Etaamb.openjustice.be
Vue multilingue de Accord De Coopération du --
← Retour vers "Accord de coopération entre le Gouvernement flamand et le Gouvernement de la République de Pologne, signé à Varsovie le 6 juin 1994. - Entrée en vigueur. - Texte de l'accord L'accord de coopération entre le Gouvernement flamand et le Gouvernemen Le décret flamand portant assentiment au présent Accord date du 5 avril 1995 (Moniteur belge du 11(...)"
Accord de coopération entre le Gouvernement flamand et le Gouvernement de la République de Pologne, signé à Varsovie le 6 juin 1994. - Entrée en vigueur. - Texte de l'accord L'accord de coopération entre le Gouvernement flamand et le Gouvernemen Le décret flamand portant assentiment au présent Accord date du 5 avril 1995 (Moniteur belge du 11(...) Accord de coopération entre le Gouvernement flamand et le Gouvernement de la République de Pologne, signé à Varsovie le 6 juin 1994. - Entrée en vigueur. - Texte de l'accord L'accord de coopération entre le Gouvernement flamand et le Gouvernemen Le décret flamand portant assentiment au présent Accord date du 5 avril 1995 (Moniteur belge du 11(...)
MINISTERE DE LA COMMUNAUTE FLAMANDE MINISTERE DE LA COMMUNAUTE FLAMANDE
Accord de coopération entre le Gouvernement flamand et le Gouvernement Accord de coopération entre le Gouvernement flamand et le Gouvernement
de la République de Pologne, signé à Varsovie le 6 juin 1994. - Entrée de la République de Pologne, signé à Varsovie le 6 juin 1994. - Entrée
en vigueur. - Texte de l'accord en vigueur. - Texte de l'accord
L'accord de coopération entre le Gouvernement flamand et le L'accord de coopération entre le Gouvernement flamand et le
Gouvernement de la République de Pologne a été signé à Varsovie le 6 Gouvernement de la République de Pologne a été signé à Varsovie le 6
juin 1994 au nom de la Communauté flamande et de la Région flamande. juin 1994 au nom de la Communauté flamande et de la Région flamande.
Le décret flamand portant assentiment au présent Accord date du 5 Le décret flamand portant assentiment au présent Accord date du 5
avril 1995 (Moniteur belge du 11 août 1995). avril 1995 (Moniteur belge du 11 août 1995).
Le 27 juin 1995, les deux Gouvernements se sont informés de Le 27 juin 1995, les deux Gouvernements se sont informés de
l'accomplissement de leurs procédures internes. Conformément à son l'accomplissement de leurs procédures internes. Conformément à son
article 13, le présent Accord est dès lors entré en vigueur ce jour. article 13, le présent Accord est dès lors entré en vigueur ce jour.
En vertu de son article 12, l'Accord a été reconduit tacitement le 27 En vertu de son article 12, l'Accord a été reconduit tacitement le 27
juin 2000 d'une première période de deux ans, et le 27 juin 2002 d'une juin 2000 d'une première période de deux ans, et le 27 juin 2002 d'une
deuxième période de deux ans. deuxième période de deux ans.
Le texte authentique de l'Accord suit en néerlandais, avec une Le texte authentique de l'Accord suit en néerlandais, avec une
traduction en français. traduction en français.
SAMENWERKINGSOVEREENKOMST TUSSEN DE VLAAMSE REGERING EN DE REGERING SAMENWERKINGSOVEREENKOMST TUSSEN DE VLAAMSE REGERING EN DE REGERING
VAN DE REPUBLIEK POLEN VAN DE REPUBLIEK POLEN
De Vlaamse regering en de Regering van de Republiek Polen De Vlaamse regering en de Regering van de Republiek Polen
hierna de Partijen genoemd, hierna de Partijen genoemd,
In hun verlangen de vriendschapsbanden en de samenwerking tussen hun In hun verlangen de vriendschapsbanden en de samenwerking tussen hun
beide volken, het wederzijds vertrouwen en de gehechtheid aan de beide volken, het wederzijds vertrouwen en de gehechtheid aan de
gemeenschappelijke waarden van vrijheid, democratie, rechtvaardigheid gemeenschappelijke waarden van vrijheid, democratie, rechtvaardigheid
en solidariteit te versterken; en solidariteit te versterken;
Overwegende dat de historische veranderingen mogelijkheden geopend Overwegende dat de historische veranderingen mogelijkheden geopend
hebben om in Europa een rechtvaardige en duurzame vrede te vestigen, hebben om in Europa een rechtvaardige en duurzame vrede te vestigen,
gebaseerd op het Handvest van de Verenigde Naties en op de principes gebaseerd op het Handvest van de Verenigde Naties en op de principes
vervat in de Slotakte van Helsinki en in het Handvest van Parijs voor vervat in de Slotakte van Helsinki en in het Handvest van Parijs voor
een nieuw Europa en de uitwerking daarvan; een nieuw Europa en de uitwerking daarvan;
hebben besloten de bestaande samenwerking te bevestigen; hebben besloten de bestaande samenwerking te bevestigen;
wensen deze samenwerking uit te breiden tot nieuwe gebieden zoals die wensen deze samenwerking uit te breiden tot nieuwe gebieden zoals die
in deze overeenkomst worden bepaald en die tot hun specifieke in deze overeenkomst worden bepaald en die tot hun specifieke
bevoegdheid behoren om aldus bij te dragen tot het scheppen van bevoegdheid behoren om aldus bij te dragen tot het scheppen van
nauwere banden tussen Vlaanderen en de Republiek Polen; nauwere banden tussen Vlaanderen en de Republiek Polen;
en komen overeen wat volgt : en komen overeen wat volgt :

