gepubliceerd op 15 mei 1999
**** om het beroep van privé-detective uit te oefenen in toepassing van artikel 2, § 1, van de wet van 19 juli 1991 tot regeling van het beroep van privé-detective, gewijzigd door de wet van 30 december 1996. - Vernieuwingen Bij mini De vernieuwing wordt verleend voor een periode van tien jaar vanaf 10 maart 1998. Het ministerie(...)
MINISTERIE VAN BINNENLANDSE ZAKEN
**** om het beroep van privé-detective uit te oefenen in toepassing van artikel 2, § 1, van de wet van 19 juli 1991 tot regeling van het beroep van privé-detective, gewijzigd door de wet van 30 december 1996. - Vernieuwingen Bij ministerieel besluit van 8 maart 1999 wordt de vergunning om het beroep van privé-detective uit te oefenen verleend aan de heer **** ****, met vestigingsplaats te 4000 ****, **** ****-**** 9****, vernieuwd.
De vernieuwing wordt verleend voor een periode van tien jaar vanaf 10 maart 1998.
Het ministerieel besluit van 19 maart 1998 tot vernieuwing ten voorlopige titel van de vergunning tot het uitoefenen van het beroep van privé-detective wordt opgeheven.
Bij ministerieel besluit van 8 maart 1999 wordt de vergunning om het beroep van privé-detective uit te oefenen verleend aan de heer **** ****, met vestigingsplaats te 6000 ****, **** **** **** 68 ****/****, vernieuwd.
De vernieuwing wordt verleend voor een periode van tien jaar vanaf 20 december 1998.
**** artikel 2 van het ministerieel besluit van 5 januari 1998 tot vernieuwing ten voorlopige titel van de vergunning tot het uitoefenen van het beroep van privé-detective wordt opgeheven.
Bij ministerieel besluit van 11 maart 1999 wordt de vergunning om het beroep van privé-detective uit te oefenen verleend aan Mevr.
**** ****, hebbende haar vestigingsplaats te 2070 ****, **** 304, vernieuwd voor een periode van tien jaar onder de **** voorwaarde dat zij aan de Algemene Rijkspolitie het bewijs levert dat zij de bijscholing in een door de Minister van Binnenlandse Zaken erkende **** gevolgd heeft.