gepubliceerd op 24 november 2017
Wet houdende instemming met volgende internationale akten
30 JUNI 2015. - Wet houdende instemming met volgende internationale akten
1° Overeenkomst tussen het Koninkrijk België en de Republiek der Seychellen tot het vermijden van dubbele belasting en tot het voorkomen van het ontduiken van belasting inzake belastingen naar het inkomen, gedaan te Brussel op 27 april 2006;2° Protocol, gedaan te Brussel op 14 juli 2009 tot wijziging van de Overeenkomst tussen het Koninkrijk België en de Republiek der Seychellen tot het vermijden van dubbele belasting en tot het voorkomen van het ontduiken van belasting inzake belastingen naar het inkomen, gedaan te Brussel op 27 april 2006;en houdende aanpassing van de Belgische belastingwetgeving aan sommige bepalingen van voornoemde internationale akten FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
De Kamers hebben aangenomen en Wij bekrachtigen hetgeen volgt :
Artikel 1.Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 74 van de Grondwet.
Art. 2.De volgende Internationale Akten zullen volkomen gevolg hebben: 1° Overeenkomst tussen het Koninkrijk België en de Republiek der Seychellen tot het vermijden van dubbele belasting en tot het voorkomen van het ontduiken van belasting inzake belastingen naar het inkomen, gedaan te Brussel op 27 april 2006 (hierna "de Overeenkomst" genoemd);2° Protocol, gedaan te Brussel op 14 juli 2009 tot wijziging van de Overeenkomst tussen het Koninkrijk België en de Republiek der Seychellen tot het vermijden van dubbele belasting en tot het voorkomen van het ontduiken van belasting inzake belastingen naar het inkomen, gedaan te Brussel op 27 april 2006 (hierna "het Protocol" genoemd).
Art. 3.§ 1. Voor de toepassing door België van artikel 27 van de Overeenkomst, zoals gewijzigd door het Protocol, mag er inzonderheid van uitgegaan worden, behoudens tegenbewijs, dat het belangrijkste doel of één van de belangrijkste doelstellingen van een persoon die betrokken is bij het creëren of het overdragen van een recht of een schuldvordering uit hoofde waarvan inkomsten uit schuldvorderingen of royalty's uit Belgische bronnen worden betaald aan een vennootschap die inwoner is van de Republiek der Seychellen, erin bestaat de voordelen te verkrijgen van artikel 11 of 12 van de Overeenkomst door middel van het creëren of overdragen van dat recht of die schuldvordering, wanneer de drie volgende voorwaarden gelijktijdig vervuld zijn: - één of meerdere inwoners van België bezitten rechtstreeks of onrechtstreeks meer dan 50 % van het kapitaal van die vennootschap, - het nominale of effectieve tarief van de Seychelse belasting waaraan de betaalde inkomsten uit schuldvorderingen of royalty's onderworpen zijn in hoofde van de genoemde vennootschap is lager dan 15 %, - genoemde vennootschap oefent in de Republiek der Seychellen niet actief een effectief nijverheids- of handelsbedrijf uit, of, indien zij aldaar toch actief een dergelijk bedrijf uitoefent, heeft de in België gevraagde vrijstelling of vermindering van belasting geen betrekking op inkomsten uit schuldvorderingen of royalty's die voortkomen uit schuldvorderingen of rechten waarvan het creëren of overdragen vereist is door die bedrijfsactiviteit. § 2. Een vennootschap wordt niet geacht in de Republiek der Seychellen actief een effectief nijverheids- of handelsbedrijf uit te oefenen wanneer die vennootschap: - een beleggingsvennootschap is, - een financieringsvennootschap is (niet zijnde een bank), - een vennootschap is die zich uitsluitend of hoofdzakelijk bezighoudt met dienstverrichtingen van financiële aard ten voordele van vennootschappen die met de dienstverrichtende vennootschap rechtstreeks of onrechtstreeks een groep vormen, - een thesaurievennootschap is, of - een vennootschap is die een portefeuillebelegging bezit, of een auteursrecht, een octrooi, een fabrieks- of handelsmerk, een tekening, een model, een plan, een geheim recept of een geheime werkwijze, die in totaal meer dan één derde vertegenwoordigen van de activa van de vennootschap en dat bezit geen deel uitmaakt van de actieve uitoefening van een effectief nijverheids- of handelsbedrijf.
Kondigen deze wet af, bevelen dat zij met 's Lands zegel zal worden bekleed en door het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.
Gegeven te Brussel, 30 juni 2015.
FILIP Van Koningswege : De minister van Buitenlandse Zaken, D. REYNDERS De minister van Financiën, J. VAN OVERTVELDT Met 's Lands zegel gezegeld : De Minister van Justitie, K. GEENS _______ Nota's (1) Kamer van volksvertegenwoordigers (www.dekamer.be): Stukken: 54-1020.
Integraal verslag: 19/05/2015. (2) Zie Decreet van de Vlaamse Gemeenschap/het Vlaamse Gewest van 7 juni 2013 (Belgisch Staatsblad van 9 juli 2013), Decreet van het Waalse Gewest van 13 maart 2014 (Belgisch Staatsblad van 28 maart 2014), Ordonnantie van het Brusselse Hoofdstedelijk Gewest van 27 maart 2014 (Belgisch Staatsblad van 9 mei 2014).(3) Inwerkingtreding. Overeenkomst 2006 : 10/09/2015.
Protocol 2009 : 22/06/2016.
Overeenkomst tussen het Koninkrijk België EN de Republiek DEr SEYCHELLEN tot het vermijden van dubbele belasting en TOT het voorkomen van het ontDUIKEN van belasting inzake belastingen naar het inkomen De Regering van het Koninkrijk België en de Regering van de Republiek der Seychellen, Wensende een Overeenkomst te sluiten tot het vermijden van dubbele belasting en tot het voorkomen van het ontduiken van belasting inzake belastingen naar het inkomen, Zijn het volgende overeengekomen : Artikel 1 Personen op wie de Overeenkomst van toepassing is Deze Overeenkomst is van toepassing op personen die inwoner zijn van één of van beide overeenkomstsluitende Staten.
Artikel 2 Belastingen waarop de Overeenkomst van toepassing is 1. Deze Overeenkomst is van toepassing op belastingen naar het inkomen die, ongeacht de wijze van heffing, worden geheven ten behoeve van een overeenkomstsluitende Staat of van de staatkundige onderdelen of plaatselijke gemeenschappen daarvan.2. Als belastingen naar het inkomen worden beschouwd alle belastingen die worden geheven naar het gehele inkomen of naar bestanddelen van het inkomen, daaronder begrepen belastingen naar voordelen verkregen uit de vervreemding van roerende of onroerende goederen, belastingen naar het totale bedrag van door ondernemingen betaalde lonen of salarissen, alsmede belastingen naar waardevermeerdering.3. De bestaande belastingen waarop de Overeenkomst van toepassing is, zijn met name : a) in het Koninkrijk België : (i) de personenbelasting; (ii) de vennootschapsbelasting; (iii) de rechtspersonenbelasting; (iv) de belasting van niet-inwoners, (v) de aanvullende crisisbijdrage, met inbegrip van de voorheffingen en de opcentiemen op die belastingen en voorheffingen (hierna te noemen "Belgische belasting");b) in de Republiek der Seychellen : - de business tax (hierna te noemen "Seychelse belasting").4. De Overeenkomst is ook van toepassing op alle gelijke of in wezen gelijksoortige belastingen die na de datum van de ondertekening van de Overeenkomst naast of in de plaats van de bestaande belastingen worden geheven.De bevoegde autoriteiten van de overeenkomstsluitende Staten delen elkaar alle belangrijke wijzigingen die in hun onderscheidene belastingwetten zijn aangebracht, mede.
Artikel 3 Algemene bepalingen 1. Voor de toepassing van deze Overeenkomst, tenzij het zinsverband anders vereist : a) betekent de uitdrukking "België" het Koninkrijk België;in aardrijkskundig verband gebruikt, betekent zij het grondgebied van het Koninkrijk België, daaronder begrepen de territoriale zee en de maritieme zones en de luchtgebieden waarover het Koninkrijk België, in overeenstemming met het internationaal recht, soevereine rechten of rechtsmacht uitoefent; b) betekent de uitdrukking "Seychellen" de Republiek der Seychellen; in aardrijkskundig verband gebruikt, betekent zij haar grondgebied en elke zone van het luchtruim waarover de Republiek der Seychellen, in overeenstemming met het internationaal recht, soevereine rechten of rechtsmacht uitoefent, en de exclusieve economische zone en het continentaal plat waarover de Republiek der Seychellen soevereine rechten of rechtsmacht uitoefent in overeenstemming met de bepalingen van het Verdrag van de Verenigde Naties inzake het recht van de zee; c) betekenen de uitdrukkingen "een overeenkomstsluitende Staat" en "de andere overeenkomstsluitende Staat" het Koninkrijk België of de Republiek der Seychellen, al naar het zinsverband vereist;d) omvat de uitdrukking "persoon" een natuurlijke persoon, een vennootschap en elke andere vereniging van personen;e) betekent de uitdrukking "vennootschap" elke rechtspersoon of elke entiteit die voor de belastingheffing in de overeenkomstsluitende Staat waarvan zij inwoner is, als een rechtspersoon wordt behandeld;f) heeft de uitdrukking "onderneming" betrekking op het uitoefenen van eender welk bedrijf;g) betekenen de uitdrukkingen "onderneming van een overeenkomstsluitende Staat" en "onderneming van de andere overeenkomstsluitende Staat" respectievelijk een onderneming gedreven door een inwoner van een overeenkomstsluitende Staat en een onderneming gedreven door een inwoner van de andere overeenkomstsluitende Staat;h) betekent de uitdrukking "internationaal verkeer" elk vervoer door een schip of luchtvaartuig dat wordt geëxploiteerd door een onderneming die haar plaats van werkelijke leiding in een overeenkomstsluitende Staat heeft, behalve indien het schip of luchtvaartuig slechts tussen in de andere overeenkomstsluitende Staat gelegen plaatsen wordt geëxploiteerd;i) betekent de uitdrukking "onderdaan", met betrekking tot een overeenkomstsluitende Staat : (i) elke natuurlijke persoon die de nationaliteit of het staatsburgerschap van die overeenkomstsluitende Staat bezit;en (ii) elke rechtspersoon, deelgenootschap (partnership) of vereniging waarvan de rechtspositie als zodanig is ontleend aan de wetgeving die in die overeenkomstsluitende Staat van kracht is; j) betekent de uitdrukking "bevoegde autoriteit" : (i) in België, de Minister van Financiën of zijn bevoegde vertegenwoordiger, en (ii) in de Seychellen, de Minister van Financiën of zijn bevoegde vertegenwoordiger;k) omvat de uitdrukking "bedrijf" het uitoefenen van een vrij beroep en het uitoefenen van andere werkzaamheden van zelfstandige aard.2. Voor de toepassing van de Overeenkomst op enig ogenblik door een overeenkomstsluitende Staat heeft, tenzij het zinsverband anders vereist, elke daarin niet omschreven uitdrukking de betekenis welke die uitdrukking op dat ogenblik heeft volgens het recht van die Staat met betrekking tot de belastingen waarop de Overeenkomst van toepassing is;elke betekenis onder het toepasselijke belastingrecht van die Staat heeft voorrang op een betekenis welke aan die uitdrukking wordt gegeven onder andere rechtsgebieden van die Staat.
