Etaamb.openjustice.be
Vue multilingue de Arrêt du --
← Retour vers "Extrait de l'arrêt n° 84/2000 du 5 juillet 2000 Numéro du rôle : 1636 En cause : la question préjudicielle concernant l'article 277 du décret de la Communauté flamande du 13 juillet 1994 relatif aux instituts supérieurs en Communauté flamande La Cour d'arbitrage, composée des présidents G. De Baets et M. Melchior, et des juges H. Boel, (...)"
Extrait de l'arrêt n° 84/2000 du 5 juillet 2000 Numéro du rôle : 1636 En cause : la question préjudicielle concernant l'article 277 du décret de la Communauté flamande du 13 juillet 1994 relatif aux instituts supérieurs en Communauté flamande La Cour d'arbitrage, composée des présidents G. De Baets et M. Melchior, et des juges H. Boel, (...) Uittreksel uit arrest nr. 84/2000 van 5 juli 2000 Rolnummer 1636 In zake : de prejudiciële vraag over artikel 277 van het decreet van de Vlaamse Gemeenschap van 13 juli 1994 betreffende de hogescholen in de Vlaamse Gemeenschap, gesteld door d Het Arbitragehof, samengesteld uit de voorzitters G. De Baets en M. Melchior, en de rechters H. (...)
COUR D'ARBITRAGE ARBITRAGEHOF
Extrait de l'arrêt n° 84/2000 du 5 juillet 2000 Uittreksel uit arrest nr. 84/2000 van 5 juli 2000
Numéro du rôle : 1636 Rolnummer 1636
En cause : la question préjudicielle concernant l'article 277 du In zake : de prejudiciële vraag over artikel 277 van het decreet van
décret de la Communauté flamande du 13 juillet 1994 relatif aux de Vlaamse Gemeenschap van 13 juli 1994 betreffende de hogescholen in
instituts supérieurs en Communauté flamande, posée par le Conseil d'Etat. de Vlaamse Gemeenschap, gesteld door de Raad van State.
La Cour d'arbitrage, Het Arbitragehof,
composée des présidents G. De Baets et M. Melchior, et des juges H. samengesteld uit de voorzitters G. De Baets en M. Melchior, en de
Boel, L. François, J. Delruelle, A. Arts et M. Bossuyt, assistée du rechters H. Boel, L. François, J. Delruelle, A. Arts en M. Bossuyt,
greffier L. Potoms, présidée par le président G. De Baets, bijgestaan door de griffier L. Potoms, onder voorzitterschap van voorzitter G. De Baets,
après en avoir délibéré, rend l'arrêt suivant : wijst na beraad het volgende arrest :
I. Objet de la question préjudicielle I. Onderwerp van de prejudiciële vraag
Par arrêt n° 78.181 du 19 janvier 1999 en cause de H. Meert contre la Bij arrest nr. 78.181 van 19 januari 1999 in zake H. Meert tegen de
« Erasmushogeschool Brussel », dont l'expédition est parvenue au Erasmushogeschool Brussel, waarvan de expeditie ter griffie van het
greffe de la Cour d'arbitrage le 8 mars 1999, le Conseil d'Etat a posé Arbitragehof is ingekomen op 8 maart 1999, heeft de Raad van State de
la question préjudicielle suivante : volgende prejudiciële vraag gesteld :
« L'article 277 du décret du 13 juillet 1994 relatif aux instituts « Schendt artikel 277 van het decreet van 13 juli 1994 betreffende de
supérieurs en Communauté flamande viole-t-il l'article 10 de la hogescholen in de Vlaamse Gemeenschap artikel 10 van de Grondwet door
Constitution en accordant au chef de département qui siège au conseil aan het zittend departementshoofd stemrecht te geven bij de verkiezing
départemental le droit de voter lors de l'élection du chef de
département ? » van het departementshoofd ? »
(...) (...)
IV. En droit IV. In rechte
(...) (...)
B.1. Un « institut supérieur autonome flamand » est un organisme B.1. Een « Vlaamse autonome hogeschool » is een openbare instelling
public ayant la personnalité juridique. Les organes de gestion d'un met rechtspersoonlijkheid. De bestuursorganen van een dergelijke
tel institut sont : le conseil d'administration, le collège instelling zijn de raad van bestuur, het bestuurscollege, de algemene
administratif, le directeur général, les conseils départementaux, les directeur, de departementsraden, de departementshoofden en de andere
chefs de département et les autres organes fixés par le conseil door de raad van bestuur bepaalde organen.
d'administration.