Article 1er.Beide Partijen intensifiëren hun samenwerking. in het

Article 1er.Beide Partijen intensifiëren hun samenwerking. in het
bijzonder op het vlak van : economie, wetenschap, technologie, bijzonder op het vlak van : economie, wetenschap, technologie,
cultuur, onderwijs, beroepsopleiding en werkgelegenheid; sociaal cultuur, onderwijs, beroepsopleiding en werkgelegenheid; sociaal
beleid, milieu en ruimtelijke ordening, infrastructuur, verkeer, beleid, milieu en ruimtelijke ordening, infrastructuur, verkeer,
telecommunicatie en mediabeleid. telecommunicatie en mediabeleid.
Daartoe bevorderen zij de samenwerking tussen de instellingen en Daartoe bevorderen zij de samenwerking tussen de instellingen en
ondernemingen die werkzaam zijn in de bovengenoemde domeinen. ondernemingen die werkzaam zijn in de bovengenoemde domeinen.
Beide Partijen steunen de uitwisseling van ervaringen inzake Beide Partijen steunen de uitwisseling van ervaringen inzake
technische. technologische en administratieve kennis. technische. technologische en administratieve kennis.

Art. 2.Beide Partijen bevestigen hun wil om de economische

Art. 2.Beide Partijen bevestigen hun wil om de economische
betrekkingen lussen Vlaanderen en de Republiek Polen uit te breiden. betrekkingen lussen Vlaanderen en de Republiek Polen uit te breiden.
Zij moedigen vooral de samenwerking aan op het vlak van : Zij moedigen vooral de samenwerking aan op het vlak van :
- de herstructurering van de Poolse economie, - de herstructurering van de Poolse economie,
- het opzetten van KMO-structuren, - het opzetten van KMO-structuren,
- het uitwerken van managementsprogramma's voor Poolse - het uitwerken van managementsprogramma's voor Poolse
bedrijfsleiders, bedrijfsleiders,
- het aantrekken van investeringen en het sluiten van joint-ventures, - het aantrekken van investeringen en het sluiten van joint-ventures,
- de overdracht van technologie, het stimuleren van commerciële - de overdracht van technologie, het stimuleren van commerciële
contacten en samenwerking tussen ondernemingen en instellingen. contacten en samenwerking tussen ondernemingen en instellingen.
Hiertoe bevorderen zij onder meer de uitwisseling van bedrijfsleiders, Hiertoe bevorderen zij onder meer de uitwisseling van bedrijfsleiders,
professoren, docenten en onderzoekers die deskundig zijn in het professoren, docenten en onderzoekers die deskundig zijn in het
opzetten van KMO-structuren en managementsprogramma's voor opzetten van KMO-structuren en managementsprogramma's voor
KMO-bedrijfsleiders. KMO-bedrijfsleiders.

