← Retour vers "Avis prescrit par l'article 74 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 Par arrêt du 1 er
juin 2017 en cause de Bismir Babaj contre l'Etat belge, dont l'expédition est parvenue au greffe de la
Cour le 6 juin 2017, le Conseil du Contentieux « L'article 10, § 1 er , alinéa 1 er , 5°, et alinéa
2, a), de la loi du 15 (...)"
| Avis prescrit par l'article 74 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 Par arrêt du 1 er juin 2017 en cause de Bismir Babaj contre l'Etat belge, dont l'expédition est parvenue au greffe de la Cour le 6 juin 2017, le Conseil du Contentieux « L'article 10, § 1 er , alinéa 1 er , 5°, et alinéa 2, a), de la loi du 15 (...) | Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 Bij arrest van 1 juni 2017 in zake Bismir Babaj tegen de Belgische Staat, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 6 juni 2017, heeft de Raad voor « Schendt artikel 10, § 1, eerste lid, 5° en tweede lid a) van de wet van 15 december 1980, de(...) |
|---|---|
| COUR CONSTITUTIONNELLE | GRONDWETTELIJK HOF |
| Avis prescrit par l'article 74 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 | Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 |
| Par arrêt du 1er juin 2017 en cause de Bismir Babaj contre l'Etat | Bij arrest van 1 juni 2017 in zake Bismir Babaj tegen de Belgische |
| belge, dont l'expédition est parvenue au greffe de la Cour le 6 juin | Staat, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 6 |
| 2017, le Conseil du Contentieux des étrangers a posé la question | juni 2017, heeft de Raad voor Vreemdelingenbetwistingen de volgende |
| préjudicielle suivante : | prejudiciële vraag gesteld : |
| « L'article 10, § 1er, alinéa 1er, 5°, et alinéa 2, a), de la loi du | « Schendt artikel 10, § 1, eerste lid, 5° en tweede lid a) van de wet |
| 15 décembre 1980 viole-t-il les articles 10 et 11 de la Constitution, | van 15 december 1980, de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, al dan |
| lus en combinaison ou non avec l'article 8 CEDH, en ce sens qu'il | niet samenhang gelezen met artikel 8 van het EVRM, in die zin dat het |
| impose au ressortissant étranger ayant conclu une cohabitation légale, | aan de buitenlandse onderdaan die overeenkomstig artikel 1476, § 1, |
| conformément à l'article 1476, § 1er, du Code civil, de prouver le | van het Burgerlijk Wetboek een wettelijke samenwoning is aangegaan, de |
| caractère stable et durable de la relation afin d'être considéré comme | verplichting oplegt het stabiele en duurzame karakter van de relatie |
| te bewijzen om als familielid van een niet-EU-onderdaan te worden | |
| membre de famille d'un ressortissant non UE, charge de la preuve qui | beschouwd, bewijslast die niet bestaat voor de vreemdeling die met een |
| n'existe pas pour l'étranger marié à un ressortissant non UE ou pour | niet-EU-onderdaan is gehuwd of voor de vreemdeling die met een |
| l'étranger lié à un ressortissant non UE par un partenariat enregistré | niet-EU-onderdaan verbonden is door een geregistreerd partnerschap dat |
| considéré comme équivalent à un mariage en Belgique, étant tenu compte | als gelijkwaardig met een huwelijk in België wordt beschouwd, dit |
| de l'entrée en vigueur le 3 octobre 2013 de la loi adoptée le 2 juin | rekening houdend met de inwerkingtreding, op 3 oktober 2013, van de |
| 2013 en vue de la lutte contre les mariages de complaisance et les | wet aangenomen op 2 juni 2013 met het oog op de strijd tegen de |
| cohabitations légales de complaisance, et en particulier des articles | schijnhuwelijken en de schijnwettelijke samenwoningen, en in het |
| 1476bis et 1476quater du Code civil, qui consistent en des | bijzonder van de artikelen 1476bis en 1476quater van het Burgerlijk |
| dispositions similaires à celles de l'article 146bis du même Code | Wetboek, bepalingen die vergelijkbaar zijn met artikel 146bis van |
| applicable aux mariages ? La circonstance qu'un étranger ne peut | hetzelfde Wetboek, dat op huwelijken van toepassing is ? Is het |
| invoquer l'article 10, § 1er, alinéa 1er, 5°, et alinéa 2, a), premier | gegeven dat een vreemdeling geen beroep kan doen op artikel 10, § 1, |
| et troisième tirets, de la loi sur les étrangers pour démontrer que | eerste lid, 5° en tweede lid a) eerste en derde streepje van de |
| son partenariat est durable et stable est-elle un élément pertinent en | Vreemdelingenwet om aan te tonen dat zijn partnerrelatie duurzaam en |
| l'espèce ? ». | stabiel is, een relevant element in deze ? ». |
| Cette affaire est inscrite sous le numéro 6669 du rôle de la Cour. | Die zaak is ingeschreven onder nummer 6669 van de rol van het Hof. |
| Le greffier, | De griffier, |
| F. Meersschaut | F. Meersschaut |