B.2. L'article 277 du décret du 13 juillet 1994 relatif aux instituts B.2. Artikel 277 van het decreet van 13 juli 1994 betreffende de
supérieurs en Communauté flamande dispose : hogescholen in de Vlaamse Gemeenschap bepaalt :
« § 1er. Le conseil départemental élit le chef de département pour un « § 1. De departementsraad verkiest het departementshoofd voor een
terme renouvelable de quatre années académiques parmi les membres du hernieuwbare termijn van vier academiejaren onder het benoemd
personnel enseignant nommés à titre définitif du département, groupe onderwijzend personeel van het departement, uit de groep van lectoren,
des maîtres de conférences, maîtres de conférences principaux, chargés hoofdlectoren, docenten, hoofddocenten, hoogleraren en gewoon
de cours, chargés de cours principaux, professeurs et professeurs hoogleraren. Het departementshoofd is de voorzitter van de
ordinaires. Le chef de département préside le conseil départemental. departementsraad. Indien hij op het ogenblik van zijn verkiezing geen
S'il ne siège pas au conseil lors de son élection, il en devient zitting heeft in de departementsraad, wordt hij van rechtswege lid met
membre de plein droit, avec voix délibérative. stemrecht.
§ 2. Par dérogation au § 1er du présent article, le premier chef de § 2. In afwijking van § 1 van dit artikel wordt het eerste
département est désigné par le conseil d'administration, pour un terme departementshoofd aangesteld door de raad van bestuur, voor een
de 2 années académiques. termijn van 2 academiejaren.
[...] » [...] »
B.3. Le Conseil d'Etat souhaite savoir si l'article 277 précité viole B.3. De Raad van State wenst te vernemen of voormeld artikel 277 het
le principe d'égalité « en accordant au chef de département qui siège gelijkheidsbeginsel schendt « door aan het zittend departementshoofd
au conseil départemental le droit de voter lors de l'élection du chef de département ». stemrecht te geven bij de verkiezing van het departementshoofd ».
La partie requérante devant le Conseil d'Etat a été désignée comme De verzoekende partij voor de Raad van State is met toepassing van
chef de département en application de l'article 277, § 2. Le Conseil artikel 277, § 2, tot departementshoofd aangesteld. Naar het oordeel
d'Etat considère que le chef de département en exercice a voix van de Raad van State heeft het zittend departementshoofd stemrecht in
délibérative au conseil départemental, même s'il n'a pas été élu
(article 277, § 1er) mais a été désigné par le conseil de departementsraad, ook wanneer hij niet is verkozen (artikel 277, §
d'administration (article 277, § 2). 1) maar door de raad van bestuur is aangesteld (artikel 277, § 2).
La Cour limite dès lors son examen à la disposition qui accorde le Het Hof beperkt zijn onderzoek derhalve tot de bepaling die in de
droit de vote, au sein du conseil départemental, au chef de departementsraad stemrecht verleent aan het departementshoofd dat
département élu ou désigné en dehors des membres du conseil buiten de leden van de departementsraad is verkozen of aangesteld
départemental (article 277, § 1er, dernière phrase). (artikel 277, § 1, laatste zin).
B.4. Le législateur décrétal vise seulement, par cette disposition, à B.4. Met die bepaling beoogt de decreetgever enkel de situatie te
régler la situation du chef de département élu ou désigné en dehors regelen van het departementshoofd dat buiten de leden van de
des membres du conseil départemental. Sans cette disposition, ce chef departementsraad is verkozen of aangesteld. Zonder die bepaling zou
de département présiderait le conseil départemental mais n'en serait dat departementshoofd wel de departementsraad voorzitten doch er geen
pas membre délibérant. medebeslissend lid van zijn.
B.5. Certes, la disposition en cause peut entraîner une différence de B.5. Weliswaar kan de in het geding zijnde bepaling een verschil in
traitement lorsque le chef de département exerce son droit de vote behandeling tot gevolg hebben wanneer het departementshoofd zijn
lors de l'élection d'un nouveau chef de département. Dans l'hypothèse stemrecht uitoefent voor de verkiezing van een nieuw
où le chef de département est lui-même candidat à l'élection du departementshoofd. In de hypothese dat het departementshoofd zelf
nouveau chef de département et où il y a d'autres candidats qui n'ont kandidaat is om opnieuw tot departementshoofd te worden verkozen en er
pas le droit de vote au conseil départemental, ces candidats sont andere kandidaten zijn die geen stemrecht hebben in de
traités différemment pour l'élection. Le chef de département peut, departementsraad, worden de kandidaten voor de verkiezing verschillend
dans ce cas, voter pour lui-même, alors que, par définition, les behandeld. Eerstgenoemde kan in dat geval voor zichzelf stemmen,
autres candidats ne le peuvent pas. terwijl de andere kandidaten dat per hypothese niet kunnen.
Toutefois, la mesure qui confère, de manière générale, voix Evenwel kan de maatregel die op algemene wijze aan het
délibérative au chef de département dans le conseil départemental ne departementshoofd stemrecht verleent in de departementsraad,
peut raisonnablement être censée perdre son caractère proportionné redelijkerwijze niet worden geacht zijn evenredig karakter te
parce que, par un concours de circonstances, elle pourrait, dans un verliezen doordat hij in een bijzonder geval van samenloop van
cas particulier, conduire à une inégalité. omstandigheden tot een ongelijkheid zou kunnen leiden.