Art. 3.Beide Partijen stimuleren de samenwerking en uitwisseling

Art. 3.Beide Partijen stimuleren de samenwerking en uitwisseling
tussen openbare instellingen en privé-organisaties op het vlak van het tussen openbare instellingen en privé-organisaties op het vlak van het
fundamenteel en toegepast wetenschappelijk onderzoek en de fundamenteel en toegepast wetenschappelijk onderzoek en de
technologische ontwikkeling. technologische ontwikkeling.
Zij bepalen op geregelde tijdstippen welke sectoren voor beide Zij bepalen op geregelde tijdstippen welke sectoren voor beide
Partijen van prioritair belang zijn op het gebied van Partijen van prioritair belang zijn op het gebied van
wetenschappelijke en technologische ontwikkeling. wetenschappelijke en technologische ontwikkeling.

Art. 4.Beide Partijen moedigen samenwerking en uitwisselingen op

Art. 4.Beide Partijen moedigen samenwerking en uitwisselingen op
cultureel en sociaal-cultureel vlak aan. Zij steunen bij voorkeur de cultureel en sociaal-cultureel vlak aan. Zij steunen bij voorkeur de
acties die bijdragen tot de culturele ontwikkeling en verspreiding van acties die bijdragen tot de culturele ontwikkeling en verspreiding van
hun respectieve taal en cultuur in het andere land. hun respectieve taal en cultuur in het andere land.
Bovendien zetten zij hun steun aan uitwisselingen op het gebied van de Bovendien zetten zij hun steun aan uitwisselingen op het gebied van de
kunst voort en ze werken mee aan de bescherming van het kunst voort en ze werken mee aan de bescherming van het
gemeenschappelijk cultureel erfgoed. gemeenschappelijk cultureel erfgoed.
Tevens bevorderen zij de uitwisseling van audiovisuele middelen. Tevens bevorderen zij de uitwisseling van audiovisuele middelen.
Beide Partijen zoeken naar vormen van nauwere samenwerking tussen de Beide Partijen zoeken naar vormen van nauwere samenwerking tussen de
culturele en wetenschappelijke sector en andere sectoren waarvan culturele en wetenschappelijke sector en andere sectoren waarvan
sprake is in deze overeenkomst en die bepaald worden in de sprake is in deze overeenkomst en die bepaald worden in de
uitvoeringsprogramma's. uitvoeringsprogramma's.

Art. 5.Beide Partijen bevorderen de samenwerking en uitwisseling op

Art. 5.Beide Partijen bevorderen de samenwerking en uitwisseling op
het gebied van het basis- en secundair onderwijs, het universitair en het gebied van het basis- en secundair onderwijs, het universitair en
hoger onderwijs en de permanente vorming. hoger onderwijs en de permanente vorming.
Zij bevorderen de uitwisseling en stages van professoren en studenten. Zij bevorderen de uitwisseling en stages van professoren en studenten.

Art. 6.Beide Partijen werken samen inzake arbeidsbemiddeling en

Art. 6.Beide Partijen werken samen inzake arbeidsbemiddeling en
beroepsopleiding. beroepsopleiding.
Zij moedigen hun betrokken instellingen aan ervaringen uit te wisselen Zij moedigen hun betrokken instellingen aan ervaringen uit te wisselen
op het gebied van arbeid en tewerkstelling, meer bepaald met op het gebied van arbeid en tewerkstelling, meer bepaald met
betrekking tot de beroepsopleiding, de arbeidsverhoudingen en het betrekking tot de beroepsopleiding, de arbeidsverhoudingen en het
sociaal overleg. sociaal overleg.
Beide Partijen bevorderen de uitwisseling van vertegenwoordigers van Beide Partijen bevorderen de uitwisseling van vertegenwoordigers van
werkgevers- en werknemersorganisaties en deskundigen op het vlak van werkgevers- en werknemersorganisaties en deskundigen op het vlak van
sociale zaken. sociale zaken.

Art. 7.Beide Partijen werken samen op sociaal gebied. in het

Art. 7.Beide Partijen werken samen op sociaal gebied. in het
bijzonder op het vlak van gezondheid, welzijn en sociale diensten. bijzonder op het vlak van gezondheid, welzijn en sociale diensten.
Zij besteden daarbij vooral aandacht aan geneeskundige verzorging, Zij besteden daarbij vooral aandacht aan geneeskundige verzorging,
behandeling, preventie, integratie van minder-validen, sociale behandeling, preventie, integratie van minder-validen, sociale
bijstand en begeleiding, opvoeding, planning en programmering. bijstand en begeleiding, opvoeding, planning en programmering.

