rechten |
l'homme. | van de mens. |
B.11. En adoptant l'article 37 de la loi du 29 mars 1962, le | B.11. De wetgever voerde met artikel 37 van de Stedenbouwwet voor het |
législateur a pour la première fois instauré un droit généralisé à une | eerst een veralgemeend recht op planschadevergoeding in, ingevolge |
indemnisation des dommages résultant de la planification spatiale | waarvan een eigenaar recht had op een planschadevergoeding wanneer een |
subis par un propriétaire lorsqu'un plan d'aménagement définitivement | definitief van kracht geworden plan van aanleg een bouw- of |
entré en vigueur instituait une interdiction de bâtir ou de lotir et | verkavelingsverbod instelde en een einde maakte aan het gebruik of de |
mettait un terme à l'utilisation ou à la destination normale du bien. | normale bestemming van het goed. |
B.12.1. L'article 16 de la Constitution dispose : | B.12.1. Artikel 16 van de Grondwet bepaalt : |
« Nul ne peut être privé de sa propriété que pour cause d'utilité | « Niemand kan van zijn eigendom worden ontzet dan ten algemenen nutte, |
publique, dans les cas et de la manière établis par la loi, et | in de gevallen en op de wijze bij de wet bepaald en tegen billijke en |
moyennant une juste et préalable indemnité ». | voorafgaande schadeloosstelling ». |
L'article 1 du Premier Protocole additionnel à la Convention | Artikel 1 van het Eerste Aanvullend Protocol bij het Europees Verdrag |
européenne des droits de l'homme dispose : « Toute personne physique ou morale a droit au respect de ses biens. Nul ne peut être privé de sa propriété que pour cause d'utilité publique et dans les conditions prévues par la loi et les principes généraux du droit international. Les dispositions précédentes ne portent pas atteinte au droit que possèdent les Etats de mettre en vigueur les lois qu'ils jugent nécessaires pour réglementer l'usage des biens conformément à l'intérêt général ou pour assurer le paiement des impôts ou d'autres contributions ou des amendes ». | voor de rechten van de mens bepaalt : « Alle natuurlijke of rechtspersonen hebben recht op het ongestoord genot van hun eigendom. Niemand zal van zijn eigendom worden beroofd behalve in het algemeen belang en met inachtneming van de voorwaarden neergelegd in de wet en in de algemene beginselen van het internationaal recht. De voorgaande bepalingen zullen echter op geen enkele wijze het recht aantasten dat een Staat heeft om die wetten toe te passen welke hij noodzakelijk oordeelt om toezicht uit te oefenen op het gebruik van eigendom in overeenstemming met het algemeen belang of om de betaling van belastingen of andere heffingen en boeten te verzekeren ». |
B.12.2. Cette disposition de droit international ayant une portée | B.12.2. Aangezien die internationaalrechtelijke bepaling een |
analogue à celle de l'article 16 de la Constitution, les garanties | draagwijdte heeft die analoog is met die van artikel 16 van de |
Grondwet, vormen de erin vervatte waarborgen een onlosmakelijk geheel | |
qu'elle contient forment un ensemble indissociable avec celles qui | met diegene die zijn opgenomen in die grondwetsbepaling, zodat het |
sont inscrites dans cette disposition constitutionnelle, de sorte que | Hof, bij zijn toetsing van de in het geding zijnde bepaling, rekening |
la Cour en tient compte lors de son contrôle de la disposition en | houdt met de eerstgenoemde. |
cause. B.12.3. L'article 1 du Protocole précité offre une protection non | B.12.3. Artikel 1 van het voormelde Protocol biedt niet alleen |
seulement contre une expropriation ou une privation de propriété | bescherming tegen een onteigening of een eigendomsberoving (eerste |
(premier alinéa, seconde phrase) mais également contre toute ingérence | alinea, tweede zin), maar ook tegen elke verstoring van het genot van |
dans le droit au respect des biens (premier alinéa, première phrase) | de eigendom (eerste alinea, eerste zin) en elke regeling van het |
et contre toute réglementation de l'usage des biens (second alinéa). | gebruik van de eigendom (tweede alinea). |
La limitation du droit de propriété découlant d'un plan d'exécution | De beperking van het eigendomsrecht als gevolg van een ruimtelijk |