Artikel 4 Inwoner 1. Voor de toepassing van deze Overeenkomst betekent de uitdrukking "inwoner van een overeenkomstsluitende Staat" iedere persoon die, ingevolge de wetgeving van die Staat, aldaar aan belasting is onderworpen op grond van zijn woonplaats, verblijf, plaats van leiding of enige andere soortgelijke omstandigheid, en omvat eveneens die Staat en alle staatkundige onderdelen of plaatselijke gemeenschappen daarvan.Die uitdrukking omvat echter niet personen die in die Staat alleen terzake van inkomsten uit in die Staat gelegen bronnen aan belasting zijn onderworpen. 2. Indien een natuurlijke persoon ingevolge de bepalingen van paragraaf 1 inwoner van beide overeenkomstsluitende Staten is, wordt zijn toestand als volgt geregeld : a) hij wordt geacht alleen inwoner te zijn van de Staat waar hij een duurzaam tehuis tot zijn beschikking heeft;indien hij in beide Staten een duurzaam tehuis tot zijn beschikking heeft, wordt hij geacht alleen inwoner te zijn van de Staat waarmee zijn persoonlijke en economische betrekkingen het nauwst zijn (middelpunt van de levensbelangen); b) indien niet kan worden bepaald in welke overeenkomstsluitende Staat hij het middelpunt van zijn levensbelangen heeft of indien hij in geen van de Staten een duurzaam tehuis tot zijn beschikking heeft, wordt hij geacht alleen inwoner te zijn van de Staat waar hij gewoonlijk verblijft;c) indien hij gewoonlijk verblijft in beide Staten, of in geen van beide, wordt hij geacht alleen inwoner te zijn van de Staat waarvan hij onderdaan is;d) indien de toestand van de inwoner niet kan worden vastgesteld op grond van subparagrafen a) tot c), in die volgorde, regelen de bevoegde autoriteiten van de overeenkomstsluitende Staten de aangelegenheid in onderlinge overeenstemming.3. Indien een andere dan een natuurlijke persoon ingevolge de bepalingen van paragraaf 1 inwoner is van beide overeenkomstsluitende Staten, wordt hij geacht alleen inwoner te zijn van de Staat waar de plaats van zijn werkelijke leiding is gelegen. Artikel 5 Vaste inrichting 1. Voor de toepassing van deze Overeenkomst betekent de uitdrukking "vaste inrichting" een vaste bedrijfsinrichting met behulp waarvan de werkzaamheden van een onderneming geheel of gedeeltelijk worden uitgeoefend.2. De uitdrukking "vaste inrichting" omvat in het bijzonder : a) een plaats waar leiding wordt gegeven;b) een filiaal;c) een kantoor;d) een fabriek;e) een werkplaats;f) een mijn, een olie- of gasbron, een steengroeve of enige andere plaats waar natuurlijke rijkdommen worden gewonnen;g) een plaats van uitvoering van een bouwwerk, van constructie-, assemblage- of installatiewerkzaamheden of van werkzaamheden van toezicht daarop, indien de duur van dat bouwwerk of van die werkzaamheden een tijdperk van twaalf maanden overschrijdt;h) het verstrekken van diensten, daaronder begrepen adviezen, door een onderneming door middel van werknemers of ander personeel die de onderneming daarvoor in dienst heeft genomen, doch alleen indien zodanige werkzaamheden (voor dezelfde of ermede verband houdende werkzaamheden) in de overeenkomstsluitende Staat worden uitgeoefend gedurende een tijdvak of tijdvakken waarvan de duur in totaal zes maanden in enig tijdvak van twaalf maanden te boven gaat.3. Niettegenstaande de voorgaande bepalingen van dit artikel wordt een "vaste inrichting" niet aanwezig geacht indien : a) gebruik wordt gemaakt van inrichtingen, uitsluitend voor de opslag, uitstalling of aflevering van aan de onderneming toebehorende goederen;b) een voorraad van aan de onderneming toebehorende goederen wordt aangehouden, uitsluitend voor opslag, uitstalling of aflevering;c) een voorraad van aan de onderneming toebehorende goederen wordt aangehouden, uitsluitend voor de bewerking of verwerking door een andere onderneming;d) een vaste bedrijfsinrichting wordt aangehouden, uitsluitend om voor de onderneming goederen aan te kopen of inlichtingen in te winnen;e) een vaste bedrijfsinrichting wordt aangehouden, uitsluitend om voor de onderneming andere werkzaamheden te verrichten, die van voorbereidende aard zijn of het karakter van hulpwerkzaamheden hebben;f) een vaste bedrijfsinrichting wordt aangehouden, uitsluitend om verscheidene van de in de subparagrafen a) tot e) vermelde werkzaamheden te verrichten, op voorwaarde dat het geheel van de werkzaamheden van de vaste bedrijfsinrichting van voorbereidende aard is of het karakter van hulpwerkzaamheden heeft.4. Indien een persoon - niet zijnde een onafhankelijke vertegenwoordiger op wie paragraaf 5 van toepassing is - voor een onderneming werkzaam is en in een overeenkomstsluitende Staat een machtiging bezit om namens de onderneming overeenkomsten af te sluiten en dit recht aldaar gewoonlijk uitoefent, wordt die onderneming, niettegenstaande de bepalingen van de paragrafen 1 en 2, geacht een vaste inrichting in die Staat te hebben voor alle werkzaamheden welke deze persoon voor de onderneming verricht, tenzij de werkzaamheden van die persoon beperkt blijven tot de in paragraaf 3 vermelde werkzaamheden die, indien zij met behulp van een vaste bedrijfsinrichting zouden worden verricht, die vaste bedrijfsinrichting niet tot een vaste inrichting zouden stempelen ingevolge de bepalingen van die paragraaf.5. Een onderneming wordt niet geacht een vaste inrichting in een overeenkomstsluitende Staat te bezitten op grond van de enkele omstandigheid dat zij in die Staat zaken doet door middel van een makelaar, een algemeen commissionair of enige andere onafhankelijke vertegenwoordiger, op voorwaarde dat deze personen in de normale uitoefening van hun bedrijf handelen.6. Niettegenstaande de bepalingen van paragrafen 4 en 5 wordt een verzekeringsonderneming van een overeenkomstsluitende Staat, behalve wat herverzekeringsverrichtingen betreft, geacht een vaste inrichting in de andere Staat te bezitten, wanneer zij in die andere Staat premies int of aldaar gelegen risico's verzekert door bemiddeling van een aldaar gevestigde vertegenwoordiger, met uitsluiting van een onafhankelijke vertegenwoordiger als bedoeld in paragraaf 5, tenzij hij een machtiging bezit om namens de onderneming overeenkomsten af te sluiten en dit recht gewoonlijk uitoefent.7. De enkele omstandigheid dat een vennootschap die inwoner is van een overeenkomstsluitende Staat, een vennootschap beheerst of door een vennootschap wordt beheerst, die inwoner is van de andere overeenkomstsluitende Staat of die in die andere Staat zaken doet (hetzij met behulp van een vaste inrichting, hetzij op andere wijze), stempelt één van beide vennootschappen niet tot een vaste inrichting van de andere. Artikel 6 Inkomsten uit onroerende goederen 1. Inkomsten die een inwoner van een overeenkomstsluitende Staat verkrijgt uit in de andere overeenkomstsluitende Staat gelegen onroerende goederen (daaronder begrepen inkomsten uit landbouw of bosbedrijven) mogen in die andere overeenkomstsluitende Staat worden belast.2. De uitdrukking "onroerende goederen" heeft de betekenis die daaraan wordt toegekend door het recht van de overeenkomstsluitende Staat waar de desbetreffende goederen zijn gelegen.De uitdrukking omvat in ieder geval de goederen die bij de onroerende goederen behoren, levende en dode have van landbouw- en bosbedrijven, rechten waarop de bepalingen van het privaatrecht betreffende de grondeigendom van toepassing zijn, vruchtgebruik van onroerende goederen en rechten op veranderlijke of vaste vergoedingen ter zake van de exploitatie, of het recht tot exploitatie, van minerale aardlagen, bronnen en andere bodemrijkdommen. Schepen en luchtvaartuigen worden niet als onroerende goederen beschouwd. 3. De bepalingen van paragraaf 1 zijn van toepassing op inkomsten verkregen uit de rechtstreekse exploitatie of het rechtstreekse genot, uit het verhuren of verpachten, of uit elke andere vorm van exploitatie van onroerende goederen.4. De bepalingen van de paragrafen 1 en 3 zijn ook van toepassing op inkomsten uit onroerende goederen van een onderneming.5. Voor de toepassing van dit artikel omvat de uitdrukking "landbouw" ook visteelt, en het verwerken en kweken van in het water levende diersoorten, inzonderheid met inbegrip van garnalen, rivierkreeften, oesters en schaaldieren. Artikel 7 Ondernemingswinst 1. Winst van een onderneming van een overeenkomstsluitende Staat is slechts in die Staat belastbaar, tenzij de onderneming in de andere overeenkomstsluitende Staat haar bedrijf uitoefent met behulp van een aldaar gevestigde vaste inrichting.Indien de onderneming aldus haar bedrijf uitoefent, mag de winst van de onderneming in de andere Staat worden belast, maar slechts in zoverre als zij aan die vaste inrichting kan worden toegerekend. 2. Onder voorbehoud van de bepalingen van paragraaf 3 wordt, indien een onderneming van een overeenkomstsluitende Staat in de andere overeenkomstsluitende Staat haar bedrijf uitoefent met behulp van een aldaar gevestigde vaste inrichting, in elke overeenkomstsluitende Staat aan die vaste inrichting de winst toegerekend die zij geacht zou kunnen worden te behalen indien zij een onafhankelijke onderneming zou zijn, die dezelfde of soortgelijke werkzaamheden zou uitoefenen onder dezelfde of soortgelijke omstandigheden en die geheel onafhankelijk zou handelen.3. Bij het bepalen van de winst van een vaste inrichting worden in aftrek toegelaten kosten, daaronder begrepen kosten van leiding en algemene beheerskosten, die ten behoeve van de vaste inrichting zijn gemaakt hetzij in de Staat waar de vaste inrichting is gevestigd, hetzij elders.4. Voor zover het in een overeenkomstsluitende Staat gebruikelijk is de aan een vaste inrichting toe te rekenen winst te bepalen op basis van een verdeling van de totale winst van de onderneming over haar verschillende delen, belet paragraaf 2 die overeenkomstsluitende Staat niet de te belasten winst te bepalen volgens de gebruikelijke verdeling.De gevolgde methode van verdeling moet echter zodanig zijn dat het resultaat in overeenstemming is met de in dit artikel neergelegde beginselen. 5. Geen winst wordt aan een vaste inrichting toegerekend enkel op grond van aankoop door die vaste inrichting van goederen voor de onderneming.6. Voor de toepassing van de voorgaande paragrafen wordt de aan de vaste inrichting toe te rekenen winst van jaar tot jaar volgens dezelfde methode bepaald, tenzij er een goede en genoegzame reden bestaat om hiervan af te wijken.7. Indien in de winst inkomstenbestanddelen zijn begrepen die afzonderlijk in andere artikelen van deze Overeenkomst worden behandeld, worden de bepalingen van die artikelen niet aangetast door de bepalingen van dit artikel. Artikel 8 Zeevaart en luchtvaart 1. Winst uit de exploitatie van schepen of luchtvaartuigen in internationaal verkeer is slechts belastbaar in de overeenkomstsluitende Staat waar de plaats van de werkelijke leiding van de onderneming is gelegen.2. Voor de toepassing van dit artikel omvat winst uit de exploitatie van schepen of luchtvaartuigen in internationaal verkeer met name : a) winst verkregen uit het verhuren door de onderneming van schepen of luchtvaartuigen met volledige uitrusting, bemanning en voorraden;b) winst verkregen uit het verhuren door de onderneming van onbemande schepen of luchtvaartuigen, gebruikt in internationaal verkeer, wanneer dergelijke verhuring bijkomend is ten opzichte van het passagiers- of vrachtvervoer;c) winst verkregen uit het verhuren door de onderneming van laadkisten wanneer dergelijke verhuring bijkomend is ten opzichte van het vrachtvervoer.3. Voor de toepassing van dit artikel zal interest uit fondsen die rechtstreeks zijn verbonden met de exploitatie van schepen of luchtvaartuigen in internationaal verkeer beschouwd worden als inkomen of winst verkregen uit de exploitatie van dergelijke schepen of luchtvaartuigen en zullen de bepalingen van artikel 11 niet van toepassing zijn met betrekking tot zulke interest.4. Indien de plaats van de werkelijke leiding van een zeescheepvaartonderneming zich aan boord van een schip bevindt, wordt deze plaats geacht te zijn gelegen in de overeenkomstsluitende Staat waar het schip zijn thuishaven heeft, of, indien er geen thuishaven is, in de overeenkomstsluitende Staat waarvan de exploitant van het schip inwoner is.5. De bepalingen van paragraaf 1 zijn ook van toepassing op winst verkregen uit de deelneming in een pool, een gemeenschappelijk bedrijf of een internationaal bedrijfslichaam. Artikel 9 Afhankelijke ondernemingen 1. Indien : a) een onderneming van een overeenkomstsluitende Staat onmiddellijk of middellijk deelneemt aan de leiding van, aan het toezicht op, dan wel in het kapitaal van een onderneming van de andere overeenkomstsluitende Staat, of b) dezelfde personen onmiddellijk of middellijk deelnemen aan de leiding van, aan het toezicht op, dan wel in het kapitaal van een onderneming van een overeenkomstsluitende Staat en van een onderneming van de andere overeenkomstsluitende Staat, en, in het ene of in het andere geval, tussen de twee ondernemingen in hun handelsbetrekkingen of financiële betrekkingen, voorwaarden worden overeengekomen of opgelegd die afwijken van die welke zouden worden overeengekomen tussen onafhankelijke ondernemingen, mag winst die één van de ondernemingen zonder deze voorwaarden zou hebben behaald maar ten gevolge van die voorwaarden niet heeft behaald, worden begrepen in de winst van die onderneming en dienovereenkomstig worden belast.2. Indien een overeenkomstsluitende Staat in de winst van een onderneming van die Staat winst opneemt - en dienovereenkomstig belast - ter zake waarvan een onderneming van de andere overeenkomstsluitende Staat in die andere Staat is belast, en de aldus opgenomen winst winst is die de onderneming van de eerstbedoelde Staat zou hebben behaald indien tussen de twee ondernemingen zodanige voorwaarden zouden zijn overeengekomen als tussen onafhankelijke ondernemingen zouden zijn overeengekomen, herziet de andere Staat op de wijze welke die Staat passend acht, het bedrag aan belasting dat aldaar over die winst is geheven.Bij deze herziening wordt rekening gehouden met de overige bepalingen van deze Overeenkomst en, indien nodig, plegen de bevoegde autoriteiten van de overeenkomstsluitende Staten overleg met elkaar.
Artikel 10 Dividenden 1. Dividenden betaald door een vennootschap die inwoner is van een overeenkomstsluitende Staat aan een inwoner van de andere overeenkomstsluitende Staat, mogen in die andere Staat worden belast.2. Die dividenden mogen echter ook in de overeenkomstsluitende Staat waarvan de vennootschap die de dividenden betaalt inwoner is worden belast, overeenkomstig de wetgeving die in die Staat van kracht is, maar indien de uiteindelijk gerechtigde tot de dividenden inwoner is van de andere overeenkomstsluitende Staat, mag de aldus geheven belasting niet hoger zijn dan : a) 5 percent van het brutobedrag van de dividenden indien de uiteindelijk gerechtigde een vennootschap is die onmiddellijk ten minste 10 percent bezit van het kapitaal van de vennootschap die de dividenden betaalt;b) 15 percent van het brutobedrag van de dividenden in alle andere gevallen. Niettegenstaande de voorgaande bepalingen van deze paragraaf worden dividenden niet belast in de overeenkomstsluitende Staat waarvan de vennootschap die de dividenden betaalt inwoner is indien de uiteindelijk gerechtigde tot de dividenden een vennootschap is die inwoner is van de andere Staat en die op het tijdstip waarop de dividenden worden betaald gedurende een ononderbroken tijdperk van ten minste twaalf maanden aandelen in haar bezit heeft die onmiddellijk ten minste 25 percent vertegenwoordigen van het kapitaal van de vennootschap die de dividenden betaalt.
