gepubliceerd op 15 januari 2018
Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering Interpretatieregel Op voorstel van de Overeenkomstencommissie apothekers-verzekeringsinstellingen van 24 november 2017 en in uitvoering van artikel 22, 4° bis, van de wet betreffende de Interpretatieve regel voor de terugbetaling van parenterale voeding voor ambulante niet in het ziek(...)
FEDERALE OVERHEIDSDIENST SOCIALE ZEKERHEID
Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering Interpretatieregel Op voorstel van de Overeenkomstencommissie apothekers-verzekeringsinstellingen van 24 november 2017 en in uitvoering van artikel 22, 4° bis, van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, heeft het Comité van de verzekering voor geneeskundige verzorging op 4 december 2017 de hierna volgende interpretatieregel vastgesteld : Interpretatieve regel voor de terugbetaling van parenterale voeding voor ambulante niet in het ziekenhuis opgenomen rechthebbenden Vraag: Kan een toestemming voor vergoeding voor parenterale voeding voor gebruik thuis verdergezet worden indien de patiënt enkel nog nood heeft aan zakjes elektrolyten? Antwoord : Patiënten die beschikken over een toestemming voor vergoeding van parenterale voeding voor gebruik thuis, overeenkomstig het KB van 20.07.2007, kunnen een verderzetting van deze toestemming voor vergoeding van parenterale voeding voor gebruik thuis krijgen indien ze enkel nog zakjes elektrolyten (moeten) krijgen.
Voor aanvragen tot verderzetting dient de arts-specialist een aanvraag in op basis van het model opgenomen in de bijlage van het KB van 20.07.2007. Indien de patiënt enkel nog nood heeft aan zakjes elektrolyten, selecteert de arts in de rubriek `type zakjes', het type van zakjes dat de patiënt reeds gebruikte.
Patiënten die niet beschikken over een toestemming voor vergoeding voor parenterale voeding voor gebruik thuis, overeenkomstig het KB van 20.07.2007, kunnen geen toestemming voor vergoeding krijgen van enkel elektrolyten.
De voorgenoemde interpretatieregel treedt in werking op 1 januari 2018.
De Leidend ambtenaar, H. DE RIDDER De Voorzitter, J. VERSTRAETEN