Art. 8.Beide Partijen bevorderen de samenwerking en uitwisseling op

Art. 8.Beide Partijen bevorderen de samenwerking en uitwisseling op
het gebied van leefmilieu, ruimtelijke ordening (met inbegrip van het gebied van leefmilieu, ruimtelijke ordening (met inbegrip van
grondbeleid), huisvesting, gemeentelijk beleid, infrastructuur, grondbeleid), huisvesting, gemeentelijk beleid, infrastructuur,
verkeer en telecommunicatie. verkeer en telecommunicatie.
Zij bevorderen de uitwisseling van wetenschappelijke, technische en Zij bevorderen de uitwisseling van wetenschappelijke, technische en
statistische informatie en de overdracht van technologie, in het statistische informatie en de overdracht van technologie, in het
bijzonder op het gebied van milieubescherming en -sanering. bijzonder op het gebied van milieubescherming en -sanering.

Art. 9.Betreffende de domeinen waarvoor deze overeenkomst geldt,

Art. 9.Betreffende de domeinen waarvoor deze overeenkomst geldt,
streven beide Partijen naar samenwerking in het kader van de streven beide Partijen naar samenwerking in het kader van de
internationale organisaties. Daartoe kunnen zij elkaar informeren over internationale organisaties. Daartoe kunnen zij elkaar informeren over
hun respectieve standpunten en, meer algemeen, overleg plegen. hun respectieve standpunten en, meer algemeen, overleg plegen.
In dit verband werken beide Partijen samen in het kader van In dit verband werken beide Partijen samen in het kader van
programma's van internationale organisaties op de gebieden die tot hun programma's van internationale organisaties op de gebieden die tot hun
specifieke bevoegdheid behoren, waarbij ze uiting geven aan hun specifieke bevoegdheid behoren, waarbij ze uiting geven aan hun
bijzondere banden van vriendschap en partnerschap. bijzondere banden van vriendschap en partnerschap.

Art. 10.Met het oog op de toepassing van deze overeenkomst richten de

Art. 10.Met het oog op de toepassing van deze overeenkomst richten de
twee Partijen een Gemengde Commissie Vlaanderen-Polen op. twee Partijen een Gemengde Commissie Vlaanderen-Polen op.
Deze Commissie vergadert minstens éénmaal om de twee jaar, afwisselend Deze Commissie vergadert minstens éénmaal om de twee jaar, afwisselend
in Brussel en Warschau. De Gemengde Commissie kan subcommissies in Brussel en Warschau. De Gemengde Commissie kan subcommissies
oprichten. oprichten.

Art. 11.De Gemengde Commissie wordt voorgezeten door de ministers

Art. 11.De Gemengde Commissie wordt voorgezeten door de ministers
aangeduid door hun regering. aangeduid door hun regering.
De Gemengde Commissie heeft als taak : De Gemengde Commissie heeft als taak :
a) na te gaan hoever de samenwerking is gevorderd en de resultaten a) na te gaan hoever de samenwerking is gevorderd en de resultaten
ervan te beoordelen; ervan te beoordelen;
b) de werking van de subcommissies te bespreken; b) de werking van de subcommissies te bespreken;
c) op geregelde tijdstippen de prioriteiten aan te passen en de te c) op geregelde tijdstippen de prioriteiten aan te passen en de te
volgen koers te bepalen; volgen koers te bepalen;
d) de programma's en projecten die voor de volgende periode zijn d) de programma's en projecten die voor de volgende periode zijn
gepland, te bestuderen en goed te keuren; gepland, te bestuderen en goed te keuren;
e) te zoeken naar en toe te zien op de fondsen bestemd voor de e) te zoeken naar en toe te zien op de fondsen bestemd voor de
financiering van de programma's die uit deze overeenkomst financiering van de programma's die uit deze overeenkomst
voortvloeien. voortvloeien.
f) alle problemen i.v.m. de toepassing, werking en interpretatie van f) alle problemen i.v.m. de toepassing, werking en interpretatie van
deze overeenkomst te onderzoeken. deze overeenkomst te onderzoeken.