Deze paragraaf laat onverlet de belastingheffing van de vennootschap ter zake van de winst waaruit de dividenden worden betaald. 3. De uitdrukking "dividenden", zoals gebezigd in dit artikel, betekent inkomsten uit aandelen, winstaandelen of winstbewijzen, mijnaandelen, oprichtersaandelen of andere rechten (niet zijnde schuldvorderingen) op een aandeel in de winst, alsmede inkomsten - zelfs indien zij worden betaald in de vorm van interest - die, volgens de belastingwetgeving van de Staat waarvan de betalende vennootschap inwoner is, op dezelfde wijze als inkomsten uit aandelen in de belastingheffing worden betrokken.4. De bepalingen van de paragrafen 1 en 2 zijn niet van toepassing indien de uiteindelijk gerechtigde tot de dividenden, die inwoner is van een overeenkomstsluitende Staat, in de andere overeenkomstsluitende Staat waarvan de vennootschap die de dividenden betaalt inwoner is, een bedrijf met behulp van een aldaar gevestigde vaste inrichting uitoefent en het aandelenbezit uit hoofde waarvan de dividenden worden betaald met die vaste inrichting wezenlijk is verbonden.In dat geval zijn de bepalingen van artikel 7 van toepassing. 5. Indien een vennootschap die inwoner is van een overeenkomstsluitende Staat winst of inkomsten verkrijgt uit de andere overeenkomstsluitende Staat, mag die andere Staat geen belasting heffen op dividenden die door de vennootschap worden betaald, behalve voor zover die dividenden aan een inwoner van die andere Staat worden betaald of voor zover het aandelenbezit uit hoofde waarvan de dividenden worden betaald wezenlijk is verbonden met een in die andere Staat gelegen vaste inrichting, noch de niet uitgedeelde winst van de vennootschap onderwerpen aan een belasting op niet uitgedeelde winst, zelfs indien de betaalde dividenden of de niet uitgedeelde winst geheel of gedeeltelijk bestaan uit winst of inkomsten die uit die andere Staat afkomstig zijn. Artikel 11 Interest 1. Interest afkomstig uit een overeenkomstsluitende Staat en betaald aan een inwoner van de andere overeenkomstsluitende Staat mag in die andere Staat worden belast.2. Deze interest mag ook in de overeenkomstsluitende Staat waaruit hij afkomstig is worden belast, overeenkomstig de wetgeving die in die Staat van kracht is, maar indien de uiteindelijk gerechtigde tot de interest inwoner is van de andere overeenkomstsluitende Staat, mag de aldus geheven belasting niet hoger zijn dan 10 percent van het brutobedrag van de interest. De aldus geheven belasting mag echter niet hoger zijn dan 5 percent van het brutobedrag van de interest van handelsschuldvorderingen - met inbegrip van vorderingen vertegenwoordigd door handelspapier - wegens termijnbetaling van leveringen van koopwaar, goederen of diensten door ondernemingen. 3. Niettegenstaande de bepalingen van paragraaf 2 is interest vrijgesteld in de overeenkomstsluitende Staat waaruit hij afkomstig is indien het gaat om : a) interest betaald uit hoofde van een lening die is toegestaan, gewaarborgd of verzekerd, of een krediet dat is verleend, gewaarborgd of verzekerd in het kader van een stelsel dat door een overeenkomstsluitende Staat of door een staatkundig onderdeel of een plaatselijke gemeenschap daarvan werd georganiseerd voor het bevorderen van de uitvoer;b) interest van niet door effecten aan toonder vertegenwoordigde schuldvorderingen of leningen van welke aard ook, betaald aan een bankonderneming;c) interest van gelddeposito's die door een onderneming worden geplaatst bij een bankonderneming;d) interest betaald aan de andere overeenkomstsluitende Staat of aan een staatkundig onderdeel of plaatselijke gemeenschap daarvan, daaronder begrepen, wat België betreft, de Nationale Bank van België en wat de Seychellen betreft de Central Bank of Seychelles en de Development Bank of Seychelles;e) interest betaald aan elk publiekrechtelijk lichaam dat of elke instelling die volledig of hoofdzakelijk in het bezit is van de overeenkomstsluitende Staten en waaromtrent tussen de bevoegde autoriteiten van beide overeenkomstsluitende Staten op bepaalde tijdstippen overeenstemming is bereikt.4. De uitdrukking "interest", zoals gebezigd in dit artikel, betekent inkomsten uit schuldvorderingen van welke aard ook, al dan niet gewaarborgd door hypotheek en al dan niet aanspraak gevend op een aandeel in de winst van de schuldenaar, en in het bijzonder inkomsten uit overheidsleningen en obligaties, met inbegrip van premies en loten op die effecten.Voor de toepassing van dit artikel omvat deze uitdrukking echter niet boeten voor laattijdige betaling, interest vermeld in artikel 8, paragraaf 3 of interest die overeenkomstig artikel 10, paragraaf 3, als dividenden wordt behandeld. 5. De bepalingen van de paragrafen 1, 2 en 3 zijn niet van toepassing indien de uiteindelijk gerechtigde tot de interest, die inwoner is van een overeenkomstsluitende Staat, in de andere overeenkomstsluitende Staat waaruit de interest afkomstig is, een bedrijf uitoefent met behulp van een aldaar gevestigde vaste inrichting en de schuldvordering uit hoofde waarvan de interest verschuldigd is, wezenlijk verbonden is met die vaste inrichting.In dat geval zijn de bepalingen van artikel 7 van toepassing. 6. Interest wordt geacht uit een overeenkomstsluitende Staat afkomstig te zijn indien de schuldenaar een inwoner van die Staat is.Indien evenwel de schuldenaar van de interest, ongeacht of hij inwoner van een overeenkomstsluitende Staat is of niet, in een overeenkomstsluitende Staat een vaste inrichting heeft waarvoor de schuld ter zake waarvan de interest wordt betaald is aangegaan en die interest ten laste komt van die vaste inrichting, wordt die interest geacht afkomstig te zijn uit de overeenkomstsluitende Staat waar de vaste inrichting gevestigd is. 7. Indien, ten gevolge van een bijzondere verhouding tussen de schuldenaar en de uiteindelijk gerechtigde of tussen hen beiden en een derde, het bedrag van de interest, gelet op de schuldvordering waarvoor hij wordt betaald, hoger is dan het bedrag dat zonder zulk een verhouding door de schuldenaar en de uiteindelijk gerechtigde zou zijn overeengekomen, zijn de bepalingen van dit artikel enkel op het laatstbedoelde bedrag van de interest van toepassing.In dat geval blijft het daarboven uitgaande deel van de betalingen belastbaar overeenkomstig de wetgeving van elke overeenkomstsluitende Staat en met inachtneming van de overige bepalingen van deze Overeenkomst.
Artikel 12 Royalty's 1. Royalty's afkomstig uit een overeenkomstsluitende Staat en betaald aan een inwoner van de andere overeenkomstsluitende Staat mogen in die andere Staat worden belast.2. Deze royalty's mogen echter ook in de overeenkomstsluitende Staat waaruit zij afkomstig zijn worden belast, overeenkomstig de wetgeving die in die Staat van kracht is, maar indien de uiteindelijk gerechtigde tot de royalty's inwoner is van de andere overeenkomstsluitende Staat, mag de aldus geheven belasting niet hoger zijn dan 5 percent van het brutobedrag van de royalty's.3. De uitdrukking "royalty's", zoals gebezigd in dit artikel, betekent vergoedingen van welke aard ook voor het gebruik van, of voor het recht van gebruik van, een auteursrecht op een werk op het gebied van letterkunde, kunst of wetenschap, daaronder begrepen computersoftware, bioscoopfilms of films, banden of platen voor radio of televisie, van een octrooi, een fabrieks- of handelsmerk, een tekening, een model, een plan, een geheim recept of een geheime werkwijze of voor inlichtingen omtrent ervaringen op het gebied van nijverheid, handel of wetenschap.4. De bepalingen van paragrafen 1 en 2 zijn niet van toepassing indien de uiteindelijk gerechtigde tot de royalty's, die inwoner is van een overeenkomstsluitende Staat, in de andere overeenkomstsluitende Staat waaruit de royalty's afkomstig zijn een bedrijf uitoefent met behulp van een aldaar gevestigde vaste inrichting en het recht of het goed uit hoofde waarvan de royalty's verschuldigd zijn wezenlijk verbonden is met die vaste inrichting.In dat geval zijn de bepalingen van artikel 7 van toepassing. 5. Royalty's worden geacht uit een overeenkomstsluitende Staat afkomstig te zijn indien de schuldenaar een inwoner van die Staat is. Indien evenwel de schuldenaar van de royalty's, ongeacht of hij inwoner van een overeenkomstsluitende Staat is of niet, in een overeenkomstsluitende Staat een vaste inrichting heeft waarvoor de verbintenis uit hoofde waarvan de royalty's worden betaald is aangegaan en die de last van de royalty's draagt, worden die royalty's geacht afkomstig te zijn uit de Staat waar de vaste inrichting gevestigd is. 6. Indien, tengevolge van een bijzondere verhouding tussen de schuldenaar en de uiteindelijk gerechtigde of tussen hen beiden en een derde, het bedrag van de royalty's, gelet op het gebruik, het recht of de inlichtingen waarvoor zij worden betaald, hoger is dan het bedrag dat zonder zulk een verhouding door de schuldenaar en de uiteindelijk gerechtigde zou zijn overeengekomen, zijn de bepalingen van dit artikel slechts op het laatstbedoelde bedrag van toepassing.In dat geval blijft het daarboven uitgaande deel van de betalingen belastbaar overeenkomstig de wetgeving van elke overeenkomstsluitende Staat en met inachtneming van de overige bepalingen van deze Overeenkomst.
Artikel 13 vermogenswinst 1. Voordelen die een inwoner van een overeenkomstsluitende Staat verkrijgt uit de vervreemding van onroerende goederen zoals bedoeld in artikel 6 en die in de andere overeenkomstsluitende Staat zijn gelegen, mogen in die andere Staat worden belast.2. Voordelen verkregen uit de vervreemding van roerende goederen die deel uitmaken van het bedrijfsvermogen van een vaste inrichting die een onderneming van een overeenkomstsluitende Staat in de andere overeenkomstsluitende Staat heeft, daaronder begrepen voordelen verkregen uit de vervreemding van die vaste inrichting (alleen of te zamen met de gehele onderneming), mogen in die andere Staat worden belast.3. Voordelen verkregen uit de vervreemding van schepen of luchtvaartuigen die in internationaal verkeer worden geëxploiteerd of van roerende goederen die bij de exploitatie van die schepen of luchtvaartuigen worden gebruikt, zijn slechts belastbaar in de overeenkomstsluitende Staat waar de plaats van de werkelijke leiding van de onderneming is gelegen.4. Voordelen verkregen uit de vervreemding van alle andere goederen dan die vermeld in de paragrafen 1, 2 en 3, zijn slechts belastbaar in de overeenkomstsluitende Staat waarvan de vervreemder inwoner is. Artikel 14 inkomsten uit een dienstbetrekking 1. Onder voorbehoud van de bepalingen van de artikelen 15, 17 en 18 van deze Overeenkomst, zijn lonen, salarissen en andere soortgelijke beloningen verkregen door een inwoner van een overeenkomstsluitende Staat ter zake van een dienstbetrekking slechts in die Staat belastbaar, tenzij de dienstbetrekking in de andere overeenkomstsluitende Staat wordt uitgeoefend.Indien de dienstbetrekking aldaar wordt uitgeoefend, mogen de ter zake daarvan verkregen beloningen in die andere Staat worden belast. 2. Niettegenstaande de bepalingen van paragraaf 1, zijn beloningen verkregen door een inwoner van een overeenkomstsluitende Staat ter zake van een in de andere overeenkomstsluitende Staat uitgeoefende dienstbetrekking slechts in de eerstbedoelde Staat belastbaar, indien : a) de verkrijger in de andere Staat verblijft gedurende een tijdvak of tijdvakken die in enig tijdperk van twaalf maanden dat aanvangt of eindigt tijdens het betrokken belastbaar tijdperk een totaal van 183 dagen niet te boven gaan, en b) de beloningen worden betaald door of namens een werkgever die geen inwoner is van de andere Staat, en c) de beloningen niet ten laste komen van een vaste inrichting die de werkgever in de andere Staat heeft.3. Niettegenstaande de voorgaande bepalingen van dit artikel, mogen beloningen verkregen ter zake van een dienstbetrekking uitgeoefend aan boord van een schip of luchtvaartuig dat in internationaal verkeer wordt geëxploiteerd, worden belast in de overeenkomstsluitende Staat waar de plaats van de werkelijke leiding van de onderneming is gelegen. Artikel 15 vennootschapsleiding 1. Tantièmes, presentiegelden en andere soortgelijke beloningen, verkregen door een inwoner van een overeenkomstsluitende Staat in zijn hoedanigheid van lid van de raad van bestuur of van toezicht of van een gelijkaardig orgaan van een vennootschap die inwoner is van de andere overeenkomstsluitende Staat, mogen in die andere Staat worden belast. De voorgaande bepaling is ook van toepassing op beloningen verkregen ter zake van de uitoefening van werkzaamheden die, volgens de wetgeving van de overeenkomstsluitende Staat waarvan de vennootschap inwoner is, worden behandeld als werkzaamheden van soortgelijke aard als die welke worden verricht door een persoon die wordt bedoeld in de genoemde bepaling. 