spatial règle « l'usage des biens conformément à l'intérêt général », | uitvoeringsplan (hierna : RUP) regelt « het gebruik van eigendom in |
overeenstemming met het algemeen belang » in de zin van de tweede | |
au sens du second alinéa de l'article 1 du Premier Protocole | alinea van artikel 1 van het Eerste Aanvullend Protocol en valt dus |
additionnel, et relève donc du champ d'application de cette | onder het toepassingsgebied van die verdragsbepaling, in samenhang |
disposition conventionnelle, combinée avec l'article 16 de la Constitution. B.12.4. Toute ingérence dans le droit de propriété doit réaliser un juste équilibre entre les impératifs de l'intérêt général et ceux de la protection du droit au respect des biens. Il faut qu'existe un rapport raisonnable de proportionnalité entre les moyens employés et le but poursuivi. B.13.1. Le seul fait que l'autorité impose des restrictions au droit de propriété dans l'intérêt général n'a pas pour conséquence qu'elle soit tenue à indemnisation. L'établissement, par ou en vertu d'une disposition législative, d'une servitude d'utilité publique ou d'une restriction au droit de propriété dans l'intérêt général, ne confère, en principe, pas un droit à indemnisation au propriétaire de l'immeuble grevé (Cass., 16 | gelezen met artikel 16 van de Grondwet. B.12.4. Elke inmenging in het eigendomsrecht moet een billijk evenwicht vertonen tussen de vereisten van het algemeen belang en die van de bescherming van het recht op het ongestoord genot van de eigendom. Er moet een redelijk verband van evenredigheid bestaan tussen de aangewende middelen en het nagestreefde doel. B.13.1. Het enkele feit dat de overheid in het algemeen belang beperkingen oplegt aan het eigendomsrecht, heeft niet tot gevolg dat zij tot schadeloosstelling is gehouden. Uit de vestiging van een door of krachtens een wettelijke bepaling opgelegde erfdienstbaarheid tot algemeen nut of van een beperking van het eigendomsrecht in het algemeen belang vloeit in beginsel voor de eigenaar van het bezwaarde onroerend goed geen recht op vergoeding |
mars 1990, Pas., 1990, I, n° 427; CEDH, 25 juin 2015, Couturon c. | voort (Cass., 16 maart 1990, Arr. Cass., 1989-1990, nr. 427; EHRM, 25 |
France, §§ 34 à 43). | juni 2015, Couturon t. Frankrijk, §§ 34 tot 43). |
De même, « lorsqu'une mesure de réglementation de l'usage des biens | Evenzo, « wanneer een maatregel inzake de regeling van het gebruik van |
est en cause, l'absence d'indemnisation est l'un des facteurs à | de goederen in het geding is, is de niet-vergoeding een van de |
prendre en compte pour établir si un juste équilibre a été respecté, | factoren waarmee rekening moet worden gehouden om te bepalen of een |
mais elle ne saurait, à elle seule, être constitutive d'une violation | billijk evenwicht in acht is genomen, maar zij zou op zich geen |
de l'article 1 du Protocole n° 1 » (voir notamment CEDH, grande | schending van artikel 1 van het Eerste Protocol kunnen inhouden » |
chambre, 29 mars 2010, Depalle c. France, § 91; 26 avril 2011, Antunes | (zie, met name, EHRM, grote kamer, 29 maart 2010, Depalle t. |
Rodrigues c. Portugal, § 32). | Frankrijk, § 91; 26 april 2011, Antunes Rodrigues t. Portugal, § 32). |
En cas d'atteinte grave au droit au respect des biens, telle qu'une | In geval van een ernstige verstoring van het ongestoord genot van het |
interdiction de bâtir ou de lotir, cette charge ne peut toutefois être | eigendomsrecht, zoals een bouw- of verkavelingsverbod, kan die last |
imposée à un propriétaire sans une indemnisation raisonnable de la | evenwel niet zonder een redelijke vergoeding van de waardevermindering |
perte de valeur de la parcelle (CEDH, 19 juillet 2011, Varfis c. | van het perceel, aan een eigenaar worden opgelegd (EHRM, 19 juli 2011, |
Grèce). | Varfis t. Griekenland). |
B.13.2. C'est au législateur compétent qu'il appartient de déterminer | B.13.2. Het bepalen van de gevallen waarin een beperking van het |
les cas dans lesquels une limitation du droit de propriété peut donner | eigendomsrecht tot een vergoeding aanleiding kan geven en de |
lieu à une indemnité et les conditions auxquelles cette indemnité peut | voorwaarden waaronder die vergoeding kan worden toegekend, is een |
être octroyée, sous réserve du contrôle exercé par la Cour quant au | keuze die aan de bevoegde wetgever toekomt, onder voorbehoud van de |