Art. 12.Deze overeenkomst wordt gesloten voor een periode van vijf

Art. 12.Deze overeenkomst wordt gesloten voor een periode van vijf
(5) jaar. Ze wordt stilzwijgend verlengd voor opeenvolgende periodes (5) jaar. Ze wordt stilzwijgend verlengd voor opeenvolgende periodes
van twee (2) jaar. Elke Partij kan deze overeenkomst opzeggen door van twee (2) jaar. Elke Partij kan deze overeenkomst opzeggen door
kennisgeving aan de andere Partij uiterlijk zes (6) maanden voor het kennisgeving aan de andere Partij uiterlijk zes (6) maanden voor het
einde van een periode. In dat geval blijft de overeenkomst van kracht einde van een periode. In dat geval blijft de overeenkomst van kracht
tot het einde van die periode. tot het einde van die periode.
Bij opzegging nemen beide Partijen de nodige maatregelen om de Bij opzegging nemen beide Partijen de nodige maatregelen om de
voltooiing te garanderen van alle projecten die op basis van deze voltooiing te garanderen van alle projecten die op basis van deze
overeenkomst gezamenlijk werden opgezet. overeenkomst gezamenlijk werden opgezet.

Art. 13.Deze overeenkomst wordt goedgekeurd in overeenstemming met de

Art. 13.Deze overeenkomst wordt goedgekeurd in overeenstemming met de
interne procedures geldend bij elk van de Partijen en ze wordt interne procedures geldend bij elk van de Partijen en ze wordt
bekrachtigd door de uitwisseling van nota's. bekrachtigd door de uitwisseling van nota's.
De overeenkomst treedt in werking op de dag van de ontvangst van de De overeenkomst treedt in werking op de dag van de ontvangst van de
laatste nota. laatste nota.
Opgemaakt in Warschau op 6 juni 1994 in twee originelen, beide in het Opgemaakt in Warschau op 6 juni 1994 in twee originelen, beide in het
Nederlands en in het Pools. Beide teksten zijn rechtsgeldig. Nederlands en in het Pools. Beide teksten zijn rechtsgeldig.
Voor de Vlaamse regering : Voor de Vlaamse regering :
De Minister-President van de Vlaamse regering, De Minister-President van de Vlaamse regering,
L. VAN DEN BRANDE L. VAN DEN BRANDE
Voor de regering van de Republiek Polen : Voor de regering van de Republiek Polen :
De Minister hoofd van het Bureau van de Ministerraad, De Minister hoofd van het Bureau van de Ministerraad,
M. STRAK M. STRAK
ACCORD DE COOPERATION ENTRE LE GOUVERNEMENT FLAMAND ET LE GOUVERNEMENT ACCORD DE COOPERATION ENTRE LE GOUVERNEMENT FLAMAND ET LE GOUVERNEMENT
DE LA REPUBLIQUE DE POLOGNE DE LA REPUBLIQUE DE POLOGNE
Le Gouvernement flamand et le Gouvernement de la République de Le Gouvernement flamand et le Gouvernement de la République de
Pologne, Pologne,
dénommés ci-après « les Parties », dénommés ci-après « les Parties »,
Désireux de renforcer les liens d'amitié et la coopération existants Désireux de renforcer les liens d'amitié et la coopération existants
entre leurs deux peuples, la confiance mutuelle et l'attachement aux entre leurs deux peuples, la confiance mutuelle et l'attachement aux
valeurs communes telles que la liberté, la démocratie, la justice et valeurs communes telles que la liberté, la démocratie, la justice et
la solidarité; la solidarité;
Considérant que les changements historiques survenus offrent la Considérant que les changements historiques survenus offrent la
possibilité d'établir en Europe une paix juste et durable en possibilité d'établir en Europe une paix juste et durable en
s'inspirant de la Charte des Nations Unies, des principes énoncés dans s'inspirant de la Charte des Nations Unies, des principes énoncés dans
1'Acte final d'Helsinki et dans la Charte de Paris pour une nouvelle 1'Acte final d'Helsinki et dans la Charte de Paris pour une nouvelle
Europe et de la mise en oeuvre de ces principes; Europe et de la mise en oeuvre de ces principes;
ont décidé de confirmer la coopération existante; ont décidé de confirmer la coopération existante;
Désireux d'élargir la coopération à des domaines nouveaux tels que Désireux d'élargir la coopération à des domaines nouveaux tels que
définis par le présent accord et qui relèvent de leur compétence définis par le présent accord et qui relèvent de leur compétence
spécifique, afin de contribuer au resserrement des liens d'amitié spécifique, afin de contribuer au resserrement des liens d'amitié
entre la Flandre et la République de Pologne, entre la Flandre et la République de Pologne,
et conviennent ce qui suit : et conviennent ce qui suit :