2. Beloningen die een persoon op wie paragraaf 1 van toepassing is verkrijgt van een vennootschap die inwoner is van een overeenkomstsluitende Staat ter zake van de uitoefening van dagelijkse werkzaamheden van leidinggevende, technische, commerciële of financiële aard, en beloningen die een inwoner van een overeenkomstsluitende Staat verkrijgt ter zake van zijn dagelijkse werkzaamheid als vennoot in een vennootschap, niet zijnde een vennootschap op aandelen, die inwoner is van een overeenkomstsluitende Staat, mogen overeenkomstig de bepalingen van artikel 14 worden belast alsof het ging om beloningen die een werknemer ter zake van een dienstbetrekking verkrijgt en alsof de werkgever de vennootschap was. Artikel 16 ARTIESTEN en sportbeoefenaars 1. Niettegenstaande de bepalingen van de artikelen 7 en 14, mogen inkomsten die een inwoner van een overeenkomstsluitende Staat verkrijgt uit zijn persoonlijke werkzaamheden die hij in de andere overeenkomstsluitende Staat verricht in de hoedanigheid van artiest, zoals toneelspeler, film-, radio- of televisieartiest, of musicus, of in de hoedanigheid van sportbeoefenaar, in die andere Staat worden belast.2. Indien inkomsten uit werkzaamheden die een artiest of een sportbeoefenaar persoonlijk en als zodanig verricht niet worden toegekend aan de artiest of aan de sportbeoefenaar zelf maar aan een andere persoon, mogen die inkomsten, niettegenstaande de bepalingen van de artikelen 7 en 14, worden belast in de overeenkomstsluitende Staat waar de werkzaamheden van de artiest of de sportbeoefenaar worden verricht.3. Inkomsten die een artiest of een sportbeoefenaar verkrijgt uit werkzaamheden die hij verricht in een overeenkomstsluitende Staat, zijn in die Staat vrijgesteld van belasting indien het bezoek aan die Staat volledig of in hoofdzaak wordt gefinancierd uit de openbare middelen van de andere overeenkomstsluitende Staat of van een staatkundig onderdeel of plaatselijke gemeenschap daarvan, of indien het plaatsvindt in het kader van een culturele overeenkomst of een cultureel akkoord tussen de overeenkomstsluitende Staten of de staatkundige onderdelen daarvan. Artikel 17 Pensioenen 1. Onder voorbehoud van de bepalingen van artikel 18, paragraaf 2, zijn pensioenen en andere soortgelijke beloningen, die worden betaald aan een inwoner van een overeenkomstsluitende Staat ter zake van een vroegere dienstbetrekking, slechts in die Staat belastbaar.2. Niettegenstaande de bepalingen van paragraaf 1 zijn pensioenen en andere soortgelijke betalingen die worden verricht ter uitvoering van de socialezekerheidsregeling van een overeenkomstsluitende Staat of in het kader van een algemeen stelsel dat door die Staat is georganiseerd ter aanvulling van de voordelen waarin zijn sociale wetgeving voorziet, slechts in die Staat belastbaar. Artikel 18 Overheidsfuncties 1. a) Lonen, salarissen en andere soortgelijke beloningen, niet zijnde pensioenen, betaald door een overeenkomstsluitende Staat of een staatkundig onderdeel of plaatselijke gemeenschap daarvan aan een natuurlijke persoon, ter zake van diensten bewezen aan die Staat of aan dat onderdeel of die gemeenschap, zijn slechts in die Staat belastbaar.b) Die lonen, salarissen en andere soortgelijke beloningen zijn evenwel slechts in de andere overeenkomstsluitende Staat belastbaar indien de diensten in die Staat worden bewezen en de natuurlijke persoon inwoner van die Staat is, die : (i) onderdaan is van die Staat;of (ii) niet uitsluitend met het oog op het bewijzen van de diensten inwoner van die Staat is geworden. 2. Pensioenen en andere soortgelijke beloningen door een overeenkomstsluitende Staat of een staatkundig onderdeel of plaatselijke gemeenschap daarvan, hetzij rechtstreeks, hetzij uit door hen in het leven geroepen fondsen, betaald aan een natuurlijke persoon ter zake van diensten bewezen aan die Staat of aan dat onderdeel of die gemeenschap, zijn slechts in die Staat belastbaar.3. De bepalingen van de artikelen 14, 15, 16 en 17 zijn van toepassing op lonen, salarissen, pensioenen en andere soortgelijke beloningen, betaald ter zake van diensten bewezen in het kader van een bedrijf uitgeoefend door een overeenkomstsluitende Staat of door een staatkundig onderdeel of plaatselijke gemeenschap daarvan.4. De bepalingen van paragraaf 1 zijn ook van toepassing op lonen, salarissen en andere soortgelijke beloningen, betaald door een overeenkomstsluitende Staat aan een natuurlijke persoon ter zake van werkzaamheden die in de andere overeenkomstsluitende Staat in het kader van een samenwerkingsakkoord worden uitgeoefend. Artikel 19 Studenten en stagiairs Bedragen die een student of een stagiair die inwoner is, of onmiddellijk vóór zijn bezoek aan een overeenkomstsluitende Staat inwoner was, van de andere overeenkomstsluitende Staat en die uitsluitend voor zijn studie of opleiding in de eerstbedoelde Staat verblijft, ontvangt ten behoeve van zijn onderhoud, studie of opleiding, zijn in die Staat niet belastbaar, op voorwaarde dat die bedragen afkomstig zijn uit bronnen buiten die Staat.
Artikel 20 Andere inkomsten 1. Ongeacht de afkomst ervan zijn bestanddelen van het inkomen van een inwoner van een overeenkomstsluitende Staat die niet in de voorgaande artikelen van deze Overeenkomst worden behandeld, slechts in die Staat belastbaar.2. De bepalingen van paragraaf 1 zijn niet van toepassing op inkomsten, niet zijnde inkomsten uit onroerende goederen als omschreven in artikel 6, paragrafen 2 en 5, indien de verkrijger van die inkomsten, die inwoner is van een overeenkomstsluitende Staat, in de andere overeenkomstsluitende Staat een bedrijf uitoefent met behulp van een aldaar gevestigde vaste inrichting, en het recht of het goed dat de inkomsten oplevert wezenlijk verbonden is met die vaste inrichting.In dat geval zijn de bepalingen van artikel 7 van toepassing. 3. Niettegenstaande de bepalingen van paragrafen 1 en 2, mogen bestanddelen van het inkomen van een inwoner van een overeenkomstsluitende Staat die niet in de voorgaande artikelen van de Overeenkomst worden behandeld en die uit de andere overeenkomstsluitende Staat afkomstig zijn, ook in die andere Staat worden belast. Artikel 21 Vermijden van dubbele belasting 1. In België wordt dubbele belasting op de volgende wijze vermeden : a) Indien een inwoner van België inkomsten verkrijgt, niet zijnde dividenden, interest of royalty's, die ingevolge de bepalingen van deze Overeenkomst in de Seychellen mogen worden belast en aldaar zijn belast, stelt België deze inkomsten vrij van belasting, maar om het bedrag van de belasting op het overige inkomen van die inwoner te berekenen, mag België het belastingtarief toepassen dat van toepassing zou zijn indien die inkomsten niet waren vrijgesteld. Indien de Seychelse belasting evenwel minder bedraagt dan 15 percent van het nettobedrag van de door artikel 7 beoogde inkomsten, stelt België die inkomsten niet vrij maar vermindert de Belgische belasting die verhoudingsgewijs overeenstemt met die inkomsten - berekend alsof het inkomsten van Belgische oorsprong betreft - tot de helft.
Niettegenstaande de bepalingen van de eerste zin van deze subparagraaf en elke andere bepaling van deze Overeenkomst, houdt België, voor het berekenen van de door Belgische gemeenten en agglomeraties geheven aanvullende belastingen, rekening met de beroepsinkomsten die conform voormelde eerste zin in België vrijgesteld zijn van belasting. Die aanvullende belastingen worden berekend op de belasting die in België verschuldigd zou zijn indien de desbetreffende beroepsinkomsten uit Belgische bronnen waren behaald. b) Dividenden die een vennootschap die inwoner is van België verkrijgt van een vennootschap die inwoner is van de Seychellen, worden in België vrijgesteld van de vennootschapsbelasting op de voorwaarden en binnen de grenzen die in de Belgische wetgeving zijn bepaald. Indien een vennootschap die inwoner is van België van een vennootschap die inwoner is van de Seychellen dividenden verkrijgt die deel uitmaken van haar samengetelde inkomen dat aan de Belgische belasting is onderworpen en die niet vrijgesteld zijn van de vennootschapsbelasting op grond van de eerste zin van deze subparagraaf, vermindert België de Belgische vennootschapsbelasting op die dividenden met : (i) de Seychelse belasting die overeenkomstig artikel 10 van die dividenden werd geheven; (ii) de Seychelse belasting die werd geheven op het gedeelte van de winst dat als dividend werd betaald aan de Belgische vennootschap; (iii) die vermindering mag niet het deel van de Belgische vennootschapsbelasting overschrijden dat, berekend vóór het verlenen van de vermindering, overeenstemt met de dividenden die werden verkregen van de vennootschap die inwoner is van de Seychellen. c) Indien een inwoner van België inkomsten verkrijgt die deel uitmaken van zijn samengetelde inkomen dat aan de Belgische belasting is onderworpen en die bestaan uit interest of royalty's, wordt, onder voorbehoud van de bepalingen van de Belgische wetgeving betreffende de verrekening van in het buitenland betaalde belastingen met de Belgische belasting, de Seychelse belasting die van die inkomsten werd geheven in mindering gebracht van de Belgische belasting die overeenstemt met die inkomsten.d) Indien verliezen, geleden door een onderneming die door een inwoner van België in een in de Seychellen gelegen vaste inrichting wordt gedreven, voor de belastingheffing van die onderneming in België overeenkomstig de Belgische wetgeving werkelijk in mindering van de winst van die onderneming zijn gebracht, is de vrijstelling ingevolge subparagraaf a) in België niet van toepassing op de winst van andere belastbare tijdperken die aan die inrichting kan worden toegerekend, in zoverre als die winst ook in de Seychellen door de verrekening van die verliezen van belasting is vrijgesteld.2. In de Seychellen wordt dubbele belasting op de volgende wijze vermeden : Indien een inwoner van de Seychellen inkomsten verkrijgt die ingevolge de bepalingen van deze Overeenkomst in België mogen worden belast, verlenen de Seychellen een vermindering op de belasting naar het inkomen van die inwoner tot een bedrag dat gelijk is aan de in België betaalde belasting naar het inkomen, met inbegrip van de vennootschapsbelasting die kan worden toegerekend aan elk dividend dat wordt betaald door een vennootschap die inwoner is van België.Deze vermindering mag echter niet het deel van de belasting overschrijden dat, berekend vóór het verlenen van de vermindering, naargelang het geval, kan worden toegerekend aan het inkomen dat in België mag worden belast.
Ongeacht het bedrag van de betaalde Belgische belasting verlenen de Seychellen geen vermindering voor enig gedeelte van die belasting dat werd betaald ingevolge een gebrek of een verzuim met betrekking tot de belastingen waarop deze Overeenkomst van toepassing is of dat een boete vertegenwoordigt die in verband met deze belastingen werd opgelegd. 3. De belasting die in een overeenkomstsluitende Staat verschuldigd is door een inwoner van de andere overeenkomstsluitende Staat en die vermeld is in de paragrafen 1 en 2, wordt geacht de belasting te omvatten die verschuldigd zou zijn zonder de fiscale stimuli die door de wetgeving van eerstgenoemde overeenkomstsluitende Staat zijn verleend ter bevordering van de economische ontwikkeling.De fiscale stimuli die onder de toepassing van deze paragraaf vallen, worden door de bevoegde autoriteiten van de twee overeenkomstsluitende Staten in onderlinge overeenstemming bepaald.
