Etaamb.openjustice.be
Wet
gepubliceerd op 25 oktober 2007

Examens over de kennis van de Duitse taal voor kandidaten voor het ambt van gerechtsdeurwaarder. - Gewone zittijd van december 2007 De Federale Overheidsdienst Justitie zal binnenkort examens over taalkennis organiseren voor gegadigden voor het Vorenvermelde examens lopen over de kennis van de Duitse taal. De aandacht wordt er op gevestigd(...)

bron
federale overheidsdienst justitie
numac
2007009926
pub.
25/10/2007
prom.
--
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

FEDERALE OVERHEIDSDIENST JUSTITIE


Examens over de kennis van de Duitse taal voor kandidaten voor het ambt van gerechtsdeurwaarder. - Gewone zittijd van december 2007 De Federale Overheidsdienst Justitie zal binnenkort examens over taalkennis organiseren voor gegadigden voor het ambt van gerechtsdeurwaarder, overeenkomstig de bepalingen van de wet van 15 juni 1935 betreffende het gebruik der talen in gerechtszaken.

Vorenvermelde examens lopen over de kennis van de Duitse taal.

De aandacht wordt er op gevestigd dat het taalexamen dient te worden afgelegd in de andere taal dan deze waarin het diploma werd behaald.

De aanvragen tot inschrijving moeten, op straffe van nietigheid, ten laatste op 25 november 2007, bij middel van een kopie van het hierbij gevoegd inschrijvingsformulier opgestuurd worden bij aangetekende zending aan de FOD Justitie, Directoraat-generaal Rechterlijke Organisatie, Dienst Personeelszaken R.O./taalexamens-gerechtsdeurwaarder, Waterloolaan 115, te 1000 Brussel. Aanvragen na die datum ingediend, komen niet in aanmerking.

De postdatum geldt als bewijs. De examinandus vermeldt zijn volledige identiteit en de taal waarover hij ondervraagd wenst te worden.

Het examengeld bedraagt 5 EUR. Dit bedrag dient bij de inschrijving gestort te worden op prk. 679-2005505-30 van de Federale Overheidsdienst Justitie, Directoraat-generaal Rechterlijke Organisatie, Dienst Personeelszaken R.O./examens, gerechtsdeurwaarder, Diverse Ontvangsten.

Het bewijs van de taalkennis wordt geleverd door een examen dat een mondeling en een schriftelijk gedeelte omvat.

Het mondeling gedeelte vindt plaats in het openbaar. Het gaat het schriftelijk gedeelte vooraf.

Het mondeling gedeelte bestaat uit : 1. een onderhoud over een onderwerp uit het dagelijks leven;2. het luidop lezen van een gerechtelijke of buitengerechtelijke akte, gesteld in de taal waarover het examen loopt, gevolgd door een ondervraging over die tekst. Het schriftelijk gedeelte omvat : 1. het opstellen van een uiteenzetting van ongeveer dertig regels over een onderwerp uit het dagelijks leven;2. een versie van een gerechtelijke of buitengerechtelijke akte;3. een thema van een gerechtelijke of buitengerechtelijke akte. Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld

^