31 MEI 2000. - Wet tot opheffing van artikel 150, tweede lid, van het Wetboek van strafvordering (1)

ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

De Kamers hebben aangenomen en Wij bekrachtigen hetgeen volgt :

Artikel 1.Deze wet regelt een aangelegenheid bedoeld in artikel 78 van de Grondwet.

Art. 2.Artikel 150, tweede lid, van het Wetboek van strafvordering, ingevoegd bij het koninklijk besluit nr. 258 van 24 maart 1936, wordt opgeheven.

Kondigen deze wet af, bevelen dat zij met 's Lands zegel zal worden bekleed en door het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.

Gegeven te Brussel, 31 mei 2000.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Justitie, M. VERWILGHEN Met 's Lands zegel gezegeld : De Minister van Justitie, M. VERWILGHEN _______ Nota (1) Zitting 1999-2000. Kamer van volksvertegenwoordigers : Parlementaire bescheiden : 50-41/1 : Wetsvoorstel. 50-41/2 : Verslag van de commissie voor justitie. 50-41/3 : Tekst aangenomen in plenaire vergadering en overgezonden aan de Senaat.

Parlementaire handelingen. - Bespreking en aanneming zonder amendementen.

Vergadering van 3 en 5 mei 2000.

Senaat : Parlementaire bescheiden. 2-423/1 : Ontwerp overgezonden door de Kamer. 2-423/2 : Ontwerp niet geëvoceerd door de Senaat.