caractère raisonnable et proportionné de la mesure prise. | toetsing door het Hof ten aanzien van de redelijkheid en de evenredigheid van de genomen maatregel. |
B.14. Le législateur décrétal a choisi d'instaurer un régime | B.14. De decreetgever heeft ervoor gekozen om een regeling in te |
d'indemnisation des moins-values liées à une interdiction de bâtir ou | stellen inzake vergoeding van de waardeverminderingen die verband |
de lotir résultant d'un plan d'exécution spatial lorsque cette | houden met een bouw- of verkavelingsverbod dat voortvloeit uit een |
interdiction a pour conséquence qu'une parcelle ne peut plus faire | RUP, wanneer dat verbod ertoe leidt dat een perceel niet meer in |
l'objet d'un permis de bâtir ou de lotir, alors qu'elle le pouvait | aanmerking komt voor een vergunning om te bouwen of te verkavelen, |
encore la veille de l'entrée en vigueur de ce plan (article 2.6.1, §§ | terwijl het de dag voorafgaand aan de inwerkingtreding van dat plan |
1er et 2, du Code flamand de l'aménagement du territoire). | wel in aanmerking kwam voor een vergunning om te bouwen of te |
B.15. S'il est indiscutable que le législateur décrétal peut, dans le | verkavelen (artikel 2.6.1, §§ 1 en 2, van de VCRO). |
cadre de son large pouvoir d'appréciation, fixer les conditions à | B.15. Hoewel niet kan worden betwist dat de decreetgever binnen het |
remplir pour bénéficier d'une indemnisation des dommages résultant de | kader van een ruime beoordelingsmarge de bevoegdheid heeft om te |
la planification spatiale, il convient d'examiner si ces conditions | bepalen onder welke voorwaarden iemand recht heeft op een |
n'ont pas des conséquences disproportionnées pour les propriétaires concernés. | planschadevergoeding, dient te worden onderzocht of die voorwaarden |
B.16. En prévoyant que l'indemnisation des dommages résultant de la | geen onevenredige gevolgen hebben voor de betrokken eigenaars. |
planification spatiale s'élève à 80 % de la moins-value et est limitée | B.16. Door te bepalen dat de planschadevergoeding 80 pct. van de |
aux cinquante premiers mètres à partir de l'alignement, le législateur | waardevermindering bedraagt en beperkt wordt tot de eerste vijftig |
décrétal n'a, en principe, pas pris une mesure qui serait | |
manifestement disproportionnée au but qu'il poursuit ou qui puisse | meter vanaf de rooilijn, heeft de decreetgever in beginsel geen |
être considérée comme une atteinte illicite au droit de propriété, en | maatregel genomen die kennelijk onevenredig is met het door hem |
vertu de l'article 1 du Premier Protocole additionnel à la Convention | beoogde doel of die kan worden beschouwd als een krachtens artikel 1 |
européenne des droits de l'homme. | van het Eerste Aanvullend Protocol bij het Europees Verdrag voor de |
En effet, la double limitation du montant de l'indemnisation des | rechten van de mens ongeoorloofde inbreuk op het eigendomsrecht. |
dommages résultant de la planification spatiale est liée à la | Immers, de dubbele beperking van de hoegrootheid van de |
condition qu'une telle indemnisation soit uniquement accordée au | planschadevergoeding hangt samen met de voorwaarde dat een |
propriétaire d'un terrain à bâtir, qui doit en outre avoir subi un | planschadevergoeding enkel toekomt aan de eigenaar van een bouwgrond, |
dommage certain, actuel et objectivement déterminable et qui n'est | die bovendien een zekere, actuele en objectief vaststelbare schade |
indemnisé que partiellement, à titre de compensation pour la | moet hebben geleden en die slechts deels wordt vergoed, als |
non-indemnisation de principe des servitudes d'utilité publique. | tegemoetkoming voor de principiële niet-vergoedbaarheid van |
C'est au législateur décrétal qu'il appartient de déterminer les cas | erfdienstbaarheden tot algemeen nut. |
dans lesquels une limitation du droit de propriété donne lieu à une | Het komt de decreetgever toe de gevallen te bepalen waarin een |