Artikel 22 non-discriminatie 1. Onderdanen van een overeenkomstsluitende Staat worden in de andere overeenkomstsluitende Staat niet onderworpen aan enige belastingheffing of daarmede verband houdende verplichting, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingen waaraan onderdanen van die andere Staat onder gelijke omstandigheden, inzonderheid met betrekking tot de woonplaats, zijn of kunnen worden onderworpen.Niettegenstaande de bepalingen van artikel 1 is deze bepaling ook van toepassing op personen die geen inwoner zijn van een overeenkomstsluitende Staat of van beide overeenkomstsluitende Staten. 2. Staatlozen die inwoner zijn van een overeenkomstsluitende Staat, worden noch in de ene noch in de andere overeenkomstsluitende Staat onderworpen aan enige belastingheffing of daarmede verband houdende verplichting, die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingen waaraan onderdanen van de desbetreffende Staat onder gelijke omstandigheden, inzonderheid met betrekking tot de woonplaats, zijn of kunnen worden onderworpen 3.De belastingheffing van een vaste inrichting die een onderneming van een overeenkomstsluitende Staat in de andere overeenkomstsluitende Staat heeft, is in die andere Staat niet ongunstiger dan de belastingheffing van ondernemingen van die andere Staat die dezelfde werkzaamheden uitoefenen. Deze bepaling mag niet aldus worden uitgelegd dat zij een overeenkomstsluitende Staat verplicht aan inwoners van de andere overeenkomstsluitende Staat bij de belastingheffing de persoonlijke aftrekken, tegemoetkomingen en verminderingen uit hoofde van de gezinstoestand of gezinslasten te verlenen die hij aan zijn eigen inwoners verleent. 4. Behalve indien de bepalingen van artikel 9, paragraaf 1, artikel 11, paragraaf 7, of artikel 12, paragraaf 6, van deze Overeenkomst van toepassing zijn, worden interest, royalty's en andere uitgaven, die door een onderneming van een overeenkomstsluitende Staat aan een inwoner van de andere overeenkomstsluitende Staat worden betaald, bij het bepalen van de belastbare winst van die onderneming op dezelfde voorwaarden in mindering gebracht, alsof zij aan een inwoner van de eerstgenoemde Staat zouden zijn betaald.5. Ondernemingen van een overeenkomstsluitende Staat, waarvan het kapitaal geheel of ten dele, onmiddellijk of middellijk, in het bezit is van, of wordt beheerst door, één of meer inwoners van de andere overeenkomstsluitende Staat, worden in de eerstbedoelde Staat niet aan enige belastingheffing of daarmede verband houdende verplichting onderworpen die anders of zwaarder is dan de belastingheffing en daarmede verband houdende verplichtingen waaraan andere, soortgelijke ondernemingen van de eerstgenoemde Staat zijn of kunnen worden onderworpen.6. De bepalingen van dit artikel zijn van toepassing op de belastingen die het onderwerp van deze Overeenkomst uitmaken. Artikel 23 Regeling voor onderling overleg 1. Indien een persoon van oordeel is dat de maatregelen van een overeenkomstsluitende Staat of van beide overeenkomstsluitende Staten voor hem leiden of zullen leiden tot een belastingheffing die niet in overeenstemming is met de bepalingen van deze Overeenkomst, kan hij, onverminderd de rechtsmiddelen waarin het interne recht van die Staten voorziet, zijn geval voorleggen aan de bevoegde autoriteit van de overeenkomstsluitende Staat waarvan hij inwoner is, of indien zijn geval onder artikel 22, paragraaf 1, ressorteert, aan die van de overeenkomstsluitende Staat waarvan hij de nationaliteit bezit.Het geval moet worden voorgelegd binnen een termijn van drie jaar vanaf de datum dat de maatregel die een belastingheffing ten gevolge heeft die niet in overeenstemming is met de bepalingen van de Overeenkomst, voor het eerst te zijner kennis is gebracht. 2. De bevoegde autoriteit tracht, indien het bezwaar haar gegrond voorkomt en indien zij niet zelf in staat is tot een bevredigende oplossing ervan te komen, de aangelegenheid in onderlinge overeenstemming met de bevoegde autoriteit van de andere overeenkomstsluitende Staat te regelen, ten einde een belastingheffing die niet in overeenstemming is met de Overeenkomst te vermijden.Elke overeengekomen regeling wordt uitgevoerd ongeacht de termijnen waarin het in terne recht van de overeenkomstsluitende Staten voorziet. 3. De bevoegde autoriteiten van de overeenkomstsluitende Staten trachten moeilijkheden of twijfelpunten die mochten rijzen met betrekking tot de interpretatie of de toepassing van de Overeenkomst in onderlinge overeenstemming op te lossen.4. De bevoegde autoriteiten van de overeenkomstsluitende Staten komen tot overeenstemming omtrent de administratieve maatregelen die voor de uitvoering van de bepalingen van de Overeenkomst nodig zijn en met name omtrent de bewijsstukken die de inwoners van elke overeenkomstsluitende Staat moeten overleggen om in de andere Staat de bij de Overeenkomst bepaalde belastingvrijstellingen of -verminderingen te verkrijgen.5. De bevoegde autoriteiten van de overeenkomstsluitende Staten stellen zich rechtstreeks met elkander in verbinding voor de toepassing van de Overeenkomst. Artikel 24 Uitwisseling van inlichtingen 1. De bevoegde autoriteiten van de overeenkomstsluitende Staten wisselen de inlichtingen uit die naar verwachting relevant zullen zijn voor de uitvoering van de bepalingen van deze Overeenkomst of voor de toepassing of de tenuitvoerlegging van de nationale wetgeving met betrekking tot de belastingen waarop deze Overeenkomst van toepassing is, voor zover de belastingheffing waarin die nationale wetgeving voorziet niet in strijd is met de Overeenkomst.De uitwisseling van inlichtingen wordt niet beperkt door artikel 1. 2. De door een overeenkomstsluitende Staat ingevolge paragraaf 1 verkregen inlichtingen worden op dezelfde wijze geheim gehouden als de inlichtingen die onder de nationale wetgeving van die Staat zijn verkregen en worden alleen ter kennis gebracht van personen of autoriteiten (daaronder begrepen rechterlijke instanties en administratieve lichamen) die betrokken zijn bij de vestiging of invordering van de in paragraaf 1 bedoelde belastingen, bij de tenuitvoerlegging of vervolging ter zake van die belastingen, bij de beslissing in beroepszaken betrekking hebbend op die belastingen, of bij het toezicht daarop.Deze personen of autoriteiten gebruiken deze inlichtingen slechts voor die doeleinden. Zij mogen deze inlichtingen kenbaar maken tijdens openbare rechtszittingen of in rechterlijke beslissingen. 3. In geen geval mogen de bepalingen van paragraaf 1 aldus worden uitgelegd dat zij een overeenkomstsluitende Staat de verplichting opleggen : a) administratieve maatregelen te nemen die afwijken van de wetgeving en de administratieve praktijk van die of van de andere overeenkomstsluitende Staat;b) inlichtingen te verstrekken die niet verkrijgbaar zijn volgens de wetgeving of in de normale gang van de administratieve werkzaamheden van die of van de andere overeenkomstsluitende Staat;c) inlichtingen te verstrekken die een handels-, bedrijfs-, nijverheids- of beroepsgeheim of een handelswerkwijze zouden onthullen, dan wel inlichtingen waarvan het verstrekken in strijd zou zijn met de openbare orde.4. Wanneer op basis van dit artikel door een overeenkomstsluitende Staat om inlichtingen is verzocht, gebruikt de andere overeenkomstsluitende Staat de middelen voor het verzamelen van inlichtingen waarover hij beschikt om de gevraagde inlichtingen te verkrijgen, zelfs al heeft die andere Staat die inlichtingen niet nodig voor zijn eigen belastingheffing.De verplichting die in voorgaande zin is vervat, is onderworpen aan de beperkingen waarin paragraaf 3 voorziet maar die beperkingen mogen in geen geval aldus worden uitgelegd dat zij een overeenkomstsluitende Staat toestaan het verstrekken van inlichtingen te weigeren enkel omdat die Staat geen binnenlands belang heeft bij die inlichtingen.
Artikel 25 Invorderingsbijstand 1. De overeenkomstsluitende Staten verlenen elkander hulp en bijstand voor de betekening en de invordering van de in artikel 2 bedoelde belastingen, alsmede van de opcentiemen, verhogingen, interest, kosten en boeten van niet strafrechtelijke aard.2. Op verzoekschrift van de bevoegde autoriteit van een overeenkomstsluitende Staat zorgt de bevoegde autoriteit van de andere overeenkomstsluitende Staat, overeenkomstig de wetten en de regels welke voor de betekening en de invordering van voormelde belastingen in laatstgenoemde Staat van toepassing zijn, voor de betekening en de invordering van de in paragraaf 1 bedoelde belastingvorderingen die in de eerstgenoemde Staat eisbaar zijn.Die vorderingen genieten geen enkel voorrecht in de aangezochte Staat en die Staat is niet gehouden uitvoeringsmiddelen aan te wenden die niet toegestaan zijn door de wetten of de regels van de aanzoekende Staat. 3. De in paragraaf 2 bedoelde verzoekschriften worden gestaafd met een officieel afschrift van de uitvoerbare titels, eventueel vergezeld van een officieel afschrift van de administratieve of rechterlijke beslissingen die kracht van gewijsde hebben verworven.4. De uitvoerbare titel in de aanzoekende Staat heeft dezelfde uitwerking in de aangezochte Staat.5. Met betrekking tot belastingvorderingen die nog vatbaar zijn voor beroep, mag de bevoegde autoriteit van een overeenkomstsluitende Staat, om zijn rechten te vrijwaren, de bevoegde autoriteit van de andere overeenkomstsluitende Staat verzoeken de conservatoire maatregelen te nemen waarin de wetgeving van die andere Staat voorziet;de bepalingen van paragrafen 1 tot 3 zijn mutatis mutandis op die maatregelen van toepassing.
Artikel 26 Leden van diplomatieke zendingen en consulaire posten De bepalingen van deze Overeenkomst tasten in geen enkel opzicht de fiscale voorrechten aan die leden van diplomatieke zendingen of consulaire posten ontlenen aan de algemene regelen van het internationaal recht of aan de bepalingen van bijzondere overeenkomsten.
Artikel 27 Beperking van de voordelen Niettegenstaande de bepalingen van enig ander artikel van deze Overeenkomst, kan een inwoner van een overeenkomstsluitende Staat geen vermindering of vrijstelling van belasting genieten waarin door de andere overeenkomstsluitende Staat in de Overeenkomst wordt voorzien, indien het belangrijkste doel of één van de belangrijkste doelstellingen van die inwoner of van een persoon die met die inwoner is verbonden, erin bestaat de voordelen van deze Overeenkomst te verkrijgen.
Artikel 28 Inwerkingtreding 1. Elke overeenkomstsluitende Staat zal de andere overeenkomstsluitende Staat in kennis stellen van de voltooiing van de procedures die door zijn wetgeving voor de inwerkingtreding van deze Overeenkomst zijn vereist.De Overeenkomst zal in werking treden op de datum waarop de laatste van deze kennisgevingen werd ontvangen. 2. De bepalingen van de Overeenkomst zullen van toepassing zijn : a) op de bij de bron verschuldigde belastingen op inkomsten die zijn toegekend of betaalbaar gesteld op of na 1 januari van het jaar dat onmiddellijk volgt op dat waarin de Overeenkomst in werking is getreden;b) op de andere belastingen geheven naar inkomsten van belastbare tijdperken die aanvangen op of na 1 januari van het jaar dat onmiddellijk volgt op dat waarin de Overeenkomst in werking is getreden; Artikel 29 Beëindiging Deze Overeenkomst blijft van kracht tot zij door een overeenkomstsluitende Staat is opgezegd, maar elk van de overeenkomstsluitende Staten kan de Overeenkomst opzeggen door tot en met 30 juni van elk kalenderjaar vanaf het vijfde jaar dat volgt op dat waarin de Overeenkomst in werking is getreden, aan de andere overeenkomst-sluitende Staat langs diplomatieke weg een schriftelijke opzegging te doen toekomen. Ingeval van opzegging vóór 1 juli van zodanig jaar, houdt de Overeenkomst op van toepassing te zijn : a) op de bij de bron verschuldigde belastingen op inkomsten die zijn toegekend of betaalbaar gesteld op of na 1 januari van het jaar dat onmiddellijk volgt op dat waarin de kennisgeving van de beëindiging is gedaan;b) op de andere belastingen geheven naar inkomsten van belastbare tijdperken die aanvangen op of na 1 januari van het jaar dat onmiddellijk volgt op dat waarin de kennisgeving van de beëindiging is gedaan. TEN BLIJKE WAARVAN de ondergetekenden, daartoe behoorlijk gevolmachtigd door hun respectieve Regeringen, deze Overeenkomst hebben ondertekend.
GEDAAN in tweevoud te Brussel, op 27 april 2006, in de Engelse taal.
Protocol Bij de ondertekening van de Overeenkomst tussen het Koninkrijk België en de Republiek der Seychellen tot het vermijden van dubbele belasting en tot het voorkomen van het ontduiken van belasting inzake belastingen naar het inkomen, zijn de ondergetekenden de volgende bepalingen overeengekomen die een integrerend deel van de Overeenkomst vormen. 1. Met betrekking tot artikel 11, paragraaf 3 : Wat België betreft zijn de bepalingen van subparagraaf (a) in elk geval van toepassing op : - interest betaald uit hoofde van een lening of krediet waarvoor financiële steun werd verleend na advies van het Comité voor Financiële Steun aan de Export ("Finexpo"); - interest betaald uit hoofde van een lening of een krediet dat werd toegestaan door de Vereniging voor de Coördinatie van de Financiering op halflange termijn van Belgische Uitvoer (« Creditexport »); - interest betaald uit hoofde van een lening of een krediet dat is verzekerd door de Nationale Delcrederedienst. 2. Met betrekking tot artikel 12, paragraaf 3 : Voor de toepassing van artikel 12, paragraaf 3 van de Overeenkomst worden vergoedingen die zijn betaald voor het verlenen van technische bijstand of technische diensten niet beschouwd als vergoedingen voor inlichtingen omtrent ervaringen op het gebied van nijverheid, handel of wetenschap, maar zijn belastbaar in overeenstemming met de bepalingen van artikel 7.3. Met betrekking tot artikel 14, paragraaf 1 : Een dienstbetrekking wordt uitgeoefend in een overeenkomstsluitende Staat wanneer de werkzaamheid waarvoor de lonen, salarissen en andere soortgelijke beloningen betaald worden, daadwerkelijk in die Staat wordt uitgeoefend.Dit betekent dat de werknemer fysiek aanwezig is in die Staat om er de werkzaamheid uit te oefenen. 4. Met betrekking tot artikel 20, paragraaf 3 en artikel 21, paragraaf 1, a) : Voor de toepassing van artikel 20, paragraaf 3 en van artikel 21, paragraaf 1, a), zijn inkomsten belast wanneer ze effectief begrepen zijn in de belastbare grondslag op basis waarvan de belasting berekend wordt.Om die reden zijn inkomsten niet belast wanneer ze, nadat ze onderworpen werden aan de belastingheffing die normaal voor zulke inkomsten wordt toegepast, ofwel niet belastbaar zijn ofwel belastingvrijstelling genieten.
TEN BLIJKE WAARVAN de ondergetekenden, daartoe behoorlijk gevolmachtigd door hun respectieve Regeringen, dit Protocol hebben ondertekend.
GEDAAN in tweevoud te Brussel, op 27 april 2006, in de Engelse taal.
PROTOCOL TOT WIJZIGING VAN DE OVEREENKOMST TUSSEN HET KONINKRIJK BELGIE EN DE REPUBLIEK DER SEYCHELLEN TOT HET VERMIJDEN VAN DUBBELE BELASTING EN TOT HET VOORKOMEN VAN HET ONTDUIKEN VAN BELASTING INZAKE BELASTINGEN NAAR HET INKOMEN, GEDAAN TE BRUSSEL OP 27 APRIL 2006 DE REGERING VAN HET KONINKRIJK BELGIE en DE REGERING VAN DE REPUBLIEK DER SEYCHELLEN WENSENDE een Protocol te sluiten tot wijziging van de Overeenkomst tussen het Koninkrijk België en de Republiek der Seychellen tot het vermijden van dubbele belasting en tot het voorkomen van het ontduiken van belasting inzake belastingen naar het inkomen, gedaan te Brussel op 27 april 2006 (hierna te noemen "de Overeenkomst"), ZIJN HET VOLGENDE OVEREENGEKOMEN : ARTIKEL 1 De hiernavolgende paragrafen 5, 6 en 7 worden opgenomen in artikel 24 (Uitwisseling van inlichtingen) na paragraaf 4 : "5. In geen geval mogen de bepalingen van paragraaf 3 aldus worden uitgelegd dat ze een overeenkomstsluitende Staat toestaan om het verstrekken van inlichtingen die door de andere overeenkomstsluitende Staat zijn gevraagd, te weigeren omdat de inlichtingen in het bezit zijn van een bank, een andere financiële instelling, een gevolmachtigde of een persoon die werkzaam is in de hoedanigheid van een vertegenwoordiger of een vertrouwenspersoon of omdat de inlichtingen betrekking hebben op eigendomsbelangen in een persoon. 6. Bankdocumenten worden uitsluitend op verzoek uitgewisseld.Indien het verzoek geen naam opgeeft van zowel een specifieke belastingplichtige als van een specifieke bank of financiële instelling, kan de bevoegde autoriteit van de aangezochte Staat weigeren inlichtingen te verkrijgen waarover ze nog niet beschikt. 7. De bevoegde autoriteiten van de overeenkomstsluitende Staten komen tot overeenstemming over de wijze van toepassing van dit artikel." ARTIKEL 2 1. Elke overeenkomstsluitende Staat stelt de andere overeenkomstsluitende Staat in kennis van de voltooiing van de procedures die door zijn wetgeving voor de inwerkingtreding van dit Protocol is vereist.2. Dit Protocol zal in werking treden vanaf de datum waarop de laatste van deze kennisgevingen werd ontvangen en de bepalingen ervan zullen van toepassing zijn op de belastingen waarop de Overeenkomst van toepassing is. ARTIKEL 3 Dit Protocol zal van kracht blijven zolang de Overeenkomst zelf van kracht blijft.