La conséquence précitée ne porte pas atteinte au caractère justifié de Het voormelde gevolg doet geen afbreuk aan het verantwoord karakter
la mesure. van de maatregel.
B.6. Le principe d'impartialité auquel il est fait référence dans les B.6. Het beginsel van onpartijdigheid, waaraan in de memories voor het
mémoires introduits devant la Cour ne fait pas davantage obstacle à ce Hof wordt gerefereerd, staat evenmin eraan in de weg dat de maatregel
que la mesure soit justifiée. verantwoord is.
La Cour constate à cet égard qu'en ce qui concerne les membres de deux Het Hof stelt dienaangaande vast dat, ten aanzien van de leden van
autres organes de gestion des instituts supérieurs autonomes, à savoir twee andere bestuursorganen van de autonome hogescholen, de raad van
le conseil d'administration et le collège administratif, le décret du bestuur respectievelijk het bestuurscollege, het decreet van 13 juli
13 juillet 1994 dispose qu'ils « s'abstiennent de délibérer et de 1994 bepaalt dat zij « [zich] onthouden [...] van het beraadslagen en
voter sur des matières qui les concernent personnellement ou qui het stemmen over aangelegenheden die henzelf, hun echtgenoten en hun
concernent leurs conjoint, parents ou alliés jusqu'au troisième degré bloed- of aanverwanten tot en met de derde graad persoonlijk
» (articles 264 et 269). Le législateur n'a pas prévu de disposition similaire pour les membres du conseil départemental. Sans que la Cour doive examiner si, en matière d'élection telle que celle qui a donné lieu au litige pendant devant le Conseil d'Etat, un principe d'impartialité s'oppose à ce qu'un candidat exerce le droit de vote que le décret lui reconnaît d'une manière générale, les effets d'une éventuelle violation d'un tel principe ne peuvent, en l'espèce, être raisonnablement considérés comme suffisamment graves pour que soit déclarée inconstitutionnelle une mesure qui est en soi justifiée. Une obligation d'abstention présenterait au demeurant l'inconvénient d'empêcher que les personnes réputées dignes de servir les intérêts d'un établissement puissent aussi juger de ces intérêts. aanbelangen » (artikelen 264 en 269). Ten aanzien van de leden van de departementsraad heeft de decreetgever niet in een soortgelijke bepaling voorzien. Zonder dat het Hof moet nagaan of in zaken van verkiezing, zoals die waarover het geschil voor de Raad van State loopt, een beginsel van onpartijdigheid zich ertegen verzet dat een kandidaat het stemrecht uitoefent dat het decreet hem op een algemene wijze toekent, kunnen de gevolgen van een eventuele niet-naleving van een dergelijk beginsel te dezen redelijkerwijze niet als voldoende zwaarwichtig worden beschouwd om een maatregel die op zichzelf verantwoord is, ongrondwettig te bevinden. Een onthoudingsplicht zou trouwens het nadeel inhouden dat wordt verhinderd dat het belang van een instelling eveneens wordt beoordeeld door degenen die waardig zijn geacht om dat belang te dienen.
B.7. Il résulte de ce qui précède que la mesure n'est pas dénuée de B.7. Uit hetgeen voorafgaat blijkt dat de maatregel niet zonder
justification raisonnable. redelijke verantwoording is.
B.8. La question préjudicielle appelle une réponse négative. B.8. De prejudiciële vraag moet ontkennend worden beantwoord.
Par ces motifs, Om die redenen,
la Cour het Hof
dit pour droit : zegt voor recht :
L'article 277 du décret de la Communauté flamande du 13 juillet 1994 Artikel 277 van het decreet van de Vlaamse Gemeenschap van 13 juli
relatif aux instituts supérieurs en Communauté flamande ne viole pas 1994 betreffende de hogescholen in de Vlaamse Gemeenschap schendt
l'article 10 de la Constitution en accordant au chef de département en artikel 10 van de Grondwet niet door aan het zittend departementshoofd
exercice le droit de voter lors de l'élection du chef de département. stemrecht te geven bij de verkiezing van het departementshoofd.
Ainsi prononcé en langue néerlandaise et en langue française, Aldus uitgesproken in het Nederlands en het Frans, overeenkomstig
conformément à l'article 65 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur artikel 65 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het
la Cour d'arbitrage, à l'audience publique du 5 juillet 2000. Arbitragehof, op de openbare terechtzitting van 5 juli 2000.
Le greffier, De griffier,
L. Potoms. L. Potoms.
Le président, De voorzitter,
G. De Baets. G. De Baets
^