Article 1er.Les deux Parties intensifieront leur coopération

Article 1er.Les deux Parties intensifieront leur coopération
notamment dans les domaines suivants : économie, science, technologie, notamment dans les domaines suivants : économie, science, technologie,
culture, enseignement, formation professionnelle et emploi, politique culture, enseignement, formation professionnelle et emploi, politique
sociale, environnement et aménagement du territoire, infrastructure, sociale, environnement et aménagement du territoire, infrastructure,
circulation, télécommunications et politique des médias. circulation, télécommunications et politique des médias.
A cet effet, elles promouvront la coopération entre les établissements A cet effet, elles promouvront la coopération entre les établissements
et les entreprises actives dans les domaines précités. et les entreprises actives dans les domaines précités.
Les deux Parties soutiendront l'échange d'expériences dans le domaine Les deux Parties soutiendront l'échange d'expériences dans le domaine
des connaissances techniques, technologiques et administratives. des connaissances techniques, technologiques et administratives.

Art. 2.Les deux Parties confirment leur volonté d'élargir les

Art. 2.Les deux Parties confirment leur volonté d'élargir les
relations économiques entre la Flandre et la République de Pologne. relations économiques entre la Flandre et la République de Pologne.
Elles encourageront en premier lieu la coopération au niveau : Elles encourageront en premier lieu la coopération au niveau :
- de la restructuration de l'économie polonaise, - de la restructuration de l'économie polonaise,
- du développement de structures P.M.E., - du développement de structures P.M.E.,
- de l'élaboration de programmes de management pour les chefs - de l'élaboration de programmes de management pour les chefs
d'entreprises polonais, d'entreprises polonais,
- de l'attraction d'investissements et de la création de - de l'attraction d'investissements et de la création de
joint-ventures, joint-ventures,
- du transfert de technologie, de la promotion des contacts - du transfert de technologie, de la promotion des contacts
commerciaux et de la coopération entre les entreprises et les commerciaux et de la coopération entre les entreprises et les
institutions. institutions.
A cet effet, elles promouvront notamment l'échange de directeurs A cet effet, elles promouvront notamment l'échange de directeurs
d'entreprise, de professeurs et de chargés de cours qui ont de d'entreprise, de professeurs et de chargés de cours qui ont de
l'expertise dans le domaine de la création de structures PME et de l'expertise dans le domaine de la création de structures PME et de
programmes de management pour chefs d'entreprise de PME. programmes de management pour chefs d'entreprise de PME.

Art. 3.Les deux Parties stimuleront la coopération et l'échange entre

Art. 3.Les deux Parties stimuleront la coopération et l'échange entre
des organismes publics et des organisations privées dans le domaine de des organismes publics et des organisations privées dans le domaine de
la recherche scientifique fondamentale et appliquée et du la recherche scientifique fondamentale et appliquée et du
développement technologique. développement technologique.
Elles redéfiniront régulièrement les secteurs prioritaires pour les Elles redéfiniront régulièrement les secteurs prioritaires pour les
deux Parties dans le domaine du développement scientifique et deux Parties dans le domaine du développement scientifique et
technologique. technologique.

Art. 4.Les deux Parties favoriseront la coopération et l'échange dans

Art. 4.Les deux Parties favoriseront la coopération et l'échange dans
les domaines culturel et socioculturel. Elles supporteront de les domaines culturel et socioculturel. Elles supporteront de
préférence les actions qui contribuent au développement culturel et à préférence les actions qui contribuent au développement culturel et à
la diffusion de leur langue et culture respectifs dans l'autre pays. la diffusion de leur langue et culture respectifs dans l'autre pays.
En outre, elles continueront à soutenir les échanges artistiques et à En outre, elles continueront à soutenir les échanges artistiques et à
contribuer à la protection du patrimoine culturel commun. contribuer à la protection du patrimoine culturel commun.
Elles stimuleront également les échanges de moyens audiovisuels. Elles stimuleront également les échanges de moyens audiovisuels.
Les deux Parties examinent les possibilités de coopération plus Les deux Parties examinent les possibilités de coopération plus
étroite entre le secteur culturel et scientifique et d'autres secteurs étroite entre le secteur culturel et scientifique et d'autres secteurs
mentionnés dans le présent accord et fixés dans les programmes mentionnés dans le présent accord et fixés dans les programmes
d'exécution. d'exécution.