TEN BLIJKE WAARVAN de ondergetekenden, daartoe behoorlijk gevolmachtigd door hun respectieve Regeringen, dit Protocol hebben ondertekend.
GEDAAN in tweevoud te Brussel, op 14 juli 2009, in de Engelse taal.
AGREEMENT BETWEEN THE KINGDOM OF BELGIUM AND THE REPUBLIC OF SEYCHELLES FOR THE AVOIDANCE OF DOUBLE TAXATION AND THE PREVENTION OF FISCAL EVASION WITH RESPECT TO TAXES ON INCOME The Government of the Kingdom of Belgium And the Government of the Republic of Seychelles, Desiring to conclude an Agreement for the avoidance of double taxation and the prevention of fiscal evasion with respect to taxes on income, Have agreed as follows : Article 1 PERSONS COVERED This Agreement shall apply to persons who are residents of one or both of the Contracting States.
Article 2 TAXES COVERED 1. This Agreement shall apply to taxes on income imposed on behalf of a Contracting State or of its political subdivisions or local authorities, irrespective of the manner in which they are levied.2. There shall be regarded as taxes on income all taxes imposed on total income, or on elements of income, including taxes on gains from the alienation of movable or immovable property, taxes on the total amounts of wages or salaries paid by enterprises, as well as taxes on capital appreciation.3. The existing taxes to which the Agreement shall apply are in particular : a) in the case of the Kingdom of Belgium : (i) the individual income tax; (ii) the corporate income tax; (iii) the income tax on legal entities; (iv) the income tax on non-residents; (v) the supplementary crisis contribution, including the prepayments and the surcharges on these taxes and prepayments, (hereinafter referred to as "Belgian tax");b) in the case of the Republic of Seychelles : - the business tax (hereinafter referred to as "Seychelles tax").4. The Agreement shall apply also to any identical or substantially similar taxes that are imposed after the date of signature of the Agreement in addition to, or in place of, the existing taxes.The competent authorities of the Contracting States shall notify each other of any significant changes that have been made in their respective taxation laws.
Article 3 GENERAL DEFINITIONS 1. For the purposes of this Agreement, unless the context otherwise requires : a) the term "Belgium", means the Kingdom of Belgium;used in a geographical sense, it means the territory of the Kingdom of Belgium, including the territorial sea and any other area in the sea and in the air within which the Kingdom of Belgium, in accordance with international law, exercises sovereign rights or its jurisdiction; b) the term "Seychelles" means the Republic of Seychelles;used in a geographical sense, it means its territory and any area of air space within which the Republic of Seychelles exercises, in accordance with international law, sovereign rights or its jurisdiction, and its exclusive economic zone and continental shelf where Seychelles exercises sovereign rights and jurisdiction in conformity with the provisions of the United Nations Convention on the Law of the Sea; c) the terms "a Contracting State" and "the other Contracting State" mean the Kingdom of Belgium or the Republic of Seychelles as the context requires;d) the term "person" includes an individual, a company and any other body of persons;e) the term "company" means any body corporate or any entity that is treated as a body corporate for tax purposes in the Contracting State of which it is a resident;f) the term "enterprise" applies to the carrying on of any business;g) the terms "enterprise of a Contracting State" and "enterprise of the other Contracting State" mean respectively an enterprise carried on by a resident of a Contracting State and an enterprise carried on by a resident of the other Contracting State;h) the term "international traffic" means any transport by a ship or aircraft operated by an enterprise that has its place of effective management in a Contracting State, except when the ship or aircraft is operated solely between places in the other Contracting State;i) the term "national", in relation to a Contracting State, means : (i) any individual possessing the nationality or citizenship of that Contracting State;and (ii) any legal person, partnership or association deriving its status as such from the laws in force in that Contracting State; j) the term "competent authority" means : (i) in the case of Belgium, the Minister of Finance or his authorised representative, and (ii) in the case of Seychelles, the Minister of Finance or his authorised representative;k) the term "business" includes the performance of professional services and of other activities of an independent character.2. As regards the application of the Agreement at any time by a Contracting State, any term not defined therein shall, unless the context otherwise requires, have the meaning that it has at that time under the law of that State for the purposes of the taxes to which the Agreement applies, any meaning under the applicable tax laws of that State prevailing over a meaning given to the term under other laws of that State. Article 4 RESIDENT 1. For the purposes of this Agreement, the term "resident of a Contracting State" means any person who, under the laws of that State, is liable to tax therein by reason of his domicile, residence, place of management or any other criterion of a similar nature, and also includes that State and any political subdivision or local authority thereof.This term, however, does not include any person who is liable to tax in that State in respect only of income from sources in that State. 2. Where by reason of the provisions of paragraph 1 an individual is a resident of both Contracting States, then his status shall be determined as follows : a) he shall be deemed to be a resident only of the State in which he has a permanent home available to him;if he has a permanent home available to him in both States, he shall be deemed to be a resident only of the State with which his personal and economic relations are closer (centre of vital interests); b) if the Contracting State in which he has his centre of vital interests cannot be determined, or if he has not a permanent home available to him in either State, he shall be deemed to be a resident only of the State in which he has an habitual abode;c) if he has an habitual abode in both States or in neither of them, he shall be deemed to be a resident only of the State of which he is a national;d) if the status of the resident cannot be determined by reason of subparagraphs a) to c) in that sequence, the competent authorities of the Contracting States shall settle the question by mutual agreement.3. Where by reason of the provisions of paragraph 1 a person other than an individual is a resident of both Contracting States, then it shall be deemed to be a resident only of the State in which its place of effective management is situated. Article 5 PERMANENT ESTABLISHMENT 1. For the purposes of this Agreement, the term "permanent establishment" means a fixed place of business through which the business of an enterprise is wholly or partly carried on.2. The term "permanent establishment" includes especially : a) a place of management;b) a branch;c) an office;d) a factory;e) a workshop;f) a mine, an oil or gas well, a quarry or any other place of extraction of natural resources;g) a building site or construction or assembly or installation project or supervisory activity connected therewith where such site, project or activity continues for a period of more than twelve months;h) the furnishing of services, including consultancy services, by an enterprise through employees or other personnel engaged by the enterprise for such purpose, but only where activities of that nature continue for the same or a connected project within the Contracting State for a period or periods aggregating more than six months within any twelve month period.3. Notwithstanding the preceding provisions of this Article, the term "permanent establishment" shall be deemed not to include : a) the use of facilities solely for the purpose of storage, display or delivery of goods or merchandise belonging to the enterprise;b) the maintenance of a stock of goods or merchandise belonging to the enterprise solely for the purpose of storage, display or delivery;c) the maintenance of a stock of goods or merchandise belonging to the enterprise solely for the purpose of processing by another enterprise;d) the maintenance of a fixed place of business solely for the purpose of purchasing goods or merchandise or of collecting information, for the enterprise;e) the maintenance of a fixed place of business solely for the purpose of carrying on, for the enterprise, any other activity of a preparatory or auxiliary character;f) the maintenance of a fixed place of business solely for any combination of activities mentioned in sub-paragraphs a) to e), provided that the overall activity of the fixed place of business resulting from this combination is of a preparatory or auxiliary character.4. Notwithstanding the provisions of paragraphs 1 and 2, where a person -other than an agent of an independent status to whom paragraph 5 applies- is acting on behalf of an enterprise and has, and habitually exercises, in a Contracting State an authority to conclude contracts in the name of the enterprise, that enterprise shall be deemed to have a permanent establishment in that State in respect of any activities which that person undertakes for the enterprise, unless the activities of such person are limited to those mentioned in paragraph 3 which, if exercised through a fixed place of business, would not make this fixed place of business a permanent establishment under the provisions of that paragraph.5. An enterprise shall not be deemed to have a permanent establishment in a Contracting State merely because it carries on business in that State through a broker, general commission agent or any other agent of an independent status, provided that such persons are acting in the ordinary course of their business.6. Notwithstanding the provisions of paragraphs 4 and 5, an insurance enterprise of a Contracting State shall, except with regard to reinsurance, be deemed to have a permanent establishment in the other State if it collects premiums in that other State, or insures risks situated therein, through an agent established there - but not including an agent of an independent status mentioned in paragraph 5 unless he has, and habitually exercises, an authority to conclude contracts in the name of the enterprise.7. The fact that a company which is a resident of a Contracting State controls or is controlled by a company which is a resident of the other Contracting State, or which carries on business in that other State (whether through a permanent establishment or otherwise), shall not of itself constitute either company a permanent establishment of the other. Article 6 INCOME FROM IMMOVABLE PROPERTY 1. Income derived by a resident of a Contracting State from immovable property (including income from agriculture or forestry) situated in the other Contracting State may be taxed in that other Contracting State.2. The term "immovable property" shall have the meaning which it has under the law of the Contracting State in which the property in question is situated.The term shall in any case include property accessory to immovable property, livestock and equipment used in agriculture and forestry, rights to which the provisions of general law respecting landed property apply, usufruct of immovable property and rights to variable or fixed payments as consideration for the working of, or the right to work, mineral deposits, sources and other natural resources; ships, boats and aircraft shall not be regarded as immovable property. 3. The provisions of paragraph 1 shall apply to income derived from the direct use, letting, or use in any other form of immovable property.4. The provisions of paragraphs 1 and 3 shall also apply to the income from immovable property of an enterprise.5. For the purposes of this Article, the term "agriculture" includes fish farming, processing, breeding and raising aquatic species including specifically prawns, crayfish, oysters and shellfish. Article 7 BUSINESS PROFITS 1. The profits of an enterprise of a Contracting State shall be taxable only in that State unless the enterprise carries on business in the other Contracting State through a permanent establishment situated therein.If the enterprise carries on business as aforesaid, the profits of the enterprise may be taxed in the other State but only so much of them as is attributable to that permanent establishment. 2. Subject to the provisions of paragraph 3, where an enterprise of a Contracting State carries on business in the other Contracting State through a permanent establishment situated therein, there shall in each Contracting State be attributed to that permanent establishment the profits which it might be expected to make if it were a distinct and separate enterprise engaged in the same or similar activities under the same or similar conditions and dealing wholly independently.3. In determining the profits of a permanent establishment, there shall be allowed as deductions expenses which are incurred for the purposes of the permanent establishment, including executive and general administrative expenses so incurred, whether in the State in which the permanent establishment is situated or elsewhere.4. Insofar as it has been customary in a Contracting State to determine the profits to be attributed to a permanent establishment on the basis of an apportionment of the total profits of the enterprise to its various parts, nothing in paragraph 2 shall preclude that Contracting State from determining the profits to be taxed by such an apportionment as may be customary.The method of apportionment adopted shall, however, be such that the result shall be in accordance with the principles contained in this Article. 5. No profits shall be attributed to a permanent establishment by reason of the mere purchase by that permanent establishment of goods or merchandise for the enterprise.6. For the purposes of the preceding paragraphs, the profits to be attributed to the permanent establishment shall be determined by the same method year by year unless there is good and sufficient reason to the contrary.7. Where profits include items of income which are dealt with separately in other Articles of this Agreement, then the provisions of those Articles shall not be affected by the provisions of this Article. Article 8 SHIPPING AND AIR TRANSPORT 1. Profits from the operation of ships or aircraft in international traffic shall be taxable only in the Contracting State in which the place of effective management of the enterprise is situated.2. For the purpose of this Article, profits from the operation in international traffic of ships or aircraft shall include in particular : a) profits derived from the lease by the enterprise of ships or aircraft on charter fully equipped, manned and supplied;b) profits derived from the lease by the enterprise on a bare boat charter basis of ships or aircraft used in international traffic where such lease is ancillary to the transportation of passengers or cargo;c) profits derived from the lease of containers by the enterprise where such lease is ancillary to the transportation of cargo.3. For the purposes of this Article, interest on funds directly connected with the operation of ships or aircraft in international traffic shall be regarded as income or profits derived from the operation of such ships or aircraft, and the provisions of Article 11 shall not apply in relation to such interest.4. If the place of effective management of a shipping enterprise is aboard a ship, then it shall be deemed to be situated in the Contracting State in which the home harbour of the ship is situated, or, if there is no such home harbour, in the Contracting State of which the operator of the ship is a resident.5. The provisions of paragraph 1 shall also apply to profits from the participation in a pool, a joint business or an international operating agency. Article 9 ASSOCIATED ENTERPRISES 1. Where a) an enterprise of a Contracting State participates directly or indirectly in the management, control or capital of an enterprise of the other Contracting State, or b) the same persons participate directly or indirectly in the management, control or capital of an enterprise of a Contracting State and an enterprise of the other Contracting State, and in either case conditions are made or imposed between the two enterprises in their commercial or financial relations which differ from those which would be made between independent enterprises, then any profits which would, but for those conditions, have accrued to one of the enterprises, but, by reason of those conditions, have not so accrued, may be included in the profits of that enterprise and taxed accordingly.2. Where a Contracting State includes in the profits of an enterprise of that State - and taxes accordingly - profits on which an enterprise of the other Contracting State has been charged to tax in that other State and the profits so included are profits which would have accrued to the enterprise of the first-mentioned State if the conditions made between the two enterprises had been those which would have been made between independent enterprises, then that other State shall make such an adjustment as it considers appropriate to the amount of the tax charged therein on those profits.In determining such adjustment, due regard shall be had to the other provisions of this Agreement and the competent authorities of the Contracting States shall if necessary consult each other.