indemnisation et il dispose en l'espèce d'un large pouvoir d'appréciation. En règle générale, et particulièrement en zone d'habitat, aucune charge disproportionnée n'est donc imposée aux propriétaires de terrains à bâtir, puisque l'on ne peut, d'ordinaire, construire sur une profondeur supérieure à cinquante mètres à partir de l'alignement. Il en va autrement toutefois pour les terrains situés dans des zones autres que les zones d'habitat telles que les zones industrielles, les zones artisanales, les zones pour petites et moyennes entreprises et d'autres zones qui sont destinées à accueillir des bâtiments d'une profondeur de construction plus importante. Dans un tel cas, la limitation de l'indemnisation des dommages résultant de la planification spatiale aux cinquante premiers mètres à partir de l'alignement n'est pas raisonnablement justifiée. | beperking van het eigendomsrecht tot een vergoeding aanleiding geeft en hij beschikt te dezen over een ruime beoordelingsvrijheid. In de regel, en inzonderheid in woongebieden, wordt aldus geen onevenredige last opgelegd aan de eigenaars van bouwgronden, nu veelal niet dieper dan vijftig meter vanaf de rooilijn kan worden gebouwd. Anders is het evenwel voor de gronden gelegen in andere gebieden dan woongebieden zoals in industriegebieden, gebieden voor ambachtelijke bedrijven, gebieden voor kleine en middelgrote ondernemingen en andere gebieden die bestemd zijn om gebouwen met een grotere bouwdiepte te ontvangen. Een beperking van de planschadevergoeding tot de eerste vijftig meter vanaf de rooilijn is in een zodanig geval niet in redelijkheid verantwoord. |
B.17. Dans cette mesure, la première question préjudicielle appelle | B.17. De eerste prejudiciële vraag dient in die mate bevestigend te |
une réponse positive et la seconde question préjudicielle appelle une | worden beantwoord en de tweede prejudiciële vraag dient ontkennend te |
réponse négative. | worden beantwoord. |
Par ces motifs, | Om die redenen, |
la Cour | het Hof |
dit pour droit : | zegt voor recht : |
- L'article 2.6.1, § 3, 4°, du Code flamand de l'aménagement du | - Artikel 2.6.1, § 3, 4°, van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening |
territoire viole les articles 10, 11 et 16 de la Constitution, | schendt de artikelen 10, 11 en 16 van de Grondwet, in samenhang |
combinés avec l'article 1 du Premier Protocole additionnel à la | gelezen met artikel 1 van het Eerste Aanvullend Protocol bij het |
Convention européenne des droits de l'homme, mais uniquement en ce qui | Europees Verdrag voor de rechten van de mens, doch uitsluitend voor |
concerne des terrains situés dans des zones autres que des zones | wat betreft gronden gelegen in andere gebieden dan woongebieden zoals |
d'habitat, telles que des zones industrielles, des zones artisanales, | in industriegebieden, gebieden voor ambachtelijke bedrijven, gebieden |
des zones pour petites et moyennes entreprises et d'autres zones qui, | voor kleine en middelgrote ondernemingen en andere gebieden die op de |
la veille de l'entrée en vigueur du plan définitif imposant une | dag voorafgaand aan de inwerkingtreding van het definitieve plan |
interdiction de bâtir, étaient destinées à accueillir des bâtiments | waarbij een bouwverbod wordt opgelegd, bestemd waren om gebouwen te |
d'une profondeur de construction supérieure à 50 mètres à partir de l'alignement. | ontvangen met een bouwdiepte van meer dan 50 meter vanaf de rooilijn. |
- L'article 2.6.2, § 2, du Code flamand de l'aménagement du territoire | - Artikel 2.6.2, § 2, van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening |
ne viole pas les articles 10, 11 et 16 de la Constitution, combinés ou | schendt niet de artikelen 10, 11 en 16 van de Grondwet, al dan niet in |
non avec l'article 1 du Premier Protocole additionnel à la Convention | samenhang gelezen met artikel 1 van het Eerste Aanvullend Protocol bij |
européenne des droits de l'homme. | het Europees Verdrag voor de rechten van de mens. |
Ainsi rendu en langue néerlandaise et en langue française, | Aldus gewezen in het Nederlands en het Frans, overeenkomstig artikel |
conformément à l'article 65 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur | 65 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Grondwettelijk Hof, |
la Cour constitutionnelle, le 10 novembre 2016. | op 10 november 2016. |
Le greffier, | De griffier, |
P.-Y. Dutilleux | P.-Y. Dutilleux |
Le président, | De voorzitter, |
E. De Groot | E. De Groot |