Art. 5.Les deux Parties promouvront la coopération et l'échange dans

Art. 5.Les deux Parties promouvront la coopération et l'échange dans
le domaine de l'enseignement primaire et secondaire, de l'enseignement le domaine de l'enseignement primaire et secondaire, de l'enseignement
universitaire et supérieur, et de la formation permanente. universitaire et supérieur, et de la formation permanente.
Elles stimuleront l'échange de et les stages pour professeurs et Elles stimuleront l'échange de et les stages pour professeurs et
étudiants. étudiants.

Art. 6.Les deux Parties collaboreront dans le domaine de l'emploi et

Art. 6.Les deux Parties collaboreront dans le domaine de l'emploi et
de la formation professionnelle. de la formation professionnelle.
Elles encourageront leurs institutions concernées à échanger des Elles encourageront leurs institutions concernées à échanger des
expériences dans les domaines du travail et de l'emploi, plus expériences dans les domaines du travail et de l'emploi, plus
particulièrement en ce qui concerne la formation professionnelle, les particulièrement en ce qui concerne la formation professionnelle, les
relations professionnelles et la concertation sociale. relations professionnelles et la concertation sociale.
Les deux Parties favoriseront les échanges de représentants des Les deux Parties favoriseront les échanges de représentants des
organisations des employeurs et des travailleurs et d'experts dans le organisations des employeurs et des travailleurs et d'experts dans le
domaine des affaires sociales. domaine des affaires sociales.

Art. 7.Les deux Parties collaboreront dans le domaine social,

Art. 7.Les deux Parties collaboreront dans le domaine social,
particulièrement en ce qui concerne la santé, l'aide sociale et les particulièrement en ce qui concerne la santé, l'aide sociale et les
services sociaux. services sociaux.
Elles prêteront une attention particulière aux soins et au traitement Elles prêteront une attention particulière aux soins et au traitement
médicaux, à la prévention, à l'intégration des personnes handicapées, médicaux, à la prévention, à l'intégration des personnes handicapées,
à l'assistance sociale, à l'encadrement, à l'éducation, à la à l'assistance sociale, à l'encadrement, à l'éducation, à la
planification et à la programmation. planification et à la programmation.

Art. 8.Les deux Parties stimuleront la coopération et les échanges

Art. 8.Les deux Parties stimuleront la coopération et les échanges
dans les domaines de l'environnement, de l'aménagement du territoire dans les domaines de l'environnement, de l'aménagement du territoire
(y compris la politique foncière), du logement, de la politique (y compris la politique foncière), du logement, de la politique
communale, de l'infrastructure, de la circulation et de la communale, de l'infrastructure, de la circulation et de la
télécommunication. télécommunication.
Elles favoriseront les échanges d'informations scientifiques, Elles favoriseront les échanges d'informations scientifiques,
techniques et statistiques, et le transfert technologique, techniques et statistiques, et le transfert technologique,
particulièrement en ce qui concerne la protection et l'assainissement particulièrement en ce qui concerne la protection et l'assainissement
de l'environnement. de l'environnement.

Art. 9.En ce qui concerne les domaines auxquels s'applique le présent

Art. 9.En ce qui concerne les domaines auxquels s'applique le présent
accord, les deux Parties rechercheront une coopération dans le cadre accord, les deux Parties rechercheront une coopération dans le cadre
des organisations internationales. A cet effet, elles pourront des organisations internationales. A cet effet, elles pourront
échanger des informations concernant leurs positions respectives et - échanger des informations concernant leurs positions respectives et -
plus généralement - se concerter. plus généralement - se concerter.
Les deux Parties coopéreront dans le cadre de programmes Les deux Parties coopéreront dans le cadre de programmes
d'organisations internationales dans les domaines qui relèvent de d'organisations internationales dans les domaines qui relèvent de
leurs compétences spécifiques, exprimant leurs liens particuliers leurs compétences spécifiques, exprimant leurs liens particuliers
d'amitié et de partenariat. d'amitié et de partenariat.