Article 10 DIVIDENDS 1. Dividends paid by a company which is a resident of a Contracting State to a resident of the other Contracting State may be taxed in that other State.2. However, such dividends may also be taxed in the Contracting State in which the company paying the dividends is a resident and according to the laws in force in that State, but if the beneficial owner of the dividends is a resident of the other Contracting State, the tax so charged shall not exceed : a) 5 per cent of the gross amount of the dividends if the beneficial owner is a company which holds directly at least 10 per cent of the capital of the company paying the dividends;b) 15 per cent of the gross amount of the dividends in all other cases. Notwithstanding the preceding provisions of this paragraph, dividends shall not be taxed in the Contracting State of which the company paying the dividends is a resident if the beneficial owner of the dividends is a company which is a resident of the other State and which at the moment of the payment of the dividends holds, for an uninterrupted period of at least twelve months, shares representing directly at least 25 per cent of the capital of the company paying the dividends.
This paragraph shall not affect the taxation of the company in respect of the profits out of which the dividends are paid. 3. The term "dividends" as used in this Article means income from shares, "jouissance" shares or "jouissance" rights, mining shares, founders' shares or other rights, not being debt-claims, participating in profits, as well as income -even paid in the form of interest- which is subjected to the same taxation treatment as income from shares by the tax legislation of the State of which the paying company is a resident.4. The provisions of paragraphs 1 and 2 shall not apply if the beneficial owner of the dividends, being a resident of a Contracting State, carries on business in the other Contracting State of which the company paying the dividends is a resident, through a permanent establishment situated therein, and the holding in respect of which the dividends are paid is effectively connected with such permanent establishment.In such case the provisions of Article 7 shall apply. 5. Where a company which is a resident of a Contracting State derives profits or income from the other Contracting State, that other State may not impose any tax on the dividends paid by the company, except insofar as such dividends are paid to a resident of that other State or insofar as the holding in respect of which the dividends are paid is effectively connected with a permanent establishment situated in that other State, nor subject the company's undistributed profits to a tax on the company's undistributed profits, even if the dividends paid or the undistributed profits consist wholly or partly of profits or income arising in such other State. Article 11 INTEREST 1. Interest arising in a Contracting State and paid to a resident of the other Contracting State may be taxed in that other State.2. Such interest may also be taxed in the Contracting State in which it arises, and according to the laws in force in that State, but if the beneficial owner of the interest is a resident of the other Contracting State, the tax so charged shall not exceed 10 per cent of the gross amount of the interest. However, the tax so charged shall not exceed 5 per cent of the gross amount of the interest on commercial debt-claims - including debt-claims represented by commercial paper - resulting from deferred payments for goods, merchandise or services supplied by an enterprise. 3. Notwithstanding the provisions of paragraph 2, interest shall be exempted from tax in the Contracting State in which it arises if it is : a) interest paid in respect of a loan granted, guaranteed or insured or a credit extended, guaranteed or insured under a scheme organized by a Contracting State or one of its political subdivisions or local authorities in order to promote the export;b) interest on debt-claims or loans of any nature - not represented by bearer instruments - paid to banking enterprises;c) interest on deposits made by an enterprise with a banking enterprise;d) interest paid to the other Contracting State or one of its political subdivisions or local authorities including in the case of Belgium, the National Bank of Belgium and in the case of Seychelles, the Central Bank of Seychelles and the Development Bank of Seychelles;e) interest paid to any statutory body or institution wholly or mainly owned by the Contracting States, as may be agreed from time to time between the competent authorities of the Contracting States.4. The term "interest" as used in this Article means income from debt-claims of every kind, whether or not secured by mortgage and whether or not carrying a right to participate in the debtor's profits, and in particular, income from government securities and income from bonds or debentures, including premiums and prizes attaching to such securities, bonds or debentures.However, the term "interest" shall not include for the purpose of this Article penalty charges for late payment, interest dealt with in paragraph 3 of Article 8 or interest regarded as dividends under paragraph 3 of Article 10. 5. The provisions of paragraphs 1, 2 and 3 shall not apply if the beneficial owner of the interest, being a resident of a Contracting State, carries on business in the other Contracting State in which the interest arises, through a permanent establishment situated therein, and the debt-claim in respect of which the interest is paid is effectively connected with such permanent establishment.In such case the provisions of Article 7, shall apply. 6. Interest shall be deemed to arise in a Contracting State when the payer is a resident of that State.Where, however, the person paying the interest, whether he is a resident of a Contracting State or not, has in a Contracting State a permanent establishment in connection with which the indebtedness on which the interest is paid was incurred, and such interest is borne by such permanent establishment, then such interest shall be deemed to arise in the Contracting State in which the permanent establishment is situated. 7. Where, by reason of a special relationship between the payer and the beneficial owner or between both of them and some other person, the amount of the interest, having regard to the debt-claim for which it is paid, exceeds the amount which would have been agreed upon by the payer and the beneficial owner in the absence of such relationship, the provisions of this Article shall apply only to the last-mentioned amount of interest.In such case, the excess part of the payments shall remain taxable according to the laws of each Contracting State, due regard being had to the other provisions of this Agreement.
Article 12 ROYALTIES 1. Royalties arising in a Contracting State and paid to a resident of the other Contracting State may be taxed in that other State.2. However, such royalties may also be taxed in the Contracting State in which they arise and according to the laws in force in that State, but if the beneficial owner of the royalties is a resident of the other Contracting State, the tax so charged shall not exceed 5 per cent of the gross amount of the royalties.3. The term "royalties" as used in this Article means payments of any kind received as a consideration for the use of, or the right to use, any copyright of literary, artistic or scientific work including computer software, cinematograph films, or films or tapes or discs used for radio or television broadcasting, any patent, trade mark, design or model, plan, secret formula or process, or for information concerning industrial, commercial or scientific experience.4. The provisions of paragraphs 1 and 2 shall not apply if the beneficial owner of the royalties, being a resident of a Contracting State, carries on business in the other Contracting State in which the royalties arise, through a permanent establishment situated therein, and the right or property in respect of which the royalties are paid is effectively connected with such permanent establishment.In such case, the provisions of Article 7 shall apply. 5. Royalties shall be deemed to arise in a Contracting State when the payer is a resident of that State.Where, however, the person paying the royalties, whether he is a resident of a Contracting State or not, has in a Contracting State a permanent establishment in connection with which the liability to pay the royalties was incurred, and such royalties are borne by such permanent establishment, then such royalties shall be deemed to arise in the State in which the permanent establishment is situated. 6. Where, by reason of a special relationship between the payer and the beneficial owner or between both of them and some other person, the amount of the royalties, having regard to the use, right or information for which they are paid, exceeds the amount which would have been agreed upon by the payer and the beneficial owner in the absence of such relationship, the provisions of this Article shall apply only to the last-mentioned amount.In such case, the excess part of the payments shall remain taxable according to the laws of each Contracting State, due regard being had to the other provisions of this Agreement.
Article 13 CAPITAL GAINS 1. Gains derived by a resident of a Contracting State from the alienation of immovable property referred to in Article 6 and situated in the other Contracting State may be taxed in that other State.2. Gains from the alienation of movable property forming part of the business property of a permanent establishment which an enterprise of a Contracting State has in the other Contracting State including such gains from the alienation of such a permanent establishment (alone or with the whole enterprise), may be taxed in that other State.3. Gains from the alienation of ships or aircraft operated in international traffic or movable property pertaining to the operation of such ships or aircraft, shall be taxable only in the Contracting State in which the place of effective management of the enterprise is situated.4. Gains from the alienation of any property other than that referred to in paragraphs 1, 2 and 3, shall be taxable only in the Contracting State of which the alienator is a resident. Article 14 INCOME FROM EMPLOYMENT 1. Subject to the provisions of Articles 15, 17 and 18 of this Agreement, salaries, wages and other similar remuneration derived by a resident of a Contracting State in respect of an employment shall be taxable only in that State unless the employment is exercised in the other Contracting State.If the employment is so exercised, such remuneration as is derived therefrom may be taxed in that other State. 2. Notwithstanding the provisions of paragraph 1, remuneration derived by a resident of a Contracting State in respect of an employment exercised in the other Contracting State shall be taxable only in the first-mentioned State if : a) the recipient is present in the other State for a period or periods not exceeding in the aggregate 183 days in any twelve month period commencing or ending in the taxable period concerned, and b) the remuneration is paid by, or on behalf of, an employer who is not a resident of the other State, and c) the remuneration is not borne by a permanent establishment which the employer has in the other State.3. Notwithstanding the preceding provisions of this Article, remuneration derived in respect of an employment exercised aboard a ship or aircraft operated in international traffic, may be taxed in the Contracting State in which the place of effective management of the enterprise is situated. Article 15 COMPANY MANAGERS 1. Directors' fees and other similar payments derived by a resident of a Contracting State in his capacity as a member of the board of directors or a similar organ of a company which is a resident of the other Contracting State may be taxed in that other State. The preceding provision shall also apply to payments derived in respect of the discharge of functions which, under the laws of the Contracting State of which the company is a resident, are regarded as functions of a similar nature as those exercised by a person referred to in the said provision. 2. Remuneration derived by a person referred to in paragraph 1 from a company which is a resident of a Contracting State in respect of the discharge of day-to-day functions of a managerial or technical, commercial or financial nature and remuneration received by a resident of a Contracting State in respect of his day-to-day activity as a partner of a company, other than a company with share capital, which is a resident of a Contracting State, may be taxed in accordance with the provisions of Article 14, as if such remuneration were remuneration derived by an employee in respect of an employment and as if references to the "employer" were references to the company. Article 16 ENTERTAINERS AND SPORTSPERSONS 1. Notwithstanding the provisions of Articles 7 and 14, income derived by a resident of a Contracting State as an entertainer, such as a theatre, motion picture, radio or television artiste, or a musician, or as a sportsperson, from his personal activities as such exercised in the other Contracting State, may be taxed in that other State.2. Where income in respect of personal activities exercised by an entertainer or a sportsperson in his capacity as such accrues not to the entertainer or sportsperson himself but to another person, that income may, notwithstanding the provisions of Articles 7 and 14 be taxed in the Contracting State in which the activities of the entertainer or sportsperson are exercised.3. Income derived by an entertainer or a sportsperson from activities exercised in a Contracting State shall be exempt from tax in that State, if the visit to that State is supported wholly or mainly by public funds of the other Contracting State, a political subdivision or a local authority thereof, or takes place under a cultural agreement or arrangement between the Contracting States or the political subdivisions thereof. Article 17 PENSIONS 1. Subject to the provisions of paragraph 2 of Article 18, pensions and other similar remuneration paid to a resident of a Contracting State in consideration of past employment shall be taxable only in that State.2. Notwithstanding the provisions of paragraph 1, pensions and other similar payments made under the social security system of a Contracting State or under a public scheme organised by that State in order to supplement the benefits of its social security legislation shall be taxable only in that State. Article 18 GOVERNMENT SERVICE 1. a) Salaries, wages and other similar remuneration, other than a pension, paid by a Contracting State or a political subdivision or a local authority thereof to an individual in respect of services rendered to that State or subdivision or authority shall be taxable only in that State.b) However, such salaries, wages and other similar remuneration shall be taxable only in the other Contracting State if the services are rendered in that State and the individual is a resident of that State, who : (i) is a national of that State, or (ii) did not become a resident of that State solely for the purpose of rendering the services.2. Any pension and other similar remuneration paid by, or out of funds created by, a Contracting State or a political subdivision or a local authority thereof to an individual in respect of services rendered to that State or subdivision or authority shall be taxable only in that State.3. The provisions of Articles 14, 15, 16 and 17 shall apply to salaries, wages, pensions, and other similar remuneration in respect of services rendered in connection with a business carried on by a Contracting State or a political subdivision or a local authority thereof.4. The provisions of paragraph 1 shall also apply to salaries, wages and other similar remuneration paid by a Contracting State or a political subdivision or a local authority thereof to an individual in respect of an activity carried on in the other Contracting State in the framework of a cooperation agreement. Article 19 STUDENTS AND APPRENTICES Payments which a student or business apprentice who is or was immediately before visiting a Contracting State a resident of the other Contracting State and who is present in the first-mentioned State solely for the purpose of his education or training receives for the purpose of his maintenance, education or training shall not be taxed in that State, provided that such payments arise from sources outside that State.
Article 20 OTHER INCOME 1. Items of income of a resident of a Contracting State, wherever arising, not dealt with in the foregoing Articles of this Agreement shall be taxable only in that State.2. The provisions of paragraph 1 shall not apply to income, other than income from immovable property as defined in paragraphs 2 and 5 of Article 6, if the recipient of such income, being a resident of a Contracting State, carries on business in the other Contracting State through a permanent establishment situated therein, and the right or property in respect of which the income is paid is effectively connected with such permanent establishment.In such case the provisions of Article 7 shall apply. 3. Notwithstanding the provisions of paragraphs 1 and 2, items of income of a resident of a Contracting State not dealt with in the foregoing Articles of the Agreement and arising in the other Contracting State may also be taxed in that other State. Article 21 ELIMINATION OF DOUBLE TAXATION 1. In the case of Belgium, double taxation shall be avoided as follows : a) Where a resident of Belgium derives income, not being dividends, interest or royalties, which may be taxed in Seychelles in accordance with the provisions of this Agreement, and which are taxed there, Belgium shall exempt such income from tax but may, in calculating the amount of tax on the remaining income of that resident, apply the rate of tax which would have been applicable if such income had not been exempted. However, where the Seychelles tax is less than 15 per cent of the net amount of the income referred to in Article 7, Belgium shall not exempt that income but shall reduce to a half the Belgian tax which is proportionally relating to that income, calculated as if that income was income from Belgian sources.
Notwithstanding the provisions of the first sentence of this subparagraph and any other provision of this Agreement, Belgium shall, for the determination of the additional taxes established by Belgian municipalities and conurbations, take into account the earned income (revenus professionnels - beroepsinkomsten) that is exempted from tax in Belgium in accordance with the said first sentence. These additional taxes shall be calculated on the tax which would be payable in Belgium if the earned income in question had been derived from Belgian sources. b) Dividends derived by a company which is a resident of Belgium from a company which is a resident of Seychelles, shall be exempt from the corporate income tax in Belgium under the conditions and within the limits provided for in Belgian law. Where a company which is resident of Belgium derives from a company which is a resident of Seychelles dividends which are included in its aggregate income for Belgian tax purposes and which are not exempted from the corporate income tax according to the first sentence of this subparagraph, Belgium shall deduct from the Belgian corporate income tax relating to these dividends : (i) the Seychelles tax levied on these dividends in accordance with Article 10; (ii) the Seychelles tax levied on that part of the profits which has been paid as dividends to the Belgian company; (iii) such deduction shall not exceed that part of the Belgian corporate income tax, as computed before the deduction is given, which is attributable to the dividends derived from the company which is a resident of Seychelles. c) Subject to the provisions of Belgian law regarding the deduction from Belgian tax of taxes paid abroad, where a resident of Belgium derives items of his aggregate income for Belgian tax purposes which are interest or royalties, the Seychelles tax levied on that income shall be allowed as a credit against Belgian tax relating to such income.d) Where, in accordance with Belgian law, losses incurred by an enterprise carried on by a resident of Belgium in a permanent establishment situated in Seychelles, have been effectively deducted from the profits of that enterprise for its taxation in Belgium, the exemption provided for in subparagraph a) shall not apply in Belgium to the profits of other taxable periods attributable to that establishment to the extent that those profits have also been exempted from tax in Seychelles by reason of compensation for the said losses.2. In the case of Seychelles, double taxation shall be avoided as follows : Where a resident of Seychelles derives income which, in accordance with the provisions of this Agreement, may be taxed in Belgium, Seychelles shall allow, as a deduction from the tax on the income of that resident, an amount equal to the income tax paid in Belgium, including the corporate income tax that is attributable to any dividend paid by a company which is a resident of Belgium.Such deduction shall not, however, exceed that part of the tax, as computed before the deduction is given, which is attributable, as the case may be, to the income which may be taxed in Belgium.
Notwithstanding the amount of Belgian tax paid, Seychelles shall not allow as a deduction any amount of such tax that was paid in respect of any default or omission in relation to the taxes to which this Agreement applies or which represents a penalty imposed relating to those taxes. 3. The tax payable in a Contracting State by a resident of the other Contracting State and mentioned in paragraphs 1 and 2 shall be deemed to include the tax which would have been payable but for the tax incentives granted under the laws of the first mentioned Contracting State and which are designed to promote economic development.Such tax incentives qualifying for this paragraph shall be mutually agreed by the competent authorities of both Contracting States.
Article 22 NON-DISCRIMINATION 1. Nationals of a Contracting State shall not be subjected in the other Contracting State to any taxation or any requirement connected therewith, which is other or more burdensome than the taxation and connected requirements to which nationals of that other State in the same circumstances, in particular with respect to residence, are or may be subjected.This provision shall, notwithstanding the provisions of Article 1, also apply to persons who are not residents of one or both of the Contracting States. 2. Stateless persons who are residents of a Contracting State shall not be subjected in either Contracting State to any taxation or any requirement connected therewith, which is other or more burdensome than the taxation and connected requirements to which nationals of the State concerned in the same circumstances, in particular with respect to residence, are or may be subjected.3. The taxation on a permanent establishment which an enterprise of a Contracting State has in the other Contracting State shall not be less favourably levied in that other State than the taxation levied on enterprises of that other State carrying on the same activities.This provision shall not be construed as obliging a Contracting State to grant to residents of the other Contracting State any personal allowances, reliefs and reductions for taxation purposes on account of civil status or family responsibilities which it grants to its own residents. 4. Except where the provisions of paragraph 1 of Article 9, paragraph 7 of Article 11, or paragraph 6 of Article 12 of this Agreement apply, interest, royalties and other disbursements paid by an enterprise of a Contracting State to a resident of the other Contracting State shall, for the purpose of determining the taxable profits of such enterprise, be deductible under the same conditions as if they had been paid to a resident of the first-mentioned State.5. Enterprises of a Contracting State, the capital of which is wholly or partly owned or controlled, directly or indirectly, by one or more residents of the other Contracting State, shall not be subjected in the first-mentioned State to any taxation or any requirement connected therewith which is other or more burdensome than the taxation and connected requirements to which other similar enterprises of the first-mentioned State are or may be subjected.6. The provisions of this Article shall apply to the taxes which are the subject of this Agreement. Article 23 MUTUAL AGREEMENT PROCEDURE 1. Where a person considers that the actions of one or both of the Contracting States result or will result for him in taxation not in accordance with the provisions of this Agreement, he may, irrespective of the remedies provided by the domestic law of those States, present his case to the competent authority of the Contracting State of which he is a resident, or if his case comes under paragraph 1 of Article 22, to that of the Contracting State of which he is a national.The case must be presented within three years from the first notification of the action resulting in taxation not in accordance with the provisions of the Agreement. 2. The competent authority shall endeavour, if the objection appears to it to be justified and if it is not itself able to arrive at a satisfactory solution, to resolve the case by mutual agreement with the competent authority of the other Contracting State, with a view to the avoidance of taxation which is not in accordance with the Agreement.Any agreement reached shall be implemented notwithstanding any time-limits in the domestic law of the Contracting States. 3. The competent authorities of the Contracting States shall endeavour to resolve by mutual agreement any difficulties or doubts arising as to the interpretation or application of the Agreement.4. The competent authorities of the Contracting States shall agree on administrative measures necessary to carry out the provisions of the Agreement and particularly on the proofs to be furnished by residents of either Contracting State in order to benefit in the other State from the exemptions or reductions of tax provided for in the Agreement.5. The competent authorities of the Contracting States shall communicate directly with each other for the application of the Agreement. Article 24 EXCHANGE OF INFORMATION 1. The competent authorities of the Contracting States shall exchange such information as is foreseeable relevant for carrying out the provisions of this Agreement or to the administration or enforcement of the domestic laws concerning taxes covered by this Agreement insofar as the taxation thereunder is not contrary to the Agreement. The exchange of information is not restricted by Article 1. 2. Any information received under paragraph 1 by a Contracting State shall be treated as secret in the same manner as information obtained under the domestic laws of that State and shall be disclosed only to persons or authorities (including courts and administrative bodies) concerned with the assessment or collection of, the enforcement or prosecution in respect of, the determination of appeals in relation to the taxes referred to in paragraph 1, or the oversight of the above. Such persons or authorities shall use the information only for such purposes. They may disclose the information in public court proceedings or in judicial decisions. 3. In no case shall the provisions of paragraph 1 be construed so as to impose on a Contracting State the obligation a) to carry out administrative measures at variance with the laws and the administrative practice of that or of the other Contracting State;b) to supply information which is not obtainable under the laws or in the normal course of the administration of that or of the other Contracting State;c) to supply information which would disclose any trade, business, industrial, commercial or professional secret or trade process or information, the disclosure of which would be contrary to public policy (ordre public).4. If information is requested by a Contracting State in accordance with this Article, the other Contracting State shall use its information gathering measures to obtain the requested information, even though that other State may not need such information for its own tax purposes.The obligation contained in the preceding sentence is subject to the limitations of paragraph 3 but in no case shall such limitations be construed to permit a Contracting State to decline to supply information solely because it has no domestic interest in such information.
Article 25 AID IN RECOVERY 1. The Contracting States shall lend aid and assistance to each other in order to notify and recover the taxes referred to in Article 2 as well as surcharges, additions, interest, costs and fines of a non penal nature.2. At the request of the competent authority of a Contracting State, the competent authority of the other Contracting State shall secure, in accordance with the legal provisions and regulations applicable to the notification and recovery of the said taxes of the latter State, the notification and the recovery of tax claims referred to in paragraph 1 which are due in the first mentioned State.Such claims shall not have any priority in the requested State and that State shall not be obliged to apply any means of enforcement which are not authorised by the legal provisions or regulations of the applicant State. 3. Requests referred to in paragraph 2 shall be supported by an official copy of the instrument permitting the execution, accompanied where appropriate, by an official copy of any final administrative or judicial decision.4. The instrument permitting the enforcement in the applicant State shall have the same effect in the requested State.5. With regard to tax claims which are open to appeal, the competent authority of a Contracting State may, in order to safeguard its rights, request the competent authority of the other Contracting State to take the protective measures provided for in the laws of that other State;the provisions of paragraphs 1 to 3 shall apply mutatis mutandis to such measures.
Article 26 MEMBERS OF DIPLOMATIC MISSIONS AND CONSULAR POSTS Nothing in this Agreement shall affect the fiscal privileges of members of diplomatic missions or consular posts under the general rules of international law or under the provisions of special agreements.
Article 27 LIMITATION ON BENEFITS Notwithstanding the provisions of any other Article of this Agreement, a resident of a Contracting State shall not receive the benefit of any reduction in or exemption from tax provided for in the Agreement by the other Contracting State if the main purpose or one of the main purposes of such resident or a person connected with such resident was to obtain the benefits of the Agreement.
Article 28 ENTRY INTO FORCE 1. Each Contracting State shall notify the other Contracting State of the completion of the procedures required by its laws for the bringing into force of this Agreement.The Agreement shall enter into force from the date on which the later of these notifications is received. 2. The provisions of the Agreement shall have effect : a) with respect to taxes due at source on income credited or payable on or after January 1 of the year next following the year in which the Agreement entered into force;b) with respect to other taxes charged on income of taxable periods beginning on or after January 1 of the year next following the year in which the Agreement entered into force. Article 29 TERMINATION This Agreement shall remain in force until terminated by a Contracting State but either Contracting State may terminate the Agreement, through diplomatic channels, by giving to the other Contracting State, written notice of termination not later than the 30th June of any calendar year from the fifth year following that in which the Agreement entered into force. In the event of termination before July 1 of such year, the Agreement shall cease to have effect : a) with respect to taxes due at source on income credited or payable from January 1 of the year next following the year in which the notice of termination is given;b) with respect to other taxes charged on income of taxable periods beginning on or after January 1 of the year next following the year in which the notice of termination is given. IN WITNESS WHEREOF, the undersigned, duly authorised thereto by their respective Government, have signed this Agreement.
Done in duplicate at Brussels, this 27th day of April 2006, in the English language.
PROTOCOL At the moment of signing the Agreement between the Kingdom of Belgium and the Republic of Seychelles for the avoidance of double taxation and the prevention of fiscal evasion with respect to taxes on income, the undersigned have agreed upon the following provisions which shall form an integral part of the Agreement. 1. Ad Article 11, paragraph 3 : With respect to Belgium, the provisions of sub-paragraph (a) apply in any case to : - interest on a loan or credit for which a financial support is granted after advice of the Committee for financial support to export ("Finexpo"); - interest on a loan or credit granted by the Association for the coordination of medium-term financing of Belgian export ("Creditexport"); - interest on a loan or a credit insured by the National Office of Del Credere. 2. Ad Article 12, paragraph 3 : In applying Article 12, paragraph 3 of the Agreement payments constituting consideration for technical assistance or technical services shall not be considered to be payments for information concerning industrial, commercial or scientific experience, but shall be taxable in accordance with the provisions of Article 7 .3. Ad Article 14, paragraph 1 : An employment is exercised in a Contracting State when the activity in respect of which the salaries, wages and other similar remuneration are paid, is effectively carried on in that State.This means that the employee is physically present in that State for carrying on the activity there. 4. Ad Article 20, paragraph 3 and Article 21, paragraph 1, a) : For the application of paragraph 3 of Article 20 and of paragraph 1, a) of Article 21, income is taxed when it is effectively included in the taxable base by reference to which the tax is computed.Income is therefore not taxed when, being subject to the tax treatment normally applicable to such income, it is either not taxable or exempted from tax.
IN WITNESS WHEREOF, the undersigned, being duly authorised thereto by their respective Governments, have signed this Protocol.
Done in duplicate at Brussels, this 27th day of April 2006, in the English language.
PROTOCOL MODIFYING THE AGREEMENT BETWEEN THE KINGDOM OF BELGIUM AND THE REPUBLIC OF SEYCHELLES FOR THE AVOIDANCE OF DOUBLE TAXATION AND THE PREVENTION OF FISCAL EVASION WITH RESPECT TO TAXES ON INCOME SIGNED AT BRUSSELS ON 27 APRIL 2006 The Government of the Kingdom of Belgium and the Government of the Republic of Seychelles, Desiring to conclude a Protocol modifying the Agreement between the Kingdom of Belgium and the Republic of Seychelles for the avoidance of double taxation and the prevention of fiscal evasion with respect to taxes on income, signed at Brussels on 27 April 2006 (hereinafter "the Agreement"), Have agreed as follows: Article 1 The following paragraphs 5, 6 and 7 are inserted in Article 24 (Exchange of information) after paragraph 4: " 5. In no case shall the provisions of paragraph 3 be construed to permit a Contracting State to decline to supply information requested by the other Contracting State because the information is held by a bank, other financial institution, nominee or person acting in an agency or a fiduciary capacity or because it relates to ownership interests in a person. 6. Banking records will be exchanged only upon request.If the request does not identify both a specific taxpayer and a specific bank or financial institution, the competent authority of the requested State may decline to obtain any information that it does not already possess. 7. The competent authorities of the Contracting States shall agree upon the mode of application of this Article." Article 2 1. Each Contracting State shall notify the other Contracting State of the completion of the procedures required by its laws for the bringing into force of this Protocol.2. This Protocol shall enter into force from the date on which the later of these notifications is received and its provisions shall have effect with respect to the taxes to which the Agreement has effect. Article 3 This Protocol shall remain in force as long as the Agreement itself remains in force.
IN WITNESS WHEREOF the undersigned, being duly authorised thereto by their respective Governments, have signed this Protocol.
DONE in duplicate at Brussels, this 14 th day of July 2009, in the English language.