Art. 10.En vue de l'exécution du présent accord, les deux Parties

Art. 10.En vue de l'exécution du présent accord, les deux Parties
créeront une Commission mixte Flandre - Pologne. créeront une Commission mixte Flandre - Pologne.
Cette Commission se réunira au moins une fois tous les deux ans, Cette Commission se réunira au moins une fois tous les deux ans,
alternativement à Bruxelles et à Varsovie. La Commission mixte peut alternativement à Bruxelles et à Varsovie. La Commission mixte peut
créer des sous-commissions. créer des sous-commissions.

Art. 11.La Commission mixte est présidée par les Ministres désignés

Art. 11.La Commission mixte est présidée par les Ministres désignés
par leur Gouvernement. par leur Gouvernement.
La Commission mixte a pour tâche : La Commission mixte a pour tâche :
a) de suivre le développement de la coopération et d'évaluer les a) de suivre le développement de la coopération et d'évaluer les
résultats; résultats;
b) de discuter des activités des sous-commissions; b) de discuter des activités des sous-commissions;
c) d'adapter régulièrement les priorités et de définir l'orientation à c) d'adapter régulièrement les priorités et de définir l'orientation à
suivre; suivre;
d) d'étudier et d'approuver les programmes et projets prévus pour la d) d'étudier et d'approuver les programmes et projets prévus pour la
période suivante; période suivante;
e) de chercher et de surveiller les fonds destinés au financement des e) de chercher et de surveiller les fonds destinés au financement des
programmes résultant du présent accord; programmes résultant du présent accord;
f) d'examiner tous les problèmes relatifs à l'application, au f) d'examiner tous les problèmes relatifs à l'application, au
fonctionnement et à l'interprétation du présent accord. fonctionnement et à l'interprétation du présent accord.

Art. 12.Le présent accord est conclu pour une période de cinq (5)

Art. 12.Le présent accord est conclu pour une période de cinq (5)
ans. Il sera reconduit tacitement de périodes successives de deux (2) ans. Il sera reconduit tacitement de périodes successives de deux (2)
ans. Chacune des Parties peut résilier le présent accord au moyen ans. Chacune des Parties peut résilier le présent accord au moyen
d'une notification à l'autre Partie, au plus tard six (6) mois avant d'une notification à l'autre Partie, au plus tard six (6) mois avant
la fin d'une période. Dans ce cas, le présent accord reste en vigueur la fin d'une période. Dans ce cas, le présent accord reste en vigueur
jusqu'à la fin de cette période. jusqu'à la fin de cette période.
En cas de résiliation, les deux Parties prendront les mesures En cas de résiliation, les deux Parties prendront les mesures
nécessaires pour assurer l'achèvement de tous les projets lancés nécessaires pour assurer l'achèvement de tous les projets lancés
conjointement en vertu du présent accord. conjointement en vertu du présent accord.

Art. 13.Le présent accord est approuvé conformément aux procédures

Art. 13.Le présent accord est approuvé conformément aux procédures
internes en vigueur auprès de chacune des Parties, et est ratifié en internes en vigueur auprès de chacune des Parties, et est ratifié en
échangeant des notes. échangeant des notes.
L'accord prendra effet le jour de la réception de la dernière note. L'accord prendra effet le jour de la réception de la dernière note.
Fait à Varsovie, le 6 juin 1994, en deux originaux, en néerlandais et Fait à Varsovie, le 6 juin 1994, en deux originaux, en néerlandais et
en polonais. Les deux textes font foi. en polonais. Les deux textes font foi.
Pour le Gouvernement flamand : Pour le Gouvernement flamand :
Le Ministre-Président du Gouvernement flamand, Le Ministre-Président du Gouvernement flamand,
L. VAN DEN BRANDE L. VAN DEN BRANDE
Pour le Gouvernement de la République de Pologne : Pour le Gouvernement de la République de Pologne :
Le Ministre chef du Bureau du Conseil des Ministre,s Le Ministre chef du Bureau du Conseil des Ministre,s
M. STRAK M. STRAK
^